Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen*
BI66ELMR
Co.
De Iron* wden Baeiier.
Week-Revue.
FEUILLET0
II
Eén
op iedere vijf
Ne der landers
Klooster balsem
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon Nos 38. Telegr.-Adre»ECHO.
EERSTE BLAD.
HET NEDERLANDSCH-
BELGISCH VERDRAG.
gebruikt
AKKER'*
NUMMER 15.
ZATERDAG 19 FEBRUARI 1927.
50e JAARGANG.
De ülcho van het Zuiden,
Waalwjjfesclif en Langslraalselie Courant,
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementprtjs per 3 maanden L25.
Franco per post door het geheele rtJk ƒ1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ene.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prti» der Ad verten ti8n
20 cent per regel; minimnm 1.50.
BtJ contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regeL
AdvertentiBn moeten Woensdag en VrtJdaf
des morgens om uiterlijk 0 sur in on* bedt
■tin.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
Ongestoord, gaat de strijd voort tus.
schen voor. en tegenstanders deze
laatsten vooral om dit verdrag dat
weldra als laatste instantie bij de
Eerste Kamer in behandeling .komt.
De R. K. Werkgeversvereeniging te
Haarlem heeft zich met een krachtig
adres gericht tot die Kamer, speciaal
inzake het Moerdijk-kanaal.
Voor Rotterdam komt dit adres
tot de volgende conclusie:
Naast Antwerpen, de drukke stuk.
goedhaven, met haar verscheidene,
vruchtbare voedingsbronnen en haar
gunstiger tonnagebalans, kan Rotter
dam zich alleen handhaven door het
verkeer van stuk. en massagoederen,
dat het door zijn Rijnverbinding toe
vloeit. En het is dat eenige onmisbare
steunpunt, dat het thans dreigt te
worden ontnomen: de voorsprong, dien
het tegenover Antwerpen's bevoor
rechte positie op zoo menig ander ge
bied ontleent aan zijn betere ligging
t.o.v. den Rijn, zal bij aanleg van het
ontworpen Moerdijkkanaal vrijwel
komen te vervallen.
Maar de aanleg van het Moerdijk
kanaal zal natuurlijk of onnatuur
lijk Antwerpen t.o.v. het Rijnver-
keer in nagenoeg even gunstige positie
brengen als Rotterdam. Het Antwerp.
sche einde van het kanaal zal kun
nen worden verwijd tot een ideale
Rijnhaven in verschillende opzich
ten gerieflijker dan de Rotterdamsche
met de best-denkbare gelegenheden
voor den omslag van massagoed.
Het baat weinig, tegenover Antwer
pen den lof te zingen der ligging en
outillage van Rotterdam t.a.v. het mas.
sagoed-verkeer als men tegelijk ten
bate van dezen concurrent van de spe
cifieke voordeelen der Rotterdamsche
haven op dit gebied afstand doet. Des.
kundigen verzekeren immers, dat een
kanaal, als in het tractaat omschreven,
in staat zou zijn het geheele Rijnver-
keer van Rotterdam te verwerken en
van die haven af te leiden.
van „DE ECHO VAN IIET ZUIDEN".
OF
33)
Vorstelijke weelde, de smaak waarmee
alles is ingerichf, onbegrensde gastvrijheid,
alles draagt er toe bij, die feesten tot de
meest gezochte en aangenaamste van de
hoofdstad te maken. Op den avond van
dien Zaterdag, om tien uur, werd er reeds
in twee zalen gedanst.
Het was een bal masqué. Alle costuums
waren ryk, sommige zelfs origineel.
Onder deze laatsten merkte men vooral
een hansworst op, o! maar een ware, met
brutale oogen, grooten spottendeu mond,
roode wangen en vuurrooden baard. Het
costuum was precies, zooals het hoorde,
laarzen met kappen, puntigen hoed en het
kanten jabot met rafel.
In de linkerhand droeg liyoeen soort lin
nen banier, waarop zes of acht teekeningen
stonden, die in grove trekken aangeduid wa
ren. In de rechterhand had hij een klein
stokje, waarmee hij nu en. dan op het linnen
sloeg, zooals de kwakzalvers dat doen, als
ze hun waar aanprijzen.
Men omringde dien hansworst, riep hem
allerlei geestigheden toe; hij bleef echter
altijd dicht bij den ingang. Eerst tegen half
elf verliet hy zyu post
Toen kwamen de heer en Mevrouw Fau-
vel met hun nicht Madeleine binnen, een
dichte menigte hoopte zich dadelijk voor de
deur op. J
Sedert tien dagen was den diefstal bij den
Rotterdam's belang is Nederland's
belang. Deze stelling is door minister
Van Karncbeek in zijn redevoeringen
in de Tweede Kamer met nadruk
voorop gezet. Zij behoeft derhalve
geen nader bewijs.
Achteruitgang van de Rotterdam
sche havenbeweging beteekent ver
mindering van de verkeersmogelijk.
heden voor de Nederlandsche export
nijverheid en den Nederlandschen
doorvoerhandel, beteekent minder
plaats voor het Nederlandsche bevol
kingsoverschot, beteekent een belang
rijke verslechtering van de Nederland
sche betalingsbalans.
Wat t.a.v. Rotterdam is betoogd,
geldt mutatis mutandis evenzeer voor
Amsterdam, 't Geldt voor deze haven
zelfs zeer in het bijzonder, daar de
Amsterdamsche scheepvaartbeweging
speciaal wordt gekarakteriseerd door
stukgoedverkeer en de Amsterdamsche
handel^ en markten van overzeesche
producten ten nauwste met het stuk
goedverkeer der haven samenhangen,
terwijl ook de stukgoedhaven Antwer
pen een markt van beteeken is voor vele
overzeesche producten is.
Amsterdam wordt door het Moer.
dijkkanaal en als stukgoedhaven en
als markt van overzeesche producten
in zijn positie geschokt.
Ook voor Dordrecht, de binnen.
scheepvaart e.a. acht zij dit kanaal
funest en komt dan lot de volgende
conclusie:
De beslissing, waarvoor zich de Eer
ste Kamer bevindt, geldt een promi
nente vraag van Nederlandsche wel.
vaartspolrtiek. Het geldt de vraag, of
Rotterdam zal moeten treden uit de rij
der wereldsteden ten bate van Ant
werpen, voor welks haven het Moer
dijkkanaal allerminst een kwestie van
bestaansmogelijkheid of zelfs maar
van behoefte vormt. Reeds thans moet
een niet onaanzienlijke hóeveelheid
goederen door de binnenvaart van
Rotterdam naar Antwerpen worden
vervoerd, omdat er daarvoor in Rot.
terdam geen gelegenheid voor ver.
scheping ter zee aanwezig is. Moet
deze hoeveelheid zich in het onbe
perkte uitbreiden? Moet Nederland
van Antwerpen afhankelijk worden?
Of zal het zijn nationale havens in eere
weten te houden?
Een staatkunde die voortbouwt op
de beginselen, van 1839 en die aansluit
aan de moderne ontwikkeling der
rechtsbegrippen, verbiedt den aanleg
van een kanaal, dat spot met alle na
tuurlijke en redelijke verhoudingen.
Een staatkunde, die met België, dat
zijn volledige souvereiniteit verwierf,
bankier uit de rue de Provence bet onder
werp van alle gesprekken geweest; vrien
den en vyanden naderden hen, de eerste om
ben hun leedwezen te betuigen, de laatsten,
om hen op die manier van, bun spijt te ver
zekeren, die op deze wereld het meest grieft
en pyn doet.
De heer Fauvel had zich als ernstig man
op zyn leeftyd niet verkleedhy had alleen
een zwart zyden mantel om de schouders ge
slagen. Aan zjjn arm binnentredend, boog en
groette mevrouw Fauvel, geboren Valentine
de la Verberie, met gratie en eenvoud.
zy was altyd schoon geweest en dien
avond had zy onder de betoovering van baar
costuum en den ï-ykdom van het licht haar
vroegere frischheid en jeugd herwonnen.
Men had haar nooit de acht en veertig jaar
gegeven, die zy oud was.
Zy droeg het toilet van hofdame der laat
ste jaren uit de regeering van Lodewyk XIV,
prachtig maar eenvoudig geheel van ge
bloemd satyn en fluweel, zonder een dia
manten of ander sieraad, en zy droeg het
met die gemakkelyke deftigheid, die, zooals
sommige dames beweerden, een de la -Ver
berie, die zoo gelukkig was een man met
veel geld te trouwen, wel toekomt.
Maar aller blikken richtten zich op Made
leine. Zy geleek een koningin ln dat costuum
van eeredame, dat alleen gemaakt scheen te
zyn om den rykdom barer vormen naar
waarheid te doen uitkomen.
In die zalen, onder dat schitterende licht
nam haar schoonheid nog toe. Nooit was
haar hoofdhaar zoo zwart, hare gelaatskleur
zoo blank, hare oogen zoo vol glans geweest.
In de zaal nam Madeleine den artn harer
tante, terwyl de lieer Fauvel, die zich in de
menigte verloor, in een der speelzalen poog
de te komen, die schuilplaats voor meer be
jaarde, ernstige mannen. Het hal was toen
in vollen gang.
Twee orkesten, een onder leiding van
Strauss, een onder die van een zyner leerlin
gen, vulden de zalen met hun geschetter, de
bonte schaar vermengde zich en draaide in
de rondte, zy leek wel een wonderwerk, sa
mengesteld uit goud, satyn, fluweel en kan
ten. De diamanten schitterden op hoofden
en borsten, de bleeke wangen waren ge
kleurd, de matste oogen glinsterden.
Vergeten had de hansworst in een ven-
wenscht te leven op den voet van har.
telijke relatiën en wederzijdschc sa
menwerking, verdraagt zich niet met
een regeling, die het achterland van
onze havens aan Antwerpen prijsgeeft,
terwijl deze haven het hare voor ons
hermetisch gesloten houdt.
Een weerbare en actieve welvaarts.
politiek Iaat niet toe, dat ons grond-
gebied wordt misbruikt voor een on. 1
rechtmatige aantasting onzer nationale
economische welvaart en zelfstandig-
beid.
De vereeniging vertrouwt, dat de i
eerste Kamer zal weten te verhinde. 1
ren, dat Nederland definitief zijn toe
stemming geeft tot aanleg vjjn het ka
naal AntwerpenMoerdijk.
Binnenland.
Het is altijd opgevallen, hoeveel
menschen er voor de Rechtbank als
ontoerekenbaar of minder toereken
baar worden aangemerkt, een weten
schap, die slechts door een psychia
trisch onderzoek blijkt te verkrijgen.
Vóór de betreffende personen hun
daad, waarvoor ze in de gevangenis
kwahien, begingen, had in den regel
niemand iets abnormaals aan hen be
merkt. Het ondeskundige publiek
vraagt zich daardoor wel eens af, of ze
inderdaad wel zoo erg gek zijn, dege
nen die het bij psychiatrische uitspraak
verklaard worden. Wij voor ons heb
ben genoeg respect voor de wetenschap
om de psychiatrische rapporten on
voorwaardelijk te aanvaarden, al ma
ken de heeren het ons, door hun vaak
tegenstrijdige inzichten onder elkaar,
niet gemakkelijk. Het eenige, waar
over we in het onzekere verkeeren, is
de vraag, of er eigenlijk nog wel men
schen zonder eenige geestelijke af wij.
king ter wereld gevonden worden en
of het abnormale niet normaal is ge
worden. Er schijnt in alle menschelijke
hersens hier of daar een groote of
kleine kronkel te zitten, die den be
zitter ervan tot minder toerekenings
vatbaar bestempelt.
Die waarheid is deze week eindelijk
eens door een Rechtbank-President
onder het oog geiden. Terecht stond te
Rotterdam een jongeman van 19 jaar,
die zich al had opgewerkt tot het bezit
van een motorfiets en die den langen
sterhank een schuilplaats» gezocht en stond
daar rechtop met de ellebogen tegen den
knop der luiken geleund.
Hy scheen door al die pracht verblind
le zyn. maar hy verloor toch een paar, dat
in zijn nabyheid danste, geen oogenblik
uit het oog.
Het was Madeleine, die op den arm
steunde van een doge niemand anders
dan de markies de Clameran. Hy scheen
verjongd en verheugd en zag er zegevie-f
rend uit. In de pauze eener quadrille wend
de hy zieli tot zyne dame en sprak met on
verholen bewondering tot haar.Zy scheen,
al was het niet met genoegen, dan toch
zonder afkeer naar hem te luisteren en
hief het hoofd nu en dan glimlachend op.
Die edele schurk, dacht de hansworst
by zichzelf, maakt zeker het hof aan het
nichtje van den heer Fauvel, dus ik had
gisteren gelyk, maar hoe kan juffrouw Ma
deleine besluiten, zyn liefdesverklaringen
zoo geduldig aan te hooren.
Gelukkig, dat* Prosper niet hier is
Hij hield op, voor hem stond een tameiyk
oude heer, die met byzondere waardigheid
een Venetiaanschen mantel droeg.
U weet, mynheer Verduret, zei hy,
Half ernstig, half spottend, wat gy my be
loofd hebt?
De hansworst boog eerbiedig en diep, maar
zonder uiterlyke ondergeschiktheid, zei by
Ik zal er aan denken.
Vooral geen onvoorzichtigheid.
Mynheer de graaf, gy kunt gerust
zyn, gy hebt myn woord.
I)an is het goedik weet wat dat zeg
gen wil.
De graaf verwyderde zich, maar in dien
korten tyd was de quadrille geëindigd en
de hansworst kon noch de Clameran, noch
Madeleine ontdekken.
Ik zal hen wel by mevrouw Fauvel te
rugvinden, dacht hy en begaf zich oogen-
blikkeiyk onder de menigte, om hen te zoe
ken.
Verhit door de ondrageiyke warmte had
mevrouw Fauvel zich naar de Veranda be
geven, die voor dien avond, dank zy de fee,
die goud heet, in een prachtigen tuin was
herschapen, vol oranjeboomen, bloeiende
laurierboomen en witte lelies die reeds be
gonnen te verwelken.
De hansworst zag haar by 'n klein bossch-
je zitten, niet ver van een der speelzalen.
Rechts zat Madeleine, links Raoul, als rid
der van Hendrik III gekleed.
Men moet toegeven, dacht de heer
Verduret, terwyl hy een geschikt plaatsje
zocht, dat er geen schooner man dan die
Raoul bestaat.
Madeleine scheen nu treurig te zyn. Zy
had van een naasthystaaude plant een ca
melia geplukt en ontbladerde die werktui-
gelyk, terwyi haar blik in de verte dwaal
de. Raoul en mevrouw Fauvel spraken
samen. Hun gelaat was kalm, maar de be
wegingen van den eerste, de rillingen van
de andere, bewezen dat zy ernstige zaken
verhandelden. -
In de speelzaal zag hy den doge, die me
vrouw Fauvel eu Madeleine kon bespieden
zonder zelf gezien te worden.
Dat is het vervolg van het tooneel van
gisteren, dacht de hansworst, als ik maar
eenige woorden kou opvangen. Als Ik ach
ter die camelia's stond, zou ik alles kunnen
verstaan.
Dadeiyk poogde hy er heen te komen,
maar het was lastig, hy moest door de
menigte heendringen. Toen hy eindeiyk op
de verlangde plaats kwam, stond Madeleine
juist op en nam den arm van een met edel-
steenen bezaaiden Pers.
Op hetzelfde oogenblik stond ook Raoul
op, ging naar de speelzaal en fluisterde de
Clameran een paar woorden in het oor.
Zoo. dacht de heer Verduret, die twee
schurken hebben die twee arme vrouwen
heet en zy verweren zich tevergeefs. Maar
waardoor hebben zy haar dan in hunne
macht?
Iiy 9tond er over na te denken, toen er
opeens in de veranda beweging ontstond.
Men annonceerde een vreemde menuet in
de groote zaal. Bovendien was de gravin de
Commarin zooeven als Aurora verkleed,
verschenen, en moest men de smaragden
van Prinses Korasoff bewonderen, die de
mooisten der wereld heetten te zyn.
In een oogenblik was de veranda zoo
goed als leeg. Er bleven slechts eukele ver
iatenen achter, eenige korzelige echtgenoo-
ten, wier vrouwen dansten, en een paar
verlegen jongelui, die zich in hun costuum
niet erg op hun gemak gevoelden.
Gl) xijt het dus niet alleen, die lijdt aaa
stijfheid der gewrichten en rheumatische
aandoeningen. In ons klimaat van regen,
vocht en tocht, heeft één op vijf menschea
last van bovengenoemde aandoeningen.
AKKER'. KLOOSTERBALSEM heeft bewezen
de eigenschappen te hebben stijve spieren
spoedig weder lenig te maken, een gevolg
van zijn warmteverwekkend vermogen
en de groote doordringende kracht.
AKKER'. KLOOSTERBALSEM, 's-avond*
aangewend, zet gedurende de slaap zijn
verzachtende pijnstillende en genezend*
werking voort en tien tegen één dat
men s-ochtends ontwaakt zonder pijn,
AKKER'. KLOOSTERBALSEM bij voort-
gezette behandeling geeft immer resultaat.
Prijs per pot van 20 Gram 60 cent
Zéér groote potten A f 1.. f IJS
\Neg naar maatschappelijke welvaart
op de snelste wijze wenschte af te leg
gen, zonder al te groote inspanning.
Hij kocht zich „een zaak" en om het
geld daarvoor te verkrijgen drukte hij
een paar werkzame landbouwers een
revolver in de lendenen, onder de har
telijke opmerking van „Kreng, nou ga
je der an".
De ééne is er inderdaad aangegaan,
de andere heeft lang tusschen dood en
leven liggen worstelen. Met groote
sluwheid beschuldigde deze ellende
ling een met name genoemden armen
zwerver van de eigenlijke misdaad; hij
zou slechts op den uitkijk gestaan heb
ben. Hij zag er dus niet tegen op om
nog, een mensch behalve lichamelijk,
ook moreel te vermoorden door hem
onschuldig in de gevangenis te bren
gen. ant onschuldig was deze arme
zwerver, zooals na zijn aanhouding
spoedig bleek. Eindelijk stond de
moordenaar terecht, niet echter dan
nadat twee psychiaters 's mans herse
nen gepeild en gemeten hadden. Zij
verklaarden van hem, dat hij geen
organische hersen.afwijkingen had; hij
is geen slappeling, verzekerden zij,
De hansworst vond het geschikte oogen
blik aangebroken, om zyn plannen uit te
voeren. Plotseling verliet hy zyn plaats,
/.waaide met zyu banier en kuchte, als
iemand, die een redevoering gaat houden.
Hy was door de veranda gegaan en had
/.icli tusschen de deur van de zaal en den
leuningstoel geplaatst, waarin mevrouw
Fauvel nog zat
Dadeiyk vormden de in de veranda ach
tergeblevenen een kring om hem heen. Iiy
had de houding van een echten hansworst
aangenomen, zyn lioed stond op een oor,
z-tin lichaam naar denzelfden kant als zyn
hoed gebogen.
Met ongeloofiyke welsprekendheid en
den grappigsten toon, begon hy
Dames en heeren, vanmorgen kreeg ik
myn aanstelling by de overheid; hy groet
te even van deze stad. En waarom? Ten
einde de eer te hebben u een schouwspel te
kunnen aanbieden, wat reeds de goedkeu
ring der vyf werelddeelen en verschillende
universiteiten wegdroeg.
Hier in de kamer, dames, zal de voorstel
ling beginnen van een drama, dat voor het
eerst in Peking opgevoerd werd en door
onze eerste schryvers vertaald is. Myne
heeren, gy kunt al plaats nemen, het licht
is ontstoken en de artisten kleeden zich.
IIy zweeg en met een beleedigende vol
maaktheid voor do koperen instrumenten
en de Turksche trom. deed hy het spekta
kel van de kwakzalvers op de kermissen na.
Toen begon hy weer:
Maar, Dames en Heeren, gy zult zeg
gen, als men In die zaal dat stuk gaat spe
len, wat doet gy dan hier? Wat lk hier
doen wil, myne heeren, Is u een voorproef
geven der opwinding, gevoeligheid, bewo
genheid, hartkloppingen en andere gewaar
wordingen. die u met den matigen pry.s van
vyftig centimes kunt betalen voor tien
stuivers. Ziet gy dat prachtige schildery?
Welnu dat stelt de acht vreeseiykste too-
neelen voor uit het drama. Ha, ik zie het,
gy siddert reeds. Maar dat is nog niets.
Dat prachtige schildery geeft geen beter
Idee van de voorstelling dan een droppel
een idee van de zee geeft. Myn schildery,
dat Is het voorportaal, zooals de reuk die
onze neus prikkelt, als wy voorby de res
taurants wandelen.
(Wordt vervolgd.)