Toeeèwiid aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Binnenland.
Land-en Tuinbouw
a
EERSTE BLAD.
FEUILLETON
„NOORD-BRABAND"
NUMMER 4
ZATERDAG 12 JANUARI 1924
SJjtcavb:
WAALWIJKSOHE STOOMDEUEXEEIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon Nd. Telegr^Adrea: ECHO.
2)it nummer bestaat uit 2)rie
Bladen
De heer Cort van der Linden
heeft, naar het Hbld. kan melden,
gedacht aan de mogelijkheid van een
nationaal ministerie, welks voornaamste
taak zou hebben moeten liggen in het
herstel der staatsfinanciën. In die
richting ging zijn advies, Zaterdag aan
de Koningin uitgebracht.
Het jongste advies aan de Koningin
van den heer de Savornin Lohman
(die, hoewel dat niet naar buiten is
gebleken, meermalen werd geraadpleegd)
wees eveneens in die richting. Uit de
weigering van het ontslag der zitting
hebbende ministers mogen wij intus-
schen opmaken, dat die gedachte niet
uitvoerbaar bleek.
Uit een bericht in de Std. blijkt,
dat minister Colijn deze week slechts
voor enkele dagen naar het buitenland
gaat, waar zijn echtgenoote om gezond
heidsredenen vertoeft.
Bij de directie van den Landbouw
is van den Rijkslandbouwconsulent te
Berlijn bericht ontvangen, dat de Duit-
sche regeering den invoer van 300
koudbloedpaarden uit Nederland heeft
toegestaan.
Door minister Jhr. Ruys de Bee-
renbrouck is in een schrijven aan den
voorzitter der Tweede Kamer verzocht
hem in de gelegenheid te stellen in
een vergadering der Tweede Kamer
een regeeringsverklaring af te leggen.
De Directie van de N.V. Philips'
Gloeilampenfabriek heeft een regeling
getroffen, volgens welke het voor haar
arbeiders mogelijk is, in tien jaar een
eigen woning te koopen. Deze wonin
gen zullen een waarde hebben van
ongeveer f3000, en zullen gebouwd
worden overeenkomstig de wenschen
der toekomstige eigenaars, die direct
f 300 storten en de hypotheek ad f 2400,
door de directie te verleenen a 4'/a
pCt., in tien jaar hebben af te lossen.
Het Rijk geeft voor elke woning een
premie van f 300.
De Jurgens Fabrieken te Oss
gaan weer zoo goed, dat er nieuw
personeel moest worden aangezet om
de drukte meester te worden.
Het Arbeidsregister.
De Minister van Arbeid heeft
A. met ingang van 1 Januari 1924
zijn beschikking van 23 September
1920, no. 3213, afdeeling Arbeid inge
trokken, en
B. de volgende bepalingen vastge
steld ten aanzien van den vorm waarin
voldaan moet worden aan het bij art.
68 der Arbeidswet 1919, zooals dat
luidt na de wijziging bij de wet van
20 Mei 1922 (Staatsblad No. 364)
omtrent het arbeidsregister bepaalde
Art. 1. 1. Het arbeidsregister, dat
met betrekking tot de in een onder
neming werkzame arbeiders moet aan
wezig zijn, moet zijn ingericht volgens
het model, dat bij deze beschikking is
gevoegd (en in Stct no. 3 afgedrukt.).
2. Echter wordt toegestaan, dat in
ondernemingen, waar 25 of meer arbei
ders arbeid plegen te verrichten, het in
het eerste lid bedoelde register wordt
gehouden in den vorjn van een kaart-
register ter keuze van het hoofd of den
bestuurder der onderneming, mits daar
bij de volgende voorwaarden in acht
genomen
a. voor eiken arbeider moet in het
register een afzonderlijke kaart aan
wezig zijn;
b. de sub a bedoelde kaart dient
e vermelden den naam, de voornamen,
den geboortedatum van den betrokken
arbeider, benevens een aanduiding of
de kaart een mannelijken persoon
beneden 18 jaar, een mannelijken
persoon van 18 jaar of ouder, een
ongehuwde vrouwelijke persoon bene
den 18 jaar, een ongehuwde vrouwe
lijke persoon van 18 jaar of ouder,
dan wel een gehuwde vrouwelijke
persoon betreft
c. op de sub a bedoelde kaart
moet over de geheele breedte een strook
5)
van 3 c.M. hoogte beschikbaar zijn
voor het maken van aanteekeningen
door de ambtenaren in artikel 77 der
Arbeidswet 1919 bedoeld
d. op de sub a bedoelde kaart
moet een dergelijke ruimte, als sub c
is voorgeschreven, beschikbaar zijn
voor het stellen van aanteekeningen,
welke van het hoofd of den bestuurder
der onderneming worden geeischt vol
gens bepalingen van een algemeenen
maatregel van bestuur, uitgevaardigd
krachtens de Arbeidswet 1919
e. op de sub a bedoelde kaart moet
worden aangegeven, het blad van de
arbeidslijst, hetwelk de werktijdregeling
bevat, welke voor den betrokken
arbeider geldt
f. de kaarten van het hierboven
bedoelde kaartregister moeten in groe
pen gerangschikt zijn en elke groep
moet de kaarten bevatten van alle
arbeiders, die in eenzelfde afdeeling
werkzaam zijn
g. de groepen moeten van elkander
gescheiden zijn door tusschenkaarten,
welke voor een gedeelte minstens 1 c.M
boven de andere uitsteken en waarop
op het uitstekende gedeelte op duidelijk
leesbare wijze is vermeld de naam der
afdeeling, waartoe de arbeiders behoo-
ren, wier kaarten in de bewuste groep
zijn bijeengebracht.
Art. 2. De aanduiding van het blad
der arbeidslijst, volgens welke wordt
gewerkt, behoeft niet te geschieden,
wanneer ingevolge het bepaalde in het
elfde of twaalfde lid van artikel 68 der
Arbeidswet 1919 vrijstelling van het
hebben van een arbeidslijst is verleend.
C. met afwijking van het hierboven
onder B in artikel 1, eerste lid, be
zaaide vergund, dat het gebruik van de
'ormulieren van het arbeidsregisier,
vastgesteld bij zijne beschikking van
23 September 1920, no. 3213, afdeeling
Arbeid, wordt voortgezet tot 1 jan. 1928.
(Wtttto)\)wa A LW UK^W
ERVARING STERK.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
Bij hoest of keelpifn.
gebruikt men het beste Ttiermo-
Tabletlen. Doozen 400 Tabl. 80 ct. en
200 Tabl. 45 ct. Bij apoth. en drogisten»
47e JAAKGANG.
Waahvijtsclic en Langstraatschc Courant
«ar A4T«Ttamti«*
Dit klad Ternkijat
W01NBD49 IN ZATBBDAG.
Abonnementsprij per S maande* ld».
Franco per poet door het geheele rijk L40.
Brieven, Ingebonden «takken, gelde*
franco te «enden aan den Uitgever.
Prlja der Adverteatlta
M «ent per regel; Mlnliaim IJd.
Reclames 40 cent per regel.
Bf contract flink rakat
AdvertentiCn moeten Woenadag en Vrijdag
dea morgen* om alterlljk P aar lm en* kerft
rfjau
vam, „De Echo van het Zuiden".
Inderdaad, het een woog wel tegen het
andere op en hfl antwoordde Martlneau op
vergevensgezinden toon
Nu goed, ik wil in aanmerking nemen
hetgeen ge gedaan hebt en daar dank ik u
voor. 't Is jammer, dat ge soms zoo achte
loos zflt, want ge zfl t anders wel trouw en
schrander.
Dus de luitenant zendt mij niet weg?
Neen.
Oik dank u van ganscher harte,
luitenantzeide Martineau met van vreugde
trillende stem.
FIlip trad z(jn keet binnen en beval zijn
weer in genade aangenomen oppasser hem
te zes uur te komen wekken en in dien tijd
zorg te dragen, dat de soldaten niet te veel
leven voor zfln deur maakten.
II.
Filip was flink ter been, van de zwakheid
van zooeven was niets meer te bespeuren,
het verlangen naar Marguérite had alle pfln
van zfln kwetsuur verdreven.
Over den bergstroom lag een ruwe brug,
gevormd door twee boomstammen, die aan
weeszflden op den rotsachtigen oever rust
ten.
De stroom was op dit punt tamelflk breed
ongeveer tien meters en het water,
dat zeer hoog stond en veel woester was dan
gewoonlijk, door de rotsblokken die er in
gestort waren, sloeg met kracht van onderen
tegen de brug aan en deed haar somtijds
wankelen.
Toch ging Filip er zonder vrees over, maar
op het midden gekomen, bleef hfl even staan
wees naar de schuimende golven en zeide
Wfl moeten morgen zoo vroeg moge
Het hoofdbestuur der Nederland-
sche Katholiekendagen deelt ons mee,
dat in het jaar 1924 geen algemeene
Nederlandsche Katholiekendag zal
plaats hebben, maar dat de derde
algemeene Katholiekendag in Nederland
eerst in den loop van 1925 zal gehou
den worden,
Wat iedere m»a«d te doen geeft.
(Ie helft Januari.)
Nadruk verboden.
1924. NieuwjaarsdagDeze dag is als een
oud-vaderlijk posthuis, waar de paarden van
het lot, verwisseld worden. Welk lot, welke
toekomst wacht ons; gaan onze land- en
tuinbouw tegemoet? Wfl kunnen niet meei
dan een vraagteeken plaatsen; er begint een
nieuw hoofdstuk in onze geschiedenis, maar
de inhoudsopgave ontbreekt nog. Donkere
wolken trekken over ons heen; er is slapte
en gedruktheid; ook voor den landbouw
dreigt concurrentie van verschillende zflden,
welke reden tot bezorgdheid geven. Hoe het
ga, een zware tfld wacht ons. Dat zij echter
allerminst een reden om te treuren en bij de
pakken neer te zitten. Wij moeten paraat
zijn Bereid om, als het handelsverkeer zich
geleidelijk herstelt, omdat in den algemee
nen toestand langzaam verbetering intreedt,
de concurrentie op dë wereldmarkt met moed
en alle kans op succes te aanvaarden. Niet
moedeloos zfln. ons niet laten verschrikken!
De herleving komt, vast en zeker, al weten
we niet precies wanneerdus hebben we te
zorgen, dat we alsdan geen gevaar loopen
om te worden verdrongen. Al onze zorg en
aandacht hebben we derhalve te wijden aan
onze productie en aan de wijze, waarop we
onze producten afleveren. Wat het eerste
lflk de rotsblokken uit den stroom verwij
deren. Daaruit zou een overstrooming kun
nen ontstaan, die voor de lager gelegen dor
pen gevaar opleverde.
Zouden wfl van nacht nog terug kun
nen over de brug? vroeg Martineau.
Jawel, ik geloof niet, dat het water op
het oogenblik meer dan 50 centimeters is
gerezen, het zal niet voor morgen over den
kant komen en morgen zullen wfl de bedding
opgeruimd hebben.
Om het even, het zal daarbeneden van
nacht leelflk spoken.
Onder dit gesprek hadden zij den tegen-
overgestelden oever bereikt. Nu moest er
nog een halve kilometer worden afgelegd,
langs een stijgend pad, en zij zouden het
bergvlak bereikt hebben, dat geheel werd
ingenomen door het kasteel Saint Oolomban
en de daartoe behoorende bosschen.
De eigenaar van het kasteel, Bernard De
Prabert hield zich uitsluitend bezig met zfln
fabriekeneen stoomhoutzaagmolen en een
cementfabriek; mevrouw De Prabert daar
entegen had zich geheel gewfld aan de ge
noegens des levens en in de vier zomermaan
den, als zfl het kasteel bewoonde, werden
daar tal van feesten gegeven en was het een
onafgebroken komen en gaan van gasten.
Wel was het gezelschap ntet al tfld met
evenveel zorg gekozen, maar er was toch in
den geheelen omtrek slechts één roep over
de gastvrflheid der bewoners van Saint- Oo
lomban.
Toen Filip Dormelles in dezen uithoek
van het land kwam, dien hfl zich als een
vervelende negorij had voorgesteld, was hfl
bfl de familie De Prabert zeer hartelijk ont
vangen.
Men had hem daar zeer dikwflls genoo
digd, want de grillige en coquette vrouw des
huizes schepte een ongewoon behagen, in den
jongen knappen officier, die van zfln kant
ook gaarne op het kasteel lrwam, waar de
schoone oogen vam mejuffrouw Marguérite,
de nicht en pupil van Bernard De Prabert,
hem met onweerstaanbare kracht heentrok
ken.
De meesters van 't kasteel en hun gasten
stelden zeer veel belang in het groote werk
dat onder leiding van luitenant Dormelles
werd ten uitvoer gebracht en het gevolg
hiervan was dan. ook geweest, dat mevrouw
De Prabert aieh zonder eenige uitnoodiglng
*13E
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
betreft: de produkten moeten zfln van le
kwaliteit, mogen in dit opzicht niet achter
staan bfl die uit andere landen. Dn in de
tweede plaats: we moeten die produkten
verzenden en afleveren, die den handelaar
en consument 't best kunnen behagen. Deze
beide zaken zfln noodig, zal de Nederland
sche export zich kunnen handhaven, en zul
len onze land- en tuinbouwproducten hun
goede reputatie in den vreemde behouden.
Men zfl dan paraatDat geldt niet slechts
voor bepaalde lichamen, b.v. voor de boter
en kaasfabrieken, maar ook voor iederen
boer in 't bijzonder, want hfl is het, die aan
de fabriek de grondstof levert; mankeert er
wat aan de grondstof, dan kan het beste,
bekwaamste personeel daarvan geen fijn
produkt van le kwaliteit bereiden. Nog eens
dus, lezerbant, alle moedeloosheid en
maakt u vaardig! Als het wintert buiten,
dan is er op den akker en in den hof weinig
of niets te doen. Wel is er op het erf, in en
om de schuur, den stal en het huis in den
regel nog wel wat te verrichten; op te ber
gen, aan den kant te zetten, schoon te ma
ken. 't Is zoo spoedig te merken, of er al
of niet orde en regel heerschen, netheid en
zorgvuldigheid voorzitten. Waar dit niet het
geval is. gaat licht veel over stuur. Tntus-
solien, al wintert het, ook voor het komende
werk maakt men zich gereed. Men ziet zfln
zadenvoorraad na en bestelt, wat men noo
dig heeft. Hiermee waclite men niet, vooral
thans niet, omdat 1923 voor de zaadteelt
ongunstig is geweest; wie t eerst bestelt,
heeft de meeste kans het beste te krijgen.
Als weer en grond het toelaten, kan men
reeds spinazie zaaien; vóór een schutting
op het zuiden leg takjes, in een goede laag,
over het bed Men kan in den bak wortelen
zaaien, waarbij de (vergane) paardenmest
niet vergeten mag worden ook kan men bak
ken voor bloemkool aanleggen, ook eerst,
hoewel niet zoo erg als de wortelen, door
bróeimest te verwarmen. Neem van bloem
kool geen hooge soort, welke beter thuis
hoort op den kouden grond. De Amsterdam-
sche bakbloemkool en de Amsterdamsche
bakwortel zfln aan te bevelen. Wie in Maart
of April mooie kropsla wil hebben, dient
eveneens van hakken of ramen gebruik te
maken. Ofschoon sla niet zooveel warmte
behoeft, moet de bak toch met blad en rui-
gen paardenmest worden verwarmd. Zfl die
graag werk zoeken in den tuin, kunnen, zelfs
als het vriest, hun aal- en kruisbessen snoei
en: het jonge lot. wordt op eién paar oogen
na ingesneden, de uiteinden der takken late
men iets langer, deze mogen 4 of 5 oogen
behouden.
met haar gezelschap naar den hollen weg
had begeven, om de reusachtige ontploffing
bfl te wonen, die, zooals wfl weten de kroon
op het werk had gezet.
Op den stfllen weg die naar het bergvlak
voerde stonden twee rijtuigen ter beschik
king van luitenant Dormelles een eenvoudig
tentwagentje, dat der compagnie diende om
mondvoorraad van de hoofdplaats van het
kanton af te halen, met een sappeur tot
koetsier, eu de prachtige coupé van mevr.
De Prabert.
De oppasser en de dame hadden zich, elk
naar zfln krachten, uitgesloofd om Filip een
attentie te bewflzen.
Martineau lachte eenigszius verlegen toen
hfl dat fraaie rfltuig zag.
Kflk eens aan, luitenant, zeide hfl. het
schflnt dat wfl elk een rflhuig zullen hebben.
Filip keek den goeden jongen met een
vriendelflken glimlach aan en daarop vroeg
Martineau
Moet ik den luitenant naar het kas
teel vergezellen?
Neen, dank n.
Dan zal ik u vanavond' toch maar langs
denzelfden weg tegemoet loopen?
Ik geloof niet dat dat noodig zal zfln.
Martineau drong er niet verder op aan,
maar hfl schudde het hoofd alsof hfl zeggen
wilde: Ik kom toch.
Hfl opende daarop het portier van de
coupé, liet den luitenant instappen, en sa
lueerde op militaire wijze, terwijl het rfltuig
snel voortreed.
Vervolgens begaf hfl zich naar het een
voudige tentwagentje van de compagnie.
Uwe equipage was niet mooi genoeg,
kameraad, zeide hfl tegen den sappeur-koet
sier, een ander heeft ons den loef afgesto
ken. Nu trek maar zoo'n zuur gezicht niet
en troost u, ge zult de moeite toch niet voor
niets gedaan hebben. Ik huur uw rfltuig tot
vannacht twaalf uur en ik zal u betalen
door u te laten eten en drinken, zoo lekker
als ge het zeker nog maar zelden hebt ge
daan. Moeder Jacqueline in het dorp Aiqu-
rande heeft een vflver met forellen en een
hok met vette hoenders, om van te water
tanden en al loopt de. maand ook op het
eind, ik heb toch nog een paar lonis, die me
in mfln zak dansen, en die wfl daarom in
broederlflke gemeenschap zullen opmaken.
Vooruit, leg de aweep maar over .het paard.
want hoe eer we er zfln, des te langer we
er pleizier van kunnen hebben.
Terwijl Martineau nog tegen den sappeur
zat op te snijden van de voortreffelijke keu
ken der kasteleines van Aiqurande, reed
Filip Dormelles naar het kasteel Saint- Oo
lomban. De coupé, die van flinke veeren
voorzien was, stootte of schokte bflna niet
op den hobbeligen weg. Twee mfllen tegen
de helling van een berg op, die bflna dubbel
tellen als op de vlakte, werden in 35 minuten
afgelegd.
Filip dacht aan niets dan aan het geluk,
zfln lieve Marguérite te zullen weerzien.
Het kasteel baadde in een zee van licht en
in het park waren aan alle hoornen gekleur
de Venetiaansche lampions opgehangen, die
een zachte, romantische schemering ver
spreidden.
Het was een prachtig schouwspel, dat
Filip vol bewondering gadesloeg.
Het kasteel Saint-Colomban dagteekende
nog uit de middeleeuweu, toen het een roof
nest. was van de trotsche, woeste baronnen
des Adrets. Gaandeweg was dit geslacht uit
gestorven, hét kaïsteel had sedert onheuge
lijke tflden leeg gestaan eu was niet veel
meer dan een puinhoop te midden van een
ondoordringbare woestenij, toen, een tiental
jaren geleden, die wildernis werd ontgon
nen, 't kasteel geheel in den oorspronkelflken
trant, werd opgebouwd en het geheel weer
in bewoonbaren toestand gebracht werd.
Sedert strekte Saint-Colomban tot zomer
verblijf van den rflken Bernard De Prabert
en zfln gezin.
De eigenaar van het kasteel, die zonder
eenige aanmerking door zfln vrouw fabel
achtige sommen liet verkwisten, was een
somber man met eenigiszins geheimzinnig
voorkomen. Ofschoon men op het kasteel
Saint-Oolomban leefde als aan een hof en
het eene feest bflna onmiddellijk op het
andere volgde, zag men den eigenaar zelden
of nooit te midden der gasten van mevrouw
De Frabert.
Hfl leefde bflna uitsluitend in gezelschap
van een zekeren heer Puybarrau zfln secre
taris, die zfln onbeperkt vertrouwen bezat.
Filip Dormelles was dan ook inderdaad
verwonderd toen hfl onder de warande van
het kasteel het strenge gelaat met de over
vloedige, grijzende haren en zwaren punt
baard van mijnheer De Prabert opmerkte.
De heer des huizes had een forsche, maar
eenigszius gebogen gestalte en donkere,
schrandere oogen.
Naast hem liep zfln onafscheidelijke vriend
Puybarrau, een zwaarlijvig mannetje met
korte boenen en een hoogrood gekleurd ge
laat, waarop steeds een gemoedelijke glim
lach speelde.
Gélestin Puybarrau was een zeer verstan
dig en ontwikkeld man en Filip herinnerde
zich een gesprek met hem over het groote
werk, waarbij hfl een zeer goeden indruk
had verkregen omtrent de technische be
kwaamheden van den kleinen, dikken man.
De aanwezigheid van mflnhoer De Pra
bert op dit feest, ter eere van Filip gegeven,
was voor den jongen luitenant hoogst vlei
end. Zoodrn hfl uit het rfltuig was gestapt,
ging hfl dan ook regelrecht op den lieer des
huizes af om hem te begroeten.
Ha, daar is onze jonge held riep Puy
barrau, zoodrn hfl Filip het terras op zag
komen.
Bernard De Prabert liep hem eenige
schreden tegemoet.
Van harte welkom, mfln vriend, zeide
hfl terwfll hfl enPuybarrau Filip de hand
drukten, wfl waren voornemens, Puybarrau
en ik heden van Saint-Colomban te vertrek
ken, maar toen ik van uw succes hoorde eu
van het feest, dat mevrouw De Prabert ter
uwer eere zou geven, heb ik mfln vertrek
uitgesteld.
Ge bewflst mfl daarmee een eer, waar
voor ik u niet genoeg dhnkbaar kan zfln.
Het is niet meer dan een bewfls van
de achting, die ik u toedraag, hernam Ber
nard De Prabert.
Terwfll hfl sprak rustte zfln oog vol wel
gevallen op den jongen officier.
Oluitenant Dormelles, wat zou ik
gaarne een zoon hebben zooals gfl
Hfl sprak deze woorden op zoo droevigen
toon, dat Filip er door getroffen werd.
Puybarrau haastte zich een andere wen
ding aan het gesprek te geven, door met den
luitenant met zeer veel belangstelling te
spreken over de wond. die de luitenant aan
het hoofd gekregen had en te vragen of ze
nog pijn deed.
Zoo liepen zfl, in druk gesprek, het ter
ras over en traden de groote feestzaal bin
nen.
(Wordt vervolgd).