Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Bel martelaarschap eeoer
jonge trouw.
M
ll
w
ms
Mas
FEULLETON
NUMMER 57
WOENSDAG 22 JULI 1925
48e JAARGANG
ge
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
GEMEENTERAAD.
WASPIK.
(Vervolg.)
Door Geil. St. werd niet goedge
keurd de verordening tot wijziging der
v 1 eesebkeu ringsverorden i ng.
Voorzitter. Ged. St. wijzen er in hun
schrijven op, dat keuring ter plaatse
in strijd is met de bedoeling en strek
king der wet. Zij kunnen hunne goed
keuring dan ook niet verleenen en ver
zoeken tot intrekking der wijziging. In
Sittard is eenzelfde geval voorgeko
men. De Raad ging bij de Kroon in be
roep, doch Ged. St. werden in liet. ge
lijk gesteld. Er is niets aan te doen.
B. en W. adviseeren dus tot intrek
king. omdat het toch nooit goedge
keurd wordt.
Het voorstel tol intrekking in stem
ming gebracht, wordt met lü stemmen
aangenomen. Verschil re blijft buiten
stemming.
A. Kamp. Ik wilde nog een woordje
spreken over die koe die aan miltvuur
gestorven is.
Voorzitter. Wilt u het onthouden
tot straks, dan kunnen we dat hij de
rondvraag bespreken.
Kamp. Ja.
Nog is ingekomen: Niet-goedkeuring
door Ged. Staten van het besluit tot
verkoop van het schoolhuis voor ƒ5000
aan liet R.K. Kerkbestuur.
B. en W. stellen voor dat besluit in
te trekken en kalm af te wachten.
Verschuren. Wordt hiermede dat
andere besluit, omtrent die subsidie
aan liet Groene Kruis ook ingetrokken.
Voorzitter. Dat andere besluit is
nog niet genomen, dat zou genomen
worden, als de verkoop van het school
huis doorging.
In stemming gebracht wordt het
voorstel tot intrekking met 10 stemmen
aangenomen. Verschure blijft buiten
stemming.
Verder is ingekomenAanvrage po
litiebond om subsidie. B. en W. stellen
voor dit verzoek voor kennisgeving aan
te nemen.
Allen voor.
70)
TWEEDE DEEL.
Eveneens van ile LandstornvCommis-
sie, om een subsidie van ƒ10.Het
ligt in de bedoeling te Eindhoven een
Landdag te houden. Deze subsidie
wordt gevraagd tot het verstrekken
van reis- en verblijfkosten aan leden,
die den Landdag willen bezoeken. An
dere kosten worden uit andere fond
sen bestreden. B. en W. doen in deze
geen voorstel en vragen het oordeel
van den Raad.
Van der Rijken. Ik meen dat hier 18
landstormers zijn. Welke verplichtin
gen zijn er aan verbonden? Is er iets
bekend of er ook leden van hier willen
gaan naar dien Landdag? Ze kennén
toch allemaal de plannen van Eindho
ven; ze zullen toch ook wel aanschrij
ven hebben gehad voor den Landdag.
Voorzitter, 't Is een zeer nuttige in
stelling. 't Verwondert me, dat er nie
mand iets gevraagd heeft. De instel
ling is nuttig en eene bijdrage van ƒ10
is betrekkelijk weinig.
In stemming gebracht, wordt liet
verzoek om 10 subsidie met 0 tegen
5 stemmen verworpen.
Vóór: Van der Rijken, A. Kamp,
Smits, Vloeimans en Verschure.
TegenDe Hond, J. Kamp, Brokx,
Pruissers, Rubbens en Ruijtenberg.
Verder ingekomen: Aanvrage tot
in gebruik geven aan de P.N.E.M. van
een stukje grond aan de haven.
De Secretaris deelt mee, dat de fa.
R. evenveel veVbruikt als heel liet ove
rig deel van Waspik.
Ruijtenberg. Wij moeten ook reke
ning houden met den waterstand, die
liet gebruik van stroom buiten den
spertijd dikwijls noodzakelijk maakt.
Voor de P.N.E.M. is dat niet erg.
Van der Rijken. De P.N.E.M. heeft
(lus een stukje grond noodig; 'tgaat
dus tusschen de P.N.E.M. en Ruijten
berg.
Voorzitter. Wanneer we dat niet toe
staan, moeten we alles opbreken, 't Is
maar een stukje grond van 1.20 M. bij
1.20 M. We kunnen het in bruikleen
afstaan. De gemeente heeft ten allen
tijde hel recht hei af te nemen. Ik heb
met den directeur een mondeling on
derhoud gehad en hem gezegd, dat de
Raad wel geen bezwaar zou hebben.
Wij kunnen vergunning verleenen tot
het plaatsen van een schakelkast on
der de gestelde voorwaarden. Ontrui
men na maanden van te voren op
zegging.
Pruissers. Een beetje -bezwaar is er
toch wel aan verbonden. Er is vroeger
al eens over gesproken, om daar een
weegbrug te plaatsen. Als er dat huisje
eenmaal staat, is liet nog niet weg.
Voorzitter. Vaii het havenhoofd is
bij de laatste verordening een heel
stukje afgenomen. Er is ruimte genoeg.
Pruissers. Ik meende dat er weinig
plaats was.
Voorzitter. Ik ben het volkomen met
U eens; we mo'teu voorzichtig zijn.
Wil je den opzeggingstermijn van fi
in 3 maanden veranderen?
Van der Rijken. Is de P.N.E.M. niet 1
het oog op den hoofdkabel daaraan 1
gebonden? Is er anders geen gelegen
heid.
Voorzitter. We moeten alles opbre
ken.
Van der Rijken. De P.N.E.M. is er
dus feitelijk aan gebonden, anders
moet de straat opgebroken worden. I
Voorzitter. De voetpaden zijn slecht.
De directeur der waterleiding zegt dat
alles vernieuwd zal worden, maar dbt
bet beter is hiermee te wachten tot al- 1
le aansluitingen er zijn. Zijn er mis
schien nog bezwaren. Wij durven het
gerust afstaan. De gemeente kan zelf
niet helpen.
Van der Rijken. Is het. juist hekend,
hoever de gemeente recht heeft?
Rubbens. Het hek hij Wolst is op de
scheiding gezet.
Vloeimans. We kunnen het tegen het
hek van Wolst aanzetten.
Voorzitter. Niemand heeft er last
van.
Van der Rijken. We zouden het ook
op den kademuur kunnen plaatsen.
Nog praten velen tegelijk, totdat de
Voorzitter het verzoek in stemming
brengt om het stukje grond af le staan
in bruikleen met een opzeggingstermijn
van drie maanden.
Allen voor.
Aan de orde komt
Verzoek van H. Hamers om wijzi
ging der politieverordening omtreVit
Zondagssluiting der herbergen.
Voorzitter. Hamers heeft met B. en
W. een conferentie gehad.
Hij zou zijn café graag des Zondags
tijdens de diensten open hebben. Het
wordt dan het meest door vreemdelin
gen bezocht. B. en W. hebben gebn
macht om hierover te beslissen. -Zij
doen geen voorstel, doch laten dit aan
den Raad over. Het verzoek kan on
dervangen worden door het artikel in
de politieverordening te schrappen én
iedereen de gelegenheid te geven tot
het openhouden van zijn café, of er
kan gebruik gemaakt worden van att.
54 bis, waarin B. en W. in bijzondére
gevallen ontheffing kunnen verleenen.
Van der Rijken. Ik vind het jamnier
voor vreemdelingen. Ik zou het verbod
alleen willen laten bestaan voor inwo
ners, tot. 's voormiddags 11 uur.
Voorzitter. Dan kunnen we art. 54
zoo wijzigen, dat het verbod enkel be
staat voor inwoners.
Brokx. Ik zou het heelemaal laten
vervallen. Het beteekent toch niets
voor die paar menschen, die toch wil
len gaan.
Pruissers. Daarbij heeft Hamers een
eigen weg. Menschen die iets verteren
behoeven geen tolgeld te betalen.
Voorzitter. Volgens art. 54l>is kun
nen B. en W. ontheffing verleenen.
Van der Rijken. Dan kunt u in moei
lijke gevallen komen.
Verschure. De Burgemeester kan
het alleen doen, het zijn politiemaatre
gelen. Ik zou het in de zomermaanden
toestaan.
Van der Rijken. Het. wordt moeilijk-
voor U. mijnheer de Voorzitter. Voor
vreemdelingen is het een vervelend
wachten.
Brokx. Ik kan me met het voorstel
van an der Rijken vereenigen om
vreemdelingen toe le laten.
De Hond. Wie is hij overtreding
strafbaar?
Voorzitter. De kastelein.
De Hond. En wie, als de bezoeker
zich niet wil verwijderen?
Verschure. De burgemeester neemt
de verantwoording op zich.
Brokx. Dan krijgt ge uitkipperij.
erschuren. De Burgemeester is het
hoofd der politie.
mis.
Voorzitter. Hel was me ter oore ge
komen dat de politie altijd in de late
mis was. Hamers durfde echter nooit,
's Zondags onder de diensten zijn café
open te houden, met het oog op de
rijkspolitie.
Van der Rijken. Midden in de ge
meente houdt men wel herberg en op
den Vaartkant is men hang.
A. Kamp. Ik zou ontheffing verlee
nen voor <le zomermaanden.
Van der Rijken, 's Winters is hel
harder noodig.
A. Kamp. Dan over 't heele jaar.
Ruijtenberg. We kunnen het ook nog
met eene strafbepaling aanvullen, wan
neer er gesommeerd is heen te gaan.
Van der Rijken wijst uit ondervin
ding op wantoestanden welke huiten
de gemeente voorkomen.
Het voorstel-van der Rijken, alleen
vreemdelingen op Zondag onder de
Wulvykstie en Linsslriilsekr Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
van „DB ECHO VAN EBT ZÜIDBN".
O. mijne welbeminde, stamelde Guy de
Blossae, terwijl liij haar zachtjes oplichtte
en aan den folterendsten angst, ten prooi
was, o. liefste Etieuette, indien God iuy het
leven laat. zal ik liet u ganscli ten beste
geven.
Reken op mijne belofte; dat de hemel u
bescherme.... Ik, ik moet gehoorzamen....
Tot weerziens....
En hy vertrok, de plicht én de eer gebo
den liet hem.
Hij vertrok, bloedige tranen weenend, dui
zenden angsten belevend, en bevend voor
zijne arme verloofde, die hy in de handen,
in de maclit liarer vijanden achterlaten
moest.
Eene week daarna trad Etienette, verge
zeld van Caticlie, welke Elena haar als lijf
wacht gaf, als kostgangster liet gesticht van
dokter Har per binnen.
Tusschen liare stiefmoeder, Carl Warton
en haar had er een kort, maar schrikkelijk
tooneel plaats gebed.
Nooit, had Etienette aan de twee ellen
delingen geantwoord, nooit, noch mijn hand,
noch mijn fortuin, niets.
En, eens levend begraven in het „Familie
graf", had zy een beroep gedaan op al bare
krachtdadigheid, op al haren moed. „Hoog
de harten", de leus van Guy de Blossae, was
<le hare geworden.
Zij liad dau besloten tot haren laatsten
adem te strydeu.
Indien zy my biyven vreezen, zullen zy
Voorzitter; De firma Ruijtenberg
heeft jaarlijks een stroomverbruik 1100-
dig van pl.m. 30.000 K.W. Zij heeft
de gemeente verzocht deze te leveren
of hierin te voorzien. De gemeente zou
dan moeten leggen een nieuwen kabel
en zou een transformatorhuisje moeten
bouwen. Toen is de P.N.E.M. gekomen
en heeft gezegdwij kunnen voor min
der prijs leveren, waarna- de fa. Ruij
tenberg besloot van de P.N.E.M. te
nemen. Er waren echter nog andere
bezwaren. De fa. Ruijtenberg moet
ook stroom kunnen gebruiken in den
spertijd. De maximale belasting wordt
hier te hoog opgedreven. Buiten sper
tijd konden we liet wel doen, nu niet.
my (looden, dacht het arme meisje. Welnu,
ik wil leven, ik moet leven voor Guy, tot
hy in Frankryk terugkomt; tot myne meer
derjarigheid moet ik levend dood zyn.
En het was dan dat zy de rol van zinne-
looze begon te spelen, zich gewillig onder
werpend aan die kwellende opsluiting.
Zy kleedde zich als eene zinnelooze, met
e ne gewilde eigenaardigheid, zy zong de
oudste liedjes welke zij kende en toonde in
alles dat zy wel waarlijk zinneloos zyn
moest.
Een begin van wraak voor haar was, dat
Catiche, die belast was niet hare bewaking,
en zich streng van die taak kweet, zelf zin
neloos geworden was, als gevolg van hare
gedurige aanwezigheid by hare jonge mees
teres.
Wat de edelhartige Etienette betreft, de
hoop bleef haar by en sterkte haar in de
lieproeviugen welke zy onderging.
Zij wachtte.
IV.
EEN ZINNELOOZENFEEST.
Keeren wy terug naar het Familiegraf.
Op het oogenblik dat wy ons verhaal
hernemen^was de toestand als volgt
Catiche lag beweegloos uitgestrekt in eene
der kamers van liet paviljoen, binnen het
park van het gesticht „De Bron", eene ka
mer op de verdieping onder de zolders.
Een barer boenen, in een toestel gevat,
was tot eene volstrekte boweeglooslieid ver
oordeeld.
De bewaakster van Etiennette was dus
niet meer te vreezen.
Deze en de barones Cazérès omringden
haar met de beste zorgen, anders zou zy nu
aan het een en dan aan het andere gebrek
geleden hebben, want de keukenmeid, die de
twee ongelukkige kostgangers bewaken en
er voorzorgen moest dat Catiche alles had
wat er noodig was, bedronk zich eiken dag
en verwaarloosde hare zieke geheel en al.
Lomp, met verdwaalde oogen in het hoofd,
zag die liefhebster van den brandewyn even
min om naar de twee kostgangsters.
Hun nieuwen toestand vergelykend met.
die van het verleden, vonden de twee arme
vriendinnen zich betrekkelyk gelukkig.
Voorzitter. Wij konden Ruijtenberg
niet bedienen; de P.N.E.M. levert hem
voor cent per K.W.
Prys der Advertenüën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regeL
By contract flink rabat
Advertentiën moeten Woensdag en Vrydag
des morgens om nlteriyk 9 uur in ons bezit
zyn.
Hunne verzuchtingen en hunne hoop wa
ren dezelfden.
Wilden zy niet beiden ontsnappen aan
die hel, eu terugvinden wat hun dierbaar
was?
Caticlie, tot werkeloosheid gedoemd, bracht
hare dagen door met alleenspraken te
houden.
De keukenmeid verrichtte zoo weinig
werk mogeïyk, om zich dos te meer te kun
nen bedrinken.
Dan bleef er nof het echtpaar Harper.
Beiden, man en wouw, hadden volkomen
vertrouwen, want :ij geloofden vast aan de
gelatene onderworpenheid van de barones
Cazérès. en aan de zinneloosheid van
Etiennette, maar niettemin bewaakten zy
nauwkeurig liet paviljoen dat hun tot ver
blijf diende.
Etiennette ging voort met haar gezang,
met hare zonderlinge kleeding en met hare
onsamenhangende taal, waarin zij soms een
kinderlyk genoegen vond.
Mevr. Cazérès, «y speelde ook hare rol.
Zy scheen aangedaan door eene gedurige
droefgeestigheid en zwartgalligheid door
die ziekte welke men het spleen noemt.
Ook werd de barones door de echtgenooten
Harper zeer goed verzorgd en zelfs met voor
komendheid bejegend. Allerlei gerechten wer
den haar opgediend en. zoo zy haar niet be
liefde, aanstonds dipor andere vervangen.
Was die arme mevrouw Cazérès geene bron
van inkomen voor hen en werd haar kost
geld niet rykelyk en regelmatig betaald?
De twee arme opgeslotenen wachtten met
ongeduld op de gelegenheid om, zonder ge
vaar van te mislukken, eene poging tot ont-
snapping te wagen.
Zy hood zich niet aan, die gelegenheid,
zoozeer verlangd en gezocht, en soms liet
de barones zich tot eene ware wanhoop
brengen.
I En alles wel ingezien, wie zou er aan den
ken hen te komen verlossen?
Guy de Blossae was in den vreemde, in
Tonkin.
i Renée, terug in de handen gevallen van
dien bloeddorstigen gier van een graaf de
Paloutine, was ongetwyfehl nog meer bekla
genswaardig dan zij.
Al de wezens die haar dierbaar waren,
had men in dwaling gebracht, of onmachtig
Smits. I >e jKrliffe rpri fn de lafe
gemaakt.
Maar Etiennette, moediger dan (le baro-
nes, daar by de jengd de hoop levendiger
en sterker is, (leed baar best om hare vrien
din op te beuren, zy droogde bare traliën,
sprak haar moed in en fluisterde baar in j
bet oor de sclioone leus„Hoog de harteh".
Kort na de gebeurtenissen die wy laatst
aanhaalden, hield de express in den vroegen 1
morgen stil in de statie van Mantes, en twee I
reizigers stapten er uit.
Een hunner was een jongen, die hoogstens
zestien jaren tellen kon; bij droeg 'n ronden
vilthhoed. versierd met een fluweelen lint en I
met een metalen gesp op den z.ykant.
Ongetwyfehl was die jongen in den laat- j
sten tyd ongemeen snel gegroeid, want zyn
blauwkleurige broek was merkclyk te kort.
Zyne voeten waren noch groot noch klein,
maar staken in overgroote schoenen, van
dik en grof leder, voorzien van breede en
zware zolen, beslagen met nagels met dikke
koppen.
De jongen droeg'aan de hand een grooten
zak in geteerd lynwaad, doch die niet zwaar
was en alleen kleedingstukken scheen te
bevatten.
De andere reiziger stapte uit een coupé
eerste klasse.
Hy verliet eveneens het station en vroeg
aan den bediende den kortsten weg naar het
gesticht „De Bron".
Recht voor u uit. mynheer, werd hem
geantwoordwanneer gy een middenweg
zult zien, beplant, met populieren en esschen-
boomen, zult gy links afdraaien en zult gy
nog slechts tien minuten te gaan hebben.
De jongen had geluisterd en sloeg de
zelfde richting in.
Een honderdtal meters van elkander ge
scheiden, volgden beiden denzelfden weg.
De reiziger, blóndharig en slank, droeg
een soort van manteljas, die hem van het
hoofd tot de voeten omhulde, een reishoed,
en aan een lederen riem .hangend, een zak,
groot genoeg om het noodige linnen en de
onmisbare toiletartikelen te bevatten.
Aan het eind der baan, achter een draai,
die het station achter een menigte zware
gebruinde hoornen verborg, bevond zich een
nogal uitgestrekt bosch van wilgen, linden
en elzenboomen.
De knaap drong het bosch binnen en na
enkele oogenblikken kwam de reiziger zich
by hem voegen.
Hij keek nauwlettend om zich heen, als
om zich te overtuigen dat er geen onbeschei
den, nieuwsgierige personen waren, die hen
bespieden en afluisteren konden.
Dan ziich tot den jongen wendend
Gy hebt my (lus goed verstaan, niet
waar Tvonnic? Gy weet alles wat gy te
doen hebt.
Dait is niet moeilyk meester.
Gy hebt toch uwe aanbevelingsbrieven
nog? Gy hebt ze op den spoorweg toch niet
verloren, hoop ik?
Wel neen. meester, lachte de jongen.
En tegelyk stak hy zyn hand in den
vestzak om zich te overtuigen dat bedoelde
papieren zich nog op hunne plaats bevonden.
Gy zult wel zorgen den schijn aan te
nemen my niet. te kennen?
Het eenigszins vronwelyk gelaat van den
Neer-Bretanjer nam aanstonds eene listige
uitdrukking aan, die getuigde (lat hy op
de hoogte was van de taak welke men hem
oplegde.
O, wel neen, ik ken u niet; het Is als
of ik u nooit gezien heb en niet weet tot
welk werelddeel gy behoort, meester, zelde
de jongen.
Welaan, mompelde (le reiziger, op Gods
genade, en op weg. Wat u betreft, Yvonnic.
gy hebt tyd genoeg, want gy moet eerst
binnen een uur aankomen.
Ja, ja, meester, ik weet het; ik heb
alles goed begrepen; gy moogt geerust zyn.
De reiziger keerde terug naar de groote.
haan zonder het hoofd om te wenden, en
weldra bereikte hy den met populieren en
esschenboomen bezoomden dwarsweg die
naar het gesticht leidde.
Daar vertraagde hy den stap en wande
lend kwam hy nader by het. zwaar yzeren
hekken, bekroond met scherpe yzers, die den
toegang van het. Familiegraf verdedigden.
Een lichte klok, door den reiziger in be
weging gebracht, weerklonk door gnnsch
den omtrek van het zinneloozenliuis.
Driemaal moest hy aldus zijn bezoek
aankondigen.
Men kwam (le modelinrichting van dok
ter Harpr niet binnen zoonls men een mo
len binnendringt.
I
(Wordt vervolgd).