9
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Buitenland.
Binnenland.
EERSTE BLAD.
FEUILLETON
„NOORD-BRABAND"
NUMMER 47
WOENSDAG 11 JUNI 1924
UITGAVE:
WAALWIJKSQHBjfiTGOMDBUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
Het nieuwe Fransche kabinet onder
Marcal is gisteren definitief tot stand
gekomen. Marsal zal heden in het
parlement geen regeeringsprogram
voorlezen, maar alleen een boodschap
van den president, waaraan hij een
korte verklaring zal toevoegen.
Daarna zullen de afgevaardigden
zich over de presidentieele boodschap
uitspreken, welke stemming over de
positie van Millerand zal besluiten.
Het ministerie is aldus samengesteld
Minister president en financiën
Francois Marcal.
Buitenlandsche zakenLefebvre du
Prey.
Justitie; Ratier.
OorlogMaginot.
Marine: Ferry.
Binnenlandsche zakenDe Selves.
Onderwijs: Landry.
Landbouw: Capus.
Openbare werken: Le Troquer.
Handel, post en telegrafie: Flandin.
KoloniënFabry.
Arbeid en gezondheidsdienst: Jour-
Verwoeste gebiedenLouis Marin.
Een bericht via Riga ontvangen,
zegt, dat de regeering van Angora
geweigerd heeft een Russische missie
te ontvangen, die naar Angora wilde
komen om te onderhandelen over de
verhouding van Armenië en Georgië
tot Turkije. De Russen werden ge
noopt zich weder te Trebizonde in
te schepen, daar Angoro de aanwezig-
heid van bolschewistische propagan
disten op haar gebied ongewenscht
achtte.
Het schip, waarop zich de Russen
bevonden, is evenwel vlak bij de kust
omgeslagen, waardoor alle opvarenden
om het leven zijn gekomen.
De anti-Amerikaansche stemming
in Japan in verband met de Ameri-
kaansche immigratiewet heeft, naar
Reuter meldt, ten gevolge gehad, dat
te Tokio gepeupel de balzaal is bin
nengedrongen van een der voornaam
ste hotels, Het beleedigde daar de
aanwezige Amerikanen en eischte, dat
alle Amerikanen uit het hotel zouden
worden verwijderd.
Een plaatselijke filmexploitant te
Tokio is gisteren begonnen met Ame-
rikaansche films te boycotten. Hij
drong erop aan, dat deze beweging
over het geheele land zou worden
uitgebreid.
De Italiaansche kamer heeft met
361 tegen 107 stemmen een motie van
vertrouwen in de regeering aangenomen
na een zeer toegejuichte rede van Mus-
solini, waarin deze de verschillende
sprekers beantwoordde en welke be
trekking had op het adres van ant
woord op de troonrede.
47)
frTwrp^y/AA LW ÜK^ gjp"
DOOR. ERVARING STERK.
Wie een weinig kijk op den in
ternationalen toestand heeft, twijfelt
niet, of de jongste wereldoorlog zal
niet het laatste groote conflict zijn ge
weest, dat het menschdom heeft ge
teisterd.
En wie zich even de feiten en toe
standen indenkt zal zich overtuigd
houden dat evenmin als het „wonder"
van 1870—71 zich in 1914—18 voor
België herhaalde even zoo weinig
het „wonder", dat zich in 1914—18
voor Nederland voordeed bij het op
laaien van een nieuwen wereldbrand
in West-Europa opnieuw zal plaats
grijpen.
Mag hieruit geen les voor Nederland
worden getrokken
Méér dan ééne zelfs.
De allereerste is wel, dat onze Staten-
Qeneraal voorzichtig mogen zijn met
toegeven aan den funesten drang, die
erop uit is de weermacht te verzwakken
Er is indes daad reden voor de ernstige
waarschuwing door den gewezen opper
bevelhebber onzer land- en zeemacht
dezer dagen geuit (Generaal Snijders
in het Juni no. van het Haagsche
Maandblad)
„De politieke opvattingen en toe
standen hier te lande ten aanzien van
alles, wat de verdediging des lands
betreft, zijn zóó moeilijk en zóó ver-
ontrustend, dat men niet zonder ernstige
bezorgdheid kan denken aan den oorlog,
die met bijna onafwendbare zekerheid
eenmaal opnieuw onze onzijdigheid of
onze onafhankelijkheid zal komen te
bedreigen
Och, zegt de luchthartige, het naaste
gevaar voor den vrede dreigt niet aan
deze helft van den aardbol maar aan
den anderen kanttussehen Amerika
en Japanen dat is ver weg. Aan
genomen, maar waar de West-Euro-
peesche gebeurtenissen Japan tot in
menging verlokten, wie geeft daar
zekerheid, dat de voorvallen in Oost-
Azië hun weerslag niet zullen doen
gevoelen in West-Europa?
Niet enkel economisch, zoodat een
bekend financier als S. F. van Oss (in
hetzelfde maandschrift) nu reeds een
waarschuwing richt tot zijn landge-
nooten, die met hun beleggingen voor
den gulden naar den dollar vluchten.
En wederom in dezelfde aflevering
van hetzelfde maandschrift 't zijn
alle afzonderlijke studies, buiten onder
ling verband, en daarom is het samen
vallen zoo treffend wijst het oud-
Kamerlid Drion erop, hoe Engeland
stelselmatig talmt met het verzekeren
van Frankrijk's veiligheid tegenover
Duitschland om Frankrijk geen ge
legenheid te geven zich ongestoord
naar den kant der Middellandsche Zee
te richten. Zoo blijft het Fransch-Duit-
sche gevaar latent.
Neen, de algemeene toestand is niet
zoo geruststellend, als velen te goeder
47e JAARGANG.
Waalwpschc en Langstraatsche Courant,
Dit blad verschuilt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.26.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentlën
20 cent per regel; minimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
Bfl contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur In ons bezit
zfln.
dain- w
President Millerand heeft ten
slotte niemand kunnen vinden voor de
vorming van het nieuwe ministerie,
die links genoeg stond, om in het oog
van een stuk van het cartel der linker
zijde eenigszins „persona grata" te zijn.
Zoo is dan Marsal op moeten treden als
redder in den nood, en deze, die in het
pas afgetreden kabinet minister van
financiën was, heeft een geheel Poin-
caristisch gekleurd kabinet bijeenge
bracht, zonder Poincaré alleen. Op
grond van den loop dien de zaken nu
hebben genomen, is het natuurlijk een
doodgeboren kind. Het zal vandaag een
boodschap van Millerand aan Kamer
en Senaat overbrengen en dadelijk
daarop zal het ministerie-Marsal met
boodschap en al tuimelen. Als men de
zaken van constitutioneel standpunt
beschouwt, is er ook daarna geen
reden voor Millerand om zijn mandaat
van president als geëindigd te beschou
wen, maar, naar hetgeen thans uit Pa
rijs verluidt, zal hij dan toch verdere
moeilijkheden met het parlement uit
den weg gaan en het demissionair ge
worden ministerie belasten met de
overbrenging van een tweede bood
schap, waarin hij uit eigen beweging
ontslag neemt. De heele rol, die Mar-
sal's kabinet heeft te vervullen, is dus
die van verbindingsschakel tussehen
president en parlement voor het over
brengen van zijn boodschappen. Hier
toe ware misschien Herriot ook wel be
reid geweest, mits 't bij één boodschap
ware gebleven en die boodschap dan
dadelijk de mededeeling van Mille-
rand's aftreden had bevat. Daarvoor
was de President zelf echter niet te vin
den, omdat hij contact met de Kamers
wilde krijgen door middel van een re
geering, die zich met hem op het con
stitutioneel standpunt plaatste, dat een
pressie van een parlementaire meerder
heid op het hoofd van staat om dit tot
heengaan te «dwingen, een inbreuk op
de grondwet en een bedenkelijk prece
dent vormt.
Meer van de nieuwe bewindslieden
te zeggen dan wij hierboven gedaan
hebben door hen als Poincaristisch te
betitelen, is volmaakt onnoodig, gezien
de korte politieke levensduur die hun
beschoren is. Na hen komt, dadelijk
van „De Echo van het Zuiden".
Arme, lieve Blanche, zeide hij. Zij is
dood, nietwaar?
Ja, maar gelukkig lieeft zij ten minste
nog eenige jaren van onverdeeld geluk ge
kend. Haar echtgenoot, mijnheer De Briais
was een edel en rechtschapen man. Ook hij
is gestorven, alles is ledig om ons heen.
Helaas.
Robert streek somber met de hand over
het voorhoofd en hernam:
Gij hebt mij dus niet veracht, niet ge
vloekt?
Neen, wij hebben u slechts beklaagd
en beweend.
Ouw woorden doen mij zoo goed en
maken mij zoo gelukkig. Ja, ik .wist wel, dat
gtj niet zoo hardvochtig en onverbiddelijk
kondt zijn als de mannen der wet, de man
nen der politie, die door hun beroep tegen
elk medelijden gepantserd zijn, ik wist wel
dat gij, Bernard, gij broer, u niet zoo krach
tig zoudt verzetten tegen mijn verzoek om
een vrijgeleide tot een kórt verblijf in Frank
rijk, hetgeen men mij heeft geweigerd. O ja,
ja, ik heb er goed aan gedaan hier te komen,
want die gedachte folterde mij al te zeer.
Thans is zij verdreven, voor altijd verdwe
nen door de wijze, waarop gij mij ontvangt
en door de woorden die ge tot mij hebt ge
sproken.
Maar verklaar u nader, zeide Bernard,
ik begrijp u niet. Wat bedoelt ge?
Robert deelde hem thans in korte trekken
mede de stappen, die hij had gedaan, de wei
gering van de prefectuur van politie, die er
op gevolgd was en de gronden, waarop die
weigering berustte.
Dus, besloot hij, ik heb een oogenblik
MAATSCHAPPU VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
nadat de nieuwe president der repu
bliek gekozen zal zijn, het ministerie-
Herriot ten tooneele, dat, zooals wij
vroeger uiteengezet hebben, zich nog
slechts zoolang zal kunnen handhaven,
als de socialisten het steunen. Het is
niet onmogelijk, dat de linkerzijde nog
eens reden zal hebben het te betreuren,
dat zij Millerand als President ten val
heeft gebracht. Op het Elyseé was hij
voor haar nog tot September 1927 on
schadelijk. Zoodra hij zich echter bij
de eerste de beste gelegenheid tot Sena
tor of tot Kamerlid heeft laten verkie
zen, zal het cartel van links te merken
krijgen, dat hij tot de oppositie be
hoort.
Uit Valona wordt aan de Corriere
d'Italia gemeld, dat Tirana in handen
der opstandelingen gevallen is. De
regeering is gevlucht.
Het bulletin omtrent Seipel's toe
stand van 's avonds zegt: Temperatuur
38, pols 130, ademhaling 32. De toe
stand van de long is onveranderd. Des
middags vertoonde zich over het heele
lichaam netelroos, wat een tempera-
tuursverhooging en versnelling van
den pols tengevolge had.
Volgens een mededeeling van de
Amerikaansche begrootingscommissie
zal het loopende dienstjaar met een
overschot van 350 a 400 millioen dollar
sluiten.
gedacht, dat gij het waart, gij, mijn broer,
die mij zoo meedoogenloos terugstootet, en
dat heeft mij vreeselijk doen lijden.
Ik zou zóö gehandeld hebben? riep
Bernard verontwaardigd.
Ik schaam me er over, dat ik het heb
kunnen veronderstellen, maar het verzet
had plaats In naam van de familie De Pra
bert. Ik weet dat gij den naam niet hebt
willen behouden, dien ik onteert heb en dat
gij dien van onze moeder liebt aangenomen.
Dat was uw recht en ik keur die handels
wijs ten volle goed, maar, Bernard, wanneer
gij u niet tegen mijn verzoek hebt verzet
wie dan?
Ik weet het niet, mijn vrouw waar
schijnlijk. Zij toonde een vreeselijke onrust
toen zij, door de onbescheidenheid van een
harer gasten, den kapitein der gendarme
rie Barillet, vernam, dat gij op het punt
stond, naar Frankrijk terug te keeren. Maar
nu is zij haar bevoegdheid te buiten ge
gaan, dat zal ik niet dulden, ik zal haar
ter verantwoording roepen.
Waartoe zou dat dienen en wat be
kommer ik mij er om, zeide Robert zacht
zinnig. Die vrouw kent mij niet, evenals
uw zoon mij kent. Voor hen ben ik slechts
de moordenaar, de ontsnapte galeiboef,
waarvan men slechts met afschuw spreekt
en waar men zich voor in acht neemt als
voor een schadelijk dierik ben de doode,
sedert vele jaren begraven en die" eensklaps
uit zijn graf opstaat. Ik begrijp hoe zij over
mij denken en ik kan hun daaromtrent niets
verwijten. Mijn groote verdriet was echter,
dat gij er stilzwijgend in hebt kunnen toe
stemmen, dat men maatregelen tegen mij
nam.
Neenriep Bernard uit, met. een
kracht, die men niet van hem gewoon was.
Gij hebt daar dus niet in toegestemd,
Bernard?
Zeker niet,' ik wist er niets van, want
had ik het geweten, dan zou ik het uit
drukkelijk verboden hebben.
Brave Bernard, het maakt mij zoo ge
lukkig, overtuigd te zijn, dat gij onbekend
zjjt met de maatregelen der politie, die te
gen mij zijn genomen, hoewel die vrij on
schadelijk zijn, dat gil zelfs niet weet, dat
de toegang tot uw huis door geheime po
litiebeambten wordt bewaakt, die last heb
ben om Robert Duhesme in hechtenis te
nemen, wanneer hij de vermetelheid mocht
hebben, zich hier te vertoonen.
Geheime politiebeambten in mijn huis?
.Ta, ik heb heli gezien, zij houden de
wacht met een ijver, die bewijst dat zij door
hun lastgevers ruim betaald worden.
Mijn God, zoo iets valt hier voor en ik
weet daar niets van? Maar hoe zijt ge dan
hier gekomen?
Ik ben over het hek van den tuin ge
klommen en als een dief ben ik bet huis
binnengeslopen. Gisteravond heb ik u aan
dit venster gezien en ik was gelukkig ge
noeg mijn weg te vinden door de gangen van
uw huis zonder iemand te ontmoeten. O!
broer, na alles wat ik gezien, wat ik gehoord
heb, ben ik overtuigd dat ik er goed aan
deed, hier te komen.
Bernard de Prabert antwoordde niet.
Hij had het gelaat in zijn lange, verma
gerde handen verborgen en mompelde:
O! schande! O! treurige gevolgen van
mijn zwakheid en mijn gebrek aan moed.
Toen hij een oogenblik later het hoofd
ophief, vertoonden zijn trekken, tot verba
zing van Robert, niet meer die kalme gela
tenheid en zwakke onderwerping, die sedert
jaren karaktertrekken van hem geweest
waren. Zijn gelaat drukte een vaste wils
kracht uit, zijn oogen straalden met leven-
digen glans en op zijn voorhoofd vertoonden
zich dreigende rimpels.
Met vaste stem, zijn stem van vroeger,
toen hij nog bevelen gaf aan een leger van
werklieden in zijn fabrieken en die hoven
het geraas der machines uitklonk, hernam
hij:
Vergeef het mij Robert, ik heb mijn
gezag als hoofd van mijn gezin verloren,
men veronachtzaamt mij en bekommert
zich niet om mijn wil. Ik ben een vreemde
ling in mijn eigen huis geworden, mijn be
dienden erkennen mij zelfs niet meer als
bun meester en alles kan hier in mijn naam
gebeuren, zonder dat ik er iets van weet.
Dat is de zwakheid, lafheid, die voortspruit
uit een verblinde liefde, die mij eens geluk
kig maakte, maar die mij thans nameloos
doet lijden. Doch nu is het te ver gegaan,
ik wil alles herstellen, gerechtigheid uit
oefenen over anderen en over mij zelve
Een ondankbare en nuttolooze taak,
broei', het is daartoe nu toch reeds te laat.
Men kan zijn leven niet herstellen met een
enkelen hamerslag, evenals een verbogen
ijzer. Laat de zaken hnn beloop nemen, ik
zou ook niet willen dat er door mij hier in
huis tweedracht en wanorde werd gesticht.
Kom tot bedaren, Bernard. Het was een be
hoefte van mijn hart, die mij hierheen dreef.
Buiten u en in zjjn gedachten voegde hij
er bijen mijn zoon bestaat er voor mij
niets meer op de wereld. Ik wilde u alleen
vergiffenis vragen voor bet leed, dat ik u
berokkend heb en misschien ook wilde ik u
zeggen, dat mijn misdaad niet zoo groot,
niet zoo afschuwelijk was, als zjj in de
oogen der menschen wel schijnt. In die mis
daad van Miramont-la-Montagne is nog heel
wat, dat niet opgehelderd is.
Het is waar, zeide Bernard, die door
de woorden van zijn broeder weer een wei
nig tot kalmte was gekomen en wiens ge
dachten weer een heel anderen loop geno
men hadden, voor de rechters hebt gij een
hardnekkig stilzwijgen bewaard.
Omdat ik geen woord tot opheldering
kon spreken, omdat ik geen verzachtende
omstandigheden kon aanvoeren, zonder m n
huiselijk leven in het openbaar bloot te
leggen, zonder een blik te doen slaan op den
bodem van mijn gebroken hart en aan te
t.oonen hoe mijn geluk voor altijd was ver
nietigd. En dat wilde ik niet, dat kon ik
niet, trouwens, ik zocht den dood.
Arme Robert
Maar de bekentenis, die ik niet voor
het hof van assises te Riom heb willen af
leggen, zal ik thans
Bernard De Prabert viel hem in de rede.
Robert, ik heb u vergiffenis geschon
ken, zonder eenigermate te onderzoeken in
hoeverre gij schuldig waart.
En dat bewijst voor uw edel hart, uw
broederlijke genegenheid, maar laat mij u
I alles zeggen, ik wil dat gij de zuivere,
wreede waarheid zult kennen, dat zal voor
I mij een verlichting zijn. Ik ben schuldig ver-
klaard ook wegens diefstal, Bernard. Een
j dief, ik, Robert Duhesme, de zoon van den
1 edelen, rechtschapen man, die onze vader
was, een dief
- Helaas!
Door welk een samenloop van omstan
digheden heeft die vreeselijke ramp plaats
gehad? Dat heb ik tot heden nog aan nie
mand verteld, De oorzaak daarvan was een
booze genius, die mij voet voor voet door
liet leven volgde en die mij op een onbe
waakt oogenblik in den afgrond wierp. Die
booze genius behoef ik het u nog te zeg
gen was een vrouw, of liever een mon
ster. Vloek, driewerf vloek over den dag,
toen ik haar voor het eerst ontmoette.
Gü weet hoe weerspannig ik van aard
was, hoe ik mij steeds door mijn hartstoch
ten liet belieerschen, gij weet ook met welk
een dwazen trots ik mij verzette tegen de
wijze raadgevingen van onzen vader, hoe ik
zijn toorn en zijn rechtmatige gestrengheid
op mij laadde. Ik deed verkeerd en toch was
het mijn schuld niet, want mijn hart snakte
naar liefde, had behoefte aan een onafge
broken teederheid. Gescheiden van de mij
nen als ik was, deed deze behoefte zich nog
sterker gevoelen en schonk ik mijn hart
aan het eerste mensehelijke wezen, dat mij
ontving met een vriendelijk woord en een
glimlach op de lippen.
Ik leefde destijds van mijn bescheiden in
komen als teekenaar aan de fabriek van de
firma Gouin in de Batignolles en ik woon
de in een klein huisje aan de rue Legendre,
die destijds nog in aanbouw en vol open ter
reinen was. Naast mijn huis strekte zich
zulk open terrein uit, ongeveer dertig pas
in het vierkant en daarop stond een bouw
vallig pavilloen, gedeeltelijk van hout, ge
deeltelijk van steen en gedekt door oude.
gescheurde lappen zink, Er waren twee ka
mers beneden en een klein kamertje boven.
In deze armzalige woning leefden drie
menscheneen muzikant, violist aan het
theatre de la Gaëté, en zijn twee kinderen.
Vader Lacassagne, zoo werd liij algemeen
genoemd, had vroeger talent gehad, bij bad
een wals, een ballet en verscheidene liede
ren gecomponeerd, waarmede hij naam had
gemaakt, maar sedert eenige jaren was bij
aan den drank verslaafd en dat doofde alle
geest in hem uit, hij kon geen balk muziek
meer schrijven en moest zich, om te leven,
tevreden stellen met zijn schrale tractement
als schouwburgmuzikant. Langzamerhand
ging hij ook hier nog achteruit; het em
plooi van eerste viool werd hem afgenomen
en hij daalde af in de laagste rangen van
het orkest.
(Wordt vorvolgd.)