Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen,
Hel lÉMiap eener
jonge vrouw.
1
m
1
FEÜLLET0M
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE
Telefoon No. 38.
STOOMDRUKKERIJ
ANTOON TIELEN.
Telegr.-Adres: ECHO.
EERSTE BLAD.
GEMEENTERAAD.
77)
V
NUMMER 64
VRIJDAG 14 AUGUSTUS 1925
48c JAARGANG
wMlwyksfke en Lingsiraatsrhf Courant,
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprys per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, onz.
franco te zenden aan den Uitgever.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
Openbare Vergadering van den
Gemeenteraad van Herpt en Bern
op 11 Aug. 1925, n.m. 7 uur (N.T.).
Voorzitter: H. J. van Eggelen, Bur
gemeester.
Secretaris: F. H. J. v. Lieinpt.
Aanwezig alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering
en stelt aan de orde de voorlezing der
notulen, die worden goedgekeurd.
1. Ingekomen stukken.
a. Proces-verbaal kasopneming d.d.
23 Juni 1925.
b. Schrijven van Ged. Staten behel
zende goedkeuring van de wijziging der
begrooting 1925 inzake conversie 6%
geldleening.
Deze worden voor kennisgeving aan
genomen.
c. Rekening 1924 der Gezondheids
commissie, zetelende te Heusden.
Deze heeft aan inkomsten 2470,77"'
aan uilgaven 2156,20', alzoo een batig
slot van 320,57» Wordt goedgekeurd.
d. Begrooting 1920 der Gezondheids
commissie.
Deze zal de zelfde bijdragen heffen
als in het loopende jaar zijnde 5 ct. per
inwoner.
Eveneens goedgekeurd.
e. Verzoekschrift v. d. R. K. Kweek
school voor vroedvrouwen te Heerlen
om eene subsidie voor het jaar 1925 ad
25.
Wordt overeenkomstig het voorstel
van B. en W. afwijzend beschikt.
2. Aanbieding gemeenterekening over
1924.
Het is gebruikelijk dat de raad hier
voor eene commissie benoemd ohi deze
na te zien.
Indien de raad er geen prijs op stelt
om deze benoeming zelf te doen, wil de
voorzitter dit doen.
Hij benoemt daartoe de leden Chr. v.
Herpt en P. v. d. Broek, die deze be
noeming aannemen.
3. Benoeming van de leden der com
missie lot wering van schoolverzuim.
De Voorzitter zegt dat deze zaak al
meer aan de orde is geweest, doch
meestal om te voorzien in bestaande
vacatures. Ged. Staten hebben dit nu in
van „DB BOEO VAN HET ZÜIDBN".
TWEEDE DEEL.
Wie is dat? sprak een der ziekendie
naars, die opeens liet gehuil van Virginie
hoorde. Wat gebeurt er daar? Heeft men wel
ooit aldus liooren schreeuwen?
Virginie schreeuwde immer voort, uit al
hare krachten:
Laat de honden los. Zij ontsnappen. Zij
ontsnappen.
Uitmaal hebben de ziekendienaars haar
geroep begrepen en zij leggen Oatiche op den
grond.
Beukt de deur in. De ellendelingen
hebben mij hier opgesloten, riep Virginie.
De deur is gesloten en moet inderdaad in
gebeukt worden, maar de deuren van het
Familiegraf zijn stevig.
't Is te vergeefs dat men er allen tegelijk
op aanvalt. Zij weerstaat en men is ver
plicht een hefboom te gaan halen.
Middelerwijl houdt Virginie niet op te
op to roepen
Laat de honden los.
Eindelijk is de deur geopend en mevrouw
Harper bevrijd.
Haar eerste woord was:
Waar is mijnheer?
Men wist liet niet. Hij was ongetwijfeld
bezig met de dansers gerust te stellen.
En de ziekendienaars spreken allen tege
lijk om liaar uit te leggen hoe de plotselinge
verschijning van Catiche in de danszaal, een
algemeenen schrik verspreid had.
Laat ons loopen, riep Virginie, zonder
op het geval van Catiche te letten. Wij moe-
overweging gegeven, omdat zij niet be
stond uit een voldoend aantal leden of
wel catègoriën waren die er in be
hoorden en er niet in vertegenwoordigd
waren, redenen waarom zij adviseerden
deze commissie in eens te benoemen.
Met het oog op de vacature van hoofd
der R. K. Bijzondere school hebben toen
R. en W. aan Ged. Staten uitstel ge
vraagd, hetwelk vrekregen was tot dat
in deze vacature zou zijn voorzien.
Zij stellen thans voor om er toe over
i te gaan en hebben als aanbeveling de
heeren Stravers en de Man hoofd dei-
scholen, en A. Buijs Jzn., C. v. Greven-
broek en G. Muijen.
Na stemming kan dc Voorzitter- con-
stateeren dat de aanbevolenen zijn be
noemd, hij zal de heeren er kennis van
geven alsmede den Commissaris der
Koningin en Gedeputeerde Staten.
4. Voorstel van B. en W. tot onder-
handsche verhuring van de onderwij
zer swoning.
Onder dagteekening van 24 Juli is
van het R. K. Kerkbestuur een schrijven
ontvangen waarin dit aan den Raad
vraagt om het woonhuis aan de open
bare sehool aan genoemd bestuur te
verhuren met het recht van 1 jaar op
zegging.
B. en W. hebben ter openbare kennis
gebracht dat het schoolhuis te huur
was en dat men, zoo hier geen bezwaar
tegen kwam, het onderhandsch zou ver
buren.
B. en W. stellen thans voor om tot
onderhandsche verhuring over te gaan
voor den tijd van 10 jaren met een op
zeggingstermijn van 3 maanden en te
gen een huurprijs van 225 per jaar
wat ook door mhr. Ceelen was betaald.
De bedoeling is als dat het Kerkbe
stuur aan geen ander zal verhuren dan
aan het hoofd der school.
De Voorzitter veronderstelt dat wel
niemand hiertegen bezwaren zal heb
ben.
Het lid Couwenberg meent dat de
huurprijs niet te hoog is en dal er wel
meer uit te halen zal zijn.
De Voorzitter. B. en W. meenen dat
de huur hoog genoeg is, wanneer hij
het huisje was gaan bekijken zag hij
heneden twee niet te groote kamers, een
opkamertje wat gebruikt wordt als
slaapkamer en een keuken, verder is er
heneden niets, boven is een groote zol
der met een afgetimmerd kamertje,,
daarbij is er een mooie tuin hij, zonder
ten den bestuurder verwittigen. Er zijn zin-
neloozen die ontsnappen, zeg ik u. Laat de
honden los.
't Was dan eerst dat men de wanhoops
kreten van Harper hoorde. Zijne kreten ver
mengen zich met liet akelig gehuil van num
mer 23.
Men loopt 1111 in allerhaast naar het mid
denpaviljoen.
De sleutels, de sleutels, roept men, 't is
mijnheer de bestuurder die daar binnen is.
Hulp, hulp. Hij wurgt mij. Hy ver
scheurt my.
De deur van 110. 23 wordt eveneens inge
beukt, en men haalt Harper uit de cel.
In welke toestand, eilaas. Ily is nog slechts
de schaduw van zichzelven.
No. 23 heeft hem stuk voor stuk al de
kleeren van het lijf gerukt, en op vele plaat
sen zyn vleesch verwond.
Zy ontsnappen, zy vluchten, de lafaards,
riep hy op zjjne beurt, op jammerenden toon.
Zij hebben my de sleutels ontnomen. Loopt
hen achterna. Duizend frank belooning aan
hem die ze levend of dood terugbrengt.
Haastig, laat de handen los. stamelde hij
nog, maar hy was gansch uitgeput en viel
in de armen zijner ziekendienaars en van de
verschrikte Virginie.
Ditmaal hadden de dienaars begrepen wat
er hun te doen stond.
De drie tooverwoorden „duizend frank be
looning" hadden hun als 't ware vleugels ge
geven.
Thug en Groc waren spoedig losgemaakt.,
Deze twee monsters waren door Ilarper
goedi gekozen. Zij behoorden tot het ras der
Deensche doghonden, die men in Amerika ge
bruikt om op de Indianen en de negers jacht
te maken.
Zij hebben een buitengewoon fynen reuk
en de ziekendienaars hitsten hen met de stem
aan.
Al spoedig hebben zy achteraan liet park
het spoor der vluchtelingen gevonden.
Een dof geblaf kondigt de menschenjagers
dit goed nieuws aan.
't Is Tlnig die het eerst geblaft heeft.
Groc geeft hem weldra het antwoord met
een lang gerekt gehuil.
En de twee doghonden, gevolgd door de zie
kendienaars. komen het spoor behoudend,
weldra voor de kleine poort aan, welke door
Prijs der Advertentlën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
By contract flink rabat
Advertentlën moeten Woensdag en Vrydag
des morgens om uiteriyk 9 uur in ons bezit
zyn.
welke de huur zeker te hoog zou zijn.
Hij meent dat met een huur van 225
voor dat huis dit goed betaald is.
Ofdat er nu niet iets meer uit zou te
halen zijn, men moet toch ook in aan
merking nemen dat de verstandhouding
tusschen liet Kerkbestuur en het Ge
meentebestuur in goede banen moet
blijven.
Door den heer Ceelen is nooit meer
dan 225 voor deze woning betaald en
daar is ook geene zeer bijzondere rede
0111 deze huur te verhoogen, er is daar
om ook alle reden toe om dit bedrag te
handhaven, alhoewel men toch op moet
leiten .0111 hierbij hel belang van de ge
meente niet uit het oog te verliezen.
De verstandhouding tusschen beide
besturen mag toch ook wel behoorlijk
goed gehouden worden.
V. d. Broek meent dat andere huur
ders er gaarne 300 voor zouden geven
en dat toch ook goede huurders zijn en
dit mag men toch ook wel in 't oog
houden.
De Voorzitter. Wij weten dit niet, wij
staan hier vreemd tegenover, wij heb
ben het gepubliceerd om gelegenheid
tel geven met bezwaren te komen, ons
is niemand bekend die meer wil ge
ven.
V. d. Broek. Ja maar het zijn geen
gemeentenaren ilic het voor dien prijs
wilden hebben.
Alexis zorgvuldig gesloten was. zoodra hij
en zyne gezellen den drempel overschreden
hadden.
Daar had men dus een gedwongen opont
houd, maar liet was slechts van korten duur.
By middel van haken deden de ziekendie
naars het slot-springen en de mensclienjacht
begon opnieuw, sneller en hardnekkiger dan
te voren.
I11 het bosch nemen de twee doghonden
hunnen weg langs het verscli gemaakte spoor
en de ziekendienaars kunnen de dieren steeds
van op grooten afstand volgen.
Van tyd tot tyd hoort men een gehuil of
een langgerekte» kreet in de stilte van den
nacht.
De honden zyn op het spoor en zullen het
niet verlaten vooraleer de vluchtelingen be
reikt te hebben.
-Een uur verloopt.
De doghonden vervolgen nog immer hunne
jacht.
De ziekendienaars zyn hijgend zeer ver
achter gebleven en blyven staan 0111 wat te
rasten.
Opeens hoort men in de diepte van het
bosch verscheidene doffe slagen.
Dat zyn revolverschoten.
Er is dus een worsteling aan den gang.
Laat ons loopen, roeiien de knechten.
Zy docden de huiulen.
E11 allen schieten tegelyk vooruit.
De maan verlicht opeens het bosch.
Een der knechten slaakt opeens een kreet
van woede.
Na een langen tyd langs den zoom van het
bosch geloopen te hebben, struikelt liy over
de levenlooze romp van Thug.
De arme hond is op slag dood gebleven.
Verder ligt Croc doodelyk gekwetst.
Maar een andere bloedige iy'n wordt nog
op den grond gezien.
Een der vluchtelingen is door een hond
vreeseiyk gebeten.
Ja, maar welke vluchteling?
VII.
EENE ONVOORBEREIDE REDDING.
Een brief voor 11, mynheer Tito.
hotelhouder, van tópt „Groene Hert",
het ruim en gunstig bekend hotel van Mnn-
De Voorzitter. Maar al woonden zij
huiten de gemeente, dan haddden zij
dit toch kunnen zeggen, zij hadden dan
dit bod kunnen doen. De Voorzitter
weet niet wie het is, en dan moet men
er ook niet te veel aandacht aan
schenken, 300.Kende deze persoon
het huis wel.
v. d. Broek. Die kende het huis heel
goed, en 't is ook een goede belasting
betaler en daar zou de gemeente veel
voordeel aan kunnen hebben.
De Voorzitter: Ik zeg nog eens, wij
weten het niet.
v. d. Broek: Maar nu weet u het toch.
De Voorzitter: Maar waarom heeft
men zich dan niet verklaard, het is gek
dat de gelegenheid er is geweest en dat
men dan geen bod heeft gedaan.
v. d. Broek: Ze zouden het misschien
wet gedaan hebben, indien het huis niet
reeds was bewoond.
Van Herpt. Uit de notulen zult u nog
kinmen zien dat aan Mhr» Ceelen ont
slag van zijn huur was verleend, mits
de gemeente er geen schade op
zoude lijden. Nu heeft het Kerkbestuur
in overleg met den heer Ceelen en het
nieuwe hoofd het zoodanig weten te
schikken dal het nieuwe hoofd het huis
zou overnemen voor denzelfden prijs,
daar uil die voorwaarde was af te lei
den dat B. en W. hang waren niet meer
hetzelfde bedrag te maken, dacht het
Kerkbestuur dat de zaak zoo wol in
orde zou zijn.
Wethouder Verhoeven ontkent dal
die vrees hij B. en W. bestond.
De Voorzitter was daar ook niet hang
voor en is daar nog niet hang voor,
doch is persoonlijk van meening dat
een huur van 225 zeer billijk is en
vooral niet te laag, hij heeft het werke
lijk nooit gedacht dat er iemand een
poging zou doen 0111 het huis hooger te
huren. Hij begrijpt dat de heeren er
vreemd van opkeken dat het nieuwe
hoofd er zoo introk, dat was hij hem
persoonlijk ook zoo het geval en het is
niet precies in den haak, maar het is
redelijk te verklaren. De pastoor heeft
liet geheel te goeder trouw aangezien
voor een onderwijzerswoning en toen
de heer Ceelen er uitging is de andere
er in gegaan. Er is niet aan gedacht dat
de huur aangevraagd moest worden,
daar is geen kwade trouw in het spel.
Wij hoorden niets en zijn toen eens op
informatie uitgegaan; hetKerkbestuur
liet niets van zich hooren en wat van-
tes-la-Jolie, reikte een verzegelden brief aan
een jongeling niet zwarte, schoon gekruldo
haren, die voor liet hotel gezeten was en ach
teloos een sigaret rookte. Hot was een ver
waand mensch.
Wie ten duivei mag mij hier schryven?
Wie kan er weten dat ik mij te Mantes be
vind? Er is geen middel om een minuut vry
te zyn. Een schuldeiseher ongetwyfeld.
Ah, liy kan wachtenik voel my geneigd
deze brief,, die toch niets goeds bevatten kan,
in liet vuur te werpen zonder hem te lezen,
j En hy liegon met den brief te ver from me-
len en er een hol van te maken.
Door eene zeer natuurlyke nieuwsgierig-
j beid aangedreven echter, zeide hy
j Laat ons zien; ik waag er niets aan te
I zien waarvan er kwestie is.
Hy was al spoedig gerust gesteld, 't Was
i een brief van een zekere Oarolie, die hem
als tenor r>00 francs bood, 0111 met hem een
j tournée te maken.
Ha, ha, sapristi, 'k geloof dat ik komen
zal; het zal zelfs niet lang duren.
Een venster vani den voorgevel van het
..Hotel du Grand G'erf" werd geopend en
het «enigszinsVerwilderd hoofd van eene
j kleine en nog jonge vrouw verscheen in
i het door de zon beschenen groen geschilderd
I raam.
j Blondliarig, met groote blauwe oogen,
frissclie wangen, roode lippen en schoone
witte tandeu, was Victorine Montville
voorzeker geen schoonheid, maar men
j kon haar niet zien voorbijgaan op straat,
zonder zicli 0111 te keeren en te zeggen
j Wat een schoon meisje.
Goeden dag, beste Tito, riep de jonge
vrouw zeer vriendelijk,
j Hoe gaat het u.
Zeer goed, antwoordde Tito op barschen
toonz
Hoe gy dat toch zegt. Hoe gtf my toch
antwoord. Gy zijt niet erg vriendelyk.
Wacht een oogenblik wy zullen samen
eene wandeling langs de rivier maken.
De" jongeling, die met zyn waren naam
Titus Bastien heette, was te Nizza gebo
ren en bezat een zeer schoone stem. Hy
deugde voor een enkel ambacht en ver
trok naar Parys om als artist zyn brood
te verdienen.
Titus Bastien werd Tito Bastini.
zelf spreekt het nieuwe hoofd ook niet;
in dit verband heb ik een kerkmeester
en den pastoor bezocht en zooals ik zeg
heeft de pastoor in deze volkomen te
goeder trouw gehandeld; de pastoor
heeft tegen het nieuwe hoofd gezegd:
ziedaar uw woning, zonder er aan te
denken dat de gemeente eigenares was
en dat het aangevraagd moest worden;
dit schriftuur is de heele geschiedenis.
De heer de Man heeft de woning in
orde bevonden, dat kan hem niemand
kwalijk nemen; 't is niet in den haak,
maar daar is goede trouw in hel spel,
we zitten 1111 voor het feit. Wanneer ik
II mijne meening moet zeggen, ik heb
veel huizen in Heusden gezien en dan
vind ik hier een huur van 225 redelijk.
III Heusden is de huur 300.
v. d. Broek. Ik zeg niet dat het niet
redelijk is, maar de veldwachter ver
woont hetzelfde geld.
De Voorzitter. Daar heeft u gelijk in,
maar wanneer men de woningen eii
terreinen beziet dan weet u het niet.
Van Herpt. Dan kan dat van den
veldwachter nog wel heler zijn.
v. d. Broek.Hel is vreemd dal wan
neer men een goede woning heeft, er
een aanvraagt.
De Voorzitter. Een goede veldwach
terswoning is nog niet goed voor een
hoofd der school, dan zou er nog veel
moeten gebeuren, maar ik zou er maar
niet al te veel op afgeven, wat de ruimte
hij het hoofd der school betreft. Ik zou
niet weten waar hij met de kinderen
moet blijven. Hij kan nog geen logé
hergen; ik zou er niet langer meer over
praten.
Besloten werd het huis overeenkom
stig voorstel B. en W. te verhuren.
5. Voorstel v. Burgemeester en Wet
houders tol afgraving van den Bern-
sehem dijk.
De Voorzitter. Dit is een hoogst be
langrijke kwestie, waarover reeds veel
is gehoornd en 1111 weer gehoornd moet
worden; wij hopen dat we 1111 tot een
definitief resultaat zullen komen.
De heer Lecnhouts heeft een bereke
ning gemaakt van den grond die be
schikbaar zal komen hij afgraving vol
gens de gewone beslissing. Dit is een
zeer uitvoerig rapport dat zeer gede
tailleerd is uitgewerkt en waaruit blijkt
dat de grond die afkomt, voldoende is
0111 het bosch in weiland 0111 te leggen.
Er was ook gevraagd wat de kosten
zouden zijn van dit werk, hieraan is
De jonge tenor zeide Italiaan te zyn en
zijn gemak van uitdrukking en zyne schoo
ne stem deden hem in den beginne nogal
veel byval oogsten.
Maar toen waren slechte dagen geko-j
men. Hy had deel gemaakt van eene troep
die te La Plata in de slechtste omstandig
heden ontbonden was.
Sindsdien had Tito kennis gemaakt niet
de diepste armoede en meermalen honger
en dorst geleden.
Nu gaf hij hier en daar met een of twee
andere „artisten" van zyn gehalte, eenige
concerlen en het was zoo dat hij voor het
oogenblik zich te Mantes bevond met de
schoone en bevallige Victorienne Montville,
die eene zeer lieve en buigzame stem be
zat en zelfs een eersten prys aan het con
servatorium behaald had.
Met een komiek, Onésime Lampiu. ge
naamd, een kameraad van Tito, had)rlen
zij een klein troepje gevormd, en zonder
andere kosten dan die van het huren dei-
zaal maakten zy zich gereed 0111 eene reeks
concerten te geven die voorzeker een groo
ten byval zonden hekomen.
Onésime Lampiu, nummer drie van de
kleine troep, was een goede jongen, doch had
geen al te knap uiteriyk.
Hij was een goed muzikant; hy bespeel
de alle instrumenten, doch zonder groote
ervarenheid.
Dien avond zouden zy dus een concert
geven, toen Tito plotseling mededeelde dat
hy een andere verbinding had aangegaan.
Nog dienzelfden middag vertrok liy naar
Parys, zyn twee mede-artisten in den groot
sten kommer achterlatend.
Ha, de booswicht, mompelde Onésime,
toen hy weg was, hy heeft zelfs zy» ver*
teer in het hotel niet lxdnald.
Met de omnibus kwamen nieuwe reizi
gers van liet station.
Het waren vooreerst eene jonge vrouw
beeldschoon, gansch in liet zwart gekleed;
heel eenvoudig, een toilet dat des te meer
hare groote schoonheid deed uitschynen.
Zy was vergezeld van een bejaarde vrouw,
vrouw, eene Bretonsclie, met een rimpelig
en gebruind gelaat, maar waarop eene be
stendige uitdrukking van goedheid lag.
(Wordt vervolgd).