Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
I
Binnenland
Buitenland.
k
FEÜ1LLETO
„NOORD-BRABAND"
UITGAVE
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
Het Ontwerp Tariefwet.
De Algem. R K. Werkgevers-
Vereeniging heeft aan de regee
ring een adres gericht, waarin o.m.
gezegd wordt
De herziening van het tarief boezemde
ons voornamelijk belang in met het oog
op een drietal onderdeelen
I het percentage van het recht
II. de mogelijkheid om in abnormale
omstandigheden in 's lands belang in-
voerbelemmerende maatregelen af te
kondigen, teneinde de werkgelegenheid
hier te lande te behouden
III. de mogelijkheid om over retorsie
maatregelen te beschikken.
In een bijgevoegde toelichting komt
de R.K. Werkg Vereeniging tot de
navolgende conclusies
I. Een verhooging van het invoer
recht in het algemeen wordt door ons
toegejuicht, omdat daardoor de abnor
male verhoudingen, die er bestaan
tusschen de opbrengst der directe en
indirecte belastingen, zoowel als tus
schen die der invoerrechten en die der
accijnzen, kunnen worden hersteld.
Een verhooging echter van 5 tot 8
procent beteekent slechts een zeer
onvolkomen poging om die verhoudin
gen te normaliseeren.
Hoewel die verhooging een geringe
steun beteekent voor de betrokken
industrie-takken, kunnen demaatregelen
hier onder sub 11 genoemd niet worden
gemist.
II Zoolang de buitenlandsche pro
ductie- en concurrentie verhoudingen
in vergelijking met de Nederlandsche,
abnormaal genoemd moeten worden,
is het in 's lands belang een dringende
eisch, dat de regeering in het belang
der productie-gelegenheid hier te lande
de beschikking krijgt over middelen,
om den invoer van buitenlandsche ar
tikelen tegen te gaan.
III. Ten einde de mogelijkheid van
export te openen of te vergrooten,
moet de regeering bij de regeling der
handelspolitieke verhoudingen met het
buitenland, de beschikking hebben tot
het nemen van retorsie-maatregelen.
Overigens stellen wij ons geheel op
het standpunt van den Nijverheidsraad.
Wij voegen daar echter terstond aan
toe, dat het ons noodzakelijk voorkomt
nauwkeurig na te gaan, of er redenen
zijn om artikelen, die tot nu toe on
belast waren, voor belasting in aan
merking te doen komen. Doordat de
tariefwet ongeveer 60 jaar oud is, ligt
63)
het voor de hand, dat tal van artikelen
indertijd vrij zijn gelaten, doordat bij
de totstandkoming der wet de betref
fende industrie nog te onvolkomen
was ontwikkeld, om haar matig te
beschermen.
Wij bedoelen bijv, de lederindustrie,
speciaal wat het zoolleer betreft, de
steenindustrie, de dakpanindustrie, de
klompenindustrie, de spijkerindustrie,
de zeildoek- en de stroohulzenindustrie,
waaromtrent door de betrokken fabri
kanten en hunne organisaties afzon
derlijk zal worden gerequestreerd.
Ten slotte drukken wij ons vertrouwen
uit, dat het der regeering moge ge
lukken het ontwerp-tariefwet te wijzigen
in den geest als door den Nijverheids-
raad en door ons gewenscht.
De wijziging van de Boterwet.
De directeur-generaal van den Land
bouw heeft aan de Vereeniging voor
Zuivelindustrie en Melkhygiëne ver
zocht hem in kennis te stellen van
eventueele wijzigingen, die men in de
Boterwet gewenscht achtte. Bij schrijven
van 6 Aug. heeft deze vereeniging
thans geantwoord, dat naar haar mee
ning vooral niet uit het oog mag
worden verloren, dat de Boterwet ten
doel heeft en slechts ten doel kan
hebben, knoeierijen in den boterhandel
te voorkomen. De vereeniging doelt
vooral op den strijd welke thans be
staat tusschen boter en margarine. Zij
is van meening dat de verschillende
bedrijven dezen strijd in volle vrijheid
moeten en kunnen uitvechten. Over
tuigd van de kerngezonde positie van
het zuivelbedrijf én van de groote
waarde van boter voor den verbruiker,
vreest zij niet in het minst, dat de
margarine er min of meer in zal slagen
om de natuurboter te verdringen. Bo
vendien zou zij iedere kunstmatige
bescherming van het artikel boter be
schouwen als de invoering van een
ongezond element in de zuivelin
dustrie.
Verder zet de vereeniging uiteen,
hoe het van sommige zijden geopperde
plan om den verkoop van boter en
magarine in één winkel te verbieden
en daardoor alle winkeliers te stellen
voor de keuze om öf boter óf marga
rine te verkoopen, in allerlei opzichten
tot ongewenschte gevolgen zou leiden.
Hetzelfde acht zij het geval ten aan
zien van een tusschenvoorstel om ver
koop van boter en margarine in één
bedrijf slechts toe te laten, indien
beide in de origineele fabrieksverpak-
king verkocht worden. De vereeniging
is tot de slotsom gekomen, dat de Bo
terwet zooals deze thans bestaat, zich
volkomen aan de behoefte van de
practijk aanpast, hoewel misschien
enkele technische wijzigingen van
ondergeschikten aard nuttig zouden
kunnen zijn.
Wat tenslotte de Botermerkenwet
betreft, verzoekt de vereeniging nadere
overweging van reeds eerder door haar
ingebrachte bezwaren tegen de beslui
ten, welke tot uitvoering van deze wet
genomen zijn. Zij meent, dat deze be
zwaren ten gevolge hebben, dat de
botercontróle een minder algemeene
toepassing vindt dan mogelijk en nut
tig zou zijn.
(HTrT?)~YvVAA LW IJ K (gvg)
DOOD. ERVARING STERK-
Het is niet uitgesloten, dat hier
of daar personen, die voorgeven be
last te zijn met de handhaving van de
rijwielbelastingwet, zullen trachten zich
meester te maken van rijwielen, onder
het voorwendsel, dat zij die wenschen
in beslag te nemen wegens wetsover
treding. In verband hiermee denke men
eraan, dat uitsluitend de ambtenaren
der invoerrechten en accijnzen en de
ambtenaren van rijks- en gemeentepolitie
op de naleving van de wet hebben toe
te zien en dat eerstgenoemde ambte
naren voorzien moeten zijn van het
bewijs van hun aanstelling, dat zij
op verlangen moeten vertoonen.
Op de conferentie te Londen zijn
Maandag de zes hoofden der delegaties
om 10 uur bijeen gekomen. Herriot
stelde zijn collega's op de hoogte van
de besluiten van den Franschen minis
terraad nopens de ontruiming van de
Roer. Herriot verklaarde aan Mac-
Donald. dat de Fransche publieke
opinie uitsluitend verlangde naar de
ontwapening van Duitschland. Het was
van belang, dat er voor het einde van
de conferentie een gedachtenwisseling
met de Duitsche ministers zou plaats
vinden, opdat de werkzaamheden van
de geallieerde militaire contróle-com-
missie onverwijld worden hervat. Mac-
Donald betuigde onmiddellijk zijn in
stemming met dit voorstel dat, zeide
hij, hij zelf van plan was te doen.
Aldus zal het vraagstuk van de ont
wapening van Duitschland, dat essen
tieel is voor de veiligheid van Frank
rijk, te Londen worden besproken
Herriot stelde onmiddellijk generaal
Noliet in kennis van dit belangrijk
besluit, dat men in verband moet
brengen met het te Parijs voorbereide
plan om de uitoefening van de controle
op de bewapening van Duitschland
ten slotte toe te vertrouwen aan den
Volkenbond.
Herriot sprak zijn voldoening uit
over de wijze, waarop hij te Parijs
ontvangen is en de volksbetoogingen,
waarvan hij het middelpunt was. Er
was, zeide hij, vanochtend geen enkele
moeilijkheid te Londen voor de aan
vaarding van het rapport van de tweede
commissie. De geest is veranderd op
de conferentie sinds onze terugkomst
uit Parijs en Frankrijk heeft er nog
meer vrienden dan vroeger, nu men
het ware gezicht van Frankrijk heeft
gezien en zijn wensch naar vrede be
grepen. Hij eindigde met te zeggen
„Thans is de draai genomen". Het
succes van de conferentie is verzekerd.
In de kringen der entente is
een groote ontspanning ingetreden op
het bericht, dat Frankrijk bereid is zijn
troepen van de Roer terug te trekken
een jaar na het tot uitvoering brengen
van het plan Dawes. Men verwacht
algemeen, dat Duitschland zonder
dispuut de voorwaarde van de Fran
sche regeering voor de militaire ont
ruiming van het Rijnsch-Westfaalsche
kolenbekken zal aanvaarden, te weten
het daaraan voorafgaan van het sluiten
van een Fransch-Duitsche handels
overeenkomst. De werkzaamheden der
conferentie zullen verder bijna uitslui
tend voortgezet worden door een recht-
slreeksche gedachtewisseling tusschen
de geallieerde en de Duitsche ministers.
Stresemann heeft zich Maandag
middag geruimen tijd onderhouden
met Clementel, waarschijnlijk met het
doel om de vereischte diplomatieke
onderhandelingen voor het sluiten van
de handelsovereenkomst voor te be
reiden.
Het is mogelijk, dat Herriot zich
heden nog met de Duitsche ministers
onderhoudt over de hervatting van het
militair toezicht op Duitschland.
- Het Fransche aanbod om het Roer
bekken binnen een jaar te ontruimen,
heeft in de kringen der conferentie
een uitstekenden indruk gemaakt. In
Fransche kringen verwacht men, dat
Duitschland weinig moeilijkheden zal
maken. De bijeenkomst van Marx en
Stresemann met Herriot en MacDonald
eergisteren draaide rond de ontruiming.
Herriot heeft MacDonald meegedeeld,
dat de Fransche openbare meening
zich thans vooral bezorgd maakt inzake
Duitschland's ontwapening en hem
voorgesteld om met de Duitsche afge
vaardigden van gedachten te wisselen
om zonder verwijl het werk van de
geallieerde commissie van toezicht te
begunstigen. Naar men zegt, stemde
MacDonald hiermee in.
- Het blijkt, dat Herriot, toen hij
te Londen uit Parijs terugkeerde, van
zijn collega's en van den president der
republiek in de vergadering op het
Elysée algeheele volmacht mede bracht
om het vraagstuk van de ontruiming
van het Roergebied naar zijn opvatting
te regelen. Dit wil zeggen, dat de
ontruiming onmiddellijk zal beginnen,
zoodra Duitschland blijk geeft het
Dawes-plan op normale en-loyale wijze
te willen uitvoeren.
Herriot heeft zijn collega's mede
gedeeld dat hij van de Duitsche
delegatie de verzekering had ontvangen,
dat Berlijn aan het werk der contröle
op de bewapening geen moeilijkheden
in den weg zou leggen, mits de Fran
schen voortmaakten met de ontruiming
van het nieuw bezette gebied, terwijl
verder een handelsverdrag tusschen de
beide landen een onderdeel is van de
overeenkomst, waarover hij met Marx
en Streseman heeft onderhandeld
PARIJS, 10 Aug. De bladen verne
men uit Athene r De onrust aan de
grenzen van Griekenland en Joego
slavië neemt toe. Bulgaarsche komi»
tadjis blijven de grenzen overschrijden,
Lan^straatsrht Courant
Dit blad verschflnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prfls der Advertentlën:
20 cent per regel; minimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
BU contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons bezit
zijn.
van „De Echo van het Zuiden".
GERECHTIGHEID.
Sedert zijn weduwnaarschap had hij zijn
hotel verkocht, was als vrijgezel gaan leven
en gaf geen schitterende feesten meer. Het
gevolg daarvan was, dat zijn aanzien aan
het ministerie verminderde en zijn bevorde
ring ophield. Hij was kolonel en hij bleef
kolonelandere officieren, die evenveel
dienstjaren hadden maar die zich door
ijver en bekwaamheid verdienstelijk maak
ten, streefden hem voorbij en dat stemde
hem bitter.
Eensklaps was hij aan het werk getogen,
hjj maakte een studie van de ontplofbare
stoffen, ontwierp een nieuw systeem, schreef
daarover een brochure, waarvan hij de
hoogste verwachtingen koesterde en ziedaar
toen het werk bijna gereed was, ont
ving men een systeem over hetzelfde onder
werp van een luitenant te Grenoble en dit
werd terstond door de militaire autoriteiten
aangenomen, terwijl kolonel Allevard tot
zijn bittere gramschap moest erkennen, dat
luitenant Filip Dormelles een ontwerp had
ingediend dat in vele opzichten beter was
dan het zijne en dat dientengevolge al zijn
studie nutteloos was geweest.
Aan het ministerie van oorlog had hij
twee lokalen in gebruik, één diende tot bu
reau voor hemzelf, als chef, het andere voor
de officieren, die onder zijn directie ston
den. Beide lokalen s'tonden in gemeenschap
met elkaar, doch hadden een afzonderlijken
ingang. De vensters zagen uit op de binnen
plaats.
Dien dag, omstreeks kwart voor vieren,
reed een fonkelnieuw rijtuig met twee prach
tige paarden bespannen, de binnenplaats op.
Daniël Hilson en Aurélien stapten uit en
begaven zich naar het bureau! van kolonel
Allevard.
De jonge De Prabert klopte aan, de oppas
ser, die in de kleine antichambre de wacht
hield, deed open en groette beleefd toen hij
de twee vrienden van den kolonel herkende.
- Is de kolonel op zijn bureau? vroeg
Aurélien.
Ja, mijnheer.
Goed.
Zonder zich te laten aandienen, liep hij
door, op den voet gevolgd door oom Daniël.
Die beste Allevard zal in de wolken
zijnriep hij uit.
Zeker, bevestigde oom Daniël.
Beiden traden het bureau van den kolo
nel binnen.
Victorieriep Aurélien reeds op den
drempel uit, een groote overwinning, jammer
dat ge er niet bij geweest zij t, Allevard.
Jammer, herhaalde oom Daniël.
- Wat dan? Wat is er? vroeg de kolonel,
terwijl hij zijn bezoekers met uitgestoken
handen tegemoet kwam, ge ziet er ulit of ge
van een revue terugkeert.
Nog veel beter van een formeelen veld
slag.
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
Formeelen veldslag?
Ja, mijn beste vriend, \Jij hebben een
prachtige partij gespeeld, ik zal het u eens
vertellen.
Gaat zitten.
Neen, neen, wij komen u afhalen om
het hervatten der vijandelijkheden bij te
wonen. Wij hebben mi een wapenstilstand,
maar die duurt slechts zeer kort.
Wat raaskalt ge toch, ik begrijp u niet.
Ik bedien mij van militaire uitdruk
kingen, mijn waarde, aan het ministerie
van oorlog zal dat toch wel veroorloofd zijn.
Zeker.
Ter zake dan. Stel o voor, wij hebben
gedejeuneerd op de club, met een groot ge
zelschap en er is gedronken... gedronken...
kolossaal. Romack, wiens vader millioenen
verdiend heeft met de electriciteit en toch
zoo gierig is als een oude woekeraar,, werd
door den wijn zoo verhit, dat hij eensklaps
moed kreeg om met mg een hooge partij
te spelen.
Het geluk is aan de zijde van den ver-
metelen en Romack won de eerste partij
van honderd louis, de tweede partij, weer
om honderd louis,, won hij eveneens, maar
toen keerde de kans en ik werd gelukkig
weer meester van bet terrein. Verduiveld,
dat viel Romack niet mee, hij kan niet te
gen zijn verlies, hij werd bleek, zenuwach
tig, maar de wijn had hem nu eenmaal moe
dig gemaakt en hij zet eensklaps vijfhon
derd louis ln. Weer verloren. Nu werpt hij
woedend zijn kaarten op tafel en roept
Ik ben geslagen, ik heb mijn geheele toela
ge van deze maand verloren. Hjj schrijft een
wissel op zijn papa en overhandigt mij die
met een diepen zucht. De anderen schudden
van het lachen en amuseerden zich kostelijk,
hetgeen Romack nog woedender maakt.
Geslagen, Romack, geslagenroept men
van alle kanten.
Wat kan ik er aan doen,, heeren, ik
heb geen geld meer, ik kan niet meer J
contant spelen.
Nu goed, ik geef u crediet! zeg ik.
Tegen vijf procent?
Neen, tien.
Nooit van mijn levenschreeuwt Ro
mack, terwijl bij met zijn vuist op de groene
tafel slaat, mijn papa leent mij nooit tegen
hooger rente dan twee procent per maand.
Dat is een uitvlucht om de partij te
weigeren. Romack durft niet, Romack is
bang.
Die spotternijen verdreven zijn gierigheid,
prikkelden zijn eigenliefde, maar bij zat als
trasschen twee vurenaan den eenen kant
zijn papa, die hem een zakgeld geeft of hjj
een schooljongen was en aan den anderen
kant de leden van de club,, die zich niet wei
nig vroolijk over hem maakten.
Eensklaps ziet bij een uitweg.
Ik heb contanten, riep bij uit. Gang
bare contanten, zeer gangbare zelfs.
I Wat dan?
Papa beeft mij gisteren voor mijn ver
jaardag een rijtuig precent gegeven met
twee prachtige paarden. Dat geheele span
waag ik er aan, hoeveel zet ge er tegen, De
Prabert?
Zes duizend francs.
Ik begreep wel dat bet span zooveel niet
waard was, maar ik bad plezier in die
partij.
Goed, wij spelen.
Aurélien deed dit verbaal op vluggen,
vrooljjken toon en wist het op te luisteren
met levendige gebaren en het nabootsen der
stem van zijn tegenpartij, hetgeen hij op
hoogst vermakelijke wijze deed.
Kolonel Allevard luisterde met al zijn
aandacht naar den verteller, gebeurtenissen
van de club boezemden hem altijd belang-
stelling in. Hij stond met zijn rug geleund
tegen zijn schrijftafel,, een weinig achter
den kolonel en hij had, schijnbaar onver-
schillig, hoed en handschoenen op den stoel -
geworpen, die tegen het gewichtig meubel-
stuk stond.
Gij speelt? vroeg Allevard.
Wij spelen, hernam Aurélien, en binnen
drie minuten is het rijtuig met de twee paar
den van mij. Verduiveld, ge kunt u voor
stellen boe Ik werd toegejuicht. Men droeg
mij op mijn stoel de zaal rond.
Alleraardigst!
Toen werd er als uit één mond geroepen;
Het rijtuig, we moeten het rijtuig zien.
-Ozeide Romack, zeer beleefd, maar
zijn stem beefde van ingehouden woede,
dat is zeer gemakkelijk, bet staat voor de
deur.
In een oogenblik waren wij allen op straat
en werd bet rijtuig omringd; men juichte
en schreeuwde tot groote verwondering van
den koetsier, die zich maar niet kan ver
klaren wat dat alles beteek. nen moet.
Eensklaps krijg ik een idee.
Ik neem er terstond bezit vanriep ik.
Bravo
Ja, maar ik wil revanche hebben, zeide
Romack, ik ga geld halen en dan spelen we
weer.
Wanneer ge maar wilt, Ik ben zoo aan
stonds tot uw diensteven een klein ritje
doen om te onderzoeken of het rijtuig goed
loopt. Koetsier, naar de Champs Elyées.
Terwijl de koetsier zijn paarden in draf
zet, buig ik mij uit het portier en roep
Zeg eens, Romack, als u vanavond geen
geld gevonden hebt, dan spelen we om den
koetsier.
Kolonel Allevard lachte dat hij schaterde.
Heel aardig, heel aardig!
Nietwaar? Het rijtuig is vrij goed en
de paarden loopen flink. Ik ging naar het
hotel om oom Daniël af te halen en daarna
bracht ik mijn tweede plannetje ten uitvoer
na meljjk om u, mijn beste Allevard, te komen
vertellen wat er is gebeurd en u mee te ne
men, opdat gij het einde van de historie
kunt bijwonen.
Daar hebt ge verduiveld goed aan ge
daan.
Maar kom nu eerst mee naar buiten
om mijn buiit eens goed te bekijken, op mijn
woord, het loont de moeite wel.
Ja... ga mee... zeide oom Daniël, die
al een paar passen naar de deur deed.
Ik kom, zeide kolonel Allevard.
Alle drie verlieten het bureau, Aurélien
liet aan de deur den kolonel voorgaan en
volgde terstond achter hem, terwijl hij hoog
opgaf van het voortreffelijke rijtuig en de
prachtige paarden.
Op den drempel zeide oom Daniël, die
achteraan liep, eensklaps zeer luid
He! zod zonder hoed gaan... draag wel
een pruik... toch niet verstandig... koud
weer.
Hfl keerde snel terUg.
Na zich met een oogopslag verzekerd te
hebben, dat er niemand in de nabijheid was
die hem kon bespieden, snelde hij naar de
kast achter de schrijftafel, stapte op den
stoel, deed een greep in een der doozen die
op de bovenste plank stonden, nam er een
lias uit, borg die in zijn binnenzak en
knoopte zijn jas dicht.
Dit alles had niet langer dan eenige se
conden geduurd en thans begaf hij zich naar
de binnenplaats, bij Aurélien en den kolonel.
Oom en neef wisselden een snellen blik,
waaruit laatstgenoemde begreep, dat de toe
leg gelukt was.
Men liep om het rijtuig heen, hekeek de
paarden en lachte hartelijk om het voorge
vallene.
Daarop zeide Aurélien
Dat blijft dus afgesproken, kolonel, ik
neem u mee naar de cluib. Inmiddels neemt
oom Daniël een huurrijtuig en rijdt naar de
restaurant Riclie, om daar een fijn diner te
bestellen.
Goed, laat mjj even den tijd om mijn
bureau te sluiten, dan ben ik tot uw dienst.
Kolonel Allevard ging naar binnen.
Zoodra hij weg was„ fluisterde oom Da
niël
Heb het
(Wordt vervolgd.)