Gemeenteraad.
1 I- g E
s s&s0?
resultaten daartegen eenerzijds geen
bezwaar had behoeven te bestaan,
den ondergeteekende minder gewenscht
voorkwam. Hij heeft gemeend er de
voorkeur aan te moeten geven door
een regelmatig vergemakkelijken van
den invoer, gelijk dit is geschied door
gebruikmaking van de bij artikel 3
van het meergenoemd Koninklijk be
sluit van 26 Juni 1923 gegeven bevoegd
heid, de hoegrootheid van den ver
plichten aankoop van binnenlandsch
fabrikaat bij invoer van buitenlandsch
schoenwerk te verminderen, handel
en industrie de gelegenheid te geven
zich aan den nieuwen toestand gelei
delijk aan te passen. Intrekking van
het invoerverbod zal intusschen thans
zonder bezwaar kunnen plaats vinden.
Niettegenstaande, gelijk uit het hier
voor betoogde blijkt, de motieven
welke voor de tot standkoming der
wet van 5 Mei 1923 de directe aan
leiding vormden, niet meer aanwezig
zijn, heeft de ondergeteekende zich
toch de vraag gesteld of het onder
de tegenwoordige omstandigheden wel
van wijs beleid zou getuigen, de
bevoegdheid tot invoerbeperking, bij
deze wet toegekend, na 1 juli as.
zonder meer prijs te geven. De onder
geteekende meent na ernstige over
weging deze vraag ontkennend te
moeten beantwoorden, hij is daaren
tegen van oordeel, dat een voorloopig
handhaven dezer bevoegdheid in meer
dan een opzicht ten zeerste gewenscht
is.
Reeds de groote moreele steun,
welke de mogelijkheid van een snel
ingrijpen biedt, gelijk de huidige rege
ling zulks toelaat, valt niet te onder
schatten. Buitendien, de schoennijver
heid verkeert thans eerst in een sta
dium van herstel Het laat zich ver
staan, dat het betrekkelijk korte tijds
verloop, gedurende hetwelk de maat
regel van invoerbeperking gewerkt
heeft, deze industrie, na de jarenlange
depressie, waarin zij verkeerd heeft
en welke haar ten leste met onder
gang bedreigde, niet zoo financieel
krachtig heeft vermogen te maken
dat zij reeds thans plotselinge ern
stige schokken zou kunnen doorstaan,
zonder daarvan onevenredig groote
schade te lijden, schade welke het
tot heden verkregen resultaat wellicht
b n en korten tijd wederom zou teniet
doen Dat dergelijke ernstige schokken
als een plotseling ineenstorten van een
der buitenlandsche betaalmiddelen met
als gevolg daarvan overwachte over—
strooming van de binnenlandsche markt
tot de onmogelijkheden zouden behoo-
ren, zou de ondergeteekende niet
gaarne durven beweren de verhou
dingen in het buitenland, zoowel op
economisch als op politiek gebied,
nopen ten deze tot groote omzichtig
heid en doen, naar de meening van
den ondergeteekende, dit gevaar geen
zins denkbeeldig zijn. Nu is het ker.
merk van een gebeurlijkheid als de
hier bedoelde, dat de invloed daarvan
zich niet eerst na verloop van eenigen
tijd, doch van het eerste oogenbiik af
in al zijn intensiteit doet gevoelen.
Houdt men hiermede rekening, dan is
het duidelijk, dat het belang van een
doeltreffenden afweer daartegen het
ten zeerste gewenscht maakt de be
schikking te hebben over een gemak
kelijk hanteerbaar middel, dattiadelijk
ingrijpen mogelijk maakt. Een dergelijk
middel vindt hare belichaming in de
bij de wet van 5 Mei 1923 gegeven
regeling, welke de gelegenheid biedt
om, wanneer de omstandigheden
daartoe aanleiding geven, bij eenvou
dig Koninklijk besluit tot beperking
van den invoer te geraken.
Wellicht meer nog dan het valuta
gevaar, geeft de hier en daar in het
buitenland thans gevolgde prijspolitiek
aanleiding tot omzichtigheid.
gemakkelijk te zien, dat van prijs-
verhooging tot heden nog weinig is
te bespeuren, niettegenstaande de in
middels ingetreden stabilisatie en daar
mede gepaard gaande verhooging der
prijzen in het buitenland het tegendeel
zou kunnen doen verwachten.
Het is den ondergeteekende bekend,
dat hier te lande herhaaldelijk aanbie
dingen van buitenlandsche goederen
plaats vinden tegen prijzen, welke ver
liggen beneden de prijzen in het land
van productie. Hieraan ligt uiteraard
in de eerste plaafs het streven ten
grondslag om den in de laatste jaren
hier te lande verworven afzet te be
houden. Voorts zal de oorzaak van
dit verschijnsel wellicht mede voor
een deel zijn te zoeken in de vaak
buitensporig hoogen rentestand in het
buitenland, welke het voor de geld
behoevende fabrikanten voordeeliger
kan doen zijn hunne fabrikaten tegen
zeer belangrijke korting over de gren
zen te slijten, zij het dan ook dat dit
zonder winst geschiedt of met verlies
gepaard gaat, dan in hunne behoeften
aan gereede geldmiddelen doorcrediet
neming te voorzien. Hoe dit zij, met
het verschijnsel zelf valt, naaf de
meening van ondergeteekende, terdege
rekening te houden Weliswaar zijn de
gevolgen daarvan voor het oogenbiik
nog niet van dien aard, dat voor het
nemen van maatregelen daartegen reeds
thans aanfeiding zou behoeven te be
staan, het is echter geenszins uitge
sloten, dat de op deze wijze ontstane
abnormale concurrentie op den duur
dergelijke afmetingen gaat aannemen,
dat een hernieuwde invoerbeperking
noodzakelijk wordt. Ook met het oog
hierop, acht de ondergeteekende een
verder voortduren van de bij de wet
van 5 Mei 1923 gegeven bevoegdheid
ten zeerste gewenscht.
Hel onderhavige wetsontwerp beoogt
tot dit doel te geraken.
De strekking ervan is aldus kort
saam te vatten het ligt in de bedoeling,
het thans nog geldende invoerverbod
op te heffen. Met het oog op verschil
lende gebeuilijkheden acht de Regee
ring het echter gewenscht, de bevoegd
heid. om tijdelijk een invoerverbod van
kracht te doen worden nog gedurende
één jaar te behouden, al acht zij de
kans groot, dat zij van deze bevoegd
heid, mede door haar preventieve wer
king, geen gebruik zal behoeven te
maken. Daarom wordt voorgesteld
den geldigheidsduur der wet van 5 Mei
1923. gelijk deze nader is gewijzigd,
te verlengen tot 1 Juli 1925, derhalve
met één jaardoor eene dergelijke
verlenging van betrekkelijk korten duur
wordt de tijdelijkheid van den maat
regel onderstreept.
De Minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid
AALBERSE.
*C m co n os
3r S m ei n" o" vo"
«oow
cm in io cn
•s 3 ^t- jjwooo
"a
J JJ o jp o o
CD o» ■ÏO
■g T3 2f
5 c
5 a> c 5 «T
Vergelijkt men in bovenstaand staatje I
den parenprijs van het Ieeren schoen
werk, in de maanden Januari tot en
met April van het loopende jaar inge
voerd, met den gemiddelden parenprijs
van soortgelijk schoenwerk, geïmpor
teerd in de overeenkomstige maanden
van het jaar 1923, toen de valuta-
concurrentie hoogtij vierde, dan valt
MADE DRIMMELEN.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Vrijdag 13 Juni
des voormiddags ten 10 uur
Voorzitter Edelachtb. heer Van Giis.
Ongeveer kwart over tien uur opent
de Voorzitter de vergaderingafwezig
met kennisgeving de heeren Van Beek
en Diepstraten terwijl er een vacature
is ontstaan door het bedanken van den
heer Roeien.
De notulen der vorige vergadering
werden na voorlezing onveranderd
goedgekeurd en vastgesteld.
Aan de orde
1. Mededeelingen,
a. Schrijven van een aantal inwo
ners, houdende het verzoek om de
belasting op de bouwgronden in te
trekken benevens eenige reclames
daartegen.
Voorzitter. Burg. en Weth. stellen
voor vooralsnog niet op het verzoek
in te gaan. De belasting is zoo laag
gesteld dat het voor de eigenaars geen
bezwaar kan zijn en alles te samen zijn
het voor de gemeente nog eenige in
komsten De gemeente heeft geld noo
dig en komt het niet van deze belas
ting, dan moet het toch van een andere
komen.
Reclameeren doen ze ieder jaar. Ik
stel voor het naar de geheime verga
dering te verwijzen.
Norbart. Ik weet niet waarom het
noodig is dat een dergelijke zaak in
geheime vergadering moet worden
behandeld.
Voorzitter. Het zijn reclames tegen
een aanslag in de belasting en die
worden altijd in geheime vergadering
besproken.
Norbart. Dan is er niets aan te doen,
maar in dit geval zie ik er geen be
zwaar in om het in openbare verga
dering te behandelen.
b. Schrijven van de heeren A Bax
te Nieuwendijk en Stassen te Geer-
truidenberg, exploitanten van de auto-
bus-onderneming houdende het verzoek
hun een jaarlijksche subsidie te willen
verleenen van f 500
Adressanten wijzen er op dat hun
onderneming geacht mag worden een
groot algemeen belang te zijn en waar
het van hen groote offers eischt mee-
nen ze dat de gemeente wel bereid
zal worden gevonden een subsidie te
verleenen.
Voorzitter Burg. en Weth. hebbrn
nog geen vrijheid kunnen vinden om
met een voorstel te komen omdat ze
nog niet over voldoende gegevens be
schikken. Aan Ged Staten is ook om
subsidie gevraagd en nu stellen we
voor eens af te wachten wat zal wor
den gedaan en dit adres daarom voor
loopig voor kennisgeviug aan te nemen,
c. Procesverbaal van het Hoofdstem
bureau.
Voorzitter. Door het bedanken van
den heer Roeien is een plaatsvervanger
moeten komen Opvolger was de heer
Van Kommeren, doch die heeft ver
klaart de benoeming niet te willen
aanvaarden. Diens opvolger nu is de
heer Anthonissen, doch van hem is
nog geen antwoord ingekomen of hi
zijne benoeming aanneemt.
2. Eventueele opheffing Openbare
School te Made.
Voorzitter. Ik siel voor hierover eers
in geheime vergadering over te gaan.
Na een half uur wordt de openbare
vergadering heropent.
Uit de mededeelingen van den Voor
zifter bleek dat tevens was besproken
I 3. Eervol ontslag aan de onderwijzers
van de Openbare School te Made.
j 4. Overdracht in eigendom van het
Schoolgebouw met bijbehoorenden
grond.
De Voorzitter steit namens Burg. en
Weth. voor niet tot opheffing van de
Openbare School over te gaan doch
een gedeelte daarvan over te dragen
aan het R K. Kerkbestuur. Zoover als
noodig zal direct aan de school worden
onttrokken.
Van der Sluijs. Wanneer zal de
Bijzondere School worden geopend,
ik bedoel wanneer zal die overdracht
moeten plaats hebben.
Voorzitter. De opening zal vermoe
delijk plaats hebben op 12 Augustus.
Besloten wordt nog aan de onder
wijzers van de Openbare School eervol
ontslag te verleenen.
5 Wijziging leeningsplan voor ver
bouwing school en van de kosten voor
de eerste inrichting.
De Voorzitter deelt mede dat het
eerste bedrag voor aankoop van boeken
en schoolboeken door de aanbesteding
teru gebracht is kunnen worden op
f6500 Burg en Weth. stellen nu
voor de leening van f35000.— met
f 5000 te verhoogen. Getracht was om
het oude schoolhuis te mogen ver-
koopen en van de opbrengst de
schoolbehoeften te betalen, doch Ged.
Staten keuren eep dergelijk besluit
nimmer goed Eigendommen mogen
wel worden verkocht, doch de opbrengst
moet worden belegd en mag nimmer
i voor eenige andere doeleinden worden
gebruikt
Sujtiii, Dus zs willen wei hebben
dat ge schuld maakt en daarvoor hooge
rente moet betalen terwijl mea van
dergelijke eigendommen slechts een
zeer lage rente trekt.
Voorzitter. Ged. Staten redeneeren
zoo, dat de gemeenten dan spoedig
zonder eenige eigendommen zouden
zitten.
Stijnis. Het Is toch geen gezonde
redenatie. Nu moet men bij Jan, Piet
of Klaas aankloppen om geld waarvoor
men hooge rente moet betalen en zelf
heeft men geld waarvan men maar
heel weinig rente mag trekken,
6. Wtjzielcg gemeeatebegrooting
1923 eo 1924.
Conform tiet voorste! van Burg. en
Weth, wordt besloten.
7. Wijziging verordening leges ter
Secretarie.
Er zal voortaan worden geheven
voor een groote jachtacte f 15 en voor
een jachtacre zooals die hier het meest
wordt uitgereikt f7.50, welk bedrag
in het vervolg in de gemeentekas kae
worden gestort.
8. Vaststelling van het percentage
voor de inkomstenbelasting.
Voorzitter. Burg. en Weth. stellen
voor dit op hoogstens 2'/a pCt. te
bepalen.
De heer Norbart merkt op dat de
begrooting een veel lager cijfer aan
toont dan vorige jaren. In verband
hiermede had hij verwacht dat ook
dit cijfer wat lager zou kunnen worden
gesteld.
De Voorzitter zegt dat het zooveel
lager kan worden genomen als noodig
blijkt. Daarom wordt gezegd van ten
hoogste 2'/a pCt.
Norbart- De uitgaven waren enkele
jaren geleden 60 pCt. hooger.
Voorzitter. Toen bedroeg het cijfer
ook 4 pCt.
Stijnis. De Inkomsten van de men
schen waren toee ook veel hooger.
De beer Norbart blijft het eigen
aardig vinden dat, terwijl de uitgaven
misschien 60 pCt. minder zijn geworden,
het cijfer nog op 2'/j pCt. moet
worden gehouden.
9, Wijziging Woninghuur In de
N euwsfraat.
De Voorzitter deelt mede dat de
huurwaarde is bepaald op f 5.50.
Daarvoor is de woning echter niet
meer te verhuren en nu moet opnieuw
een besluit worden genomen wat de
woning moet opbrengen, welk besluit
door Ged Staten moet worden goed
gekeurd. Burg. en Weth stellen voor
dat de woning minstens f3.— zal
moeten opbrengen.
Kan boven dat bedrag de woning
worden verhuurd, dan wordt dat gedaan
Nu is ze al voor f4.- verhuurd.
De heer Stijnis vraagt of het niet
gewenscht is om deze woning open te
houden voor het nieuw te benoemen
hoofd der school.
De Voorzitter merkt op dat daartoe
altijd kan worden overgegaan omdat
de woniag slechts vaa week tot week
is verhuurd,
Wordt aldus besloten.
B.j de rondvraag wijst de heer
Novbart er op, dat indertijd een Com
missie is benoemd dte zou onderzoeken
of da schepen die ledig in de haven
van Drtmmelsfc binnenkomen en die
ook weer leeg verlaten, geea vrijstelling
van havengeld zou kunnen worden
verleend akhans een groote reductie
daarop zou kunnen worden gegeven.
Het gebeurt dikwijls dat schippers de
haven binnen komen om kleine répara-
dés aan hun schepen te laten ver-
dchtca en dan komt het hem
ot billijk voor dat het volle havengeld
moet worden betaald. Hij acht zulks
ook een groot gemeentebelang,
want hoe cnee? schippers er komee,
hoe beter het voor de neringdoenden
van Drtmmelen is,
Met den heer van der Sluijs, die
ook io die Commissie was aangewezen,
heeft bij een onderhoud met den haven
meester gehad ea d!e wil wel eenige
reducde gevee, Deze was zelfs van
oordeel dat het beter was dat de
gemeente de haven exploiteert. Wil
men daartoe overgaan, dan is van Loon
gBa'ise bereid om afstand te doen.
Djn Voorzitter komt het voor dat
het i beste is dat men het voorloopig
laat zooais het is,
De heer Norbart zegt dat dit wel
het gemakkelijk-tte is om zich van de
zaken te ootdoes, doch de schippers
zijn daar riet mee geholpen. Onbillijk
zou het zijn tegenover de schippers
om nog langer de boel zoo maar te
latfs! Ionpen,
De heer Stijnis meent dat, wanneer
de gemeente de haven exploiteert, het
ïavengeld nog wel wat hooger zal
moeten worden gesteld en men dus
achterop zou komen,
Norbart. Nu moeten de schippers
alles betalen.
Stijnis. Daar is de haven ook voor
aangelegd.
Norbart Dat is een verkeerd idee
van U. 't Zijn niet alleen de schippers
die van de haven profiteeren. Alle
inwoners hebben daar hun voordeel -
of gemak van. De vereeniging Schutte-
vaar heeft er al zoo lang op aange
drongen maar steeds was hel maar
dat de zaak nog eens zou worden af
gezien. Zoo is ook nu weer de haven
verpacht zonder maar 't minst reke-
ning te houden met de ingekomen
verzoeken. Wat zal het gevolg daar
van zijn Dat alles doorgaat naar den
Berg en dan zit men hier met de
stroppen te kijken
Voorzitter. Die stroppen zullen niet
zoo erg zijn.
Norbart. Ik geef weer wat met de
havenmeester is besproken. Het is op
z'n minst zeer eigenaardig dat, nu ik
bij de twee laatst gehouden vergade
ringen niet tegenwoordig heb kunnen
zijn, er weer geen woord over is ge
sproken.
Voorzitter. De haven zal te klein
worden als er zooveel schepen inko
men en dan moet men tot het ver
grooten daarvan overgaan wat de ge
meente toch al weer geld zal gaan
kosten
De heer Norbart wil de zaak ernstig
onder de oogen zien! Niet alleen bij
winterdag komen de schippers hier,
maar ook zomers wanneer ze een
kleine reparatie aan het schip willen
laten doen Als die schippers met hun
huishouden hier dan een dag of 8
moeten verblijven, dan komt dit toch
zéker de neringdoenden ten goede.
Om dit in de hand te werken zijn er
talloos vele plaatsen die geen haven
geld voor die schippers heffen.
Voorzitter. Het contract met van
Loon loopt nu nog drie jaar.
De heer Segeren Azn„ merkt op dat
die Commissie benoemd is nadat de
haven is verpacht.
Norbart. Voor dien tijd is er door
de vereeniging Schuttevaar al opge-
wezen. Er is toen wel gezegd dat het
was voor eenige kasteleins, doch dat
is absoluut niet waar. Ik ben toen
alleen bij den heer Stijnis geweest en
die heeft er toch zeker geen belang
Voorzitter. We hebben nu een mooie
pacht gekregen.
Norbart. Het is gewoon een afzet
terij van de schippers.
Van der Sluijs. Schippers die niet
afgezet willen worden, moeten dan maar
doorvaren.
Stijnis. Er zijn schippers die voor
een schip van 200 ton per drie maan
den f 7 betalen, dat is toch zeker geen
afzetterij. En zien deed men die
menschen nooit.
De Voorzitter vraagt de gemeenten
eens te willen opnoemen waar men
zonder havengeld te betalen, ligplaats
kan nemen.
Norbart. In Zeeland bijna overal.
Voorzitter. Dat de schippers het zelf
aan den havenmeester vragen.
Norbart. Die doet al meer in het
belang van de gemeente dan de Raad
dat doet.
Van der Sluijs. U zei daar straks
dat er gedurende uwe afwezigheid
niets is gezegd, maar dat komt omdat
het een zaak is die U persoonlijk in
teresseert.
De heer Norbart zegt in het alge
meen te spreken. Honderden guldens
kunnen in Drimmelen blijven.
Stijnis. Dat is poppenkast.
Voorzitter. Kan U ons een lijstje
verstrekken van plaatsen waar die
schepen geen of weinig havengeld
betalen.
Norbart. Daar kan u zelf wel voor
zorgen. Wat heb ik daaraan als ik
het doe.
De heer van de Reijdt meent dat
men met andere plaatsen niets heeft
te maken. In Geertruidenberg, dat kan
hij mededeelen, gaat men ook haven
geld heffen.
De Voorzitter sluit de discussies
hierover aangezien er genoegzaam over
is gesproken en stelt voor dat voor
loopig de zaak blijft als is geregeld.
Voor het verstrijken van den pachttijd
zal worden nagegaan wat kan worden
gedaan.
De heer Norbart protesteert daarte
gen en stemt tegen het voorstel even
als de heer Ligtvoet.
Het voorstel van den Voorzitter
wordt daarna aangenomen.
Voor stemden de heeren Van der
Veeken, Segeren Azn., Van der Sluijs,
Segeren Nzn., Stijnis en van der Reijdt.
De heer Ligtvoet vraagt of de maxi
mum snelheid ook voor heeren dokto
ren en veeartsen geldt, waarop de
Voorzitter bevestigend antwoordt.
De heer van der Sluijs meent dat
bij de vaststelling van die verordening
is gezegd dat voor enkele personen
de hand zou worden gelicht.
De Voorzitter zegt dat de band ook
wordt gelicht) maar die personen
behoeven een geheelen dag niet even
hard te rijden. Rijden ze naar een
zieke, dan zat bij te bard rijden geen
procesverbaal worden gemaakt, maar
In andere gevallen mogen ze evenmin
te hard r^den.
De heer Ligtvoet zou verschil willen
maken tusschen zware vrachtauto's en
luxe wagens.
De heer van der Refidt zou daar,
als zulks althans mogelijk is, ook toe
willen overgaan. Van het te hard rijden
van vrachtauto's hebben de huizen
zeer veel te lijden.
De heer Stijnis zegt dat de
verordening op niets lijkt. Wil een
veldwachter je een proces geven, dan
kan hij dat een heelen dag doen want
15 K.M. is gewoonweg niet te rijden.
In Drunen heeft men de max mum-
scelheid gebracht op 30 K.M. Htj zou
die voor vrachtwagens willen behouden
op 15 K M. en die voor luxe wagens
op 25 K.M.
Wordt besloten na te gaan of zulks
mogelijk is.
Do heer van der SluQs vraagt of er
kans bestaat dat de weg Drimmelen -
Station zal worden verlicht.
Sijets, Dat moet je niet vragen
want dat is geen gemeentebelang.
Voorzitter, Dat is onmogelijk, aan
gezien de kosten veel te groot z^n,
i Dat zou zeker f 3000 kosten.
Stijnis. Hoe staat bet met die kwestie
j van het kind van Van Reijihoven.
I Voorzitter, Daar is men mee op het
doode punt gekomen. De kosten zijn
te hoog gebleken.
De heer van der Sluijs wflst er op
dat het hoog noodig is dat eens wat
aan de woning van den veldwachter
ia Drimmelen wordt gedaan. Ook naar
het schoolhuis mag wel eens worden
omgezien.
De Voorzitter zegt toe daar een
onderzoek naar te zullen laten instellen.
De heer Ligtvoet be teurt het dat
het kind van Van Reijthoven Diet kan
worden opgenomen in een gesticht.
Vervolgens vraagt h^ of de water
leiding niet kan worden gebracht in
wat meer achteraf gelegen straten. Die
bewoners betalen belasting en profi
teeren nooit ergens van.
De Voorzitter zegt dat reeds vele
concessies van de Mij. zijn verkregen.
Met een dunner pijp kunnen nog enkele
straten, die niet al te ver van de
hoofdbuizen zijn gelegen, worden aan
gesloten. Tot zijn genoegen kan hij
mededeelen dat er binnen 2 k 3
maanden water zal zijn.
De heer No*bart zou aan het Wlt-
Gele Kruis de vraag willen stellen of
de contributie voor sommige menschen
niet op 10 of 25 cent zou kunnen
worden gesteld. Er zijn menschen die
het niet kunnen betalen.
De van der Veeken merkt op dat
er een dames-comité is en merken die
CN M (M
i i
ra
2 M* N ff)
w (\i "5 M - on m
Q. "S 01 cï CO CO 0\ <o
tin
3 JN 00 i CN 05 i
g 2 n' Tf" Pi o tC
-
v—t 11
CQ
J2 TJ 03 S
C u O
C
O)
-a
c
CS
O :<y CS <u
OUNh