I
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen
VAK ÉÉR STAM.
II
BONTMANTEL
Mag. DE BIJENKORF
BRABAND
FEUILLETON
Het IDEAAL van elke dame is een
OF MOOIE BONT
uit 't Mag. De Bijenkorf.
FRITS v. d. VEN, v.h. B. Boelens
MARKT 25 '-BOSCH.
STER-TABAK
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
GEMEENTERAAD.
SPRANG—CAPELLE.
Vervolg.
Verheijden. De cijfergroepeeringen
dezer begrooting heb ik eens terdege
onder de loupe genomen en aan de niet
te ontkomen verlaging van inkomsten
zoowel bij den midden- en boeren
stand als bij de werknemers vraag ik
mij nog steeds af wie bij eene algemee-
ne verarming ten plattelande deze
61.000 moeten opbrengen.
Nemen wij eens het onderwijs in de
ze gemeente:
Bijzonder gewoon lager
onderwijs c.a. f 6200
Hoogere Burgerscholen f 2100
Handelsondeiwijs i 800.
Gymnasium f 1750
Nijverheids-onderwijs f 650
Openbaar-onderwijs f5000
Te zamen f 16500.
op te brengen door de belastingplich
tigen dezer gemeente. Voege men
hierbij c.a. f 23 000.— nog door het
Rijk te betalen voor de salarissen
onderwijzend personeel of bijna
f 40 000 voor eene gemeente van nog
geen 5000 zielen. Renten en aflossing
der scnolen te Vrijhoeven Heistraat en
Capelie paraisseeren niet eens meer
op deze begrooting. Werkelijk men
houdt zijn hart vast en vraagt steeds,
waar dit op uit moei loopen.
Het was te wenschen geweest dat
in 1920 Gilbert Farker aan de deur
van het Haagsche Binnenhof had ge
staan en bij de aanvrage der Regee
ring om dollar- en pondenleeningen,
niet thuis had gegeven, zooals hij op
eenigszins andere manier heden te
Berlijn optreedt.
Het valt mij mede dat de bijdragen
in den woningbouw niet verhoogd
behoefden te worden. Zal men even
wel op den duur hieraan kunnen ont
komen
Verder wensch ik nog enkele woor
den te wijden aan het nog steeds te-
rugkeerend .Wachtgelden".
is het niet ongehoord, dat het Rijk
eischt, dat wachtgelders bij vacatures
solliciteeren, wat evenwel meestal
straal genegeerd wordt. Zie hiervoor
het binnenkort gebeurde op eene tame
lijk wel gelegen plaats aan de Lek.
Hiertegenover laat onze Regeering ons
met een ex burgemeester en ex secre
taris zitten.
Volgens art. 59 wordt een burge-
me rog steeds
^Ouer6eer£y(c!
meester vooi 6 jaren benoemd en vol
gens art. 60 kan deze ten allen tijde
worden ontslagen. Wij burgers van
Sprang—Capelie kunnen 15 jaar lang
deze twee Heeren den kost geven.
Zooals bekend ontving ik dezen zomer
öericht uit den Haag dat aan Binnen-
landsche Zaken geen termen waren ge
vonden om deze Heeren te herplaatsen,
Ik vraag mij dus ook af, of men,
ons indertijd zóó tegen annexatie ge
kant zijnde, als straf eene boete hedi
opgelegd van één ton gouds? Gas-
direcituren die steekpenningen aanna
men worden gelukkig aan den dijk
gezet. Ministers die zich voor bewe
zen diensten aan partijbenoeniinger
schuldig maakten, wat feitelijk op het
zelfde neerkomt, worden gehandhaafd.
Schreeuwt dit niet ten Hemel tegen
over een rustige arbeidzame Protes
tantschc bevolking in deze Provincie
Zoo lang deze Heeren niet verplaatst
zijn blijf ik als protest tegen stemmer
tegen iedere begrooting.
v. d. Willigenberg. Hot wel't niel
gebruikelijk is op alle gezegden van
den heer Verheijden in te gaan, lijki
't mij toch goed, even een kleine
rectificatie te geven. De heer Ver'neij
den spreekt altijd maar over twee
wachtgelders, wat naar buiten den
schijn geeft alsof er geen derde is
Bovendien is de heer v. Santen toch
voor een gedeelte in dienst. Maar de
Regeering heeft er verder ook geen
invloed op.
Verheijden. Van Santen blijft voor
de gemeente een eeuwig houwkind.
ik kom hier voor de belastingbetalers
op. v. d. Lely heeft terstond gesollici
teerd. Laten de heeren eens in den
Haag op audiëntie gaan. Gaat er nou
eens op af,en legt de zaak bloot aan
Minister Kan.
Voorzitter. Ik ben er geweest en ik
had graag dat U nou eens ging.
Michaël. Bravo
Verheijden. Dat ligt meer op den
weg van B. en W. Ik ben privé al
dikwijls genoeg voor de gem. naar
den Haag geweest.
v. d. Willigenberg De heer Verheij
den zal met zijn betoog weinig be
reiken. We hebben er toch onder
vinding van. Toen we eens aan een
wachtgelder vroegen om te sollicitee
ren had 't een ander effect dan we
verwachtten Dat weet ik ook wel
Verheijden. Er is niets treuriger dan
Wij brengen U werkelijk een enorme sorteering
BIBBERETTEen SEAL ELECTRIC BONTMANTELS,
PELTERIJEN en BONTVELLEN.
Onze jarenlange verkoop waarborgt U de kwaliteit.
Door eigen bediening kunnen
wij HET GOEDKOOPST zijn.
Vraagt in den winkel onze collectie
BONTMANTELS, daar onze etalages te klein zijn.
Vraagt stalen van de nieuwste Dames- en Heerenstoften.
Erkenel ele beste
de wachtgeldregeling.
Kerst. M.i. bereikt men meer met
een commissie uit den Raad naar den
Minister af te vaardigen. Dan kar men
die zaak bij 't ministerie eens goed
onder 't oog brengen. Dat zal onge
twijfeld effect hebben te meer waar't
de politiek der Regeering is om de
wachtgelders te herplaatsen, 't Is nu
m i. 't juiste oogenblik.
De heer Verheijden onderschrijft dit.
Middelkoop. Als we er een paar
kamerleden voor kunnen interesseeren
zou ook niet kwaad. Wanneer dit punt
in de Kamer komt, heeft 't de aan
dacht.
De heer Sneep zegt, met genoegen
te hebben gezien, dat er ook f 800
op de begrooting is uitgetrokken voor
verbetering van de haven.
Spr. wil echter in overweging geven
of het niet beter is. om in eens de
heele beschoeiing in orde te laten
maken
De Voorzifter wil hiervan nota nemen.
Hierna brengt de Voorzitter de be
grooting in stemming.
Wordt met op een na algemeene
stemmen vastgesteld
NUMMER 03.
ZATERDAG 26 NOVEMBER 1927.
50e JAARGANQ
en Langstraats«he Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ena.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1,50.
BiJ contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regeL
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bealt
atJn.
van „DE ECHO VAN HET ZEIDEN".
Vrij bewerkt naar den roman van
Louise B. B.
20)
En terwijl Huib langzaam zijn blikken
beurtelings sloeg op zijn broeder en zijn
meisje, en er in zijn oogen een pijnlijke uit
drukking kwam van al hopeloozer droef
heid. stond Sofie, haar handen krampachtig
om de leuning van een stoel geslagen, met
groote verschrikte oogen de heide mannen
aan te staren. Ze begreep de geheele waar
heid niet, maar ze begon te beseffen, dat
haar geluk zou worden gekocht ten koste van
't geluk van anderenwaarvan zij er een
zielslief had, en smartelijk trilde de wan
hoopskreet van Huib in haar na, toen hij
met een beweging van radeloosheid zijn
voorhoofd legde op Wolfgang's schouder en
met een snik uitriep: Wolf. mijn eenige,
mijn arme ouldste!.
Wolfgang zag neder op het gebogen blonde
hoofd, dat tegen hem aanlag. Door de smart
van Huibert begreep hij zijn vonnis. Een
treurige, bittere glimlach vertrok zijn dun
ne lippen.
Troost j», Huib, wie verandert het
verledenHerinner je dien tak meidoorn,
dien ik je wees in ons rijtuig, op onzen
tocht in het Bols de Boulogne? Je begreep
me toen niet. Welnu, jij bent als de heer
lijke, mooie, reine bloesems, ik als de door
rupsen opgegeten blaren. Vergeet dat
nooit, Huib. Vergeet ook nooit, mijn jongen,
dat je in mijn somher waardeloos leven
niijn eenige en grootste vreugde bent ge
weest. want... ik neem nu, voor goed
afscheid,, ook van jou. Neen, zeg niets, leg je
hoofd weer tegen mijn schouder, zoo kan
ik je beter vertellen wat ik nog te zeggen
heb. Het is heter dat wij, scheiden. Ik... za1
je geluk niet kuhnen zien, zonder te denken
aan... wat mijn leven had bunnen zyn en
dat zou het ergste van alle9 zijn, nietwaar
als haat en afgunst kwamen in do plaats
van onze krachtige broederliefde. Je begrijpt
me, is het niet?...
Bij de laatste woorden maakte hij zich
zachjes los van zijn jongen broeder, die als
geslagen was door dit zware leed. Hy wenk
te Sofie, die werktuigelijk nader kwam en
toen, hem begrijpende, haar armen om Huib
heen sloeg. Met een langen blik op hen bei
den trad Wolfgang achteruitDe deur
sloeg achter hem dicht.
Huib zag op. „Wolf", riep hy angstig
maar liet whs Sofie die hem antwoordde met
een blik en een liefkooziug.
Zyn broeder was verdwenen.
„Alq ge dezen brief, myn bixdit, leest, ben
ib reeds op weg u allen te verlaten. Ik dank
u voor de welwillende vriendelijkheid, waar
mee ge my in uwen kring hebt opgenomen
toen ik mij by u aanmeldde als een vreemde
Ilclaas, dat moet ik weer voor u allen wor
denMaar eerst! rust op my nog de plicht
het misverstand op te helderen, dat myn
broeders geluk in den weg saat. Niet hy
maar ik ben hier de schuldige.
Huib betaalde indertijd myn speelschul
den. Ik was in een periode van myn leven,
dat ik roekeloos doorholde op den weg, die
mij ten val bracht Zoo myn broeder my
niet het is waar, op dat oogenblik huiten
myn willen en weten met hulp van den
advocaat Kraayenhof gered had uit de han
den van slimme woekeraars, dan was lk
reeds toen reddeloos verloren geweest. Z66
werd ik zyn schuldenaar. Ik los nu myn
aCBAPpy VAM VERZEKERING OP HET LEYEfl
-*■ r k'-'A n tu'
schuld af, door zyn geluk te verzekeren. Do
houding van Huibert in deze zaak moet uwe
bewondering opwekken voor zyn edel, on
baatzuchtig karakter. Nu staat niets m°er
zyn geluk in den weg.
Maar 11a deze bekentenis zult ge ook wel
overtuigd zy'11., dat mijn plaats niet meer is
te midden van U. Ik zal myn verlof in het
buitenland doorbrengen om te gelegener tyd
myn bestemming in Indlë te vervolgen.
Wolfgang van Maldeghem".
I
Het was avond, toen Wolfgang dien brief
persoonlyk bezorgde aan zijn adres. Hy zag
op naar het donkere huis, dat dien ochtend,
toen hy het zoo hoopvol binnen was gegaan,
gebaad had in zonnegloed. De avond was
donker, een gryze damp. die opsteeg uit het
water om den zoom van het boscli, gaf een
vochtig kil waas in de straat. En ook Wolf
gang zag zyn verderen levensweg somber en
koud voor zich. Plotseling voelde liy weer
na al de emoties van dezen dag, de pyn te-
rugkeeren in zyn rechterzyde, dat afmat
tende gevoel, dat hem zoo dikwyls reeds had
doen grypen naar kunstmatige 'opwekking,
totdattwee blauwe heldere oogen voor
hem gelicht hadden als schitterende sterren
in den nacht voor een verdoolde, en zouden
blyven lichten. Want zelfs op dit. oogenblik
van zoo diepe smart voelde hy zich st°rK.
Fier hief hy het hoofd op, als een geknakte
bloem zou zy treuren om haar verloren lief
de, maar nimmer zou zy zich over haar
liefde behoeven te schamen.
En hy sloeg den terugweg in.
De lantaarns, aan weerszyden van den
weg, bakenden in één rechte ljjn de lange
straat voor hem af. In de verte vervloeid^
de lichten tot één gloiende streep, die wal
omboog by de brulg. om dan plotseling op dj
brug op te houden als met een mes afge
sneden. Zoo zag ook Wolfgang zyn verderen
levensweg plotseling a ft treken. Met grim
mig genot sloeg hy de hand op zyn zyde,
waar de bekende stekende pyn hem schier
den adem benam. „Goddank", dacht hy daar-
by „de voorzienigheid is genadig, zoo heel
lang zal myn samb»r leven niet meer duren."
i
Maar Wolfgang was een sterke tak van
den ouden stam en zyn afscheiding van zyn
familie was als het afscheuren van een zwa-
ren boomtak midden in het woud, die, door
stormgeweld losgerukt van zyn 9tam, an
dere takken met zich medesleept, den boom
kneuzend.
Want terwyl Wolfgang verdween, om zyn
verderen levensweg alleen te gaan, ontving
Huibert, met den arm van zyn jonge ver
loofde in de zyne, met droevig oog en ver
strooiden glimlach de gelukwenschen zyner
twee oudste nichtjes en haar echtgenooten.
Zyn weemoedige gedachten vergezelden zyn
„ouldste" op diens eenzamen weg, en Sofie,
de gelukkige, dacht aan haar zuster, wier
liefdedroom zoo wreed moest worden ver
stoord 0111 haar het geluk te hergeven.
E11 boven, in 'n stille kamer, daar klemde
een gryze moeder haar onschuldig kind in
de armen, over wier onschuldig hart, dat
zich pas, gelyk een bloem zich opent voor
de zon, voor de liefde ontsloten had, de kille
adem van een stormwind was gegaan.
Enkele jaren zyn voorbygegaan.
Een groote sombere zaal vol kleine bed
jes. en in elk zoo'n kribje een ziek kindje.
Het is avond. Flauw branden de lichten,
want het is slapenstyd.
Zuster Hilde, het gewonde jongentje
in dien hoek vraagt naar U, hy kan weer
van pyn niet slapen. Alleen als zuster Hilde
zingt, vergeet hy de pyn, hy kreunt onpop-
houdelyk.
Een slanke tengere gestalte, in een een
voudig kleed eener pleegzuster, staat op
van het bedje, waarby zy zat en gaat naar
het ander» einde van de zaal, waar het arme
kereltje ligt.
Onder het goede, dat ons omringt,
zoeken wij toch nog gaarne naar
het beste. Te allen tijde, heeft
hetgeen boven het gemiddelde
uitstak, de aandacht getrokken.
Noemen wij den leeuw niet den
koning der dieren? Geldt de
nachtegaal niet als de beste
zanger?
Hetzelfde kunnen wij op STER
TABAK toepassen. ROODE
STER is wegens gelijkmatige
samenstelling, onovertroffen
kwaliteit en technisch volmaakte
wijze van bereiding, een product,
dat iederen tabaksrooker dwingt
tot de erkenning:
„dit is het beste onder het goede".
NV. Theodorus Niemeijet
Groningen en Rotterdam
yhf vk >V
Myn arm ventje, is de pyn weer zoo
erg,, kan je niet slapen?, zegt ze zacht, op
meel y denden toon.
Dan knielt zy voor zy'11 bedje en legt zyn
woelig hoofdje op haar arm, tegen haar
schouder zoo ligt hy het liefst. Hoe pyn-
iyk trekt dat kleine mondje!
Zy begint zachtjes te zingen, eerst voor
hem alleen, eenvoudige zachte melodieën,
maar dan dwalen haar gedachten af en ze
zingt voort, nog even zacht, maar nu hare
lievelingsliederen en onbewust komt het lied
haar op de lippen dat ze eens zong, in dat
Parysche salonnetje, toen ze...hem...voor
het eerst zag.' Haar knippende oogen openen
zich wyd en staren weer in een droomen-
werelder komt een uitdrukking in, vol
droeve smart. Zouden zy op dat oogenblik
heel, heel ver van dit kleine kribje, een an
der eenzaam sterfbed zien van iemand,
wiens laatste heldere gedachte was gewyd
aan die ryne„ donkerblauwe meisjesoogen?...
Het zaclite steunen heeft lang opgehouden.
Haar gezang eindigend, legt de pleegzuster
voorzichtig het hoofdje van den kleinen
knaap op het kussen. Ze staat op en ziet op
hem neder. Hy slaapt, zyn leedi is vergeten.
Ook hare smart? Met stillen, vredlgen
glimlach ziet zy op het rustige gezichtje,
zooeven nog zoo pyniyk vertrokken.
Kan men. zoo troostend, ongelukkig bly
ven
EINDE.