Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen
P
T Co,
van
I
h
G. VAN HAARLEM Jr.
Accountant Belasting-Adviseur
Hotel P. Verwiel - Waalwijk.
FEUILLETON
NUMMER 97.
WOENSDAG 8 DECEMBER 1926.
49e JAARGANG.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
GEMEENTERAAD.
DUSSEN.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Donderdag 2 Dec.
1926 des namiddags 3 uur.
Voorzitter Edelachtb. heer Snijders,
burgemeester.
Bij de opening door den Voorzitter
is afwezig de heer F. Herman.
De notulen der vorige vergadering
worden na voorlezing onveranderd
vastgesteld.
1. Ingekomen stukken en mede
deelingen.
Ingekomen is slechts één stuk en
wel het verslag van den Keuringsdienst
over de maanden Juli, Augustus en
September 1926
De Voorzitter zegt dat dit rapport
voor heeren raadsleden eenigen tijd
ter inzage wordt gelegd.
2. Vaststelling begrooting en reke
ning.
De Commissie, bestaande uit de
heeren J. van Balkom en L. van
Drunen, belast met het onderzoek
der begrooting en rekening, brengt
het volgende rapport uit:
De in jle Raadsvergadering van 16
November 1926 door Uw voorzitter
aangewezen Commissie uit uw' middën
voor het onderzoek der rekening van
inkomsten en uitgaven dezer gemeente
over het dienstjaar 1925, heeft in hare
voltallige vergadering van 25 Novem
ber 1926 de gemelde rekening met de
daarbij overgelegde stukken onder
zocht. Dat onderzoek en de daarbij ge
houden bespreking geeft haar aanlei
ding het volgende te doen opmerken
De inzending dezer rekening door
den gemeente-ontvanger is veel. te laat
geschied. Op het tijdstip dier inzending
was, reeds de door Ged. Staten dezer
provincie gestelde termijn voor het
inzenden der rekening aan hun Colle
ge verstreken. Deze wijze van handelen
door den gemeente-ontvanger acht de
Commissie niet bevorderlijk aan een
nauwkeurig onderzoek en een nauwge
zette behandeling, hetgeen toch voor
een zoo belangrijke aangelegenheid
OF
moet worden geëischt.
Ook kreeg Uwe Commissie den in
druk dat de gemelde rekening eenigs-
zins gehaast, althans niet steeds met
de gewenschte nauwkeurigheid dooi
den gemeente-ontvanger is opgemaakt.
Zoo trok het hare, aandacht, dat onder
volgn. 10 G. D. het bedrag van het pre
sentiegeld van den Raad niet op een
der exemplaren van de rekening stond
vermeld. Bij volgn. 112 G. D. stemmen
de in de beide exemplaren der rekening
vermelde bedragen van ontvangst niet
overeen. Onder volgn. 138 en 139 G. D.
zijn de inkomsten niet afzonderlijk ver
meld. Met betrekking tot de opbrengst
van de gemeente-inkomstenbelasting en
van de opcenten der Rijksbelastingen,
kan uwe Commissie slechts constatee-
ren, dat het ter zake verantwoorde be
drag overeenstemt met hetgeen deswe
ge door het Rijk is uitgekeerd, maar
niet of dit bedrag ook werkelijk over
eenstemt met hetgeen waarop de ge
meente ter zake recht heeft.
Het is uwe Commissie verder niet
duidelijk, waarom onder volgn. 67 G.
D. in uitgaaf 2,50 minder wordt ver
antwoord, dan onder volgn. 65 in ont
vangst.
Heeft alzoo het onderzoek bij uwe
Commissie met betrekking tot de in
zending en opmaking der rekening een
minder gunstigen indruk gewekt, an
derzijds werd door haar met algemeene
instemming geconstateerd, dat de fi
nanciën dezer gemeente door burge
meester en wethouders niet veel zorg
zijn beheerd en op diverse posten van
uitgaaf niet onbelangrijke bezuinigin
gen werden toegepast, waardoor thans
eène behoorlijke verhouding tusschen
inkomsten en uitgaven is verkregen.
Uwe Commissie adviseert daarom,
de rekening van ontvangsten'en uitga
ven dezer gemeente over 1925, met
dankzegging aan burgemeester en wet
houders voor het ter zake gevoerd be
heer, voorloopig vast te stellen voor
wat den gewonen- en den kapitaal-
dienst betreft, overeenkomstig liet
door gemeld College aangeboden ont
werp-besluit.
De Voorzitter ticüt thans eenige
cijfers uit de rekening mede.
Gewonen dienst.
Ontvangsten f105591.05
Uitgaven f 97.139.95'/2
Batig slot f 8451.09'/*
Kapitaal dienst.
Ontvangsten f 43.040.01
Uitgaven f 40.747.39'/3
Batig slot f 2292.61 '/2
Voorzitter. Met betrekking op de
aanmerkingen in het rapport hebben
B en W. nog dit mede te deelen
dat de inzending der rekening zoo
laat is, vindt zijn oorzaak hierin, dat
door Ged. Staten de rekening van
1924 ook pas aan het einde van het
jaar werd vastgesteld.
Inzake belasiingen hebben B en W
ook nog na deze gegevens gevraagd,
doch de Inkomsten kunnen nog niet
precies worden opgegeven.
Wat Uwe opmerking bij volgno. 67
betreft, zij medegedeeld, dat, aange
zien de verschuldigde rente f2.50 te
laat zou binnen komen, de gemeente
dit bedrag heeft gestort. Later werd
dit echter weer aan ons terugbetaald.
Verder brengen B. en W. dank aan
de Commissie voor het uitgebrachte
rapport.
Begrooting 1927.
Deze begrooting heeft de volgende
eindcijfers
Gewonen dienst.
Ontvangsten f 87 922.04
Uitgaven 1 f 87.922.04
Batig slot Nihil
is IEDEREN VRIJDAG van 10 uur voorm.
tot en met 4'/a uur 's nam. te consulteeren in
De Kapitaal Dienst geeft aan in
ontvangsten en uitgaven f13,000.
Met betrekking tot deze begrooting
heelt de Commissie het volgende
rapport ingediend
De begrooting van inkomsten en uit
gaven dezer gemeente voor het dienst
jaar 1927 met de daarbij overgelegde
bescheiden, werd, zooals zij door bur
gemeester en wethouders in de raads
vergadering van 16 November j.l. is
aangeboden, door uwe Commissie in
bare voltallige vergadering van 25 No
vember 1926 onderzocht. Als gevolg
van dat onderzoek meent uwe Com
missie bet volgende te moeten doen
opmerken:
De aanbieding der gemeente-begroo
ting behoort vroeger te geschieden.
Waar echter bij het opmaken der be
grooting de cijfers der rekening over
het laatst afgeloopen jaar bekend die
nen te zijn, meent de commissie in de
zen te moeten verwijzen naar hetgeen
ten aanzien van het inzenden der ge
meente-rekening over 1925 door haar is
opgemerkt.
Met betrekking tot de aanvragen om
subsidie voor de R. K. Militaire Ver-
eeniging te Venlo en de Politie Vak
school „St. Michaël" te 's-Hertogpn-
bosch, waarvoor geen bedragen op deze
begrooting zijn uitgetrokken en thans
door den Raad dient te worden beslist,
geeft uwe Commissie in overweging
afwijzend te beslissen. Gezien de erva
ringen van de laatste ^jaren is uwe
Commissie van oordeel, dat aan elders
gevestigde ondernemingen en instellin
gen, die nagenoeg geheel, buiten de
plaatselijke controle staan, slechts in
onvermijdelijke gevallen subsidie door
deze gemeente behoort te worden ver
leend.
Onder volgnummer 71 is de op
brengst v. d. heffingsrechten lijkwagen
50,hooger geraamd dan in vorige
jaren. Uwe Commissie acht deze ver-
hooging door het toenemend gebruik
niet voldoende gemotiveerd, waar
reeds vroeger in uw 'Raad stemmen
zijn opgegaan voor verlaging van het
tarief van heffing voor de laagste klas.
Uwe Commissie heeft verder de be
grooting met overgelegde bijlagen vol
komen in orde bevonden en zij brengt
gaarne hulde aan burgemeester en
wethouders, die, zonder verhooging
van belastingen er in geslaagd zijn
eene behoorlijk sluitende begrooting
voor 1927 aan te bieden.
Voorzitter. Met de afwijzing van
het verzoek der R K. Militaire Ver-
eeniging te Venlo, kunnen B. en W.
zich wel vereenigen, echter niet wat
betreft de subsidie voor de Pilitie-
vakschool „St. Michael" te 's Bosch,
aangezien deze het vorig jaar ook
een subsidie heeft ontvangen.
De opbrengst van de heffing „rech
ten lijkwagen" raamden wij dit jaar
met t S0 hooger, aan de hand van de
inkomsten van het vorige jaar. Men
maakt nu meer gebruik van den
gemeente-lijkwagen.
Middelkoop. Zijn, met het oog op
de inkomstenbelasting, de cijfers niet
te hoog geraamd.
Voorzitter. Dat is natuurlijk heel
moeilijk vooruit te zeggen. Maar onze
ramingen zijn gebaseerd op de uit
komsten van verleden jaar. Ik geloof
niet dat wij te hoog zijn gegaan. We
zullen er wel mee kunnen uitkomen.
Middelkoop 't Kon ook wel eens
tegenvallen
Voorzitter, 't Kan ook wel meevallen
Maar 't blijft natuurlijk een raming.
We zullen er echter wel mee uitko
men, daar we hebben weten te be-
zuinigen.
Vervolgens geeft de Voorzitter eenige
vergelijkingen in cijfers met het vorige
jaar, waaruit blijkt dat de ramingen
dezer begrootingen goed zijn over
wogen en getoetst.
De Echo van het Zuiden,
Waalwykscbe en Lanptraatscbe Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZA T-JD E D A G,
Abonnementprfl s per 3 maanden 1.25.
Franco per post door bet geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, en*,
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Ad verten tiön
20 cent per regel; minimum ƒ1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
Advertentlön moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN".
12)
Hier en daar staat tegen den muur een
zware, eikenhouten bank, door langdurig ge
bruik zeer vuil geworden. Onwillekeurig be
denkt men, dat op die bank achtereenvolgens
"jaren lang alle gevangenen hebben gezeten,
alle dieven en moordenaars uit het departe
ment der Seine. Toen Prosper er kwam, was
die gang zeer vol. De bank was bijna geheel
bezet. Naast hem, zoo dicht l>ü, dat hij zich
aan hem stootte, zat een in lompen gekleedde
man met bedrukt uiterlijk.
Voor iedere deur, die tot het vertrek van
een strafrechter toegang geeft, stonden fluis
terende groepjes personen.
Ieder oogenblik kwamen er agenten langs,
wier voetstappen op de marmeren tegels
weerklonken, en die gevangenen brachten of
teruggeleiden.
Nu en dan hoorde men een snik boven het
gefluister uit en zag men een vrouw, de moe
der of zuster van een der gevangenen den
zakdoek voor de oogen hóuden. Met korte
tusschenpoozen werd een deur geopend of
gesloten en hoorde men den deur waarder
een naam of een nummer afroepen.
Temidden van dit schouwspel en dat ont-
eerend gezelschap, in die heete atmosfeer,
voelde de kassier dat de krachten hem bega
ven, toen een klein oud mannetje, dat op
zijn zwarte kleeren de teekenen zijner waar
digheid droeg: Prosper Bertomy, riep.
De ongelukkige richtte zich plotseling op
en zonder zelf te weten hoe, bevond hij zich
weldra in de kamer van den rechter van
instructie.
In het eerst zag hij niets, daar hij uit die
donkere gang plotseling in het volle licht
kwam, dat door 'tvlak tegenover de deur
zijnde venster naar binnen viel.
Dit vertrek ziet er, evenals alle kamers op
dien gang, zeer, gewoon uit. Men kon denken
dat men zich in het een of andere kantoor
bevond.
Prosper bemerkte van dat alles echter
niets. Zijn aandacht was geheel op den rech
ter gevestigd en, terwijl hij hem gadesloeg,
merkte hij t>ü zichzelf op, dat zijn bewaker
hem niet had bedrogen.
In lipt gelaat van mijnheer Patrigent,-dat
zeer onregelmatig is en door korte roode
bakkebaarden, omlijst wordt, staan een paar
levendige oogen, de goedheid is er op te le
zen, het is innemend en bemoedigend.
Neem een stoel, zei hij tot Prosper.
Die beleefdheid verwonderde den gevan
gene zeer, daar hij verwacht had, met diepe
minachting behandeld te worden. Hij be
schouwde haar als een goed voorteeken en
daardoor werden zijn gedachten helderder.
Ondertusschen gaf mijnheer Patrigent een
teeken 'aan den' griffier.
Wij beginnen, Sigault, zei hij. let op,
en zich tot Prosper wendend, vroeg hij
Hoe/ heet u?
August Prosper Bertomy, mijnheer.
Hoe oud zijt gij?
Den 5den Mei word ik dertig jaar.
Wat i^ uw beroep?
Ik ben, dat wil zeggen, ik was kassier
bij de bankierszaak van mynheer Audré
Fauvel.
De rechter raadpleegde even een klein zak
boekje, dat naast hem lag. Prosper, die al
zijn bewegingen nauwkeurig volgde, kreeg
reeds hoop, want hij dacht, dat een man, die
zoo weinig tegen hem scheen ingenomen te
zijn, hem wel niet gevangen zou houden.
Mijnheer Patrigent scheen de gezochte
aanteekeningen gevonden te hebben en ver
volgde zijn verhoor.
Waar woont u?
Rue Captal 39, sedert vier jaar. Voor
dien tijd woonde ik 7 Boulevard de Batig-
nolles.
m
Waar zjjt u geboren?
In Beaucaire, departement du Gard.
Hebt gy nog ouders??
Mijn moeder verloor ik voor twee jaar,
mijnheer, maar myn^ vader leeft nog.
Woont liy in Parijs?
Neen, mynheer, hy woont in Beaucaire,
evenals myn zuster, die met een der ingeni-
euren aan het Canal du Midi getrouwd is.
By het beantwoorden dier laatste vragen
klonk Prospers stem zeer dof, want al zyn er
oogenblikken in ons leven, waarop de ge
dachte aan onze familie ons troost en moed
geeft, er zyn tevens vreeselyke uren, waarin
men wenschte geheel alleen op de wereld te
zijn.
Mijnheer Patrigént bemerkte dit en no
teerde, dat de gevangene zeer ontroerd was,
toen hy over zijn familie gesproken had.
En wat oefent uw vader voor beroep
uit? vervolgde hij.
Hij is opzichter der bruggen en staat-
wegen geweest, vervolgens beambte bij het
Canal du Midi, evenals mijn zwager; nu
heeft hij zyn ontslag genomen.
Een oogenblik heersclite er diepe stilte.
De rechter had zyn stoel zoo gedraaid, dat
hy, hoewel het den schyn had, dat hy het
hoofd had afgewend, Prosper onafgebroken
kon gadeslaan.
Nu, zei hy opeens, u wordt beschuldigd
van uw chef 350.000 francs ontstolen te heb
ben.
Gedurende vier en twintig uren had de on
gelukkige tyd. gehad, zich met de vreeselyke
gedachte van die beschuldiging vertrouwd
te maken en toch ontroerde hy. by het ver
nemen van die woorden zoodanig, dat hy
geen woord kon spreken.
Wat hebt u daarop te antwoorden?
vroeg de rechter van instructie.
Ik zweer u mynheer, dat ik onschul
dig ben, ik zweer het.
Ik hoop het voor u, zei mynheer Patri
gent, en u kunt op my rekenen, dat ik alle
krachten aan zal wenden, uw onschuld te
helpen bewyzen. Hebt u misschien eenige
feiten ter uwer verdediging aan te voeren,
kunt u eenige bewyzen geven?
Ach, mynheer, wat kan ik zeggeö, daar
ik zelf niet begryp, wat er heeft kunnen ge
beuren. Ik kan slechts myn geheele levens...
De rechter wenkte hem te zwygen.
Laat my eens nagaan, zei hy, hoe (le
zaken .staan. Onder de omstandigheden,
waaronder de diefstal heeft plaats gehad,
schynt het, dat er niemand anders verdacht
kan worden dan mynheer Fauvel of u, of
gelooft gy. dat nog iemand anders verdacht
kan worden?
Neen, mynheer.
U zegt, onschuldig te zyn, dus is myn
heer Fauvel de schuldige?
Prosper antwoordde niet.
Hebt) gy, drong mynheer Patrigent ver
der aan, eenigep grond te denken, dat myn
heer Fauvel zichzelf bestolen heeft? Hoe on
beduidend ook, zeg het my.
•En daar de ondervraagde nog steeds
zweeg, hernam de rechter:
Het schijnt dat u nog tyd noodig hebt
na te denken. Luister naar het verslag van
uw verhoor, dat myu griffier u zal voorle
zen u kunt het dan onderteekenen en men
zal u naar de gevangenis terugvoeren.
De ongelukkige was vernietigd. De laatste
lichtstraal, die in zyn donkere wanhoop viel,
verbleekte.
Hy hoorde niets van hetgeen Sigault) voor
las en zonder er naar te zien teekende hy.
Toen hy vertrok, wankelde hy zoo, dat
zyn begeleider hem aanried, op hem te steu
nen. J
Gaat liet niet goed, vroeg de man, kom,
mynheer, moed gehouden.
MoedProsper had geen moed meer, toen
hy weer in zijn cel was, maar tegeiyk met
de woede trad ook de haat) in zyn liart.
Iiy had zich voorgenomen, dat hy tot den
rechter zou spreken, om zich te verdedigen
en zyn onschuld te bewyzen, maar men had
hem er geen tyd toe gelaten. Hy maakte zich
een bitter verwyt, aan een schynbare wel
willendheid geloofd te hebben.
Hoe bespotteiyk, dacht hy, is dat nu
een verhoorNeen, in werkeiykheid is dat
geen verhoor, maar eenvoudig een vorm.
Door Prosper te laten voorkomen, kwam
mynheer Patrigent eenvoudig artikel 93 van
het strafwetboek na, waarin staat, dat iede
re beschuldigde binnen vier en twintig uur
verhoord moet zyn.i
Maar in vier en twintig uren, kan geen
rechter de grondstoffen voor een onderzoek
vereeuigen en zeker niet in zulk een geval,
waarby geen tastbaar bewysstuk, geen en-
kele aanwijzing te vinden was.
Om over liet koppige verzet van een ge
vangene, die alles volslagen ontkent, te kun
nen zegevieren, heeft, men wapenen noodig
en die wapens moest mynheer Patrigent
eerst in orde maken.
Als Prosper nog eenige oogenblikken lan
ger in de gang was gebleven, liad hy den
zelfden deurwaarder, die hem geroepen had,
weer uit het vertrek van den rechter kun
nen zien komen en hem nummer 3 hebben
liooren roepen.
De getuige nummer 3, die zyn beurt af
wachtend, eveneens op de houten hank had
plaats genomen, was mynheer André Fau
vel.
De bankier was niet meer dezelfde man.
Met dezelfde mate van welwillende bedoelin-
gen, waarmee hy den vorigen dag op zy»
kantoor bezield scheen, met dezelfde mate
van woede op zy» kassier, trad hy heden by
den rechter van instructie binnen. Het na
denken, dat gewooniyk met de kalmte ver
gevingsgezindheid meebrengt, had hem nu
slechts toorn en verlangen naar wraak ge
bracht.
Nauweiyks kan hy de eerste hy ieder ver
hoor onvermydeiyke vragen beantwoorden,
of zyn drift sleepte hem mee en hy uitte be
schuldigingen en zelfs hevige scheldwoorden
tegen Prosper.
Mynheer Patrigent moest hem tot kalmte
aanmanen, hem er op wyzen, wat hy, hoe
groot de schuld van zyn bediende ook was,
zichzelf verschuldigd was.
Zoo toegevend als de rechter in het eerst
met de gevangene was geweest, even oplet
tend en voorzichtig werd hy nu. Dat kwam
omdat het verhoor van Prosper slechts een
vorm was geweest, de bevestiging/'vnn een
gepleegde misdaad, nu echter handelde het,
om de bykomende feiten en^ de hyzonderhe-
den op te sporen en deze in* volgorde te no-
teeren, om uit de belangi-ykste daarvan een
gevolgtrekking te kunnen maken.
Laat ons langs den geregelden weg
voortgaan, mynheer, zei hy tot Fauvel, wees
zoo goed u voor het oogenblik er toe te be
palen, mlfn vragen te beantwoorden. Hebt
u ooit aan de eeriykheid van uw kassier ge-
twyfeld?
(Wordt vervolgd.)