Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen,
Buitenland.
r
EERSTE BLAD.
FEÜILLETO
I
„NOORD-BRABAND"
NUMMER 35
WOENSDAQ 30 APRIL 1924
©it nummer bestaat uit Twee
Bladen
V Niet meer ziende blind?
Nog in ons nummer van vorige
week schreven we over de weinige
bescherming die de industrie tot op
heden van onze regeering geniet, lieten
we doorschemeren dat vrij-handelen-
door-dik-en-dun niet de weg was om
ons boven den chaos van het econo
mische leven te verheffen. Tot voor
enkele dagen nog wil men daar in
vrijhandelskrirgen niet aan.
Kan het hun niet schelen of de
sigaren-industrie kwijnende was, dat
de schoen-industrie genekt werd geen
enkele liberale groot-handelaar ontving
immers de klappen
Den laatsten tijd komen echter uit de
verschillende ons omringende landen
telkenmale berichten die er allen op
duiden dat men daar niet meer zoo
verlekkerd is op het vrijhandelssysteem
als bij ons te lande.
Doch zooals nog bleef men hier
doof en ziende blind.
We gelooven echter, wanneer we de
laatste berichten vertrouwen mogen dat
ook hier de vrijhandel-manie speciaal
in een tijd van valuta-concurrentie en
bijzonder beschermende maatregelen
elders haar Iangsten tijd van opper
heerschappij beleefd heeft.
Wat is het geval
Amerika heeft voor het vrachtvervoer
per spoor verlaging toegestaan voor
DIE goederen welke met Amerikaansche
schepen verder gezonden worden. En
Duitschland, Duitschland dat zooveel
dankbaarheid aan Nederland toch ver
schuldigd is, Duitschland doet het
zelfde voor goederen die naar Duitsche
havens worden verscheept en de
Nederlandsche overslaan.
Men spreekt wel eens van de kuil,
die men voor een ander graaft en
waar men zelf per slot van rekening
invalt.
't Is hier precies heizelfde.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
35)
Zij die ook thans onder deze om
standigheden zoo hoog blijven opgeven
van dien vrijhandel en ook liever nog
maar door dik en dun blijven verdedi
gen, komen nu door deze maatregelen
in de knel.
Typeerend vooral is thans de hou
ding van het „Algemeen Handelsblad",
nog voor enkele dagen de grootste
verdediger van den vrijhandel, terwijl
het nu ach en wee roept en om hulp
schreeuwt, om hulp bidt om middelen
te beramen die onze havens kunnen
redden.
Eindelijk dan toch schijnen dus in
die kringen de oogen geopend te wor
den, zal de dwaze en dwarse doordrij
verij in die kringen plaats moeten
ruimen voor de werkelijkheid, de wer
kelijkheid die gebiedt, dat waar men
alle landen om ons heen ziet bescher
men wij niet anders kunnen doen, dan
helpen al is het dan zoolang de tijd
en omstandigheden zulks noodzakelijk
maken.
We willen hopen dat 't nog niet te
laat is.
De commissie van herstel heeft
Zaterdag de antwoorden van de Engel
sche, Fransche, Belgische en ltaliaan-
sche regeeringen op hare nota betreffen
de de verslagen der deskundigen open
baar gemaakt en Havas heeft, tegelijk
dat hij dit feit mededeelde, een samen
vatting van het voorzichtig gestelde
Fransche antwoord gegeven. Wat de
drie andere antwoorden bevatten, werd
ons in dat telegram echter onthouden.
Het is daarom dienstig den inhoud
van alle vier antwoorden hier kort
weer te geven
Engeland aanvaardt de voorstellen
der deskundigen volkomen en geeft
tegelijk aan drie punten welker regeling
tot de bevoegdheid der geallieerde
regeeringen behoort: lo. het herstel
van het oeconomische en fiscale gezag
van de Duitsche regeering over het
geheele Duitsche gebied2o. de
stappen, die noodig zijn om bindende
kracht te verleenen aan nieuwe waar
borgen en controle maatregelen voor
zoover die niet duidelijk vallen onder
de bepalingen van het tractaat van
Versailles 3o. de vereeniging van alle
financieele verplichtingen van Duitsch
land volgens het vredestractaat in een
enkele annuïteit. Wat het eerste punt
betreft is Engeland bereid, in overleg
met de andere geallieerden, de noodige
stappen te doen om dat gezag zoo
spoedig mogelijk te herstellen. Ten
aanzien van het tweede is, daar Duitsch
land er reeds in toegestemd heeft, het
eenige wat te doen blijft, er in allen
vorm effect aan te geven. Op het
derde punt aanvaardt Engeland de
aanbevelingen der deskundigen en is
het bereid van zijn kant de commissie
van herstel te verzoeken een stelsel
uit te werken om de nieuwe regeling
uit te voeren. M a. w, de Engelsche
regeering maakt geen enkele bedenking
en dringt bepaaldelijk aan opeen zoo
spoedig mogelijke staking van de
maatregelen, die in het Roer-gebied de
uitoefening der oeconomische en fiscale
souvereiniteit van het Duitsche rijk
belemmeren.
Frankrijk bestempelt bij monde van
WA A LW
DOOR ERVARING STERK.
Poincairé de verslagen als een .buiten
gewoon belangwekkend geheel", brengt
hulde aan de groote competentie die
de deskundigen getoond hebben, hun
onpartijdigheid en hun erkenning van
werkelijke feiten, maar maakt ten slotte
eenige vijven en zessen en daaronder
met name het voorbehoud dat Frankrijk
en België hun tegenwoordige waar
borgen in de Roer niet kunnen laten
opgaan in of verruilen voor nieuwe,
alvorens Duitschland het plan metter
daad tot uitvoering gebracht heeft.
Daarna moeten de geallieerden bij
gemeen overleg de waaroorgen bepalen
welke de nieuwe regeling mocht ver-
eischen. Anders gezegd Duitschland
moet eerst een begin van uitvoering
laten zien, vóór Frankrijk wijziging wil
brengen in dentegenwoordigentoestand
aan de Roer.
België aanvaardt de conclusies der
deskundigen in hun geheel en hoopt
dat de commissie van herstel geen tijd
verloren zal laten gaan met de maat
regelen voor te bereiden, opdat het
plan bij gemeen overleg tusschen de
geallieerde regeeringen, met welke de
Belgische zich onmiddellijk in contact
zal stellen, snel ten uitvoer wordt
gebracht. Dus algeheele instemming
met de rapporten en aandringen er op
dat de commissie van herstel vaart
achter de uitvoering van het plan zet.
Italië zegt de conclusies der des
kundigen als een ondeelbaar geheel te
beschouwen, is bereid ze volledig te
aanvaarden en is van meening dat de
zaak haar beslag dient te krijgen door
regeling tusschen geallieerden van de
vraagstukken, die binnen hun bevoegd
heden vallen. Algeheele tegemoet
koming ook van Italië's kant.
De aandacht dient er dadelijk op
gevestigd te worden dat het Belgische
antwoord in vergelijking met het
Fransche een geheel zelfstandig karakter
toont en dan ook geen enkele bedenking
maakt; dat het bovendien gegeven is
vóór Theunis en Hymans Poincaté
persoonlijk gesproken hadden.
De toestand is dus in zoover
gewijzigd dat de Belgische bewinds
lieden nu te Parijs eer moeite zullen
doen, om vandaag de Fransche regee-
ring te bewegen met de andere geal
lieerden mee te gaan en haar beden
kingen te laten vallen dan (wanneer
zij in het laatst van deze week in En
geland komen) de Engelsche regeering
te overreden tot het Fransche stand
punt te naderen. Het lijdt daarom
nauwelijks twijfel meer dat België
zijn bekomst heeft van de Roer-
politiek. Voorts krijgt men den indruk,
dat het Engeland gelukt is, bij den
stillen diplomatieken strijd om de „ziel
van Italië" Frankrijk de loef af te
steken. Wat het Fransche antwourd
aangaat, het is in zoover met de con
clusies der deskundigen in strijd dat
dezen de meening uit hebben gespro
ken. dat Duitschland. géén begm van
uitvoering kan maken, voor het zijn
oeconomische en fiscale gezag in het
^oer-gebied terug heeit Niettemin
verlangt het een omgekeerde proce
dure.
Als Duitsahland geen onhandigheden
begaat is een definitief bijdraaien van
Frankrijk in den loop van hel verdere
schriftelijke of mondelinge overleg
tusschen de geallieerden echter het
waarschijnlijkst.
Volgens een verklaring van den
mini-ter van nationale verdediging
bestaat h§t Belgische leger op het
o genblik "uit 5500 otficieren en 74000
manschappen, tegen 3500 oificieren en
48000 manschappen in 1914.
Het beschikt over een groote reserve
munitie, over 257 vliegtuigen, over
siormtanks, apparaten voor draad-
looze telegrafie en -telefonie, over vol
doende mitrailleuses en artillerie-
geschut.
De uitrusting is volgens den minister
zoo compleet, dat al de nelgische
GOEDE RECLAME IS EENE
UlTaTEKEISDE GtLDBtLtGGlMG.
„I
47e JAARGANG.
Waalwpsche en
Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rflk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
van „De Echo van het Zuiden".
Prtj9 der Advertenttën
20 cent per regel; minimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
Bfl contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterltjk 9 uur ln ons bezit
ztjn.
Komaan, zeide Auréllen voor zicli, 11a
ztjn spoorwegboekje geraadpleegd te hebben,
dan ga ik maar dineeren en logeeren te Cler
mont-Ferrand. De goede stad Issoire lijkt me
wat al te saai om er een geheelen avond
door te brengen.
De hoofdplaats van Auvergne had dien
nacht de eer, den jongen Prabert te herber
gen en 's morgens begaf hjj zich met de om
nibus van het hotel naar het station, om er
den eersten sneltrein naar Parijs af te wach
ten.
De trein stoomde het station binnen, juist
toen Aurélien op het perron verscheen en tot
ztjn niet geringe verbazing zag hij een welbe
kend gezicht uit het portier van een coupé
1ste klasse kijken:
Den man met den grijzen kinbaard, zijn
Amerikaan.
Neen maar dat is nu toch wat al te
kras! riep Aurélien uit. Die kerel vervolgt
me als een nachtmerrie. Ik was al zoo mooi
op weg hem te vergeten en daar staat hij
eensklaps weer voor mijn neus. Ik ben niet
nieuwsgierig, maar nu moet ik er toch het
mijne van hebben, wie en wat die man is. De
drommel haal me als ik het voornemen had
hém te bespieden, integendeel, op de heenreis
heb ik zelfs getracht hem te ontwijken, maar
op de terugrefs vatten wij dat heel anders
op. Wacht eens vriend, ik zal u in het oog
houden, we zullen eens zien.
De jongen man stapte in een coupé naast
die waarin hij den Amevikaan gezien had en
die, tot zijn niet geringe vreugde, ledig was.
Hij trok de gordijntjes neer en zette zich bij
het portier, vast besloten om goed toe te
zien of de man ook onderweg zou uitstappen.
De trein vertrok en de Amerikaan was niet
op bet perron gekomen, hij zette dus zijn
reis voort.
Onder het rijden scheen er bij Aurélien
eensklaps een gedachte op te komenhij
haalde zijn spoorboekje te voorschijn, keek
wanneer de trein te Parijs zou aankomen
scheurde vervolgens een blaadje uit zijn por
tefeuille en schreef met potlood zoo goed en
zoo kwaad het ging onder het rijden, de vol
gende regels:
„Daniël Hilson, Avenue des
Champs Elysées, Parijs.
„Wacht inü met trein, die 8.15 te Parijs is,
breng detective mee, werk voor hem.
Aurélien."
Ilij wachtte tot de trein aan het eerstvol
gende station stopte, schoof het portierraam
neer en wenkte een beambte.
Kunt gij dit telegram even voor mij
laten overseinen? vroeg hij.
Zeker, mijnheer.
Spoedig dan en breng mij het ontvang
bewijs. Hij gaf hem het telegram benevens
een tienfrancsstuk.
Wat er over blijft is voor uwe moeite
De beambte snelde naar het telegraafkan
toor van het station en kwam even later met
een reen terug.
Mooi, dank u, zeide het jongmensch,
waarna hij het raampje weer optrok en het
gordijn er voor schoof.
De trein vervolgde zijn weg.
Ziezoo, mompelde Aurélien, nu ben lk
zeker van mijn zaak. Wanneer ik te Parijs
kom vind ik daar oom Daniël aan het sta
tion met den politieman, dien hij in zijn per
soonlijken dienst heeft genomen en die, te
oordeelen naar het loon dat hü ontvangt, bij
zonder slim moet zijn. Hem zal ik zeggen dat
Robert Duhesme waarschijnlijk in Frankrijk
is, ik wijs hem mijn verdachten Amerikaan,
hij bespiedt hem in al zijn doen en laten en
een paar uur later weet ik precies waar lk
mij aan te houden heb.
Na dit plan gemaakt te hebben loosde Au
rélien een zucht van verlichting, hij was te
vreden over zichzelve, niemand had behendi
ger en met meer overleg van de gelegenheid
gebruik kunnen maken.
MAATSCHAP?!) VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
Waar zou dit op uitloopen.
Misschien op niets, maar misschien ook
kon de uitslag zeer gunstig zijn. In elk geval
was het een goed middel om eens te onder
zoeken of die man van de prefectuur werke
lijk zoo slim was als oom Daniël verzekerde.
Nu komt het er maar op aan, mompelde
de zoon van Bernard de Prabert, dat ik goed
toekijk of mijn reisgenoot van Miramont wer
kelijk naar Parijs terugkeert, wil ik mijn
mooie plan niet in duigen zien vallen. Wan
neer hij aan een der talrijke tusschensta-
tions uitstapt, dan ben ik het spoor bijster
en is de kans verkeken.
Aurélien lette goed op en hoewel dit spio
neeren hem zeer spoedig begon te vervelen,
hield hij ijverig vol en loerde van achter de
gesloten gordijntjes van zijn coupé zoo dik
wijls als de trein stopte. Dit was op heel
wat plaatsen, maar nergens stapte de Ameri
kaan uit zonder in zijn coupé terug te kee-
ren. Geen twijfel meer, h|j keerde naar Pa
rijs, z|jn punt van uitgang terug.
Te Fontainebleau stopte de trein ten 6.48.
Men was in de tweede helft van October
en het was om dien t|jd reeds geheel donker,
wat 't politiewerk van Aurélien niet weinig
bemoeilijkte. Gelukkig was men bijna aan 't
doel, nog twee stations moesten gepasseerd
worden: Bois-le-Roi, een halte waar alleen
op tijdig verzoek werd gestopt en daarna
Melun.
Nog goed anderhalf uur, zeide Auré
lien geeuwend, toen de trein van Fontaine
bleau vertrok. Het zal mij niet spijten wan
neer de reis is afgeloopon. Ik ben half ge
broken.
Hij strekt zich in z|ju volle lengte op de
bank uit.
Eensklaps stopte de trein.
Aurélien sprong op en snelde naar het
portier.
Wat,is er? mompelde hij.
Men was te Bois-le-Roi, een der reizigers
scheen verzocht te hebben daar te mogen uit
stappen.
Voor het klein station, niet veel meer dan
een wachthuisje, brandde een enkele lan
taarn, maar die toch licht genoeg verspreid
de om het perron te overzien.
Voor den duivel! riep Aurélien, m|jn
Amerikaan is uitgestapt.
Inderdaad, de reiziger stond op het perron,
juist onder de lantaarn.
Reeds gaf de stationchef 't teeken tot ver
trek, de conducteur floot om dit teekeu aan
den macbinst over te brengen, de locomotief
liet gillend een sein en de trein kwam in
beweging.
Aurélien greep zijn reistascbje, opende 't
portier aan den tegenovergestelden kant van
bet station en sprong op den weg. Tot zijn
geluk kwam er geen trein voorbij, anders zou
hij onder de wielen verpletterd zijn gewor
den. Nu liep lip kalm over de rails en kwam
op bet perron, waar hij zicli zooveel mogelijk
in de schaduw hield.
De Amerikaan sprak met den beambte, die
aan den uitgang de controle hield.
Aurélien luisterde.
En wat is de naaste weg daarheen?
vroeg de reiziger.
Gij gaat over de brug bij het station,
slaat links af, volgt den weg tot ge op de
markt_uitkomt waar de kerk en het raad
huis staan, dan gaat ge langs het kerkhof,
steekt den spoorweg over, gaat over de brug
des Petits-Prés, slaat rechts af en komt zoo
op een smal pad dwars door het weiland.
Het eerste huis, waar ge aankomt is dat van
den gepensioneerden boschwachter Dormel-
les. Ge kunt u niet vergissen, het staat ge
heel afzonderlijk.
Dank u.
De Amerikaan drukte den man oen stuk
geld in de hand, tot belooning voor de nauw
keurige inlichting en liep met vasten, regel-
matigen tred den weg op
Aurélien kwam nu te voorschijn en begaf
zich ook ten den beambte en vroeg wanneer
er weer een trein naar Parijs vertrok.
Om 9 uur.
Goed, dan heb ik n>g twee uur den
tijd. Wees zoo goed mijn reistascbje zoolang
te bewaren, ik kom het straks afhalen.
De avond was donker genoeg dat hij geen
nood had gezien te worden, terwijl hij aan
zjjn kant duidelijk de voetstappen van den
zwaargebouwden man kou hooren. Boven
dien wist hij welken weg de reiziger nemen
zou.
Deze scheen trouwens volstrekt geen ach
terdocht te hebben, want hij nam volstrekt
geen maatregelen om zich te verbergen en
ging zonder aarzelen op zijn doel af
Hij kwam onderweg niemand tegen. In de
verte poogde iemand een militaire marsch te
blazen op een ontstemde trompet, maar be
halve die valsche tonen brak niets de stilte
af. De villa's zijn op dezen tijd van het jaar
reeds onbewoond en de plattelandsbevolking
komt niet dan bjj uitzondering na zonsonder
gang buiten.
Met het grootste gemak vond de Ameri
kaan zijn weg, zooals de spoorbeambte hem.
dien had aangewezen en toen hij aan het
bewuste huis kwam, bleef Aurélien, die een
groote honderd pas achter hem liep, stil
staan.
Hij hoorde een hond blaffen, vervolgens
verscheen er een licht, een oogenblik later
verdween dat weer, er werd een deur geslo
ten en alles was weer even stil als tevoren.
Mijn Amerikaan is ontvangen, mompelde
Aurélien. Hij is binnen, vooruit nu.
Zonder tegenspoed kwam hij aan het huis
je, dat omgeven was door een kleinen tuin,
welke afgescheiden was van den weg door
een ijzeren hek.
Een venster van het huis was verlicht.
Aurélien bleef voor het hek ctaan en mom
pelde
Het komt mij voor dat daar binnen be
langrijke zaken besproken worden. Die zou
ik wel eens willen afluisteren.
Hij aarzelde.
Zou ik durven?
Hü beefde ondanks de warme overjas, die
hü aan had, maar ten slotte zeide hü
Komaan, wat waag ik er bü? Wanneer
ik betrapt word, dan zal men mfl toch niet
opeten. Een onderneming, die zoo mooi op
touw gezet was en tot dusverre zoo door het
toeval begunstigd werd, mag niet met een
sisser afloopen.
Wat ik aanpak, dat volbreng ik ook, al
zou de duivel zich er tegen verzetten, en wie
rnü kent, die weet dat. Komaan dus, moed.
Vastberaden naderde hü de deur van het
tuinhek. Deze was niet gesloten, hü behoefde
de kruk slechts om te draaien en was binnen.
Voorzichtigheidshalve, om zich zoo noodig
een snellen aftocht te verzekeren, liet hü de
deur van bet hek wüd openstaan.
f Wordt vervolgd!
1 i
I