ne
Ha"
eel
Graajf
ijder
rs._
Inzet.
Inzet.
dinq:
t
Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
;d
IERS
p:
EERSTE BLAD.
Binnenland.
„noord-braband*
t
FEUILLETON
d
t e r s
I
esters.
choenen-
ilJNDEL,
32443
iwelijk
c in de
32476
N 32472
>ed onder
te zijnen
aart 1924,
ng thans
)0—
)0.-
)0.-
dag 24
i. elf uur
5SERS te
32471
32420
;oed, door
1924, door
ïans staat
00.-
50.-
25.-
00.—
an C W.
Sterren
dag 20
uur precies
te Herpt.
A DE
zal namens
30NT Pzn.
ijdag 28
namiddags
n den Heer
'ü/3 een
Schuur
dakte ruim
liggen in
inzage en
gen f 7 50
n bij voor-
e,die verder
ingen ver-
zal na de
orden terug-
32477
rijs, een
t zijnde
l en hond
IK. 32^
3p
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telegr.-AdresECHO.
Telefoon No. 38.
3)it nummer bestaat uit Twee
Bladen
Nauwelijks heeft „Het Huisgezin"
De vorige week is het vraagstuk van
den zomertijd in de Tweede Kamer
opnieuw aan de orde geweest. Een
tweetal Kamerleden had een wetsvoor-
stel ingediend om den zomertijd af te
schaffen. Eenzelfde voorstel is in 1923
door de Tweede Kamer aangenomen,
maar door de Eerste Kamer verworpen
In de Eerste Kamer werd o.a. verklaard,
dat dit onderwerp behoort te worden
geregeld met de voorlichting en mede
werking van de Regeering. Men kon
te voren weten, dat ook thans een wets
voorstel, komende van de Tweede
Kamer en niet van de Regeering, door
de Eerste Kamer zou worden afgestemd
Maar de meerderheid van de Tweede
Kamer wil nu eenmaal den zomertijd
zien afgeschaft. Wat deed zij nu? Zij
nam met 45 tegen 32 stemmen een
motie aan, waarbij zij verklaart dat de
zomertijd niet meer in het algemeen
belang is en waarbij de Regeering
wordt uitgenoodigd een wetsontwerp
in te dienen om hem af te schaffen.
Dit is inderdaad de eenige weg om
den zomertijd afgeschaft te krijgen en
toen die motie eenmaal aangenomen
was, meende de Kamer, dat zij het
voorstel van haar twee leden niet moest
aannemen Het werd verworpen met
68 tegen 9 stemmen.
Wij zullen nu afwachten wat de
Regeering doet. Dit jaar blijft de
zomertijd natuurlijk. De tijdstippen van
ingang en einde zijn reeds vastgesteld
Maar de vraag is wat tegen 1925 zal
Het woord is aan de Re-
gebeuren,
geering.
Intusschen is op de uitspraak der
Tweede Kamer al heel wat critiek ge
oefend. Die domme Kamer ook! Hoe
zou zij weten wat in het algemeen
belang is! Maar de Kamer is niet
alléén dom. Even dom is de redactie
van „Het Huisgezin". Zij is het met
de uitspraak der Kamer eens. Terecht
komt zij er tegen op dat de wet het
platteland wil dwingen tot het volgen
van een tijd, die het niet past, die het
bemoeilijkt in zijn bedrijven, zijn ge
zinsleven stoort. Willen de stedelingen
een uur langer licht, welnu zij kunnen
het krijgen zonder zich door de klok
te laten foppen. Laat ze een uur
vroeger opstaan
dit geschreven, of twee groote pers
zusters uit Nederlands grootste steden,
„De Maasbode" en „De Tijd" komen
er tegen op. Het is een fabeltje, zegt
„De Maasbode", maar men blijft het
opdisschen en zelfs de scherpzinnige
redactie van „Het Huisgezin" houdt er
nog steeds aan vast. Staat de stad een
uur vroeger op, dan moeten onze
plattelanders, die met de stad iets te
maken hebben, het immers ook doen
en hebben zij toch den zomertijd En
„De Tijd* legt dit breedvoerig uit en
vindt ook, dat „Het Huisgezin" de
zaak veel te eenvoudig opneemt.
Toch heeft „Het Huisgezin" gelijk.
Zeker, als de stedelingen een uur
vroeger opstaan, zullen de boeren, die
met de stad zaken doen, ook een uur
vroeger aan den arbeid moeten. Maar
zij zullen zich dan, ter wille van hun
bedrijf, vrijwillig aanpassen aan het
gebruik, dat de stedeling uit eigen
beweging invoert. Dat is heel iets
anders dan dat de wet ter wille van
de stad aan heel het platteland, tegen
zijn zin en in strijd met veler belang,
een tijd oplegt, die het bemoeilijkt in
zijn bedrijfsleven.
Kijk eens naar Frankrijk, zegt het
Amsterdamsche blad verder. Daar is
het aantal landbouwers toch ook zéér
groot. Maar die maken niet zooveel
drukte over den zomertijd. Hier vergist
„De Tijd" zich deerlijk! In het voor
jaar van 1922 reeds stemden beide
Kamers in Frankrijk den zomertijd af.
Maar in 1923 werd door de Regeering
een wetsontwerp ingediend om hem
weer in te voeren en dit werd aan
genomen met 278 tegen 250 stemmen,
omdat de Regeering had verklaard te
zullen aftreden als de wet werd ver
worpen. Juist na die verwerping kwam
het vijfde Fransche Landbouwcongres
bijeen te Parijs, 53 landbouwvereeni
gingen namen er aan deel en het
Congres bracht zijn dank aan de 250
Kamerleden, die door hun stem hadden
verklaard liever de Regeering te zien
heengaan dan den zomertijd terug te
krijgen. Over heel het platteland begon
een heftige strijd.
„De Tijd" vraagt of het verzet tegen
den zomertijd in ons land niet te wijten
is aan het drijven van den heer Braat
en zijn vrienden. En zij beschuldigt
er de rechtsche landbouwspecialiteiten
van de landbouwers naar den mond
te praten. Dat is al te goedkoop
Zouden de tegenstanders van den
zomertijd, die lang niet allen land
bouwspecialiteit zijn, er de voorstan
ders niet even gemakkelijk van kunnen
beschuldigen de stedelingen naar den
mond te praten Neen, feit is, dat het
platteland last en nadeel ondervindt
van den zomertijd. Feit is verder, dat
menig stedeling uit eigenbelang hier
voor de oogen sluit. Feit is daaren
boven, dat de wet thans eenzijdig
partij kiest voor de stad Zal men dit
dan nooit begrijpen Laat ons hopen,
dat de Regeering het althans verstaat
Dr. L. DECKERS.
De Christeiijk-Historische fractie
heeft een amendement ingediend op
hoofdstuk 3 der Staatsbegrooting (Bui-
tenlandsche Zaken), dat tot strekking
heeft het Gezantschap bij den Heiligen
Stoel op te heffen.
Dit amendement is van verstrekkende
beteekenis. Wanneer het mocht worden
aangenomen, waarop vrijwel kans be
staat, zal vermoedelijk minister van
Karnebeek de portefeuille neerleggen,
waarop een algemeene kabinetscrisis
n parlementaire kringen waarschijnlijk
wordt geacht.
In die omstandigheden schijnt Kamer
ontbinding onvermijdelijk. M.
Nog immer wordt in verband
met den lagen franc-koers heel wat
goed in België opgekocht en naar
Nederland geïmporteerd.
Het gevolg is, dat de expeditie
kantoren in de grensgemeenten het
razend druk hebben en vooral die te
Roosendaal, waar aan die kantoren met
"^^WAALWU K
ERVARING
DOOR
dubbel personeel en tot laat in den
nacht veelal moet worden gewerkt om
alles op geregelden gang te houden.
Bijna gestadig aan zit de groote
goederenloods aan het station propvol
met ingekomen goederen en herhaal
delijk komt het voor, dat verschillende
wagons uit Frankrijk en voornamelijk
uit België niet direct gelost kunnen
worden wegens gebrek aan bergings
ruimte.
Als een teekenend staaltje van wat
er daar omgaat kan hierbij worden
gemeld, dat er dagen zijn, waarop
alleen van expediteurs en particuliere
reizigers 15—20 duizend gulden aan
invoerrechten worden ontvangen.
De Belgische autoriteiten schijnen
dan ook niet van plan, dat alles lijde
lijk te blijven aanzien. Althans het
dagblad „De Grondwet" meent te
weten, dat het Belgische gezantschap
te Den Haag dezer dagen heeft geïn
formeerd naar den omvang van den
invoer uit België te Roosendaal, in
verband met de maatregelen, welke
de Belgische regeering voornemens
zou zijn te nemen. M.
Verschenen is de Memorie van
Antwoord betreffende de nota's van
wijziging op de Marine-begrooting. De
regeering verklaart dat het kabinet
omtrent de urgentie eener Vlootwet
nog steeds homogeen is.
Voor een ontwijken eener beslissing
omtrent een nieuw ontwerp-Vlootwet
bestaat voor de regeering niet de minste
aanleiding. Op dit punt is de Memorie
van Antwoord op de Marine-begrootine
zeer positiefde daarin vervatte mede-
deeling, dat de regeering voo nemens
is spoedig een nieuw ontwerp Vlootwet
in te dienen, is slechts voor een uit
leg vatbaar: verwacht wordt, dat de
behandeling daarvan in het zittingsjaar
1924—'25 zal kunnen plaats hebben.
De regeering »il onze maritieme
verdediging niet veronachtzamen en
zij heeft dan ook met groote voldoe
ning kennis genomen van de opvatting
der verscheidene andere leden, die in
de gevolgde handelwijze niet anders
zien dan een gevolg van den toestand
waarin het vraagstuk der maritieme
verdediging door het Kamer votem van
26 October 1923 is gekomen.
Ook de regeeting is van meening,
dat deze aanvraag kan worden aan
vaard zoowel door hen, die bezwaar
maken tegen het vastleggen van een
volledig vlootplan in de wet, als door
degenen, die met het oog opdefinan-
cieele consequenties van een Vlootwet
de aanvaarding daarvan in het najaar
van 1923 voorbarig achtten.
De vraag, of de regeering het vol
strekt onmogelijk acht, ru zij toch
voornemens is spoedig met een nieuw
ontwerp-Vlootwet te komen, in af
wachting van de omtrent dat ontwerp
te nemen beslissing thans van nieuwen
vloot aanbouw af te zien, worden be
vestigend beantwoord.
Naar de „Tel." verneemt, heeft
de voorzitter van den Ministerraad aan
de Centrale commissie voor georgani
seerd overleg in ambtenaarszaken, in
verband met de as. algeheele her
ziening van het bezoldigingsbesluit,
een schema van de nieuwe salaris
normen toegezonden. Dienaangaande
wordt het advies der commissie ge
vraagd vóór 12 April e.k.
Volgens de voorgestelde regeling
zouden de salarissen zich bewegen
tusschen de volgende bedragen: 1.
lagere technici f1600 f3000; 2. mid
delbare technici f 1800-f4000; 3.
leiders van groep 2 f4000—f4800;
4. hoogere technici f 2400f 5400.
Voor de administratieve functie zijn 5
groepen gevormd met loonschalen van
11000—f 1500. f 1100—f 1800,1 1500
f 2600, f 2400—f 3400 en f 3400- f 4400.
Voor chefs van afdeel, f 4500—f 5400.
De normen voor onderwijzers.
1. Onderwijzer, die niet de akte van
bekwaamheid bezit, bedoeld in art 132
L.O-wet 1920, noch de akte van be
kwaamheid, bedoeld in art 77 onder
der wet van 17 Augustus 1878
(Stbl. no. 127). Aanvangswedde f i200.
Maximumwedde: voor gehuwden f2600
(te bereiken in 22 jaar), voor onge-
huwden f 2200 (te bereiken in 14 jaar).
2. Onderwijzer, die niet de akte van
bekwaamheid bezit, bedoeld in art. 1-34
L.O.-wet 1920. doch in het bezit is
van de akte van bekwaamheid, bedoeld
in art. 77 onder b. der wet van 17
Aug. 1878 (Stbl. no. 127). Aanvangs
wedde: f 1400 Maximumwedde: voor
gehuwden 13100 (ie bereiken in 22
jaar)voor ongehuwden f 2700 (te
bereiken in 14 jaar).
De U.L.O.-marge zal f 300 bedragen,
mits de betrokkene in het öezit is van
nader vast te stellen akten
Voor het bezit van bij-akten wordt
f 50 per akte betaald tot een maximum
van f 200.
25)
"ïngezonden Mededeelin9SG.
Kwellende pijnen in kiezen,
tanden en aangezicht, verdrijft men
door Sanapirin Tabletten (Mijnhardt).
Koker 75 ct. Bij apoth. en drogisten.
(Wordt vervolgd).
rs.
De Echo van het Zuiden,
en Lanptraatsche Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 8 maanden 1.23.
Franco per post door het geheele rflk f 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
PrtJs der Ad verten tiën
20 cent per regelminimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
Bfl contract flink rabat
Advertentiën moeten Woensdag en Vrfldag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEH_
„De Echo van het Zuiden".
van
Bernard boog zwijgend, ten teeken dat
hij deze noodzakelijkheid inzag -en hfl bleef
in het salon zitten wachten. Terwijl Daniël
zfln zuster, die geheel ontdaan was en wie
zenuwachtige trillingen door het geheele
lichaam gingen, bijna wegdroeg', liet Bernard
zich in een fauteuil neervallen, verborg het
gelaat in de handen en weende zacht.
Zou dat gevloekte verleden, de misdaad vau
zijn broeder, die hem reeds zooveel had
doen lijden, hem thans ook nog het geluk
ontrooven, waarnaar hij zoo vurig verlang
de en dat hij bijna bereikt had?
Bernard kwam in opstand tegen de on
rechtvaardigheid van het lot en bittere
woorden ontvielen zijn lippen, maar het
meest leed hfl, het felst werd hfl gemarteld
door de vrees, Felicia voor altfld te moeten
verliezen.
Nu eerst, zooals hfl daar zat, alleen met
zfln gedachten, gevoelde hfl hoe innig hfl
die vrouw beminde, hoe zfl een deel van zfln
leven uitmaakte, hoe er buiten haar geen
vreugde, geen geluk meer voor hem denk
baar zou zfln en geheel zfln ziel uitte zich
in dezen kreet:
Zfl moet de mflne worden, ten koste
van alles.
De minuten schenen hem uren toe, en de
angst deed zflu hart sidderen en schroeide
hem de keel dicht.
Hfl stond op en liep herhaalde malen het
salon op en neer.
Niemand kwam terug.
Hoelang zou deze foltering nog duren?
Hfl liep zonder ophouden heen en weer
als een roofdier in zfln kooi en zfln voet
stappen klonken «waar op den vloer ondanks
het dikke tapflt.
Ten slotte kon hfl het niet langer uithou
den, hfl opende de deur van de gang die op
de achterkamer uitkwam en op die wflze
zou hfl Daniël zien komen, die hem het ge
vreesde besluit moest overbrengen.
Het gerucht van een heftige woordenwis
seling drong tot hem door. De woorden zelf
kon hfl niet goed verstaan, maar hfl onder
scheidde duidelijk de stem van Felicia en
die van haar broeder.
Onwillekeurig deed hfl eenige schreden
de gang in en luisterde scherp toe.
Nu verstond hfl duidelflk deze woorden
van Felicia
—Neen, neen, neen, het zou afschuwelijk
zfln, ik kan het niet, ik kan het niet
Maar hfl is toch dood! drong Daniël
aan.
Hoe weet ik dat? En al was het. ook...
neen.
Ge zfl t gek en wat erger is, belache-
lflk dom.
Het gerucht van een voorwerp, dat op den
grond viel, deed Bernard opschrikken. Hfl
was bang verrast te worden, terwfll hfl aan
de deur luisterde en snelde terug naar het
salon, waar hfl zich opsloot.
Uit de opgevangen woorden begreep hfl
duidelflk, dat Daniël zfln zaak bepleitte en
dat Felicia met al haar kracht weerstand
bood. Waarom zou het echter iets afschuwe
lijks' zfln, wanneer zfl zfln vrouw werd?
Alleen om de misdaad van Robert en daar
om had Daniël ook uitgeroepen, teneinde
haar bedenkingen te overwinnen
Maar hfl is toch dood
.Ta. zeker, het kon iets anders zfln.
Maar dan moest zfl hem ook geenszins
beminnen om zoo standvastig in haar weige
ring te volharden en zooveel afschuw te
toonen aan een misdaad, die toch niet aan
hem kon verweten wordenhfl meende dit
toch met de welsprekendheid der wanhoop
te hebben aangetoond.
De ongelukkige voelde zich zoo terneer
gedrukt, zoo door den hemel verlaten, dat
het denkbeeld, een einde aan zfln leven te
maken, in zfln hersens tot een onwrikbaar
besluit rflpte.
Toen Daniël terugkwam, vond hfl hem met
de ellebogen op de tafel geleund, de oogen
strak voor zich uitstarend, verzonken in
droef gepeins.
Hfl hief het hoofd op en zeide
Ah, eindelijk, brengt ge mij het leven
of den dood?
Daniël zette zich in een fauteuil neer en
antwoordde
Mijn waarde Bernard gebruik nu niet
van die melodrama-uitdrukkingen. Wfl ver-
keeren in een moeilflk geval, dat is waar,
doch wfl moeten de zaak kalm overleggen
en ons niet door zenuwachtige opgewonden
heid en bekrompen zienswijze van het rechte
spoor laten brengen, zoo denk ik er tenmin
ste over en ik heb mfl dan ook een groot
uur uitgeput om mfln zuster dit aan het ver
stand te brengen, maar zfl antwoordde
met tranen en zuchten. Wfl zfln echter man
nen, laten wfl daarom ook verstandiger zfln.
Bernard voelde zfln hoop herleven, hfl
deze veelbelovende inleiding en gaf door een
teeken te kennen, dat hfl niets liever
wenschte.
Uw broeder Robert, hernam Daniël,
terwfll hfl het gelaat van Bernard met loe
renden blik bespiedde en elke beweging in
zfln trekken nauwkeurig waarnam, is drie
jaar geleden eenigen tfld in Engeland ge
weest, nietwaar?
.Ta.
Hfl hield zich toen bezig met een uit
vinding, ik meen om de galerflen der mfl-
nen beter te ventileeren.
Dat kan.
Goed. Robert Duhesme kwam bfl die
gelegenheid in kennis met onzen vader, sir
Edward Hilson, die ons een paar malen tn
zeer waardeerende bewoordingen over hem
voor zoover ik mfl dat kan herinneren
heeft gesproken. Hfl had in hem ontdekt
een zeldzame scherpzinnigheid en een be
wonderenswaardige volharding, vooral
voor een Franschman. Wfl zouden dit zeker
vergeten hebben, zooals andere bijzonder
heden uit het dagelflksch leven, maar eenige
weken voor het vertrek van sir Edward op
zfln noodlottige reis, brachten de couranten
ons een bericht omtrent de misdaad te
Miramont-la Montagne en de veroordeeling
van Robert Duhesme. Mfln vader werd diep
getroffen door deze onherstelbare fout van
een jongmensch, dat hfl zooveel achting
toedroeg en deed in Frankrflk de couranten
opvragen, di« de verslagen aan het jecbts-
geding voor het hof van assises bevatten.
Deze couranten werden ons toegezonden.
Het betrof een berucht proces en alle bfl
zonderheden werden in de verslagen weer
gegeven. Mfln zuster en ik hebben alles ge
lezen.
Helaas, mompelde Bernard.
Daniël ging voort, met zfln gewone
kalmte, die hem een oogenblik, toen hfl over
de misdaad sprak, had verlaten
Ge kunt u dus de verbazing van miss
Felicia voorstellen, toen zfl op de akte die
gfl haar voorlegdet, den naam van Duhesme
vond als uw waren naam en ook kunt ge u
haar verdriet begrflpen, toen zfl u hoorde
zeggen dat Robert Duhesme, de moordenaar
de dwangarbeider, uw broeder was.
Het was de waarheid, zeide Bernard
treurig.
Zonder twflfel, maar gfl weet hoe fijn
gevoelig en zenuwachtig miss Felicia is.
Deze ontdekking heeft haar een zwaren
slag toegebracht en ik moet u bekennen
dat ik er zelf ook diep door getroffen werd
Het arme kind beklaagt zich wel bitter over
haar droevig lot, mfln waarde heer De
Prabert, want met vreugde en verlangen zag
zfl het oogenblik tegemoet, dat zfl haar hand
in de uwe zou leggen.
Zfl bemint mfl dus! riep Bernard uit.
Twflfelt ge daaraan?
Neen, ik geloof u, ik heb behoefte u te
gelooven, want dat doet mfl zoo goed.
NujaIk heb veel gepraat,
ik heb haar alle woorden, alle zinnen her
haald, die gfl haar zelf gezegd hebt en
waarin hfl het grootste gelflk hadt, want ik
dat weet ge wel, ik ben uw vriend en ik ver
dedig uw belangen met hart en ziel, alsof het
mfln eigen belangen waren.
Bernard greep zfln heide handen en drukte
die met kracht.
Dank u, nooit zal ik u zooveel op
rechte vriendschap kunnen vergelden.
Zeker, zeker, ge zult het zien.
En wat heeft zfl besloten?
Nog niets, maar zfl aarzelt en die aarze
ling voorspelt veel goeds. Wanneer men
maar weifelt, en wanneer dan het hart zoo
gaarne het „niet schuldig" zou uitspreken,
dan gaat men ondanks alles wel tot vrfl-
spraak over. Oindien zfl slechts zeker
wist, dat die ongelukkige geschiedenis van
Robert voor goed geëindigd, was dat hfl niet
op zekeren dag te voorschijn kon komen.
De oogen van Daniël zagen Bernard door
dringend aan en begonnen van vreugde te
schitteren, toen deze antwoordde:
Die geschiedenis is voor goed geëindigd,
ik heb u reeds gezegd dat Robert dood is.
Hoelang?
Omstreeks zes maanden.
Hebt ge er een bewfls van?
Ta, een brief van de administratie
der strafkolonie te Cayenne, waarin mfl
wordt meegedeeld dat Robert Duhesme bfl
een poging tot vluchten is omgekomen. Zfln
gebeente heeft men in de bergen terugge
vonden, half afgeknaagd door de wilde
dieren benevens de overblijfselen van twee
zflner kameraden, die evenals hfl verlangend
naar de vrflheid waren. De administratie
heeft een doodakte van Robert Duhesme op
gemaakt en ik heb die akte in mfln bezit.
Is het waar? riep Daniël verheugd uit.
is alles zoo goed in orde als ge zegt?
Helaas ja, antwoordde Bernard, ter
wfll hfl een traan wegpinkte die treurige
documenten zfln de eenige herinnering die
mfl van mfln ongelukkigen broeder over
blijven; ik bewaar ze zorgvuldig, ik heb ze
zelf meegenomen op reis in een cassette,
waar ik mfln kostbaarste papieren berg.
Uitmuntend. Luister, mfln waarde De
Prabert, ga naar uw hotel en zend mfl on
middellijk die twee stukken, zfl zullen mfl
van veel dienst zfln om de vooroordeelen
van mfln zuster te bestrijden en ik breng ze
u van avond terug met goede tijding, naar
ik hoop.
God' geve dat ge de waarheid spreekt,
zeide Bernard huiten zichzelve van vreugde.
Ik zal er mfln best toe doen.
En mfln dankbaarheid zal geen gren
zen kennen.
Goed, goed, tot vanavond'
Kort voor middernacht kwam Daniël de
kamer van Bernard binnen, zfln gelaat
straalde van vreugde en hfl riep zegevierend
uit: