ot m itii Hoe men in Zweden over ons denht. Verscïj QekarncC De week van Ford, Pluimveeteelt. 30 ceyp/C TWEEDE BLAD. Waarachtig, we zijn nog niet oud. hebben^nog geen vier kruisjes noodig om onzen leefiijd te schrijven, en tóch lijken vele toestanden en verhou dingen uit vroege jeugd zóó verreachter ons, als waren het herinneringen uit tijden van menschen geslachten terug, herinneringen, opgewekt door het lezen van geschiedenisboeken. Oorlog, revolutie, revolutie-dreiging en economische ontreddering hebben in enkele jaren op politiek en sociaal gebied eene evolutie geschapen, die in normale omstandigheden een eeuw- duur zou hebben vereischt. 'i Zijn nóg jonge mannen, zij, die zich herinneren kunnen dat oe „nor male" arbeidsdag er een van 12—14 uur was. De leuze der Sociaal-demo craten: „Op, voor den 8-urendag" 1 leek een onvervulbare utopie, een on wezenlijke verwachting van de zege ningen van een onmogelijken heilstaat De katholieke democraten wilden zich in hun wenschen meer tot het bereik bare bepalen en daarom schaarden ze zich eendrachtig achter Mr. Aalberse, die in de Tweede Kamer al wat con servatief was tegen zich in het harnas joeg door een motie voor te stellen, waarbij de wenschelijkheid werd uit gesproken van een wettelijke regeling van den 10 urigen arbeidsdag. Dat alles gebeurde nog maar een 15 jaren geleden, maar hoe ver ligt hei achter ons. Wat een onwezenlijke verwachting leek. is al lang werkelijkheid geworden de 8 urige arbeidsdag is normaal. Wc gingen zelfs verder: de Engelsche Zaterdag werd ingevoerd en thans heeti Ford illusies gewekt van een week van 5 werkdagen. In zijn fabrieken weru de illusie reeds werkelijkneid en de gedachte is als leuze reeds door de Amerikaansche arbeiders overgenomen. Er is wel reden om zich af te vragen, waar we heen gaan. Ons artikel wil volstrekt geen requisitoir tegen den 8 urendag zijn. De 8-urendag moet als norm gewaardeerd worden; het leven behoort met méér gevuld te zijn dan met werken en slapen. We zouden het eehter verkeerd achten, als men van een streven om den werkdag te nor maiiseeren op een redelijken duur, overging tot een pogen om den arbeids duur zooveel mogelijk te bekorten en daarbij van toevallige economische omstandigheden gebiuik te maken. Een te sterke bekorting van den ar beidsdag heeft ook nadeeien. De illusies die men gekoesterd heefl over de wijze, waarop de arbeiders hun meerderen vrijen tijd zouden besteden, werden op geen stukken na vervuld. Er zijn tal van vereenigingen, die zich hun gees telijke ontwikkeling ten doel stellen, leeszalen en bibliotheken zijn overal verrezen en wel wordt van al die in stellingen een nuttig gebruik gemaakt, maar toch slechts door de besten, be trekkelijk weinigen, een zéér gering percentage van het groote aantal, dai de gelegenheid tot ontwikkeling ge boden is. We vinden het verschijnsel trouwens niet abnormaalde meeste menschen hebben geen lust tot studie, omdat ze er de hersenen niet voor hebben, wa\ voldoende is om ze volkomen te ex- cuseeren. leder mensch is aan zich zelf en aan de maatschappij verplicht zich een zekere ontwikkeling eigen te maken, maar 't zou dwaasheid zijn om menschen tot bijzondere studies te bewegen, die daartoe geen geschiktheid hebben. Nu zijn er werkzaamheden, die zoo zwaar zijn, dat een 8 urige arbeidsdag volstrekt niet te kort geheeten mag worden, omdat de vrije uren voor rust onontbeerlijk zijn. In vele andere be drijven zijn de werkzaamheden we niet zwaar, doch zoo eentonig en dus geestdoodend, dat 8 uren daags er ook welletjes is. Maar de arbeiders van de laatstbedoelde categorie zijn noch tans niet vermoeid en voor zoover ze geen bekwaamheid of lust tot studie hebben, werkt de vele vrije tijd de- moraliseerend op ze, indien ze luieren, en leidt de vrije tijd tot maatschappe lijke uitwassen, indien ze zich met hun energie op andere werkzaamheden toeleggen. Veel werkeloosheid ont staat, doordat arbeiders vaak neven betrekkingen bekleeden. De handel drijvende middenstand ondervindt veel last van de kleine winkeltjes in het bijzonder ter verkoop van sigaren welke gedreven gorden door ar beiders. Het a,ssurantievak is bijna geheel verknoeid en biedt nog slechts aan weinigen een volledig bestaan doordat 'n „agentschap" een zeer al gemeen nevenbaantje is geworden. De kantoor-avondbetrekkingen zijn legio te ontgaan zijn die uitwassen niet, want indien de werkzaamheden niet te zwaar zijn, dan is de 8 urige arbeidsdag voor ijverige menschen welde grens gebleken tot welke de arbeidsduur mag worden beperkt. Wie over zijn vrijheid beschikt, in eigen zaken is of zelfs zijn arbeidstijd regelen mag stelt zich in het algemeen niet met 8 uren tevreden ook doen dat niet de verenigingsbesturen, de schrijvers en poliiici, die zich geroepen achten om voor de arbeidsbeperking van anderen te ijveren. Laten we ons daarom wachten voor het najagen van slechts schijnbare successen, als de voortdurende bekor ting van arbeidsdag en -week. Een mooi doel is bereikt, maar nu moeten we ons beheerschen. Voor den mensch is arbeid even noodig als eten, drinken of slapen. De energie, die in ons is. moeten we verwerken en als we dat niet in normalen arbeid kunnen doen. zullen we buitengewone bezigheden zoeken, die de economische orde ver storen. In een Zweedsch weekblad vond ik eenige beschouwingen over ons Hol landers, die, hoewel we niet allemaal op klompen, in pofbroeken, en lange pijpen rookende rondwandelen, toch wel eenigszins grappig aandoen. Men oordeele In Holland. Holland het land onder de zee is iets bijzonders tengevolge van zijn geheele wezen, en dat heeft zijn stempel gedrukt op het geheele leven der bevolking. Een Hollandsche stad maakt een eigt naardigen en aangenamen indruk door hare kanalen, groene boomen en mooie geveltjes. De meeste steden zijn gebouwd op moerassen en men is daarom genood zaakt geweest palen diep in den grond te heien, om vasten grond voor het bouwen te kunnen verkrijgen. „De Hollanders wonen in boomtop pen, evenals de kraaien", zei Erasmus. Maar deze „bepaling", zooals dat heet is zéér duur, zóó zelfs, dat men wel kan aannemen, dat een huis evenveel kost onder, als boven den grond. Het is van belang, zooveel mogelijk rekening te houden met de beschikbare plaatsruimte, en daarom bouwt men het huis hoog en smal. Op sommige plaatsen is men gewoon de bovenste verdieping over den hof uit te bouwen, zoodal deze belangrijk grooter wordt dan de onderste. Het Is een zeer eigenaardig gevoel, wanneer men door eene straat van der gelijke huizen loopt, men heeft steeds de gewaarwording, dat menelkoogen- blik huisraad op zich neer kan zien vallen. Oude Hollandsche binnenhuizen kennen we allen uitstekend door de oude schilders Vele wereldberoemde schilders heb ben die binnenhuizen en het leven daarin uitgebeeld, statige vertrekken van huizen in de stad, zoowel als lan delijke idyllen. Als we eens een kijkje nemen in het huis van een landman of visscher, zien we hoe eenvoudig die Hollanders leven in hun huis. waarvoor zij zoo hard hebben moeten strijden, zoowel tegen de zee als tegen vijanden. Trappen en gangen mogen in het smalle Hollandsche huis niet veel plaats innemen, daarom zijn die zóó smal als maar eenigszins k&n, en groote meu beien kan men daardoor niet transpor- teeren. Deze moeten dus door de ramen worden binnengebracht, die voor dit doel zéér groot gemaakt zijn. Elk huis is daarom dan ook voorzien van een hijschtoestel. Naar onzen smaak zijn de Holland sche kamers wellicht een weinig stijf gemeubeld, maar ze zijn gezellig en op den grond liggen vele matten. Soms kan het vreeselijk koud zijn in zoo'n Hollandsche kamer, vooral wanneer men in het vroege voorjaar eene woning bezoekt waar men de oude gewoonte volgt de licht verplaatsbare kachels weg te nemen en die den 15en April naar den smid te zenden. Hij moet ze dan den I5en October netjes opgepoetst terugbrengen, welke grillen het weder intusschen ook heeft. In de slaapkamer vindt men zelden een kachel, maar men kan zijn bed verwarmen door een koperen bedden warmer, waarin gloeiende kolen, die men zóó lang in zijn bed heen en weer beweegt tot de kilheid verdwenen is De Hollandsche zindelijkheid is wereldberoemd. Niet alleen het inwen dige schittert door ver doorgedreven zindelijkheid, maar ook de buitenkant der huizen en de straten daarvóór. lederen Zaterdag heeft men wasch- dag, maar bovendien enkele malen per jaar groote schoonmaak. Menigeen sieekt den draak met het doorloopende schoonmaken der Hol landers, maar ze bereiken ondertusschen toch maar, dat ze hun huis en straten niet alleen neijes, maar ook frisch en poacf huisvrouw, die met een bescheiden inkomen moet tevreden zijn. Last BLUE BAND U helpen, en ge hebt een middel gevonden. N om veel te besparen, zonder dat U zich iets behoeft te ontzeggen k BLUE BAND IS UW BESTE FINANCIER gezond houden. Als men eene Hollandsche boerderij bezoekt, zal men dezelfde zindelijkheid vinden, soms nog wel verder doorge voerd. De boerderijen liggen dikwijls afzonderlijk en zien eruit als een uit vele deelen samengebouwd huis op eene hoogte. De omgeving is netjes en alles is zóó goed in orde of men vreemden verwachtte, maar zóó ziet het er eiken dag uit. De kamers doen ons sterk denken aan de oude boerenkamers op Skansen. Gewoonlijk vindt men daar met gor dijnen afgesloten alcoofbedden en in het huis van den ntefcf welgestelde zijn de bedden zóó goed van kussens en dekens voorzien, dat deze bijna tot den zolder reiken. Maar het allermerkwaardigste, is op eene Hollandsche boerderij wel de koestal Men kan terecht zeggen dat geen levend wezen het beter heeft dan een Hollandsche koe. Er wordt bijna voor gezorgd als voor een kind in de wieg, en hare kamer, want zóó mag men eene Hollandsche koeienstal wel noemen, is dienovereen komstig ingericht. Het plafond is afgeboend, de afschei- dingsboomen zijn geschilderd en voor de ramen vindt men gordijnen. Langs de muren loopen planken, waarop kazen zijn opgestapeld. Alle mest wordt nauwkeurig opge vangen en als een Hollandsche boer in zijn koeienstal gaat trekt hij zijne klompen uit. S. Vragen, deze rubliek betref fende, kunnen door onze abonné's gezonden worden aan ;De Combinatie", We stersingel 27 A. Rotterdam Postzegel van 10 cent in sluiten. Pokken en Diphteritns. Ze heerschen weer in erge mate, deze vreeselijke kippenziekten, waar aan in het natte, gure najaar niet te ontkomen schijnt. Toch, in werkelijk heid zijn die plagen te ontgaan en tijdig genoeg hebben we er onze lezers over ingelicht, hoe ze hun dieren door enting met het serum van Dr. L. de Blieck en Dr. F. van Heelsbergen immuun (onvatbaar) konden maken. Honderdduizenden dieren worden er jaarlijks mee behandeld en 't is ge bleken, dat de methode beslist afdoen de is, maar nog meer honderdduizen den zijn niet op de geschetste wijze tegen de dreigende ziekte gevaren beschermd. Vele kippenhouders verzuimen de enting uit onkunde, voor andere, die voor het beoogde doel geen samen werking met meerdere pluimveehou ders kunnen krijgen, komt ze te duur, maar de meesten blijven nalatig uit onverschilligheid en maken zich wijs, dat 't zoo'n vaart wel niet loopen zal. Welnu, de berichten in de dagbladen en de vele brieven, die bij ons binnen komen, Ieeren ons anders. De ziekten heerschen weer onrustbarend. Pokken en diphteritis worden „de" kippenziekten" geheeten, eerstensom- dat ze althans vóór de vinding van het bovengenoemde serum niet te vermijden schenen en tweedens om de vreeselijke gevolgen. De be smetting grijpt snel om zich heen, het ziekteproces is zeer langdurig van aard, vele dieren sterven er aan, andere hervatten den leg niet meer en alle gaan in productiviteit achteruit. Kui kens, uit eieren van z g. genezen dieren gekweekt, zijn zwak en zeer vatbaar voor dezelfde ziektende kiemen komen gewoonlijk al in de eieren mee. Hoenders, die aan pokken en (of) diphteritis geleden hebben, moet men van de fokkerij uitsluiten. Overigens handele men als volgt. Opgeruimd moeten worden de kip pen, die de ziekte in chronischen vorm met zich dragenhet zijn dezulke, welke na hun z g. herstel met een' dikken kop blijven rondloopen. Ze zijn smetstofdraagsters en zoo gauw het najaar met stormen en plasregens haar intree doet, hebben de gezonde kippen blijkbaar haar weerstand tegen de j smetstof verloren, zoodai heel de hoen derstapel in enkele dagen tijds is aangetast. Daar een genezing der ziekte langen tijd vergt en in vele gevallen on mogelijk is, doet men verstandig om het gevaar van verdere besmetting te beperken door de zieke beesten af te maken, als nog slechts een paar hoenders zijn aangetast. Hokken e d moeten dan terdege ontsmet worden en dé cadavers worden op stroo ge legd en veibrand Wenscht men om welKe reden ook, niet tot afmaken over te gaan, dan moeten de zieke dieren worden afgezonderd en de maatregelen tot ontsmetting worden genomenzijn er vele hoenders ziek, dan worden die bij elkaar in één hok en ren gepiaatst en zrrgvuldig van de gezonde kippen gescheiden ge houden Pokken en diphteritis treden zeer dikwijls te samen op; het is trouwens waarschijnlijk, dat het twee vormen zijn van een ziekte, door hetzelfde lagere organisme veroorzaakt Van diphterie zijn de verschijnselen benauwde ademhalinggeopende bek, gapen, niezen, rochelen, schudden met den kop, waaruit slijm gestooten wordt; gezwollen oogleden en dikke kop; geelachtig, week aanslag in den bek. buiten den bek tot korsten ver droogd verbleekte kopversierselen weinig eten, veel drinken, ineenge doken zitten Van pokken zijn de verschijnselen: wratjes op de huid van den kop, speciaal op kam en lellen. Deze wratjes breiden zich steeds uit en de dieren kunnen soms den snavel niet meer openen, zijn verblind en sterven ten slotte door verhongering en uitputting. Wat de behandeling der zieke dieren betreft, wijzen we er nog eens op. dat het 't best is om met één of enkele patiënten niet te dokteren, maar die af te maken en te verbranden Wie in de gelegenheid is om de dieren alsnog te laten enten doe dat, want op die wijze zal men de gezonde dieren voor de ziekte behoeden en tol de genezing der aangetaste bij dragen. Alleen in combinatie met an*1ere pluimveehouders kunnen de kosten per kip miniem worden; ver- eeni gingen van hoenderliefhebbers zijn de aangewezen lichamen om zulke entin gen te organiseeren en aan een dierenarts op te dragen. (Me n zie hiervan 't goede voorbeeld in Kaatsheuvel. Red) Wie de dieren zelf wil of moet behandelen, behoort altereert den aan slag in en rond den bek te verwij deren. Aan diphterie lijdende vogels kunnen stikken, doordat bedoelde aanslag den ingang van de luchtpijp geheel verstopt; bedoelde ingang be vindt zich direct achter de tong, vanwaar men den aanslag het makke lijkst verwijderen Jtan met een niet- scherpe haakpen.. Oppassen, dat geen bloeding ontstaat. De uitwendig zicht bare korsten smee.rt men met vaseline, waardoor ze week wordenze zijn daarna gemakkelijk te 4/erwijderen. Na verkoeling met koud water worden alle behandelde gedeelten ingesmeerd met l deel boorzuur op 90 deelen water en 10 deelen glycerine; de mondholte tweemaal daags gedurende 4 a 5 dagen. Den gezonden dieren geeft men gedurende eenige weken voor drinkwater een 2pCt. ijzervitriool- oplossing. licht verteerbaar voer en volop groenvoeder, Bij pokken moet men de wratten week maken met olie of een soda- oplossing of aanstippen met helschen steen of jodiumtinctuur. Pokken en diphteritis worden ge noemd de „geesel van den pluimvee stapel", dié méér slachtoffers eischt dan alle andere pluimveeziekten te samen. Laten degenen, die dezen win ter weer met tal van zieke dieren moeten doorsukkelen, hun leed be schouwen als een les om het volgend jaar tijdig, d i. in Augustus, te laten enten. Vragenbus. L. F. heeft gehoord, dat hij zijn kippen des winters maïs moet voeren en vraagt ons of we ons met dat ad vies kunnen vereenigen. Antw Alleen op zeer koude dagen in den winter mogen de hoenders eens 'n portie maïs, of zaden van zonne bloemen hebben, omdat genoemde granen verwarmen. Wie zijn kippen des winters als regel maïs voert, maakt ze, vooral nu de leg niet bijzonder groot is, modder-vet en een vette kip is een slechte legster. E. de G raapt vaak windeieren en wil daarvan de oorzaak kennen. Antw. Zijn Uw hoenders misschien jonge dieren? Hennen, die den leg pas hebben aangevangen.produceeren nog al eens windeieren. Gewone oor zaken zijn gemis aan schaalvormende stoffen (koolzure kalk), te groote vet heid, aanwezigheid in den eileider van wemnematoder. en een chronische ontsteking van den eileider. We raden u: meng wat fijn gemalen krijt door het meelvoer. Zijn de dieren te vet, dan het meelvoer een poosje weglaten, schraal voederen en alléén graan (geen mais) met veel groen. No. 84. Zaterdag 23 October 1926. 49o Jrg.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1926 | | pagina 5