GEMEENTERAAD.
No 36.
WOENSDAG 5 MEI 1926.
49e Jaargang.
DERDE BLAD.
WAALWIJK.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op N rijdag 30 April
des avonds ten 7 uur.
Voorzitter Edelachtb. Heer Burge
meester Moonen.
Ongeveer zeven uur opent de Voor
zitter de vergadering; afwezig de lieer
B. Timmermans-Verschure.
De notulen der vorige vergadering
worden na voorlezing onveranderd
goedgekeurd en vastgesteld.
AAN DE ORDE:
1. Ingekomen stukken,
a. Schrijven van Ged. Staten hou
dende het bericht antwoord te willen
geven op een door den heel* Surig aan
den Minister gezonden schrijven.
Voorzitter. Het antwoord van Burg.
en Wetli. heeft ter visie gelegen. Kun
nen de heeren zich daarmede vereeni-
gen.
Eibers. Ik ben niet in de gelegenheid
geweest om de stukken te komen inzien
en zou daarom gaarne hebben dat liet
wordt voorgelezen.
Door den Secretaris wordt daaraan
voldaan. Het luidt:
Waalwijk, April 1926.
Aan Gedeputeerde Staten van
Noordbrabant.
In antwoord op neven aangehaald
schrijven hebben wij de eer U het vol
gende mede te deelen.
Wat betreft de feiten, die ons aan
leiding hebben gegeven tot schorsing te
besluiten, meenen wij te kunnen vol
staan met te verwijzen naar ons intus-
schen ingetrokken raadsbesluit van 18
December 1925 No. 2206 en de corres
pondentie, die naar aanleiding daarvan
met Uw College is gevoerd.
Zooals U met ons schrijven van 20
Februari 1926 No. 256 is medegedeeld
was de woning, die de heer Surig thans
nog in huur heeft, vroeger ambtswo
ning voor het hoofd der openbare
school in voormalig Besoyen. De heer
Surig bekleedde destijds het ambt van
hoofd dier school en kreeg uit dien
hoofde de beschikking over de woning.
Bij de opheffing der school op 1 Juli
1920 werd het huis door den Raad van
voormalig Besoyen bij besluit van 17
Augustus 1920 onderhands verhuurd.
De huur werd verlengd bij besluit van
dienzelfden Raad van 31 December
1925 en bij besluit van den Raad der
nieuwe gemeente Waalwijk van 18 Ja
nuari 1924 tot 1 Januari 1929.
Van eenige aankondiging, in welken
vorm ook, van het te huur komen der
woning is geen sprake geweest. De
huurovereenkomst met den heer Surig
draagt dan ook in elk opzicht het ka
rakter van een onderhandsche overeen
komst.
Waar de heer Surig schrijft dat hem
namens het Gemeentebestuur is toege
voegd, dat alleen hij de kans heeft ge
had de woning te huren, doelt hij, zoo
ver wij kunnen nagaan, op een gesprek
met den Voorzitter van ons College
waarbij wellicht de overwegingen, die
den Raad hebben geleid tot zijn schor
singsbesluit, onder het oog zijn gezien.
De heer van Kempen is het hoofd
van de bijzondere school, gehuisvest in
het gebouw der vroegere openbare
school van voormalig Besoyen. De wo
ning van den heer Surig grenst aan het
terrein der school.
Inderdaad heeft de heer van Kempen
een verzoek ingediend om de woning
te kunnen huren. Dit verzoek is echter
niet het gevolg geweest van eenige daad
van het Gemeentebestuur. Het staat
den heer van Kempen natuurlijk vol
komen vrij verzoeken in te dienen,
waarmee echter volstrekt niet is ge
zegd dat hij kans heeft gehad de woning
te huren, evenmin dat het bezijden de
waarheid zou zijn wanneer gezegd is
(in het midden latende of het inderdaad
met de door den heer Surig aangehaal
de woorden is gezegd) dat alleen de
heer Surig kans heeft gehad de woning
te hurenè Door Burgemeester en Wet
houders is in onze vergadering van 18
Januari 1924 voorgesteld, de huurover
eenkomst met den heer Surig te ver
lengen, welk voorstel zonder hoofde
lijke stemming is aangenomen. Wij
deelen deze bijzonderheid slechts vol
ledigheidshalve mede, omdat bij de be
oordeeling der vraag, of er sprake is
van een onderhandsche overeenkomst,
als bedoeld in artikel 24 der Gemeente
wet, het o.i. toch niet ter zake kan doen
of een ander buiten eenig toedoen van
de gemeente zich als gegadigde voor de
woning heeft opgedaan.
De heer Surig meent dat ter zake van
de huur van de woning, die hier in het
geding is, geen overeenkomst of schrif
telijk contract tusschen hem en de ge
meente bestaat. Hij verwart blijkbaar
overeenkomst met schriftelijk contract.
Een overeenkomst bestaat er inderdaad.
De heer Surig verzocht de bestaande
huur te verlengen en de Raad besloot
tot die verlenging onder dezelfde voor
waarden, als voor de loopende over
eenkomst golden. Een contract is wel
opgemaakt en den heer Surig toegezon
den, die echter tot heden in gebreke is
gebleven tot de schriftelijke bevestiging
van de huurovereenkomst mede" te
werken. De toezending had plaats bij
brief van April 192j dus geruimen tijd
vóór het ontslag nemen van den heer
Groenen, in wiens plaats de heer Su
rig is: gekozen.
Ten aanzien van de bewering in het
adres, dat de Burgemeester en drie an
dere leden van ons College woningen
van de gemeente onderhands ip huur
hebben, diene het volgende.
Voor de exploitatie van een driehon
derdtal woningen gebouwd in het be
lang van de volkshuisvesting, is een ge
meentelijk woningbedrijf ingesteld.
Zoowel de Burgemeester als de drie be
doelde leden van onzen Raad hebben
woningen van dit bedrijf in huur. De
bemoeiing van onzen Raad ten aanzien
van het verhuren dezer woningen heeft
zich uitsluitend beperkt tot het vast
stellen van een voor alle woningen
van het bedrijf geldehd huurreglement
en het vaststellen van de huurprijzen
voor de verschillende bouwblokken. De
toewijzing der woningen aan gegadig
den heeft plaats door de Commissie
voor het Woningbedrijf. In het alge
meen zijn den Raad de namen der
huurders niet bekend.
De voorstelling van zaken ten aan
zien van de woning van den heer Rog
geveen is niet juist. De Raad heeft, na
dat een daartoe strekkend voorstel
van de Commissie voor het Woning
bedrijf werd ontvangen, besloten een
crediet beschikbaar te stellen voor het
bouwen van twee middenstandswonin
gen, mits gegadigden zouden worden
gevonden voor een huur, die werd vast
gesteld op 700 per jaar. Dat vooral is
geaccordeerd over den huurprijs is
niet juist. Door' ons is het bedrag der
huur vastgesteld en aan de Commissie
voor het Woningbedrijf werd het ver
der overgelaten, zich te overtuigen of er
bij deze huur gegadigden waren voor
de te bouwen woningen.
Uit het vorenstaande zal U blijken,
dat de overeenkomsten met huurders
van woningen, in exploitatie bij het
Gemeentelijk Wonjjigbedrijf, een ge
heel ander karakter dragen dan die,
met den heer Surig gesloten, en dat
met betrekking tot eerstbedoelde over
eenkomsten het voornaamste element,
dat een onderhandsche overeenkomst
.kenmerkt, ontbreekt.
Waar de wet de wijze van oplossing
van een geschil, als hier aan de orde
is, duidelijk heeft aangegeven, ligt het
naar ons oordeel op den weg, dai de
wettelijke procedure wordt gevolgd.
Zonder eenige discussie wordt dit
vastgesteld.
b. Schrijven van Ged. Staten hou
dende goedkeuring van het raadsbesluit
tot het verleenen van een crediet aan
de Woningbouw-vereeniging te Baard
wijk.
c .Schrijven van den heer M. A. J.
van Liempt, houdende dankbetuiging
voor de hem verleende attentie bij ge
legenheid van zijn zilveren ambtsjubi
leum.
d. Adres van de Chr. Bewaarschool,
houdende het verzoek de haar verleende
subsidie te willen verlioogen.
Voorzitter. Ik stel voor dit schrijven
bij de behandeling van de begrooting te
overwegen.
Smolders. Dus dan zal de verhooging,
indien daartoe wordt besloten, met
ingang van 1 Januari 1927 pas ingaan.
Voorzitter. Ja.
e. Schrijven van Th. Burmanje, hou
dende het verzoek de woning te mogen
huren die door Van Oostrum wordt
verlaten en van Pullens om die te mo
gen huren die door Strikkers wordt
verlaten.
Eibers. Gaat zulks nog met het oog
op de nieuw geprojecteerde straat.
Voorzitter. Ja, ziet u eens, zoo'n
vaart zal het niet loopen en bovendien
worden de woningen van week tot
week verhuurd.
2. Onderzoek der geloofsbrieven van
het nieuw gekozen lid L. Hartog en be
slissing omtrent diens toelating.
De Voorzitter benoemde de heeren
Van der Geld, Van Driel en Smolders
als leden van de Commissie van onder
zoek en schorst gedurende dit onder
zoek de vergadering.
Na heropening van de vergadering,
deelt de heer van der Geld mede, dat
de stukken in orde zijn bevonden en tot
i toelating wordt geadviseerd, waartoe
met algemeene stemmen wordt beslo-
j ten.
3. Beëediging en schorsing van het
I nieuw gekozen lid H. A. W. Surig.
Aangezien de heer Surig niet aanwe
zig is, kan daartoe niet worden overge
gaan.
4. Voorstel tot opheffing van 'den
Cursus voor het Voorbereidend Teeken
onderwijs.
Prae-advies van B. en W.
In het programma van het thans op
geheven Herhalingsonderwijs was op
genomen het teekenen. In dit vak werd
les gegeven «jjoor den heer A. Fróklage.
In afwijking van den lesrooster voor
de andere vakken van genoemd onder
wijs werden de teekenlessen gegeven
des Zaterdags. Bij de opheffing van het
herhalingsonderwijs zijn de teekenles
sen, vroeger ook genoemd „voorberei
dend teekenonderwijs", gehandhaafd
gebleven. Bij nadere overweging komt
ons bestendiging daarvan niet noodig
voor. Wij zijn van oordeel dat onze
avondteekenschool voldoende in de be
hoefte aan teekenonderwijs voorziet,
zoodat handhaving van een tweede, zij
het ook een bescheiden cursus, naar
ons oordeel niet gemotiveerd is.
De kosten van dezen cursus bedragen
ruim 100.per jaar.
Wij stellen U voor den cursus met
ingang van 1 Juli a.s. op te heffen.
Met algemeene stemmen wordt daar
toe besloten.
Voorstel tot het beschikbaar stel
len van een crediet voor het maken van
een overdekte speelplaats bij de Open
bare School aan de Stationstraat.
Voor goed drukwerk, groot en
klein
Waalwijksche Stoomdrukkerij Ant.Tielen.
Prae-advies van B. en W.
Door de Commissie van Toezicht op
het Lager Onderwijs wordt in haar
laatste verslag, in Uw vergadering van
26 Maart j.l. in onze handen gesteld
om advies, o.m. de wenschelijkheid te
kennen gegeven een gedeelte der speel
plaats bij de Openbare School te over
dekken. 9
Na het onderbrengen der Nuts U. L.
O. school in het gebouw der openbare
school, is de speelplaats in tweeën ge
deeld en kreeg de U. L. O. school de be
schikking over de bestaande overdek
king. Wij kunnen het voorstel der Com
missie, om het gedeelte der speelplaats
dat thans ter beschikking is van de
openbare school,, eveneens gedeeltelijk
te overdekken, overnemen. De kosten
worden begroot op 550.te bren
gen op den buitengewonen dienst der
begrooting 1926 en te dekken door lee
ning.
Ten aanzien van de overige bemer
kingen der Commissie met betrekking
tot den toestand van schoollokalen en
speelplaats der bijzondere scholen, mer
ken wij op dat daarmede wordt betre
den het terrein van de schoolbesturen,
en wij geen aanleiding vinden nader op
deze bemerkingen in te gaan.
Met algemeene stemmen wordt dit
voorstel aangenomen
6. Benoeming leden van de Com
missie tot wering van schoolverzuim
(periodieke aftreding
De aftredende leden de heeren J.
van Kempen, M. A. J. van Liempt,
E. P. van Bijnen, A. Froklage, A.
Schaap en P. H. Broos, worden her
kozen.
De heer Surig komt ter vergadering
en vraagt te mogen worden beeedigd
waarna hij direct weer zal vertrekken.
De Voorzitter heeft daartegen geen
bezwaar, waarna de heer Surig de
voorgeschreven eeden aflegt.
Direct daarop verlaat de heer Surig
de vergadering.
Voorzitter. Ik stel nu aan de orde
de verdere behandeling van punt drie
der agenda nl. schorsing van den heer
Surig.
De heer Verwiel vraagt of het niet
beter is eerst het antwoord van den
Minister af te wachten.
De Voorzitter acht zulks niet noodig
en zegt dat de zaak uitgezocht moet
worden. De weg die bewandeld had
moeten worden, is niet bewandeld.
Met algemeene stemmen wordt
daarna tot schorsing besloten.
6a. Bepaling van het bedrag van
de voorschotten, ingevolge art. 103
der Lager Onderwijswet over het jaar
1926 uit te keeren aan de besturen
der bijzondere scholen.
Prae-advies van B. en W.
Nu de gemeente-rekening over 1924
door Ged. Staten is vastgesteld, kan
worden overgegaan tot het vaststellen
van het bedrag van het voorschot op de
vergoeding, ingevolge art. 103 der La
ger-Onderwijswet 1920 uit te keeren
voor het jaar 1926 aan de besturen der
bijzondere lagere scholen. Uitgekeerd
kan worden ten hoogste 80 van het
bedrag der kosten, volgens de laatst
gesloten rekening, van de overeen
komstige openbare lagere scholen in de
gemeente of in een gelijksoortige ge
meente, indien de gemeente zelf geen
openbare lagere school in stand houdt
Met kosten zijn hier bedoeld die van
verlichting, verwarming, leermiddelen,
onderhoud, enz. (art. 55 letter e tot en
met h en o der wet,) alsmede kosten
van instandhouding.
De kosten van de openbare school be
dragen over 192410.64 per leerling.
Het voorschot voor de scholen in de
voormalige gemeente Waalwijk (6e kl.
tabel Pers. Belasting), is dan ook vast
te stellen op 8.51 per leerling (80
Voor de scholen in de voormalige
gemeenten Baardwijk en Besoijen (7e
klasse Pers. Belasting), moeten de kos
ten in een gelijksoortige gemeente tot
grondslag worden genomen. De kos
ten in drie gemeenten moeten vergele
ken worden en van die gemeente waar
ze noch het laagste, noch het hoogste
zijn, tot grondslag genomen worden. In
de gemeenten Boxtel, Willemstad en
Ginneken, bedragen de kosten resp.
7.55, 10.en 13.67. Het voorschot
voor de scholen in genoemde deelen
van de gemeente is te bepalen op 8.
per leerling (80 van 10.
Naar het gemiddeld aantal leerlin
gen over het laatste jaar, is het voor
schot te bepalen voor:
1. St. Petrusschool Afd. A. 246
leerl. 2093.46. 2. St. Petrusschool Afd
B. 245 leerl. ƒ2084.95. 3. R K. Meisjes
school, Grootestr. 244, 359 leerlingen,
ƒ3055.09. 4. Chr. School 88£ leerl.,
706.5. R. K Jongensschool, Groote
straat 58a, 97 3/4 leerl, ƒ782.6. R.
K. Meisjesschool, Grootestr. 58, 74 leerl
592.7. R.K. Meisjesschool, Min.
Loeffstr., 112 leerl. 896.—.
Totaal 10. 209. 50.
Een der besturen verzocht de uitbe
taling van het voorschot per kwartaal
te doen geschieden. Hiertegen bestaat
naar onze meening geen bezwaar. Aan
gezien de regelen voor de uitbetaling
van het voorschot volgens art. 14 van
het Kon. Besluit van 4 Sept. 1923 (S.
432), door den gemeenteraad moeten
worden vastgesteld, stellen wij U voor
te bepalen dat de voorschotten voor
taan per kwartaal zullen worden be
taalbaar gesteld.
Voor de vaststelling van het voor
schot voor de bijzondere U.L.O.-school
beschikken wij nog niet over voldoende
gegevens
In de volgende vergadering zullen
wij hieromtrent een voorstel doen.
Daartoe wordt besloten.
Voorzitter. Ik heb een paar punten
te behandelen, die ik eerst even in
geheime vergadering wil bespreken
en schors daarom de vergadering.
Na heropening van de vergadering
spreekt den Voorzitter de gemeentebode
J. Verhoeven ongeveer als volgt toe
Verhoeven, het tijdstip is aange
broken waarep ge afscheid gaat nemen
van het ambtelijk leven, afsluit een
leven van noesten vlijt om uw gezin
te onderhouden.
Verhoeven, de wijze waarop ge je
steeds van je taak gekweten hebt kan
ik pas beoordeelen over de paar
aatste jaren toen ge naderde de grens
dat de dag zich van den avond gaat
scheiden. Ik heb u leeren kennen in
die periode, dat ge nog gaarne uw
plicht wildet doen maar waarop het
iichaam zoo'nu en dan teekenen geeft
tot zelfbeperking.
Verhoeven, die 2 laatste jaren dat
ik U heb leeren kennen, heb ik niets
dan lof. Trouw waart ge steeds op
uw post en op buitengewone wijze
hebt ge U steeds van uw taak ge-
cweten. Ge waart een ideale bode en
met groote blijmoedigheid en bevat
telijkheid deed ge steeds wat des bodes
is. Met een stalen gezicht, om niet van
een zuur te spreken, deed ge uw werk
en menschen die uwe vertrouwelijkheid
zochten hebt ge van uw afgehouden,
denkende aan hel spreekwoord: Spreken
is zilver, maar zwijgen is goud.
Namens den raad dank ik U voor
uwe goede diensten en ik hoop dat
de goede God U nog vele jaren moge
geven, opdat ge van uw welverdiende
rust kunt genieten.
De raad heeft besloten U een aan
denken aan te bieden bestaande uit
een fauteuil.
Met een handdruk namen hierna alle
leden van den bode afscheid.
Bij de rondvraag wijst de heer
Oomens er op dat hij voor eenige
jaren geleden tot regent van het Liefde
gesticht is benoemd, maar nog nooit
heeft hij daar verder iets van gehoord
of gezien. Hij meent dat zulks alles
behalve in den haak is.
De Voorzitter zegt eenmaal daarover
met den heer Van Heijst te hebben
gesproken en meent dat hij toen ook
ter vergadering is opgeroepen.
Oomens. Ik heb er nooit iets van
gehoord. Een keer heb ik eens een
convocatie-biljet ontvangen.
Voorzitter. Hebt U dan de rekening
niet geteekend?
Oomens. Neen. Ik begrijp die hou
ding
Ik begrijp niet waarom hij me nooitj
eens over die aangelegenheid aan-
spreekt. Vanmorgen
kijken, maar hij heeft nergens over
gesproken.
Voorzitter. Ik meen dat U toch eens
eenmaal de rekening hebt geteekend.
Oomens Neen hoor, dan moet U
dat nog maar eens nazien.
Voorzitter. Ik zal het nog eens
nazien.
De heer Smolders zegt van het
reglement van orde gebruik te hebben
gemaakt en schriftelijk een vraag te
hebben gesteld.
Een antwoord daarop heeft hij reeds
door derden, door den hoofdagent
Houben, ontvangen.
Als men vragen aan den burge
meester stelt, dan is het toch gebrui
kelijk dat degene antwoordt aan
wien de vragen zijn gesteld. Spreker
wil er hier op wijzen wijl hij meent
dat de raad zulks waardig is. alsook
dat het gebruikelijk en passelijk is.
Voorzitter. U bedoelt de kwestie
van die orgel op Goeden Vrijdag.
Dat behoort tot de competentie van
den burgemeester. Trouwens, in het
geval was al voorzien, want ik had
al order gegeven dat zulks niet meer
zou voorkomen. Ik heb niet gedacht
dat het Uwe bedoeling was zulks in
den raad te brengen. Wil U dit als
nog hebben.
Smolders. Aan uw antwoord merk
ik dat een en ander op een misver
stand heeft berust. Ik ben er niet op
gesteld dat het in den raad komt maar
het deed mij vreemd aan omdat in
een vorige vergadering, toen door den
heer Van Driel mondeling eenige vra
gen waren gesteld die de Besoijensche
Bouwvereenigingraakten.hij schriftelijk
een antwoord heeft ontvangen, daarom
meende ik ook een antwoord van U
te mogen ontvangen. Ik wil thans de
goede bedoelingen aannemen.
Voorzitter. Ik heb niet direct ge
dacht dat het uwe bedoeling is geweest
het in den raad te brengen daarom
heb ik het zoo behandeld. Te voren
heb ik over deze kwestie al met den
inspecteur van politie gesproken
direct nadat een artikeltje daarover
in de courant is verschenen. De kwestie
is geweest dat het den inspecteur
ontgaan was toen hij verlof gaf, jdat
het dien dag Goede Vrijdag was.
Thans is er echter in de agenda aan-
teekening van gehouden.
De heer Smolders is met dit antwoord
ten volle bevredigd.
De heer van Driel wijst er op dat
het bij de politieverordening verboden
is om Zondags luid op straat zijn
koopwaren aan te bieden. Zondag II.
heeft hij gemerkt dat de ijsroomwagens
nogal lawaai kunnen maken. Juist voor
zijn woning stond een man met een
wagen te bellen van heb ik me je
daar en hij acht dit zeker zoo hinder
lijk als het luide roepen.
Voorzitter. Het staatniet letterlijk
in de verordening dat het verboden is
te bellen, maar ik zal hejt die menschen
laten aanzeggen en laten ze het niet,
dan kan de vergunning tot het venten
worden ingetrokken.
Klijberg. Het is toch niet de bedoe
ling het venten te verbjeden.
Van Driel. Neen.
Eibers. De kinderen die op den dijk
wonen, kunnen Zondags niet den ge-
heelen dag staan wachten of de man
met vanille-ijs komt. Hij moet ze door
te bellen waarschuwen, dat hij er is.
Hierna gaat de raad over In geheim
comité ter behandeling van reclames
belastingen.
(Ongecorrigeerd.)
PROVINCIAAL NIEUWS.
Opheffing Hulppostkantoor
v.m. Besoijen.
De Directeur van het Post- en
Telegraafkantoor alhier deelt mede,
dat met ingang van 1 Mei e.k. het
hulppost- en telegraafkantoor te v.m.
Besoijen wordt opgeheven.
Met ingang van dienzelfden datum
wordt te v.m, Besoijen, opgericht een
post agentschap, benevens telegraaf-
en telefoonstation een en ander ge
vestigd in het perceel Grootestraat 67,
Louis Franken, Sigarenfabrikant
De dienst van het postagentschap
strekt zich uit tot;
lo. den verkoop van frankeerzegels
en andere postwaarden, plakzegels van
10 cent en rentezegels.
2o de aanneming van aangeteekende
en expresse-stukken.
3o. de aanneming van binnenland-
sche brieven met aangegeven gelds
waarde
4o. de aanneming van binnenland-
sche postwissels en de uitbetaling van
binnen- en buitenlandsche postwissels
beneden de twintig gulden en behou
dens toereikend zijn der kas.
5o. de aanneming van borderellen
met quitantiën ter invordering.
6o. de aanneming van binnenland
van den heer Van Heijst niet. sche postpakketten.
Het agentschap is geopend
Voor de sub. 1, 2, 3 en 6 genoemde
heb ik hem nog diensten gedurende de uren, waarop
gesproken en ben toen samen met hem de zaak van den agent voor het pu-
dat huis van de Gebrs. Pullens wezen bliek is geopend.
De Me van het Zuiden.
1