DÊTCHOIIN HET ZUIDEN Tfpen uil de rechtszaal No. 21. Zaterdag: 12 Maart '27. 50e Jrg, TWEEDE BLAD. (Historisch). 't Is een jonge kerel, breed en hoe kig, die bonkerig de zaal binnenkomt. Eén moment priemt z'n blik fel en stekend door de nieuwsgierige ge zichten op de tribune; dan gaan zijn zware schouders even merkbaar on verschillig op en neer en we^idt hij zich minachtend af. Bewust-loom gaat hij héél dicht vóór den rechter staan, één hand in de zij, de andere los-ben- gelend langs 'tlijf. Na het gewone murmelen van den Officier, gaat beklaagde zitten. Een van z'n groote grove handen verdwijnt even in de vèr-uitpuilende jaszak dan poetst ie met 'n peperkleurige zakdoek onder z'n droge neus. Beklaagde is beschuldigd van mis handeling. Wéér gaat de deur open en mèt staat er een kort, ineengedrongen manneke van nog geen twintig jaar in de zaal. Hij is klein, héél klein en knippert zenuwachtig door 'npaar ovale brilleglazen. Met een gang als iemand van de groote vaart schom melt ie schokschouderend naar voren, 't Kereltje durft zijn omgeving niet op te nemen en de geniepige blikken van z'n tegenstander ziet hij ook niet. Als de rechter lijdend voorwerp een seconde scherp opneemt, verliest 't manneke zijn h&og-opgetrokken puntige schouders, die dan in een mat- hangende-ronding overgaan. Alles ontspant zich aan 'm, de armen slin geren slungelachtig langs zijn lijf. De eedaflegging speelt ie niet in eens zonder haspelen klaar. Maar liet lukt en dan doet ie met ietwat schor re stem een kort relaas: Zonder Vorm van protest had de sterke hem bij de keel gegrepen, „kijk daar, mijn heer!" en hij doet een wanhopige poging zijn boordje diep naar beneden te trekken. De rechter knikt, maar ziet slechts een goor-geel oud-mannetjes-vel van een nek. lil het hoofdknikje van den rechter voelt 't ventje een aanmoediging. Z'n schouders komen één oogenblik weer in vorm. Ook zijn stem schijnt vaster, als ie besluit: „Toen werd ik op den grond gesagen, kreeg drie klappen op me kop en zeven schoppen in de zij."' ,,Dee 't zeer?" vraagt de rechter. Met eenige verbazing maar een felle overtuiging als van tweemaal twee»is vier, zegt ie dan langgerekt: „Jaaa." „En ben je toen naar den dokter ge gaan?" „Neen, neen, nog niet." „Zoo. nog niet. Wil je er dan nog naar toe?" Men lacht als de mishandelde zegt: „Neen." 't Hoofd in den nek, met langzaam optrekkende schouders, die weer pun tig worden als voorheen, gaat ie naar z'n zitplaats. „Heb je verzuim?" vraagt 'm de rechter nog. ...la, mijnheer, vier, e e... vier Met valt de rechter hem in de rede: „Ik kan niet meer geven dan drie gulden." Niet zonder verwarring zegt de ander weer: „Maar vier uur, mijn heer. Ik verdien twintig cent per uur." „Stommert", klinkt 't hard op de tribune, waarom lioudt-ie z'n smoel nie." Een paar boeventronies werpen nij dige blikken op 't kereltje. Weer de zachte stem van den Of ficier en dan de formeele bekrachti ging van den rechter: twintig gulden boete. „Da's precies twee gulden per klap", maakt een de opmerking. De rechter keert zicli tot veroor deelde: „Dat valt je nogal mee hé!" Hard grijnzend verdwijnt de ander, z'n groote handen diep wegmoffelend in de gapende jaszakkèn. H. B. GEMEENTERAAD. WASPIK. (Vervolg.) Hierna stelt de Voorzitter aan de orde een schrijven van den heer A Brokx, dat eerst dien dag in handen van den Voorzitter was gekomen en dat dus nog niet in het college van B, W. is kunnen besproken worden. Op de eerste plaats wordt in dit schrijven gevraagd of het B, W. bekend is, dat het salaris van den ge neesheer door het armbestuur met f 300.— is verlaagd en dat deze om die reden ontslag heeft genomen. Verschure. Alweer nieuwe critiek op het beleid van het armbestuur. Voorzitter. Wanneer de heer Brokx de stukken was komen inzien dan zou hij daarin een antwoord op enkele vragen gevonden hebben. Blijkens de begrooting van het armbestuur is het salaris van den geneesheer van f 1300.- op f 1000.— gebracht en in de me morie van toelichting worden de mo- staat o.a. dat deze verlaging is toe gepast met het oog op den finantieelen toestand en omdat in naburige ge meenten ook lager salaris betaald bleek te worden. Ik kan dus op de vraag of het waar is antwoorden met „Ja" of het den gemeenteraad of B. W. bekend was met „Neen" of de geneesheer met 1 Mei a. s. ontslag heett genomen, weten wij evenmin, daar de genees heer zulks wel rechtstreeks aan het Armbestuur zal geschreven hebben. In bedoeld schrijven wordt er ver der op gewezen dat nog geen enkel gemeente-ambtenaar in salaris is ver laagd en gevraagd om welke reden men voor dezen geneesheer, die toch als zeer kundig algemeen bekend staat, wel verlaging toepast, alsmede welke maatregelen de raad in deze kwestie denkt te nemen. Ik kan daarop slechts antwoorden dat men geen grieven tegen hem heeft, dat alleen deze bezuiniging noodzake lijk is geoordeeld door de daling der inkomsten van het Armbestuur. Óf de gemeenteraad maatregelen zal nemen, is een zaak die de raad zelf heeft te beslissen. Deze zou o.a. de begroo ting waarop dit lagere salaris staal aangegeven, niet kunnen goedkeuren. L)e geneesheer wordt echter door het Armbestuur benoemd of ontslagen, terwijl dit ook zijn salaris regelt De gemeente staat hier dus eigenlijk ouiten. Brokx. Ik geloof dat het toch wel degelijk een gemeentebelang is, want wat moet het worden als men zonder dokter zit. De Hond. Ik acht het geen motief om het salaris van den dokter te ver lagen omdat ook de inkomsten van het Armbestuur verlaagd zijn. Als men zoo redeneert diende men de sala rissen van alle gemeente-ambtenaren ook te verlagen. Was zijn salaris dan te hoog? BrokX. Ik kan ook niet begrijpen hoe de Voorzitter, die toch zoo tegen net verlagen van de salarissen der ambtenaren was, nu zoo met dit be sluit van het Armbestuur mee gaat. Voorzitter. Dat heb ik niet gezegd. Ik heb er op gewezen dat het een zaak van het Armbestuur is en niet van ons. v. d. Rijken. We zitten hier een zaak te bespreken waarover we niet ie beslissen hebben. Voorzitter. Dat is ook mijn meening. De Hond. 't Is gemakkelijk zeggen van het Armbestuur dat er wel een andere dokter te krijgen is, maar dal heeft men nog zoo zeker niet, en wal dan De heer Rubbens meent dat men ucze kwestie gerust aan het Armbe stuur kan overlaten. De heer Brokx blijft de houding van het Armbestuur zeer gevaarlijk vinden, en nadat over deze zaak nog eenigen tijd is gediscussieerd, stelt hij een motie voor van afkeuring over deze houding. Met 7 tegen 3 stemmen verklaart de raad evenwel met het beleid van het Armbesiuur accoord te gaan. De heeren de Hond, Smits en Brokx stemden vóór de moiie. Verder zegt de heer Brokx in zijn schrijven, dat hij bij geruchten verno men heeft dat men in onderhandeling is geweest over den verkoop van de voormalige lederfabriek Haagen, doch dat deze onderhandelingen zouden zijn afgestuit op den te hoogen koop prijs die er voor gevraagd werd. De Voorzitter kan hieromtrent mede- deelen, dat hij indertijd een vertrou welijk onderhoud heeft gehad met een paar heeren die kwamen infor- meeren of die fabriek te koop was. Spr. heeft daarop geen antwoord kun nen geven en verwees hen naar den eigenaar, den heer Haagen te Rotter dam. Het is spr. verder bekend dat bedoelde heeren nadien een conferen tie met deskundigen hebben gehad, doch verder heeft hij niets meer hier over gehoord. De heer Brokx zegt vernomen te hebben dat er f50.000 voor de fabriek gevraagd werd en de betrokkenen er 135.000 voor geboden hebben Spr acht deze kwestie een zeer groot gemeentebelang en zou daarom gaarne zien dat alles in het werk werd ge steld dat deze koop zou doorgaan. Zelfs zou hij er zijn stem aan kunnen geven om van gemeentewege een renteloos voorschot van f 10.000 of f 15.000 te verstrekken. De heer v. d. Rijken vindt het nogal voorbarig om reeds cijfers te noemen Hij acht het beter dat de Voorzitter eerst eens inlichtingen hierover inwint. De Voorzitter stelt zich gaarne be schikbaar om nader bij den heer Haagen te Rotterdam te informeeren, zelfs wil hij er persoonlijk heen gaan en de zaak bespreken. Tot dit laatste wordt besloten. In het schrijven van den heer Brokx wordt verder met genoegen melding gemaakt van het verblijdend feit dat door de firma Schaapsmeerders eene groote schoenfabriek zal worden ge bouwd. Welk besluit men inzake de kwestie fabriek Haagen ook neemt, dit zal voor de fa. Schaapsmeerders van geen invloed zijn. De heer Brokx vertrouwt dat de gemeente trouwens waar noodig ook deze firma tegemoet komt. Hij vraagt ten slotte eene ver betering te brengen in den toestand van het bruggetje tegenover het De Voorzitter zegt dat de gemeente waar noodig met vergunningen e.d. de firma Scnaapsmeerders alle mede werking zal verkenen. Wat het bruggetje tegenover het station betreft, daar zal spr. naar laten zien. De Voorzitter brengt hierna weder om ter sprake de kwestie van de beschoeiing aan de Oostzijde der haven bij v. d. Born. De Secretaris heeft nog eens in het gemeente archief nagesnuffeld of er iets te vinden is dat er op wijst dat vroeger door de Graaff ooit iets aan die beschoeiing is gedaan of dat de onderhoudskosten door de gemeente zijn gedragen maar te vergeefs', er is niets van te vinden. Op den staat van bezittingen staat die zijde niet als eigendom der gemeente aangegevenook op den legger, waarop staat aangegeven waar van de gemeente den onderhoudsplicht heeft, staat niets hiervan vermeld. Men blijft dus in het duister tasten wie verplicht is de onderhoudskosten van de Oostzijde te betalen. Van de 'Westzijde staat dit duidelijk aange geven. Brokx. Dan vind ik dat wij moreel verplicht zijn die kosten te dragenwij kunnen het tegendeel immers toch niet bewijzen. Voorzitter. V, d. Born heeft'me ver teld dat de Graaff hem ooit gezegd dat hij voor de gemeente eens iets aan die beschoeiing had gemaakt. Daar is echter niets van te vinden in ons archief. Niets wijst er dus op dat de verplichting op ons rust. Nu lijkt het mij redelijk dat aan v. d. Bom gelegenheid wordt gegeven om een onderzoek in te stellen in onze be scheiden of in eigen oude boeken om daarmede aan te toonen dat niet hij. maar de gemeente tot onderhoud ver plicht is. Verschure. We zouden er altijd groote moeilijkheden mee krijgen. De staat van gemeenteeigendommen, de legger, de politieverordening, alles moet dan gewijzigd worden. Voorzitter. In de gemeente-archieven vinden we wel een stuks van het jaar 1885 waarin over beschoeiing van de Westzijde wordt gesproken, maar van de andere zijde wordt niet gerept. J. Smits. Als nu de gemeente, noch v. d. Bom iets er aar» doet, wie wordt er dan ten slotte de dupe van. De Voorzitter meent dat toch eerst aan v. d. Bom nog een kans moet gegeven worden om gegevens te ver schaffen. In de volgende vergadering kan men dan besluiten wat er zal dienen te worden gedaan, want de beschoeiing is vreeselijk in verval. Aldus wordt besloten. Voorzitter. De Pilei Overste vari de nieuwe parochie is bij me geweest en heeft me gevraagd of ik in den gemeenteraad eens de vraag wou voorleggen of de gemeente genegen was een jaarlijksche subsidie te geven. Jaarlijks komt de kerk er duizenden te kort. Men zou kunnen u'tgaan van de overweging dat er in de stichting van een nieuwe parochie een groot gemeentebelang ligt Gewoonlijk ziet men bij zoo'n kerk een complex huizen verrijzen; er kunnen zich neringdoenden komen vestigen, enz Om die redenen wordt er in ver schillende gemeenten een subsidie aan de kerk gegeven. Pruijssers. 't Is allemaal heel mooi, maar waar moet het vandaan komen Voorzitter. Dat kan niet anders dan uit verhooging van belasting ge vonden worden. Ik heb dit willen mededeelen omdat hij het me verzocht heeft en kan de raad dit eens in overweging nemen. Een beslissing behoeft thans nog niet genomen te worden, men kan er tot de volgende vergadering over denken. Brokx. Daar behoef ik me niet over te bedenken Ik ben tegen het verlee nen van subsidie en ik denk dat er wel meer zoo over zullen denken. A. Kamp Als we weigeren subsidie te geven, dan zijn we naar ik meen, de eerste gemeente die zulks doet. V orzitter. In Limburg wordt het tenminste algemeen gedaan en ook hier in Noord—Brabant ziet men het op verschillende plaatsen. De heer J Smits voelt wel voor subsidieverlening omdat hij er wel een gemeentebelang in ziet; de heer Brokx echter niet. Wordt besloten dit verzoek tot de volgende vergadering aan te houden Bij de rondvraag vraagt de heer v. d Rijken of er reeds antwoord van de gemeente Capelle is ingekomen. De Voorzitter antwoordt onikennend Verder geeft de Voorzitter op een desbetreffende vraag van den heer v. d. Rijken eene toelichting over de wijze van schoolgeldheifing. die ge schiedt volgens den aanslag in de Inkomstenbelasting. v. d. Rijken Wij hebben hier in Waspik een leening gesloten en nu weet men dat de raadsleden nogal eens over het een en ander worden aangeklampt, waarop ze altijd geen antwoord kunnen geven Zoo wist men mij onlangs te vertellen dat het Dag. bestuur niet de voordeeligste manier had gezocht met het plaatsen van de leening De gemeenteraad zegt op de voorstellen van B en W. ge woonlijk „ja" en „amen", maar nu zou ik toch wel graag wat meer inlichtingen hierover willen hebben, om de menschen, die dat weten te leening zou volgens hen tegen '/a pCt. minder geplaatst hebben kunnen worden: Voorzitter. Ik veronderstel dat de kasgeldleening bedoeld woidi. Die zaak heeft zich als volgt toegedragen Toen besloten was die leening aan te gaan, hebben B. en W. bij verschil lende banken inlichtingen ingewonnen, omdat we jaar in jaar un Dij Lank- huijzen 6 pCt. moesien betalen. Daar onder was ook de Boerenleenbank, die aanbood tegen 4'^ pCt. plus 1 pCt. provisie en de Naiobank die 5 pCt. vroeg zonder meer. Daarom be sloten B. en W. natuurlijk de leening bij de Naiobank te pl atsen omdat die het voordeeligst was. Er was immers geen besluit genomen *aar de leening moest geplaatst worden, dus was het de plichi van B. en W om het zoo voordeelig mogelijk te doen. De Natobank veistrekt vele leeningen, ook aan groote gemeenten als Tilburg e.a Naar mijn oordeel is deze zaak dus geregeld zooals het voor de gemeente het beste is. Brokx. De persoon die dat aan den heer v. d Rijken verteld heeft zal wei dezelfde zijn waar ik het van weet. Die bedoelde dat de Boerenleenbank voordeeliger was omdat die maar 4'/2 pCt. vroeg, maar vertelde er niet bij dat er nog 1 pCt. extra bij kwam v. d. Rijken, 't ls niet dat ik B. en W. wantrouw, maar ik wil die men schen die telkens met zulke praaijcs aankomen, graag van antwoord dienen en dat kon ik eerst niet. Zoo is mt ook gezegd dat de geleverde keislag veel te duur is gekocht; die hm iemand in Riamsdonk i 60 goedkoopei kunnen leveren. Voorzitter. Toen besloten was om keislag te koopen hebben B en W zich tot de grooiste firma's op di gebied gericht. Er was ook een vrieno van me die er mij over de levering aansprak. Ik heb hem echter tezego dat hij m ar zijn gezegeld biljet bij B. en W. moest indienen. Wie dan het voordeeligst bleek te zijn werd dan de levering opgedragen. Dt BaSalt Maatschappij bleek diimaal he voordeeligst te zijn mei 17 per ton Dus een voordeel van f60 kan toch onmogelijk waar zijn. Verschure'. Ik zou nog een vraag willen stellen betrtffende onze vee markt Deze verkeert in een staat var. sterken achteruitgang Dit kan voor een deel gelegen zijn in het terugloopei der prijzen, maar de hoofdzaak is wH het intrekken van het premiesysteem Waar zoo'n markt toch een gemeente belang is. moest daaraan nog eens dt aandacht besteed worden. Voorzitter. Ik ben het volkomen mei U eens, doch volgens de Lorerijwt» mogen geen premies meer beschik baar gesteld worden. Verschure. Ik vind dat zeer jammer. In Waalwijk vindt m n dit schijnbaar pok een goed idee, want de burge meester daar juichte het plan ten zeerste toe om ook premies beschik baar te stellen Voorzitter. Daar begrijp ik niets van. Ik zal eens inlichtingen inwinnen Er staat echter geen post voor op de begrooting. Niemand meer het woord verlangend sluit de Voorzitter de vergadering. DRUNEN. Dank zij het uitnemend beleid van B. en W. kon het heffingspercentage van 3 worden gebracht op 2,7. Vergadering van den Raad dezer Ge. meente op Donderdag 10 Maart j.l. des namiddags 7,30 uur. Voorzitter de Edelachtb. heer Loeff, burgemeester. Aanwezig alle leden. De Voorzitter opent de vergadering met den christelijken groet en trekt als stemmingsnummer 3, aanwijzend dat de grondvraag begint bij den heer Klerks. 1. Ingekomen stukken, mededeelin. gen, enz. Ingekomen is o.m. a. eenige goedkeuringsbesluiten van Gedeputeerde Staten; b. proces-verbaal van kasopname bij den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt dat op 't tijdstip van kasopneming 439,in kas was. c. besluit van Ged. Staten, houdende vaststelling van de gemeente-rekening over het dienstjaar 1920. d. verslag van het correspondent schap der Arbeids-bemiddeling over 1920. Voorzitter: De heer W. v. d. Wiel heeft hieromtrent een schriftelijke vraag ingediend waarom eerst nu dit verslag wordt aangeboden en waarom over 1925 geen verslag is uitgebracht. Ik heb de verordening eens nagezien, waaruit mij is gebleken, dat B. en W. elk jaar in de maand Maart een ver slag moeten aanbieden betreffende de werkzaamheden van het correspon dentschap der Arbeids-bemiddeling. Elke week krijgen we eene opgave die (jan wordt bijgehouden. Wij hebben overeenkomstig de verordening gehan deld en bieden nu 't verslag aan. W. v. d. Wiel: Dat is wel zoo, maar waarom hebben B. en W. dan over 1925 geen verslag uitgebracht? Voorzitter: Dat zal vermoedelijk op een vergissing berusten. Maar vanaf 1923 tot Februari 1927 kunnen de leden over elke maand de werkzaamheden van de Arbeids-bemiddeling nagaan. Maar misschien heeft men 't vorig jaar vergeten om 't verslag aan te bieden. Ingezonden Mededeelingen. Door den winter heeft het gestel aan weerstand verloren en is minctèr Desiand tegen het gure weer der lente maand. Zij, die influenza of griep gehad hebben, loopen veel kans opnieuw ziek te worden. Neemi U in acht en gebruikt Akker's Abdijsiroop. Deze zal vastzittende, ont- sitki'ig veroorzakende slijm zonder inspanning losmaken, borst, keel en longen van zitkitkitmen zuiveren, waardoor de ademnaln.g ruimer wordt en het gestel bestand zal zijn tegen de invloeden van het weer. Akker's Abdijsiroop heeft een even snelle als verrassei.de werking bij bronchitis, slijm en kliikhoesi, keelpijn en kortademigheid, kortom bij alle aandoeningen, die in verband slaan of hei gevolg zijn van een minder goede weikmg der ademhalingsorganen. Akker's Abdijsiroop mag nimmer in een gezin ontbreken, maar in de maand Maart kan zij ieder oogenblik var-t pas komen. Op voorstel van den Voorzitter wor den hierna al de hiervoren genoemde stukken voor kennisgeving aangeno men. Dan brengt de Voorzitter in behan deling een schrijven van J. G. Brok, die in verband met zijn ouderdom en gebrekkigheid ontheffing vraagt van de door hem gepachte perceelen Ge. meente.grond. Voorzitter: Dit verzoek is eerst gis teren ingekomen. Ik heb 't dus niet op de agenda kunnen plaatsen en ook nog geen gelegenheid gehad om er eerst met de heeren wethouders over te spreken. Maar als de Raad er zich mede kan vereenigen, dan zou ik dit punt toch wel dadelijk willen afhandelen, te meer waar 't tijd wordt om te verpach ten. Kan de Raad er zich mede vereeni gen dat we Brok van deze perceelen ontheffen om ze dan opnieuw te ver pachten? Maar ik zou ze niet bij in schrijving maar wel publiek willen verpachten. Weth. v. Speijk voelt wel voor ver pachting bij inschrijving. Voorzitter: Ik ben meer voor pu blieke verpachting ook omdat in de vorige vergadering een aantal leden de opmerking maakten dat de pachten bij inschrijving zoo hoog liepen. Wij zou. 'den ze dit jaar kunnen laten bieden en dan 't volgend jaar zelf de pacht be palen. B. en W. hebben over deze kwestie al gesproken. De pachtprijs is natuurlijk ook afhankelijk van resul taten die de pachter in 1 jaar bereikt. Heeft hij 'n goed jaar, dan zal hij ook wel willen bieden. Is 't een pachter die er in wil komen, die heeft er ook wel een goeden prijs voor over. A. v. d. WielIk geloof dat U bij in schrijving niet zulke hooge prijzen zult krijgen? Voorzitter: Wij hebben al meerdere malen gewaarschuwd dat de prijzen te hoog gaan. Daarom meen ik, dat we elke maatregel aan de hand moeten doen om de hooge prijzen te voorko men. W. v. d. Wiel: Dat is waar en wij zullen bij publieke verpachting ook lang niet zulke hooge prijzen krijgen alslrij inschrijving. Voorzitter: Kunnen de heeren er zich mede vereenigen dat we de per ceelen van Brok publiek verpachten en hieraan de voorwaarde verbinden, dat 't volgend jaar door ons de huur wordt vastgesteld. v. Halder: Ja, maar laten we nog eerst beslissen of we Brok van de pacht ontheffen. Doen we dat niet dan kun nen we immers de gronden ook niet verpachten. Laten we dat dus eerst doen. Voorzitter: Natuurlijk, dat was ook de bedoeling. En zullen we dan een pu blieke verpachting houden in een her berg? Van Drunen: In 't najaar is er toch ook nog duur verpacht. Kan dat nou ook niet anders gesteld worden Ik ken iemand die een stuk grond heeft en 't wel graag in weiland wou omzet ten. Maar de man wil 't niet wagen, want hij is er nu nog niet zeker van of bij 't volgend jaar weer dezelfde grond kan pachten. Voorzitter: Dan zullen er wel moei lijkheden komen met de pachters van voor 2 a 3 jaar. Weth. v. Haider: Ik zou die kwestie nog wat willen aanhouden, want als we een besluit nemen dan is dat nog a! van ingrijpenden aard. Laat ons dit voorstel daarom nog wat uitstellen dan hebben we gelegenheid om er eens rustig over na te denken. Voorzitter: 't Voorstel is niet ingrij pend voor de oude pachters, 't geldt nu alleen voor alle nieuwe pachters. De bedoeling is dus om de menschen nu vrij te laten bieden en dan 't volgend jaar zelf de prijzen vast te stellen. Als we zoo in dezen geest een besluit ne men, dan kunnen we in een volgende vergadering eens speciaal over de oude pachters spreken. De kwestie is, nu moet er verpacht worden volgens nieu we regelen. —Da's saineu tien", zegt 'n tribuue- mensch.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1927 | | pagina 5