Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
I
i
FEUILLETON
HET SLOT DYMECK
NUMMER 83.
WOENSDAG 20 OCTOBER 1926.
49e JAARGANG.
UITGAVE
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN,
EERSTE BLAD*
GEMEENTERAAD.
HAARSTEEG.
(Vervolg).
4. Vaststelling begrooting der ge
meente voor het dienstjaar 1927 en
idem van het G. E. B.
Voorzitter. We zullen eerst maar
even de subsidie-aanvragen bespreken.
Door de Harmonie is een subsidie
aangevraagd van f 50.
Winkel. Die lui doen hun plicht
niet. Een vorig jaar is al gezegd dat
ze ook eens in Hedikhuijzen moeten
komen.
Van Hemert. Een vorig jaar heb ik
daar al op gewezen en toen werd ge
zegd dat ze misschien nog wel zouden
komen. Dat kan men nu toch niet
meer zeggen.
Winkel. Ze zijn eens ooit even bij
J. van Dalen geweest zoo maar
staande en toen ze hun potje bier op
hadden zijn ze weer direct weggegaan.
Je geeft ze subsidie, maar waard zijn
ze het niet.
Van Hemert. Laten we het onder
die voorwaarde geven.
Winkel. Ja en gewoon zeggen dat
ze anders niets krijgen.
Voorzitter. De voorwaarde er aan
verbinden dat ze een concert in He-
dikhuyzen geven.
Winkel. Maar dan moeten ze het
niet met anderhalve man komen
doen.
Voorzitter. De pastoor van Hedik
huijzen vraagt voor de Bewaarschool
de gewone subsidie. Hij heeft dit jaar
nogal onkosten gehad in verband met
de speelplaats verruiming.
Voorzitter. Ik dacht dat de speel
plaats veel grooter zou zijn geworden.
Er is maar een heel klein stukje bij
gekomen. De heg is zoo wat ver
plaatst.
Voorzitter. De speelplaats behoefde
niet grooter te worden. De inspecteur
heeft het zoo goed gevonden.
Worcjt besloten de gevraagde sub
sidie te verleenen,
Verzoek van de Zangvereeniging
„de Vriendschap" om een subsidie
van f 25 te mogen ontvangen,
Voorzitter. Dat is een nieuw ver
zoek.
Winkel. Als we de harmonie sub
sidie geven, dan kan men het de zang-
vereeniging niet weigeren. De zang
vereeniging heeft nog een concert ge
geven en de harmonie niet. Ik ben er
niet voor om aan alle vereenigingen
zoo maar subsidie te verleenen, maar
hier moet men den een niet voorden
ander stellen.
Van Hemert. De Zangvereeniging
heeft een concert gegeven, dat is
waar, maar 't was een gesloten con
cert. Alleen tegen betaling van entree
kan men binnen komen. Indertijd is
gezegd om geen nieuwe subsidies
meer te geven.
Van Vrede. Men kan een Zang
vereeniging niet gelijkstellen met een
harmonie. Een harmonie heeft instru
menten en het onderhoud daarvan is
duur, kosten die een Zangvereeni
ging n\et heeft.
Met vier tegen drie stemmen wordt
besloten geen subsidie te geven.
Tegen het verleenen van subsidie
stemden de heeren Van Vrede, Dob
belsteen, Van Hemert en v. d. Brand.
Voor het verleenen van subsidie
stemden de heeren Winkel, Van En-
gelen en v. d. Heijden.
Verzoek van het Wit-Gele Kruis om
de gebruikelijke subsidie te mogen
ontvangen.
Uit het verslag van de vereeniging
blijkt dat de inkomsten f910.45 en
de uitgaven f916.68 hebben bedragen,
zoodat het boekjaar met een nadeelig
saldo van f6.21 sluit.
Wordt met algemeene stemmen be
sloten de gevraagde subsidie te ver
leenen.
Verzoek van het bestuur van de
R. K. Handelshoogeschool om een
subsidie te mogen ontvangen.
Winkel. Ik zou het maar niet eens
voorlezen.
Dobbelsteen. Er zijn geen leer
lingen.
Wordt besloten afwijzend op het
verzoek te beschikken.
Schrijven van den directeur van de
R.K. Militaire Vereeniging te Venlo
om een subsidie te mogen ontvangen
van f 10.
Dobbelsteen. Dat zou ik niet geven.
Winkel. Het is een nieuwe aanvraag.
Wordt besloten geen subsidie te
verleenen.
Dobbelsteen. De post salaris Secre
taris—Ontvanger is verhoogd. Is dit
overeenkomstig een wettelijke regeling.
Voorzitter. Ja en dat zit 'm ook in
verband met den kindertoeslag, het
derde kind. In April komt de Secre
taris op zijn maximum salaris te staan.
Dobbelsteen. Gaat de verhooging
met 1 April in.
Voorzitter. Ja, daarop is de post
berekend.
Dobbelsteen. De post ambtenaar
ter Secretarie van f 500 en f 650 voor
gemeentebode stel ik voor van de
begrooting af te voeren. We zullen
maar denken alle goede dingen be
staan in drieën.
Van Hemert. Ik stel voor ze gewoon
ontslag te verleenen dan behoeft van
zelf daarvoor geen post op de begroo
ting worden gebracht.
Voorzitter. Dat wordt toch niet
goedgekeurd.
Van Hemert. Er moet op gewezen
worden dat die menschen werkelijk
overbodig zijn.
Dobbelsteen. Laten we de posten
nu maar gewoon van de begrooting
schrappen.
Voorzitter. Ik wil nog even op
merken dat de raad niet te ontslaan
heeft. Burg. en Weth. benoemen en
ontslaan.
Het voorstel van den heer Dobbel
steen wordt met vier tegen drie stem
men aangenomen.
Voor stemden de heeren Van Vrede,
Dobbelsteen, Van Hemert en van den
Brand.
Tegen de heeren Winkel, van
Engelen en van der Heijden.
Dobbelsteen. Op de begrooting
komt nog een post van f50 voor,
voor aankoop van meubelen. Zijn er
extra kosten.
Voorzitter. Neen, extra kosten direct
niet. We willen een schilderij voor de
raadszaal koopen en dan moeten de
stoelen eens worden nagekeken. Is
het niet noodig, dan wordt het bedrag
niet uitgegeven.
Dobbelsteen. Dat is wel zoo, maar
hoe hooger zoo'n bedrag op de be
grooting wordt gebracht, hoe meer
Burg. en Weth. kunnen uitgeven.
Van Hemert. Hoe gaat dat met de
aanplakkers-omroepers. Is dat een
baantje waarvoor ieder jaar menschen
worden benoemd of is dat een vaste
aanstelling.
Voorzitter. Dat is een vaste aan
stelling. Die menschen zijn door den
raad benoemd ieder op een salaris
van f 10 per jaar.
Dobbelsteen. Zij ze dan nog in het
pensioenfonds ook.
Voorzitter. Een wel, de ander wil
niet.
Dobbelsteen. Op de begrooting
staat een post van f25 voor onder
houd van een fiets voor den gemeente
bode.
Die post moet ook van de begroo
ting worden geschrapt.
Van Hemert. De klokkenisten zal
ik ze maar noemen, zijn die ook voor
vast aangesteld.
Voorzitter. Ja.
Dobbelsteen. Er staat een post van
f 100 voor onderhoud van land. Waar
bestaat dat onderhoud in.
Voorzitter. Daar staan meer posten
op de begrooting voor onderhoud van
landerijen. Er moet eens stekhout aan
geschaft worden.
Van Hemert. Het is hard noodig
dat aan de wegen weer eens wat
wordt gedaan. Ik zou een arbeider
altijd aan de wegen werkzaam laten
zijn.
Voorzitter. Ge hebt altijd geen
materiaal om op de wegen werkzaam
te laten zijn.
Van Hemert. Als ge in Herpt komt
zijn de wegen goed en hier zijn het
niets dan gaten en kuilen en die
kuilen worden hoe langer hoe dieper.
Voorzitter. Die weg is te hard, al
wat er wordt opgebracht wordt stuk
gereden.
Van den Brand. Die steenslag valt
daar niet mee. Die wordt zoo fijn
gereden dat er bijna niet meer door
te komen is.
Van Vrede. Grint zou beter houden.
Winkel. Die zal daar evenmin
houden.
Van den Brand. Het beste zal zijn
om dien weg daar een eind op te
breken, anders zit er niets op. (Gelach)
Voorzitter. Wij hebben nog pas een
conferentie gehad over dien weg met
een ingenieur. Wij weten nog niet
wat de Provincie zal doen. Misschien
nemen ze den weg nog wel voor
f 25.000 over. En dan bestaat er nog
wel kans dat van het te vormen wegen
fonds iets voor onderhoud zal komen.
Van den Brand. Men lacht als er
wordt gezegd de weg maar voor een
eind op te breken, maar nou kan er
toch ook niemand door.
Voorzitter. Trachten over te geven
is de beste weg. Maar als er geen
materiaal is kan men ook geen man
op den weg brengen, dan heeft men
er niets aan.
Dobbelsteen. Voor de school is een
post van f450 op de begrooting ge
bracht. Een vorig jaar heeft men
f 1000 noodig gehad.
Voorzitter. In Hedikhuizen is de
toestand thans normaal geworden en
nu kost het onderhoud niet meer dan
f 10 per kind.
Van Hemert. Dat komt omdat er in
het begin absoluut niets in de school
was.
Vooizitter. Dat was hier ook het
geval. Hier was ook niets meer.
Van Hemert. Als ge de couranten
zoo eens nagaat, dan wordt overal
zoowat op f 6 k f 7 per kind gerekend,
dus is het hier verbazend hoog.
Voorzitter. Over anderen valt niet
te oordeelen, de klassen kunnen in
die andere gemeenten in orde zijn.
Het is echter lang niet zeker dat het
bedrag geheel wordt opgeëischt, ze
Wtalwyksche en Langsfraalselie Courant
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementprfls per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rjjk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, en*,
franco te zenden aan den Uitgever.
Dit blad verschijnt
£rfls der Advortentlën
20 cent per regel; minimum ƒ1.50.
Reclames 40 cent por regeL
By contract flink rabat
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 0 uur In ons bezit
zyn.
van „DE ECHO VAN EET ZEIDEN".
door
ILZE DORE TANNER.
16)
Voor liet eerst sprak nu de graaf„Mé-
vrouw de gravin moest niet zoo streng voor
juffrouw Henny zyn ik mag hier toch
wel een goed woordje doen voor juffrouw
Ivonig wat een mensch niet kan nu,
dat kan lijj niet", hjj slikte een paar keer
krachtig, want hy, dacht er ineens aan, hoe
vurig zyn gestorven moeder, 15 jaar geleden
geweuscht had, daü liy aanzoek gedaan had
om een aardig baronuesje dat hem toenter
tijd beminde met zoo'n dwepende liefde,
zooals dikwyls heel jonge meisjes die voor
oudere, door vrouwen verwende mannen ge
voelen toen hy zijn moeder, die liy zoo
ongaarne pijn deed, ook had gezegd„ik
kan het niet", en geweten, dat dit „ik kan
liet niet" zijn recht was, dat niemand hem
bestrijden kon.
„Dat gij voor Uw vroegere verloofde
spreekt, graaf Roleneck, doet uw grootmoe
digheid en uw edel karakter alle eer aan!"
zeide gravin Dymeck koud „Maar Ilenny
is deze grootmoedigheid niet waardig zij
heeft toch uw aanzoek aangenomen
Een fel rood kwam op Henny's wangen
„Ik heb in de vriendelijkheden en opmerk
zaamheden van graaf Roleneck geen aanzoek
gezien", zeide zy met besliste stem. „Ik
ik wist niet, daten wanneer ik dat ver
moed had, zou ik niet zoo zoo vertrouwe
lijk met den graaf gepraat hebben want
aan de mogelijkheid, dat graaf Roleneck met
mij zou kunnen trouwen, heb ik nooit ge
dacht ik ben mij, niet bewust, mij hierin
ongepast gedragen te hebben. Want in uw
huis, tante Ivlarissa, dacht ik, tegenover uw
vriend, toch heel gewoon te zijn geweest."
„Juffrouw Konig heeft geljjk, gravin, ik
moet haar liier tegen uw venvyt verdedigen,
want zy heeft my zelf gezegd, en haar uiter-
lyk heeft het bevestigd, dat myn vraag aan
haar om myn vrouw te worden, haar zeer
overrompelde."
„Voelt gy het zóó, beste graaf", zeide gra
vin Dymeck, „maar ik kan my niet met uw
zienswijze vereenigen, ik heb nu eenmaal
mijn eigen meening over deze zaak, die mij
weer, zooals al zoo dikwijls het geval is
geweest* het bewys geeft van volstrekte on
dankbaarheid voor bewezen weldaden de
Konigs en Orlenliaus' hebben zich ook niet
steekhoudend doen kennen en zyn vanaf
heden eveneens voor goed van de lyst mijner
bloedverwanten geschrapt."
De gravin was nn zeer opgewonden, zy
stond op en liep met gróote schreden in de
kamer op en neer, haar gezicht was door
woede byna onherkenbaar.
„Ik dank u voor alles, wat u voor goeds
voor my gedaan hebt gedurende myn ver-
blyf, maar ik kan nu eenmaal niet dat
gene verkiezen, wat u en wellicht ook myn
ouders voor myn geluk houden ik moet
myn geluk zelf voelen, niet my door anderen
laten zeggenje bent gelukkig hier. dat,
wat wy je brengen, is je geluk. Dat is
toch waar tante Ivlarissa, ik bid u, zie
toch in, dat dit recht my zélf toebehoort."
De oude gravin lachte lioonend„Zoo, is
dat recht van je zelf, dat zyn, groote woor
den van den modernen tyd en van de nieuw-
modesche vrouwen goed zoek jy je
geluk maar van Dymeck fcul je afstand
moeten doen."
Henny zeide niets, ze glimlachte slechts.
Zy zou het liefst hard weggeloopen zyn en
haar boeltje by elkaar gepakt hebben, maar
ze was nog altyd de jongere gast van haar
oud-tante en ze wilde haar plicht niet op-
zcttelyk verzaken. Zij wachtte daarom
schijnbaar geduldig, tot de gravin haar zou
laten gaan, terwyl graaf Roleneck aanstal
ten maakte om te vertrekken.
Hy kuste gravin Dymeck de hand, bracht
eveneens eerbiedig Henny's hand aan zyn
lippen, die moedig naar hem toe gegaan was
en met vaste stem sprak„Ik vraag u ver
geving, graaf Roleneck denkt u zonder
wrqk aan my. aan de kleine, domme Henny,
en ik hoop, dat u een vrouw zult vinden, die
u werkeiyk en oprecht liefheeft"
Nog een buiging by de deur en de graaf
was vertrokken. Een benauwde stilte ont
stond, Henny waagde het niet, om heen te
gaan, nog minder het woord tot de gravin
te richten. Op dit oogenblik kwam Schroth
door een deur aan den anderen kant het
vertrek binnen. Zy maj: Henny met een
boosaardigen blik, waarin haat en leedver
maak lagen.
Natuurlyk had zy geluisterd, en daarby
bemerkt, dat Henny by haar tante een groote
nederlaag had geleden, maar dat graaf Ro
leneck toch méér gevoel voor het jonge meis
je betoond had.
Ik wilde mevrouw de gravin maar cvn
melden, dat juffrouw Konig gisteren den
heer Eckart von Wackerath in het bosclije
heeft ontmoet en met hem gesproken aeeft
niettegenstaande mevrouw de gravin dat
niet wilde hebben en dit ook uitdrukkelijk
aan juffrouw Konig verboden heeft.
Het was Henny in het eerste oogenblik,
alsof zy door den bliksem getroffen werd,
maar zy voelde, nu vrygeworden van haar
tante, moed en kraclfc genoeg voor den stryd.
De gravin beefde plotseling zoo merkbaar,
dat Henny schrok. „Is dat waar, Henny?"
„Ja, tante Klarissa, het is waar", zeide zy
ongerust.
„Dus ook dat nog, ondanks mijn streng
verbod, heb je het gewaagd, samen te komen
met Wackerath", riep de oude dame bevend
van woede.
„Ik ontmoette mynheer von Wackerath
toevallig, en wy spraken een paar woorden
met elkaar het was tegen uw; gebod ja
en daarvoor moet ik om vergeving vra
gen, maar nu, nu ik toch Dymeck verlaten
moet, is het toch van geen gewicht, dat ik
met den heer von Wackerath sprak over
dingen, die alleen my betroffen
„Werkeiyk alleen jou betreffende?"
vroeg de gravin scherp en, naar het Henny
scheen, met een zekere spanning, „sprak hy
niet over de oude vyandscliap tusschen Dy
meck en den Olmenhof?"
„Neen," zéide Henny, en dankte in stilte
God, dat zy zoo ru9tig neen kon zeggen,
want by de laatste, zoo onharmonisch ge-
eindigde ontmoeting was immers over die
oudei vyandscliap geen woord gerept.
„Hoe het dan ook zy dat je tegen myn
uitdrukkeiyk bevel hebt gehandeld, ontslaat
my van elke verplichting die ik tegenover
je ouders op my had willen nemen je zult
morgenvroeg om 11 uur Dymeck verlaten
hebben, je hebt myn goedheid met ondank
beloond ik wil je niet meer zien."
„Tante Klarissa", zei Henny met haar lie
ve, innemende stem, „tante Klarissa, i9 het
werkeiyk zoo héél erg, wat ik misdreven
heb? Ik heb inyn levensgeluk verdedigd, toen
ik den graaf het woord teruggaf, dat ik hem
overyld gegeven had en ik heb met den jon
gen man gesproken, die my, toen ik ver
dwaald was, goedhartig geholpen heeft
kunt u my dat niet vergeven?"
Maar gravin Dymeck, die in de eenzaam
heid van haar burcht als lieerscheres harer
bezittingen, in een soort tyrannes was ont
aard, wendde zich af.
„Ga, Henny, onze wegen scheiden zich hier
voor eeuwig," sprak de harde stem.
Toen hief Henny trotsch haar blonde hoofd
op en ging, zonder Schroth ook maar met
een blik te verwaardigen, de deur uit en
naai} haar kamer, zy viel als verdoofd op
haar bed neer, nu hadden al haar krachten
haar verlaten! Maar haar moed niet. Wat
moest zy zoo gauw beginnen? Weg van Dy
meck moest zy zoo gauw mogeiyk. Daarby
gevoelde ze zich voorloopig niet in staat,
een goeden, duideiyken brief aan haar moe
der te seliryven om haar daarin alles mede
'te deelen. Het beste was om maar onaange
meld thuis te kqmen en alles mondeling uit
te leggen.
En toen moest Henny aan den Olmenhof
denken, aan Eckart von Wackerath, dien zy
nu wel nooit meer zou zien en de gedachte
daaraan deed haar pyn.
Van anderen zou hij zeker wel hooren, dat
haar verloving met graaf Roleneck verbro
ken was, dat haar tante haar in woede weg
gejaagd had, en misschien zou hy dan niet
meer zoo slecht over haar denken.
Hoe meer zy er over nadacht, des te dui-
delyker werd het haar, dat zy zóó en niet
anders had moeten handelen, en een zekere
rust kwam over haar. Zy kon dadelyk be
ginnen, de kasten uit te pakken, waarin al
haar bezittingen geborgen waren. De kleeren,
die haar tante haar gegeven had, legde zy
zorgvuldig weer in de kast; zy nam alleen
datgene mee, wat zy zelf meegebracht had.
Toen telde zy haar geld na, het moest voor
de terugreis gebruikt worden.
En thans, weg van Dymeck! zy besloot,
om zoo gauw het donker zou zyn geworden,
naar den tuin te gaan en den tuinman te
vragen, haar koffer weg te brengen.
Ziezoo, nu waren de kasten opgeruimd.
Henny ging naar de commode, en opeens
gingen haar gedachten weer naar andere
richtingenDaar stond immers het kistje,
dat zy achter den lossen steen in het toren
kamertje gevonden had.
Zy tilde het deksel op en greep het boven
op liggende groote geschrift, waarop zy den
naam van Wackerath gelezen had. Het was
erg vergeeld, en onderaan vertoonde het. een
groot rood wapenzegel, dat Henny direct als
dat der gravin Dymeck herkende. En daar
stond immers ook de naam van den laatsten
graaf Dymeck„Kaspar graaf Dymeck op
slot Dymeck", in goed leesbare, ouderwetsehe
letters. Dat was immers de naam van den
overgrootvader, van wien Eckart von Wa
ckerath haar verteld had. Ineens beefde
Henny van spanning en opwinding, boven
het geschrift stond: „Dit behoort by myn
testament." Met kloppend hart las zy
Slot Dymeck.
24 December 1855.
Ik gevoel my op dezen dag gedrongen, een
begaan onrecht weder goed te maken. Ik had,
omdat Jurgen von Wackerath myn lieve-
lingswenschen, u.l. myn beide naaste bloed
verwanten door een huweiyk verbonden to
zien. weerstreefd had, myn neef in bogrij-
pelyken toorn onterfd. Daar ik echter ge
durende de laatste jaren de redenen, die my n
neef aanleiding gaven tot de verbreking zy-
ner verloving met myn nicht gravin Klarissa
Dymeck, beter begrepen heb, bepaal ik hier
bij het volgende: Slot Dymeck met zyn lan-
deryen komt aan myn neef Jurgen von Wa
ckerath, onder voorwaarde, dat bij de re
geering de vereeniging van namen en wapens
officieel wordt aangevraagd, het naburige
landgoed behoudt myn nicht gravin Klarissa
Dymeck. Voor het geval, dat gravin Klarissa
Dymeck ongehuwd komt te overiyden. valt
ook deze bezitting aan Jurgen von Wacke
rath of aan zyn wetteiyke erfgenamen ten
deel.
Kaspar graaf Dymeck.
Als getuige
Notaris Bachmuller.
(Wordt vervolgd.)