Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen, r EERSTE BLAD. Het Schoenenwetje. FEUILLETON JNOORD-BBABAND" g 1 NUMMER 49 WOENSDAQ 18 JUNI 1924 UITGAVE WAALWIJK8GME STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Ingediend is een ontwerp van wet tot nadere wijziging der wet van 5 Mei 1923 tot tijdelijke beperking van den invoer van schoenwerk, gewijzigd bij de wet van 29 Dec 1923. Aan de memorie van toelichting is het vol gende ontleend. Het huidige invoerverbod voor schoenwerk, op grond van de hier vorengenoemde wet bij Koninklijk besluit van 26 Juni 1923 tot stand gekomen, is thans gedurende circa 11 maanden van kracht en een duidelijk inzicht in de werking en de uitkoms ten van dezen maatregel is mogelijk geworden. Het stemt den ondergeteekende tot groote voldoening te mogen consta- teeren, dat het invoerverbod in alle opzichten volkomen heeft beantwoord aan de verwachtingen, welke van den aanvang af daarvan door hem werden gekoesterd. Kon in het voorjaar van 1923 met recht van een noodtoestand in de schoennijverheid worden ge sproken, getuige de mededeelingen en cijfers nopens invoer, werkloosheid, productie, enz, in de Memorie van Toelichting tot het oorspronkelijk wets ontwerp verstrekt, de omstandigheden hebben zich gedurende en, naar de stellige overtuiging van den onderge teekende. ook als gevolg van het invoerverbod allengs in die mate ge wijzigd, dat het aanvankelijk voor oogen gestelde doel feitelijk geacht kan worden te zijn bereikt, zoodat gevoeglijk tot opheffing van den maatregel zou kunnen worden over gegaan. De hieronder volgende ge gevens mogen dit duidelijk maken. Vooreerst moge hier volgen een overzicht van de totaalwaarde van het ingevoerde schoenwerk, voor zoo ver dit onder het invoerverbod valt, over het tijdvak, loopende van 1 Juli 1923 (aanvang van het invoerverbod) tot 1 Mei 1924, in vergelijking met de waarde van den invoer over de over eenkomstige maanden van het jaar 1922, onderverdeeld naar de landen van herkomst. -■B A*-* 13 171 9,355 1,714 59 224 594 768 49) Totaal 3436 Duitschland 1475 Engeland 1029 België 227 Oostenrijk Zwitserland 314 Tsjecho-SIowakije 159 Vereenigde Staten 34 Bij de vaststelling van de voor waarden voor beperkten invoer, gelijk deze zijn neergelegd in het Koninklijk besluit van 25 Juni 1923 Staatsblad no, 298), lag het in de bedoeling, den import tot „normale" afmetingen terug te brengen. Eene nauwkeurige bereke ning gaf tot resultaat, dat, in aan merking nemende de stijging der prijzen van het schoenwerk gedurende de oorlogsjaren, als een normale invoer, gelijk die vóór den oorlog bestond, de zoodanige kon worden beschouwd, welke in waarde overeen kwam met ongeveer een vierde der waarde van den import in 1922. Naar uit de hiervoor gegeven cijfers valt na te gaan, heeft de waarde van den totaal invoer gedurende de maanden van het invoerbod ongeveer 26 pCt. bedragen van dien van den import over het overeenkomstig tijdvak van 1922, zoodat in dit opzicht het doel vrij nauwkeurig bereikt werd. Het kon moeilijk anders, of de schoennijverheid moest van deze normaliseering van den invoer, althans geleidelijk, den gunstigen invloed gaan ondervinden Vormden in den aanvang de vrij groote voorraden schoenwerk, hier te lande aanwezig, nog een beletsel voor herstel, naarmate deze voorraden slonken, nam de vraag naar het binnenlandsch product regelmatig toe, zoodat tegen het einde van het afge- loopen jaar reeds een bevredigende opleving viel waar te nemen. Vele grossiers, die zich in de latere jaren hoofdzakelijk op den handel in buiten- landsch schoeisel hadden toegelegd, zochten vaste verbindingen met hier te lande gevestigde fabrikanten, waartoe de verplichting tot aankoop van binnen landsch fabrikaat bij invoer van leeren schoenwerk, gelijk deze geregeld is in artikel 3 van het reeds eerder genoemde Koninklijk besluit van 25 Juni 1923, mede het hare bijdroeg. De eerste vier maanden van het afgeloopen jaar brachten in den toestand nog eene verdere verbetering. De werkloosheid, welke vóór het invoerverbod een onrustbarend aanzien had gekregen, is geleidelijk tot normale proporties teruggebracht, gelijk moge blijken uit onderstaande cijfers, welke den stand der werkloosheid in de schoennijverheid weergeven, zooals ,deze in de voornaamste centra dezer industrie resp. op 1 Juli 1923 (vrije invoer) 1 Januari en 10 Mei 1924 (invoerverbod) viel waar te nemen. De cijfers betreffen het aantal werklooze schoenfabrieksarbeiders en -arbeidsters op de drie genoemde data ingeschre ven bij de organen der arbeidsbe middeling in de voor de fabriekmatige schoenindustrie belangrijkste plaatsen. forrTPlNWAALWIJ K 8 Gemeenten. Boxtel i Breda 7 8 Dongen 22 7 10 Eindhoven 5 4 3 Gilze Rijen 13 Groenlo 62 26 's Hertogenbosch 49 41 23 ld correspondenten* 115 119 Hilvarenbeek 34 Lichtenvoorde 27 3 3 Loon op Zand 125 135 Moergestel 14 1 Oisterwijk 15 2 Oosterhout 11 19 Raamsdonk 3 Tilburg 55 43 13 Valkenswaard 24 DOOR. ERVARING STERK. Veldhoven - Omvatten Sprang Capelle, Waal wijk, Waspik, Drunen, Besoijen en Baardwijk. De hierboven verstrekte gegevens spreken zoozeer voor zich zelf, dat eenig commentaar daarop overbodig mag heeten. Uit een onderzoek, door den onder geteekende ingesteld bij een 117-tal der voornaamste schoenfabrikanten blijkt, dat het totaal aantal in de be trokken fabrieken werkzame arbeiders op 1 Januari en 1 Mei j 1. achtereen volgens 5905 en 6882 bedroeg tegen 4815 op 1 Juli van het algeloopen jaar; sinds den aanvang van het invoer verbod derhalve eene vermeerdering gevende van resp. 23 en 43 pet. Neemt men in aanmerking, dat de meeste fabrikanten gedurende den maiaisetijd feitelijk meer arbeiders in dienst had den dan met de productie viel over een te brengen, gelijk in de Memorie van Toelichting tot het oorspronkelijk wetsontwerp reeds werd uiteengezet, dan spreekt deze verbetering nog dui- delijker. De schoenproductie is in dit tijdvak naar verhouding dan ook in veel grooter mate gestegen. Bedroeg de weekproductie der fabrieken, waaiover zich het onderzoek uitstrekte, op 1 Juli 1923 in totaal 58 648 paren, op 1 januari 1924 was deze gestegen tot 90 570 op 1 Mei tot 118 370 Viel, blijkens deze cijfers, bij den aanvang van het loopende jaar reeds eene toe neming vast te stellen van ruim 54 pCtop 1 Mei j,l was de produciie meer dan verdubbeld Bedoelde fabrie ken werken thans op 78 pCt van hare volle capaciteit tegen 45 pCt. bij de inwerkingtreding van het invoerverbod. Voorts moge worden medegedeeld, dat sinds enkele maanden wederom in niet onbeteekenende mate uitvoer van schoenen plaats vindt. Zonder dienaangaande in verdere beschouwingen te treden stelt de ondergeteekende er ten slotte prijs op te constateeren, dat tegenover de groote voordeelen, welke de maatregel van invoerbeperking blijkens het voren staande ontwijfelbaar gehad heeft, geen enkel nadeel van eenige beteekenis is komen te staan De vrees voor repre saillemaatregelen en voor prijsstijging, welke bij de behandeling van het oorspronkelijk wetsontwerp zoo sterk tot uiting kwam, is geheel onbegrond gebleken, terwijl ook van een handel in consenten, waaromtrent verscheidene leden zich destijds ongerust verklaar den, niets is bekend geworden. Gelijk hierboven uiteengezet is de toestand der schoennijverheid thans van dien aard, dat voor een verder handhaven van het bestaande invoer verbod feitelijk geen gegronde aanlei ding bestaat en het licht dan ook in het voornemen van den ondergetee kende aan H. M. de Koningin een voordracht te doen, ten einde tot opheffing van dezen maatregel te komen. Het lag voor de hand, dat de terugkeer tot den normalen toestand van geheel vrijen invoer bij voorkeur eenigszinsgeleidelijk diende te geschie de in verband waarmede eene intrekking vóór het huidig oogenblik, ofschoon met het oog op de verkregen 47e JAARGANG. De Echo van het Zuiden, en Ungslraalsrbt Courant Dit blad verschijnt WOENSDAG EN ZATERDAG. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz. franco te zenden aan den Uitgever. Prfls der Advertentlën 20 cent per regel; minimum 1.50 Reclames 40 cent per regel. BiJ contract flink rabat. Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons bezit zijn. e e-o co™ 5 o w,—2 2 cs O Cd 2 Q M 5 o B b2 <u H ca <L> H-. OJ r* mb.S >.ïu o -a van „De Echo van het Zuiden". GERECHTIGHEID. Eu dan hier klonk de stem van Robert zeer zacht en weekhartig, hadden wij een kind, een zoon, een engel van een jon gen. Voor hem en voor zijn moeder woog geen opoffering mij te zwaar en was ik tot alles bereid. Onder de plans die ik had opgevat en uit gewerkt, was er een, dat schitterende voor- deelen kon opleverenhet bereiden van de pap voor papierfabricage uit houtsplinters. De verspreiding van couranten, boeken en tijdschriften nam destijds met verrassende snelheid toe en het oogenblik voor mij n uit vinding scheen zeer juist gekozen. Mjjn toestand in Frankrijk was echter bij uitstek moeielijkik werd vervolgd door schuldeischers ellendige geldwolven, die gij hebt betaald, broer, en waar gij mis schien verkeerd aan hebt gedaan, want de meesten hadden m}j op allerlei manieren bestolen en afgeperst maar niettemin wilde ik dat mijn vaderland de eerste vruch ten zou plukken van mijn groote uitvinding. Nog altijd was ik trotsch, een trotsch, die zich thans in een vaderlandslievenden vorm openbaarde. Er waren in Frankrijk slechts twee man nen, die mijn denkbeelden konden in toe passing brengengij en een zekere mijnheer Barley, een groote houtkooper en eigenaar van uitgestrekte bosschen op het plateau van Auvergne. OBernardBernard waarom ben ik niet vrijmoedig tot u gegaan, dan was ik gered geweest en zou met mjjn uitvinding schatten hebben verdiend, maar neen, ik had na den dood van vader uw edelmoedige aanbiedingen met minachting afgewezen, ik wilde alleen slagen, zonder -.:v' MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN hulp een standpunt bereiken en wanneer ik eenmaal millioenen had verkregen, tot de wereld kunnen zeggen Ziet hoe hoog ik gestegen ben door eigen kracht, met niemands hulp. Verbaast u en bewondert mjj. Arme dwaas die ik was, ellendige dom kop Ik begaf mij naar mjjnheer Barley te Mi- ram on t-la-Monta gne, in het departement Puy-de-Dóme. II y was een zeer onontwik keld man, kon ter nauwernood lezen en schrijven, een soort van boer, wantrouwig, listig en hebzuchtig. Niettemin dreef hy belangrijke zaken, zijn bosschen strekten zich uren ver in den om trek uit en hij verwerkte het hout in een groote fabriek te Miramont. Hij verdiende veel geld, maar, voorbeeldeloos gierig als hij was, had hjj een afkeer van alle nieuwig heden, uit vrees voor verliezen. Alles wat niet onder den ouden sleur viel, kwam hem verdacht voor en vond tegen werking bij hem. Hij wilde dan ook in het eerst niets van mijn uitvinding hooren, maar ik hield aan, ik had weldra zijn zwak ke punt ontdekt en ik begon hem groote winsten voor te spiegelen, die dan ook wer kelijk konden bestaan. Dit wekte zijn heb zucht op, maar toch schudde hij bedenke lijk het hoofd en zeide Het is mogelijk, dat daarmee zooveel geld zou te verdienen zijn als gij zegt, wan- j neer het slaagde. Maar het zal zeker slagen, j Dat zou ik eerst nog moeten zien. I De bewijzen zijn voorhanden. De proe- ven, die ik genomen heb, slaagden uitmun- tend. i Dat spreek ik niet tegen, maar ik heb er niets van gezien. j Dan zullen wfl te zatnen de proefne- ming hervatten. i Dat staat mij wel aan, want ge be- grijpt, men waagt zijn geld zoo maar niet zonder eenige zekerheid, j Om hem vertrouwen in te boezemen bracht ik eenige voordeelige verbeteringen aan zijn zaagmachines, waardoor een vierde van den handenarbeid werd uitgewonnen. Barley was er verrukt over, maar daar tegenover stond, dat ik my den haat der werklieden op den hals haalde, die ten on- O) o> 9 <5 a a C9 O T-* rechte meenden, dat door deze verbeteringen van de machines, hun belangen werden be nadeeld. Ik trachtte hen uit te leggen, dat die verbeteringen zoowel in hun voordeel, als in dat van den patroon waren, maar zy begrepen my niet en ik heb .mp dan ook niet verder vermoeid. In de fabriek werd een vertrek voor my ingeruimd en daar stelde ik in het geheim een model op der door my ontworpen ma chine op een vyfde der normale groote en ik begon met de bewerking van het hout tot papierpap. Drie weken later was alles gereed en ik had een hoeveelheid pap ge maakt, die in twee vaten naar de papier fabriek te Riom gezonden werd, terwyi Barley zelf meeging. Deze pap werd zeer ge schikt bevonden voor de papierfabricage en Barley had al terstond een plan gemaakt ',om het hout in de plaats der lompen te stellen, zonder de afnemers er lets van te zeggen, teneinde op die wyze alle voordeelen voor zich te houden. Hp keerde opgetogen van biydschap te Miramont terug en stelde my voor zyn associé te worden. Wanneer ik alleen was geweest, zou ik daar waarschyniyk in hebben toegestemd, maar ndjn vrouw verveelde zich doodeiyk in dat stille dorp, zy had een afkeer van het woeste land en van de ruwe bevolking, zy hield zich opgesloten in het kleine, slecht gemeubileerde huisje, dat ik niet ver van de fabriek had gebuurd en ging nooit uit. wy waren trouwens ook in den winter en het was streng kond. Georgette hield zich uitsluitend bezig met het kind, onzen lieven kleinen engel, die byna drie jaar was en bracht haar ver velende dagen door met kaartspelen zonder inzet met haar broeder, den onvermydeiy- ken George Lacassagne. lederen avond, als ik van de fabriek te rugkeerde, vroeg zy my, met een stem, die steeds droeviger en klagender werd Wanneer vertrekken wy? Ik weet het nog niet, spoedig, ant woordde ik, heb nog maar een weinig ge duld. Onder zulke omstandigheden kon ik het aanbod van Barley niet aannemen en my te Miramont vestigen. Ik antwoordde hem, dat ik tot myn spyt niet lang te Miramont kon biyven, want dat andere zaken myn vertrek vereischten en dat ik hem de uitvinding tegen een redely- ken prps wilde verkoopen. O! die pi-ys! Het duurde een geheele week, voordat wy het daarover eens waren en ik moest dik- wyis myn woede verkroppen over het klein geestig geschaeher van een man als Barley. Eindeiy'k kwamen wy dan overeen, dat ik hem myn plans, myn teekeningen, het geheim van de uitvinding en myn modellen zou afstaan, dat de noodige brevets op naam van Barley zouden genomen worden, dat ik van ai myn rechten afstand zon doen en dat Barley my daarvoor in eens zou beta len de som van lionderd-vyftig-duizend francs. Het waren voor dien man prachtige voor waarden, waarin Ik zeker niet zou toege stemd hebben, wanneer Georgette niet zoo op het vertrek had aangedrongen. Hy trok al net voordeel van de uitvinding en be taalde daarvoor een som, die Hij In een jaar kon terug verdienen. Toen echter de aeten onderteekend zouden worden, aarzeide hy opnieuw, hy zocht moeieiykheden, wilde er nog eens over nadenken en stelde my uit tot den volgenden dag. In zyn gierigheid kon hy er niet toe be sluiten in eens afstand te loen van zooveel geld en aan den anderen kant wilde hy ook de hooge winsten niet verliezen, die hy zich van het plan voorstelde. Er werd in dat hebzuchtige, gouddorstlge hart een gewel digen stryd gevoerd. Den volgenden dag scheen hy evenwel een besluit genomen te hebben. Zonder veel bedenking en tegenstreven telde hy de bankbiljetten voor my op de tafel uit, maar toen hy het kostbare pakket in den binnenzak van myn overjas zag ver dwy'nen, werd hy eensklaps doodsbleek, zyn oogen begonnen te fonkelen, hy sprong van zyn stoel op, snelde op my toe en met een ruwe beweging ontrukte hy my de bankbil jetten weer. Ik was zoo verbaasd, onthutst, dat ik er my niet tegen verzette, maar alleen vroeg: Wat doet gy? Wat moet dat betee- kenen Niets, niets, stamelde hy, beschaamd over hetgeen hy deed, maar ik heb er nog niet genoeg over nagedacht, de onderneming Is toch wel eenigszins gevaariyk, wanneer zy eens niet mocht slagen, dan zon het voor mp een gevoelig verlies zy'n.... Vol verontwaardiging verweet ik hem zyn schandeiyke handelwyze jegens my, ik zei- de, dat ik niet verder met hem in overeen komst wilde treden, dat ik myn woord te rugnam en dat het my weinig moeite zou kosten, iemand te vinden die myn uitvin ding voor hoogeren pry's zou koopen en die my eeriyker zou behandelen. Toen ik dit gezegd had, ging ik heen, maar Barley liep my na, haalde my op de binnenplaats in en zeide op vriendeiyken, gemoedeiyken toon Weineen, weineen, kom, maak u niet boos, wy zullen het wel eens worden, zeker, ik wilde alleen de directeur der papierfa briek te Riom er nog eens over spreken, een vast contract met hem afsluiten, ten einde my van de toekomst te verzekeren. Onnoodig, alles is tusschen ons uit. Hoho, myn vriend, ge kunt niet meer terug. Waarom niet? Omdat ik de uitvinding thans even goed ken als gy. Een onbeschryfeiyke woede maakte zich van my meester, by de gedachte, dat die listige, onbeschaamde boer myn vertrouwen had misbruikt, om my laaghartig te beste len, maar het binnenplein van de fabriek was op het oogenblik vol werklieden, ik be dwong myn toorn en voegde hem alleen een paar minachtende woorden toe. Barley maakte zich volstrekt niet boos en antwoordde slechts gemoedeiyk Kom, kom, wees maar niet boos, wy zullen het wel eens worden heb ik toch ge zegd. Laat my nu eerst nog eens naar Riom gaan, daar zal ik niet biy'ven, zeker niet, over drie dagen kom ik terug te Miramont. De trein stopt 's avonds ten 8 uur te Issoire, welnu, dan ben ik om negen uur, half tien hier, dan eerst wat eten en daarna kunnen we nog eens op ons gemak praten. Dan zul len we wel tot een eind komen. Vindt ge dat goed? Komt ge? (Werdt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1924 | | pagina 1