Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. J FEÜLLETOM NUMMER 82 WOENSDAG 14 OCTOBER 1925 48e JAARGANG. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 88. Telegr.-Adres: ECHO. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN, EERSTE BLAD. GEMEENTERAAD. VLIJMEN. (Vervolg.) 9. Voorstel van Burg. en Weth. tot herziening Instructie van den Secretaris en den Ontvanger. De Voorzitter deelt mede dat van Ged. Staten een schrijven is ontvangen waarin wordt aangedrongen om de Instructie van Secretaris en Ontvanger te willen wijzigen. Dit is niet alleen bedoeld voor deze gemeente, maar is algemeen. Ged. Staten schrijven dat modellen van goede instructies wel voorhanden zijn. De firma La Rivière, die een stat van bekwame mannen heeft, schrijft op een brief van ons dat het haar niet mogelijk is een instructie samen te stellen die voor alle gemeenten goed is, omdat de ver schillende zaken veel te veel uiteen loopen. Burg. en Weth. hebben daarom zelf een instructie vastgesteld. De Voorzitter leest de instructie voor. Wagenberg. Behoeft de Secretaris er 's middags niet te zijn Voorzitter. Neen, hij kan thuis veel beter het administratief werk verrich ten dan hier. Wagenberg, 's Middags komt er toch geen publiek op de Secretarie en waar hij de leiding heeft over het personeel, is het noodig dat hij daarbij is. Het zal hier wel even zoo goed noodig zijn als elders, dat hij, die belast is met de leiding, er is. Voorzitter. En als, zooals men dat op zooveel plaatsen ziet, de secretaris apart zit, dan heeft het personeel toch ook zelfstandig te werken. Van Buul. De Secretaris blijft toch verantwoordelijk voor den goeden gang van zaken. Wagenberg. Het is niet mijne be doeling om den secretaris onaangenaam te zijn, maar men leest het toch steeds dat het noodig is dat de persoon die de leiding van de zaken heeft, aan wezig moet zijn. Het is hier ook wel eens geweest dat men het kon zien als er geen overheid op de secretarie was. Voorzitter. Ik geef toe dat dit wel eens geweest is, maar die toestand is 93) TWEEDE DEEL. maar van korten duur geweest. Wagenberg. Het is toch gewenscht dat zoo nu en dan onverwacht een bezoek wordt gebracht. Men moet de zaken in handen blijven houden. Voorzitter. De verantwoording voor den loop van de werkzaamheden blijft de Secretaris toch houden. Als de Secretaris thuis niet kan werken zal hij dikwijls niet op tijd gereed kun- nen zijn met verschillende werkzaam heden, 's Morgens kan hij op de Secretarie aan zeer veel werkzaam heden niets doen om de eenvoudige reden dat hij een geheelen morgen dan hier om en dan weer daarom wordt gevraagd. Moet hij nu van 2—5 uur op de Secretarie aanwezig zijn, dan gaat het al net eender en daarom is het onmogelijk om dan met ver schillende werkzaamheden gereed te komen. Wij moeten zorgen dat de zaken .goed fungeeren. Het is waar, het pu bliek weet altijd wat af te keuren vooral als het ambtenaren betreft, ook al profiteert men daar geregeld van. In menig huishouden kan er geen brief geschreven moeten worden of ze komen naar boven om te vragen hun daarin behulpzaam te willen zijn, wat steeds wordt gedaan, maar desondanks brengt men de ambtenaren toch dikwijls in discrediet. Wagenberg. Ik wil ook geen strenge instructie, maar ik zou toch wel gaarne zien dat de secretaris zoo nu en dan eens 's middags op de Secretarie komt kijken. Voorzitter. Ik doe zulks zelfs wel eens. Ik ontken niet dat het wel eens noodig is geweest. Van Heesbeen. Neemt in de in structie op dat de Secretaris 's mid dags aanwezig moet zijn maar dat Burg. en Weth. hem daarvan onthef fing kunnen verleenen. Van Buul. Als ge een goede ambte naar hebt, dan moet men hem een zekere mate van vrijheid verleenen om de zaken te regelen. Dat zal beter werken dan dat men hem op verschil lende manieren aan banden legt. Voorzitter. Wij weten allen hoe de Secretaris hier zijn taak opvat. Krijgt men later eens iemand die zijn taak niet zoo serieus opvat, dan kan oogen- blikkelijk de instructie worden gewij zigd en binderder bepalingen worden genomen. Van Helvoirt. Wettelijk moet er een instructie zijn maar zoo gauw als men voor een ambtenaar daaraan de hand moet worden gehouden, is het toch al niets meer. Voorzitter, De Raad blijft steeds baas omdat men de verordening steeds kan wijzigen. Prinsen. Toch voel ik wel iets voor het voorstel van den heer Van Heesbeen. Wordt besloten alsnog in de in structie op te nemen dat de secretaris 's middags op de secretarie aanwezig moet zijn, maar dat Burg. en Weth. daarvan ontheffing kunnen verleenen. 10. Rekening Gezondheidscommis sie 1924. Wordt vastgesteld op een bedrag aan ontvangsten van f2476.77'/2 en aan uitgaven van f2156.20, alzoo met een batig slot van f320.57'/2. 11. Begrooting Gezondheidscom missie 1926. Wordt vastgesteld op een bedrag aan ontvangsten en uitgaven van f 2467.82. 12. Rekening Armbestuur 1924. Wordt vastgesteld op een bedrag aan ontvangsten van f5901.76 en aan uitgaven van f 6375.25, zoodat het boekjaar sluit met een nadeelig slot van f473.69. De Voorzitter deelt mede dat het nadeelig saldo in hoofdzaak is gekomen door de hooge medische rekeningen die zijn ontvangen. 13. Begrooting Armbestuur 1926. De subsidie die de gemeente op de begrooting heeft gebracht is f 500 minder. 14. Rekening Gemeentelijk Electrl- citeitsbedrijf 1924. Uit de rekening blijkt dat er een verlies is van f 4627.51 V2 en dat f 2500 wordt afgeschreven. De toekomst van het bedrijf mag goed worden genoemd. De Voorzitter deelt mede dat Burg. en Weth. voornemens zijn om in het vervolg niet meer zoo veel af te schrijven wijl het minder noodig is j dat voor het nageslacht in die mate wordt gezorgd. Te minder noodig is zulks ook omdat veilig aangenomen mag worden dat over dertig jaar het net inplaats van zooals nu voor f 100.000, voor f50.000 zal worden gebouwd. 15. Begrooting Gemeentelijk Elec- triciteitsbedrijf 1926. Wordt voor de leden ter visie neder- gelegd. 16. Voorstel van Burg. en Weth. betreffende eene toe te kennen subsidie aan de Harmonie, de Liedertafel, de Politieschool te 's Bosch, den Rijks veldwachter en een onbezoldigden Gemeenteveldwachter, de Vroedvrou wenschool te Heerlen, het Wit-Gele Kruis enz. De Voorzitter merkt op dat vroeger de verschillende subsidie-aanvragen bij de behandeling van de begiooting werden besproken. Hij acht het van zeer groot belang dat dit van te voren wordt gedaan wijl dan met de wenschen van den Raad beter bij het opmaken van de begrooting rekening kan worden ge houden. Voor de harmonie wordt weer een bedrag van f 75 voorgesteld. Jaarlijks zal een rekening en verantwoording moeten worden ingezonden van de finantiën. Voorgesteld wordt van de Lieder tafel, die blijk geeft van levensvatbaar heid te bezitten, f 50 subsidie te ver leenen op dezelfde condities Voorts wordt voorgesteld aan de politie-school een subsidie van f 15 te verleenen, aan de Rijksueldwachter f 112.50, aan de Vroedvrouwenschoo, f 12.50, aan het Wit«Gele Kruis te Vlijmen f 100, en aan dat te wijk E f 50. Van het bestuur van het Wit-Gele Kruis is een schrijven ingekomen waar in wordt gewezen dat voor de T. B. C.- beslrijding en voor het uitzenden van kinderen naar Sanatoria, niets kan worden gedaan omdat daarvoor de in- komsten geheel ontbreken. En toch is het noodzakelijk voor de gemeente dat de vereeniging ook hieraan wat meer aandacht kan schenken weshalve een extra subsidie van f 400 wordt ge vraagd. Burg. en Weth zijn van oordeel dat de vereeniging veel goed en nuttig werk verricht en daarom wel voor het gevraagde doel eenige subsidie mag worden gegeven. Waar de finan- tieele toestand van de gemeente echter nog van dien aard is dat de uitgaven zoo beperkt mogelijk moeten zijn, stellen Burg. en Weth. voor een extra subsidie van f 250 te verleenen. De heer van der Griendt zegt dat de vereeniging het Wit Gele Kruis de mooiste en daarbij de nuttigste ver eeniging is die er bestaat. Veel arme menschen worden daar geholpen. Voorzitter. De vereeniging heeft ook onze volle sympathie, daarom stellen we voor f 250 subsidie te verleenen. Van Udenhout. En de vereeniging de Jonge Boerenstand, krijgt die nu ook subsidie. Voorzitter. Daar is f 25 voor uitge trokken. Prinsen. De harmonie krijgt f 75 subsidie en de Liedertafel f 50. Die verhouding is niet in den haak, want de harmonie heeft jaarlijks groote kosten aan reparatie van instrumenten, wat de Liedertafel niet heeft. Ik stel voor de subsidie voor de harmonie op f 100 te brengen. De heer Van Heesbeen verklaart het met den heer Prinsen eens te zijn. De verhouding is te gering. Ook de heeren Daelmans en van Udenhout verklaren dat idee te zijn toegedaan en willen het voorstel van den heer Prinsen gaarne steunen. Van Halder Is de verplichting niet opgelegd dat maandelijks een rond gang door de gemeente moet worden gemaakt. Voorzitter. Neen, wel dat jaarlijks een concert moet worden gegeven. Omdat men hier niet in het bezit is Wiil«||ksrkr ca Lanptraatsche Courant Dit blad verschijnt WOENSDAG EN ZATERDAG. Abonnementsprijs per 8 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Prijs der AdvertentiGn 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regeL BiJ contract flink rabat Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 0 uur in ons bezit «iJn. van „DB BOEO VAN HET ZUIDBN". Mejuffrouw Catharina, hernam lip. na een kort stilzwijgen, gedurende hetwelk mej. de Thai hare doordringende oogen op hem gevestigd hield, alsof zij tot in het diepste van zjjn hart wilde lezen, mej, Catharina gij zult het mij misschien ten kwade duiden, te lang het stilzwijgen bewaard te hebben over eene gebeurtenis die u persoonlijk aan belangt en waarvan al de bijzonderheden mij bekend waren. Maar gij zult mij verontschul digen, ik ben er zeker van, wanneer ik u zal gezegd hebben dat dit geheim het mijne niet was, maar aan een ander toehoorde. Ditmaal onderbrak mej. de Thai den in genieur. Wees tenminste welwillend genoeg om duidelijk te spreken en geene raadselwoorden te gebruiken, ik heb er een waren afschrik van. Ik zal om u te dienen, mejuffrouw Ca tharina, zoo duidelijk mogelijk zjjn en gij zult rnjj volkomen goed verstaan, ik ben er zeker van. De man, die mij met zijne vriendschap vereert en dien ik boven alle anderen hoog acht, de man die uit geheel zijn hart Elia Balbi bemint, is die u aan de vlammen ont rukt heeft, die zoo gelukkig is geweest u te redden uit uwe brandende woning in de Gre- nellestraat. Het sclioone gelaat van Catharina drukte nu eene hevige verbazing uit. Wat wilt gij zeggen? vroeg zij. De waarheid. Uw redder, dien gij niet teruggevonden hebt ondanks uwe opzoekin gen, was myn vriend, de prins Alexis Liva- clioff. Mejuffrouw de Thai schrikte op. Die betrokken geweest is in eene nihi listische samenzweering, en die om deze re den vervallen verklaard is van zfln naam, van zijn fortuin en van zijn titels? riep zij. Ja, hij zelf. Maar hoe zijt gij op de hoogte van deze bijzonderheden? 'tls mtjne beurt nu om u niet te ant woorden. Gy\ die Parjjs bewoondet, hoe kondet gij dat weten? Ik weet dat en nog veel andere zaken. Door u te redden, heeft Alexis Liva- c-hoff een erge kwetsuur aan den rechter- voorarm bekomen, een weinig boven het handgewricht, hernam Raoul. Maar hoe is hfl verliefd geworden op die tooneelzangeres? Vertel mij dien liefdes roman tot in zijn minste bijzonderheden. Gij kunt niet gelooven hoeveel belang ik daarin stel. 'tls een smartelijk geheim dat ik u ga toevertrouwen, hernam de Boisdéant, een geheim ganscli vervuld met bittere tranen. Elia Balbi zingt onder een schuilnaam. Haar ware naam is Renée de Moranger. Maar tot haar ongeluk is zp getrouwd met Wladimir Paloutine, die naar mijn oordeel de misdadig ste der menschen is. Op een pianostoel gezeten, in eene hou ding van diepe aandacht, verloor Catharina nu geen woord van het verhaal van den jongen ingenieur. Hare woedende jaloerschlieid was voorbij, geheel en al verdwenen. Zij was nu over tuigd dat de jonge man haar de juiste waar heid zeide en haar schoon gelaat had nu die uitdrukking van spot en van bitterheid niet meer, die het daar aanstonds nog zoozeer ontsierden. Maar spreek dan toch, spreek drong zij aan terwijl de jonge ingenieur den tijd nam om zpne herinneringen te raadplegen. Dan begon Boi9déant zijn smartelijk ver haal, van punt tot punt. langzaam en duide lijk, aan zijne verloofde alles mededeelend wat wij reeds weten. Niets werd door hem onverteld gelaten, noch de edelmoedige opoffering van Renée, die zonder liefde, met Wladimir Paloutine trouwde, om aan hare moeder, de baronnees Cazéres, de onafhankelijkheid en de fortuin te verzekeren, noch de moordpoging waarvan Renée aan boord van de Ebbenhouten Brick liet slachtoffer geweest was, en evenmin de eerloosheden van Paloutine, die zijn neef Li- vachoff ver r adel ijk beschuldigd lvad en hem in het verderf stortte om zich van zijne uit gestrekte goederen en van alles wat hem toehoorde meester te maken. Eindelpk kwam hij aan de opsluiting van Renée te Parijs, terwijl hare ongelukkige moeder in het Familiegraf, in het zinneloo- zengesticht van Mantes opgesloten was. Dan volgden al de omstandigheden van de dub bele verlossing die hij, uit den mond van Re née zelf vernomen had. Uw redder, besloot de jonge ingenieur, lijdt thans nog in Frankrijk. Ik heb reeds verscheidene brieven van hem ontvangen. De nieuwe wonden, welke hij bekomen heeft, zijn erger dan men het eerst geloofde, zoo dat hij, zijn komst naar hier, nog heeft moe ten uitstellen. i Dat alles is zeer zonderling, zeide Ca tharina de Thai, toen Raoul zpn verhaal ge ëindigd had. En zich tot Raoul de Boisdéant richtend Zweert gij mij op uw eer, dat alles wat gij mij daar vorhaald hebt, de juiste onver- valschte waarheid is? Ja, op mijn eer. Zij stak hem de hand toe in volle oprecht heid. 'tls goed. Ik geloof u, zeide hij. En ik betreur het daar aanstonds zoo boos tegen u geweest te zijn. Maar waarom moest gij u met die mejuffr. Montville in het publiek toonen O, dat is alweer eene goede daad van Renée de Moranges. Mej. Montville had haar gevraagd in het Colosseum een barer oude kameraden te komen toejuichendit is een zekere Onésime Lampin, een komiek die daar waarlijk om zijn ongemeene behendigheid en koddigheid veel bijval oogst. En Renée had mij verzocht haar wel te willen vergezellen. 'tls goed. 'tls reeds laat. Neem nu af scheid van mij, ik zal u bij mijn vader ver ontschuldigen. En kom morgen terug. Ik machtig er u toe. Het gelaat van Raoul klaarde schielijk op. Catharina, sprak hij, met zeer zachte en tcedere stem, machtigt gij mij ook eindelyk aan uw vader te zeggen dat ik u bemin. Geheel eenvoudig antwoordde zij Ja, Raoul, wanneer gjj wilt, want ik ge voel ditmaal, meer dan ooit, dat het de juis te waarheid is. Eenige oogenblikken daarna daalde Raoul de Boisdéant den trap af en bevond zich nog maar ternauwernood op straat, toen zijne aandacht getrokken werd op verdoofde smartkreten. Wel, men vermoordt bier iemand, zeide hij bij zich zeiven. En in allerliaast, zonder op het gevaar te denken dat hij loopen kon, alleen bewogen door een edelmoedig gevoel, richtte hij zich naar de plaats waar liy een man in ster vensnood geloofde. De slag is mis, riep eene vrouwenstem. En haastig voegde zij er bij Laat hem los en vlucht. Te laat. De gespierde handen van Boisdéant gre pen hem, die den Italiaan, in den pelsman tel gewikkeld poogde te wurgen, by den nek en deden hem loslaten. En Boisdéant herkende zijn meesterknecht. Carl, wat beteekent dat? vroeg hjj. Maar Carl gaf zich de moeite niet te ant woorden. Met een ongemeen hevigen stoot wist lij) zich aan de handen van den ingeni eur te ontrukken en vluchtte gezwind weg, aanstonds de eerste straat inloopend en uit de oogen verdwijnend. Sophie Mosser was Jan Steinberg reeds vooruit en .alhoewel een verschillenden weg ingeslagen, zouden de beide ellendelingen al spoedig elkander terugvinden. Wat den Italiaan betreft, hfl was op straat gerold. De verrassing van Boisdéant klom ten top, toen hfl onder den losgemaakten pels mantel een jonge, slanke man zag te voor schijn komen, waarvan het krachtdadig ge laat hem goed bekend was. De pruik en de volle baard van den Itali aan waren in de worsteling afgevallen. Yvon, arme Yvon, riep hij. Wel, wat hebben die vermomming en die pelsmantel te beduiden? Wel, mijnheer Boisdéant, als gij het begeert te weten, gy kimt dat alles morgen aan den generaal vragen, antwoordde de Rus. Ily zal bet u zeggen, indien hij bet goed vindt. En die ellendeling, die Carl. Waarom wilde liij u wurgen? Vraag bet aan den generaal, mynheer Raoul... En Yvon, wiens bals de ro'ode sporen droeg der sterke vingeren van Jan Steinberg, her stelde zich langzamerhand en hernam dan: In alle geval, mynheer, gy zult morgen noch uwe meesterknecht, dien zoogenaamden Carl, noch dien Italiaanschen werkman op de werf zien. Waart gy dat, Yvon? Ja, mynheer de Boisdéant, en ik was voorzeker zeer goed vermomd, nietwaar, aan gezien gy zelf my niet herkend hebt? VERLOREN STRIJD. Terugroepingen, toejuichingen, bloemrui kers, kronen, niets was er te kort geweest, toen, by het einde van de dertigste opvoe ring van het 'meesterwerk van Verdi, het gordyn van de Nieuwe Opera van Weeneu dicht viel. De uitmuntende Thurner was waariyk ver rukt. En hy had er reden toe. Denk dan toch eens: de. geldkwestie ter zyde gelaten, was dat voor den impressario niet de cslioouste triomf dien men bedenken kan? By elke ver tooning was de zaal propvol, verscheidene dagen vooruit verhuurd. Men verdrong er zich letterlijk, in de Nieuwe Opera. Ja, hy triomfeerde, doch stil. Was hem niet de ergste mislukking voorspeld geweest? Eene onbekende. Eene zangeres zonder loop baan, zonder ondervinding, en die tegen al de groote en door het pubilek gewaardeerde namen zou te stryden hebben. Thurner liet die hem'afkeurden of al te lichtzinnig noemden, vry zeggen wat zy wil den, zonder zich de moeite te geven hen te gen te spreken. Hy wachtte met vertrouwen. Nu was de slag gewonnen. En de geluk- wensclien die hem in overgroote menigte toe kwamen, aanvaardde by met denzelfden een- voudigen glimlach, met dezelfde kalmte. Renée was vernikkelyk, waariyk bewon derenswaardig geweest. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1925 | | pagina 1