Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
BONTMANTEL
Witte plozen.
Mag. DE BIJENKORF
Het IDEAAL van elke dame is een
OF MOOIE BONT
uit 't Mag. De Bijenkorf.
FEUILLETON
FRITS v. d. VEN, v.h. B. Boelens
MARKT 25 '-BOSCH.
nGDPD BPABAT1D
c^WMLWURg^
JËËK8TE BLAD.
GEMEENTERAAD.
Wij brengen U werkelijk een enorme sorteering
BIBBERETTE en SEAL ELECTRIC BONTMANTELS,
PELTERIJEN en BONTVELLEN.
Onze jarenlange verkoop waarborgt U de kwaliteit.
Door eigen bediening kunnen
wij HET GOEDKOOPST zijn.
Vraagt in den winkel onze collectie
BONTMANTELS, daar onze etalages te klein zijn
Vraagt stalen van de nieuwste Dames- en Heerënstoffen.
i ii fep 10^4 3fci*l &A i
NUMMER 94.
WOENSDAG 30 NOVEMBER 1927.
50e JAARGANQ
Waaiwpsclse en Langslraatselie Courant,
Dit blad verschtJnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden Btukken, gelden, en*,
franco te zenden aan den Uitgever.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
Prge der Advertentifin
20 cent per regel; minimum 1,50.
Bij contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regeL
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
de« morgens om uiterlijk 9 uur in ons bealt
■Qn.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
WASPIK.
De Raad dezer gemeente vergaderde
Vrijdagavond 6 uur, ten Gemeentehui-
ze, onder voorzitterschap van den Ed.
Achtb. Heer Dekkers.
Aanwezig waten alle leden.
D,e notulen der vorige vergadering
werden na voorlezing onveranderd
goedgekeurd.
1. Ingekomen stukken.
a. Schrijven van den heer Smits,
dat hij zijne benoeming als lid van 't
Burgerlijk Armbestuur aanneemt.
Op een vraag van den voorzitter of
hij bereid is den vereischten eed af te
leggen, antwoordt de heer Smits be
vestigend.
Hierna legt de heer Smits in han
den van den Voorzitter den bij de wet
voorgeschreven eed af.
b. van de Vereeniging van Nederl.
Gemeenten zijn ingekomen, diverse
rapporten van Kas-controle, t.w.:
Ie. van den Gemeente-Ontvanger.
2e. Burgerlijk Armbestuur, en
3e. Woniixgbouwvereen. „Volksbe
lang".
De heer v. d. Rijken merkt op, dat
een der Bestuursleden van de Woning-
bouwvereen. buiten de gemeente
woont. Spr. vindt zulks niet in den
haak.
Voorzitter. Wilt U bij de rondvraag
even op dit punt terugkomen?
Dan deel ik den Raad nog mede, dat
door den accountant nog eenmaal de
Kas-controle wordt geleid. Daarna is
de gemeente weer geheel vrij.
2. Benoeming van een Armmeester,
wegens periodieke aftreding van den
heer A. J. Kamp.
Door B. en W. is de volgende aan
beveling opgemaakt.
A. J. Kamp.
M. van Dongen.
P. de Winter.
De heer Kamp werd m.a.s. herkozen.
3. Benoeming lid Commissie van
Schooltoezicht.
De voordracht van B. en W. luidt
als volgt:
M. van Dongen.
van „DE ECHO VAN EET ZUIDEN".
Uit liet Duitsch
van
EIÏFEMINA VON ADLERSFELD-BALLESTREM.
1)
Hoog in liet Noorden van Duitscliland,
dicht aan de zee, ligt het slot Hochwald, dat
sedert onheuglijke tijden bewoond werd dooi
de graven van dien naam, ook wel de Zee
graven genaamddezen titel zouden zij ech
ter niet altyd blijven voeren; want bij gele-
gelieid eener troonsbestijging werd aan hun
buis den vorstentitel verleend.
De zoon van den eersten vorst van Hoch
wald was zijne loopbaan zeer jong in 't le
ger, en wel bij de lijfgarde, begonnen en was
niet alleen een zeer geestig, innemend en
beminnelijk jongmenscli, maar ook schoon
van uiterlijk en een goed en vlug officier,
(lie in de aanzienlijkste kringen der residen
tie algemeen gezocht en bemind werd.
Toen hij zijn erfgoed aanvaardde en even
wel verklaarde, het leger getrouw te zullen
blijven, begroette men dit besluit met vreug
de; zooveel te grooter was daarom de ver
wondering, toen bij kort daarna plotseling
ernstig en terughoudend werd en een paar
maanden later zijn ontslag nam. Over de re
denen, die liem daartoe hadden bewogen, liet
hq zich slechts in 't algemeen uit, zelfs zijn
naaste bekenden vernamen niets naders en
ophelderends, want op alle tot hem gerichte
vragen gaf by slechts ten antwoord, dat by
zich geheel aan het landleven en de genealo-
gisch-lieraldieke studiën, die hem steeds
zeer hadden aangetrokken, wilde wijden.
Men sloeg daaraan echter geen geloof, om-
Rijken voor aan deze Bank te vragen
of ze bereid is om de leening in Reke
ning-Courant te geven. Mocht de Boe
renleenbank hierop niet ingaan, dan
kan men zich nog tot de Nat. Bank
wenden.
Hiermede kan de raad zich vereeni
gen.
Wijziging politie-verordening.
De Voorzitter zegt, dat in de vorige
vergadering gevraagd werd om aan de
pol. verordening een bepaling toe te
voegen, dat het verboden is om honden
op gronden van anderen te laten loo-
pen. Hierop maken uitzondering jacht
honden die onder toezicht van den
jager staan.
I)e heer Brox zag gaarne, dat gedu
rende de wintermaanden deze bepa
ling niet van kracht is, omdat men an
ders de mollenvangers in hun bestaan
bedreigt.
De heer Pruijssers sluit zich hierbij
aan.
v. d. Rijken. Je kunt ook moeilijk
tegen een hond zeggen, je moogt niet
van den weg gaan.
Het voorstel wordt verworpen met
65 stemmen. Tegen stemden de hee-
ren: v. d. Rijken, Rekkers, Schaap
smeerders, Langerwerf, Pruijssers en
Smits.
Subsidie R. K. Kerk te Waspik-Bo-
ven.
B. en W. stellen voor om voor 1928
een subsidie van 500 te verleenen.
Pruijssers. Ik kan niet meegaan met
Bij de eerste stemming behaalden
heide candidaten 5 stemmen, tegen 1
op den heer Langerwerf.
Een tweede vrije stemming had tot
resultaat: Langerwerf 1, M. van Don
gen 2 en A. Vloemans 8 stemmen.
Dan brengt de voorzitter ter tafel
een schrijven van Ged. Staten, waarin
verzocht wordt voor den Raad weder
om presentiegelden beschikbaar te
stellen. Om 't karakter van presentie
geld als zoodanig beter te doen uitko
men, wordt gevraagd een vast bedrag
uit te trekken.
B. en W. stellen voor om 4.per
lid en per vergadering uit te trekken,
wat een jaar lij ksclie uitgave zal wor
den van ongeveer 300.
Dit voorstel wordt aangenomen met
dat het besluit te snel, (le verandering zijner
natuur te plotseling was gekomen. Toen
kort na zijn ontslag uit bet leger de oorlog
uitbrak, maakte bij dezen toch mede en leg
de een buitengewonen moed en dapperheid
aan den dag; een sabelhouw in 't gezicht
kluisterde liem weken lang aan het ziek
bed: maar zelfs in de hevigste koort9 ver
ried zijn mond niets, wat over de verande
ring zijner natuur opheldering kon geven en
na den veldtocht trok hy, versierd met het
IJzeren Kruis eerste klasse, naar zijn slot
aan zee terug, stiller, ernstiger en nog meer
afgetrokken dan voorheen.
Vorst Hocbwakl had nu reed9 twintig ja
ren zyn kluizenaarsleven geleid, slechts af
gebroken door verre, eenzame reizen, die
liem maanden lang van zyn vaderland ver
wijderd hielden. Hij was nu bijna vyf en
veertig jaar oud een man in de kracht
zijns levens, maar alleen.
Het was vroeg in het voorjaar. Vorst
Hochwald was den kamp van den winter inct
het voorjaar ontvloden en vertoefde in de
maanden Februari, Maart, April en Mei
meest in liet Zuiden in Spanje, Tunis,
Kaïro of Italië, al naardat het hem inviel,
slechts vergezeld door zijn kamerdienaar
Ratayczak. een eerlijke, trouwe ziel, die
reeds meer dan vier en twintig jaren by
hem in dienst waa
Geheel alleen, zooals hy dat graag deed,
bad vorst Hochwald op ceu mooien, warmen
dag in de maand Maart door de nauwste
stegen van Florence gedwaald, om uit de
donkere holen der uitdragerswinkels anti
quiteiten voor zijne verzamelingen te zoe
ken. Na dezen chaos van stegen verlaten te
hebben, kwam hij, al voortwandelende, in
de Via Tornabuoni, met haren rijkdom aau
schoone winkels. Hy liep de straat door,
totdat by eindelijk voor het vensterraam
van Brogi, den bekenden photograaf en
kunsthandelaar stond, waar een voortreffe
lijke copie van het portret der beroemde ko
ningin van Cypruts van Titiaan zyn aandacht
trok. Terwijl hy daar zoo stond en de schil
derij beschouwde, kwam een flink gebouw
de, knappe, oudachtige dame den winkel
uit, gevolgd door eene jongere, die in tegen
stelling met de eerste, zeer slank en met
haar geel kalmukkengezicht en zwart kro^s-
65 stemmen.
Tegen stemden de heeren: v. d. Rij
ken, Langerwerf, Pruijssers, Ruiten
berg en Rubens.
Voorstel van B. en W. tot het aan
gaan van een tijdelijke geldleening
groot 25.000.
De Voorzitter deelt mede, dat men
zich in verbinding heeft gesteld met
verschillende bankinstellingen. Spr.
leest dan de gevoerde correspondentie
voor. Naar spr. oordeel is de aanbie
ding van de Nat. Bank, Tilburg, wel t
meest aanneembaar. De Boerenleen
bank wil ook 't geld leenen, maar
eischt dat we 't dan onmiddellijk op
nemen..
Aangezien de Boerenleenbank 1/2
pCt. goedkooper is, stelt de heer v. d.
MflAT3CttAPPy VAM VEPiEKf RING OP HET IfcVEfl
het voorstel van B. en W., omdat een
kerkelijke kwestie geen algemeen ge
meentebelang is en temeer waar we
hier een gemengde bevolking hebben.
Daar komt nog bij dat' destijds van de
kerk gezegd is, dat aan den bouw al
leen R. K. mochten werken. En nu zou
den andersdenkenden daarvoor bijdra
gen? Neen, daarmee kan ik mij niet
vereenigen.
De heer Brox kan zich wel met het
voorstel van B. en W. vereenigen.
Ruitenberg. Ik ben er tegen. In an
dere kerken wordt een persoonlijke
kerkbelasting geheven, dat kan men
hier ook wel doen. We zitten hier in 't
belang van de gemeente en ik kom
voor de belastingbetalers op. We moe
ten zuinig zijn.
Voorzitter. Zeker, maar ik ben het
niet met den heer Pruijssers eens. Ik
zie hier werkelijk een gemeentebelang.
Het is gewenscht, dat we in dit opzicht
een ruime opvatting hebben. In Boven
is de bevolking overwegend Katholiek
en men was daar vroeger te ver van
een kerk verwijderd, 't Moreel belang
weegt m.i. hier zwaarder dan 't finan-
tieele vraagstuk. Maar ik zie er in de
toekomst voor Boven ook een finanti-
eel voordeel in. We zien toch ook hoe
in steden van sterk gemengde bevol
king 't gemeentebestuur groote subsi
dies geeft voor kerkenbouw. En hier
vraagt men nog maar een kleine som.
We hebben toch ook met plezier dui
zenden guldens voor de Protestantsche
school gegeven.
Pruijssers. Dat moest gebeuren.
Voorzitter. Men had toch ook wel
kunnen wachten op de oude school.
Ruitenberg. Die werd toen afge
keurd.
Pruijssers. Als er een rekest naar de
Ged. Staten gaat, dan betwijfel ik of
dit zou worden goedgekeurd.
Ruitenberg. En als de Protestanten
nu eens een nieuwe kerk gingen hou
wen, dan konden ze ook wel om sub
sidie vragen.
Voorzitter. Dan vertrouw ik dat de
Raad eveneens een ruim standpunt zal
innemen.
Pruijssers. Dan was ik er ook tegen.
Ruitenberg. We moeten 't algemeen
belang van onze belastingbetalers ook
in 't oog houden. En ik geloof dat de
protestanten hier de meeste belasting
betalen.
De heer Verschuren vindt het niet
haar verre van inooi te noemen was. De oude
dame wilde juist haar parasol opsteken, toen
haar oog naar rechts viel.
„Neenzeide zij eerst verwonderd en ver
volgde toen, „Marcellus, ben jij 't dan wer-
kelyk?"
By het liooren van zyn naam draaide
vorst Hochwald zich snel om.
„Olgariep hy verrast. „Hoe kom jij
hier? Ik dacht (lat je in Petersburg waart."
De dame was de eenige zuster van den
vorst en weduwe ran den Russischen gene
raal Chrysopras, uat welk huwelijk twee
kinderen gesproten waren, waarvan de
„zoete" Boris de knappe trekken zijner moe
der en de „arme" Sascha helspis! het kal
mukkengezicht van haren vader had geërfd.
Zij wandelde met haren broeder, gevolgd
door hare dochter, voort, hem verzekerend,
(lat het in 't geheel niet „chic" zou zijn, om
nu in Petersburg te verblijven, omdat m"n,
wanneer daar de vastentijd begint, als goede
Russin geheel in zak en ascli moet zitten
en dat zy derhalve voor haar pieizier te
Florence was. Voorts vertelde zij hem. dat
haar zoon Boris sedert twee maanden bij
liet gezantschap te Rome geplaatst was en
nu over zou komen, omdat de Duitsche gra
vin, op wie hij verliefd was geraakt, zich
met hare familie hier bevonddat hy zyns
vaders erfdeel reeds geheel had opgemaakt
en nu moest zien een goede partij te doen.
„Hm!" zeide de vorst. „En hoe h^et zijn
aangebedene?"
„Zij is de dochter van graaf Erlenstein,
die voor de gezondheid zijner vrouw langen
tijd te| Kaïro gewopnd heeft en zich nu hier
lieefb gevestigd, omdat zijne vrouw het Duit
sche klimaat niet verdragen kon," was het
antwoord.
Onuitputtelijk in lof over haar zoon Bo
ris. was mevrouw Chrysopras zulks niet ten
opzichte van hare dochter, die, zooals ge
zegd, niet schoon, maar een goed en harte
lijk meisje was, dat niet die grillen en lui
men der mode over zich had, waaraan hare
moeder laboreerde. Sascha deed veel aan
pastel-teekenen, in welke kunst zy werkelijk
reeds eenig succes behaald had, wat dan
ook het eenige was, wat de moeder hara
dochter tot haar eer nagaf. „Zy schildert
nu de beide Erlensteins, Marcellus," zeide
mevrouw Chrysopras „delicieus!"
„De beide Erlensteins?" vroeg de vorst.
..Er zijn dus twee dochters? Etn welke is de
aangebedene van Boris, de oudste of de
jong9te?"
„Dat weet hy zelf niet, oom!" riep Sa
scha. „want de zusters zyn tweelingqn. Nog
altijd wankelt zijn hart tusschen de beiden
heen en weer, zooals zooals i nu, u kent
wel het spreekwoord van den ezel met de
heide hoopen hooi."
Mevrouw Chrysopras was over deze ver
gelijking met haren zoon zeer verontwaar
digd. maar daar zij zag, dat haar broeder
er hartelijk om lachte, lachte zij mee. Plot
seling bleef zij staan, toen zij de Cascinen,
het heerlijke openbare park van Florence
genaderd waren, en sloeg Marcellus voor,
een oogenblik op een bank onder een der
reusachtige eiken uit te rusten, waarvan Sa
scha gebruik zou maken om te zien of het
rijtulig hen langzaam gevolgd was. Na zich
overtuigd te hebben, dat Sascha zich ver
genoeg verwijderd had, begon mevrouw
Chrysopras aldus: „Marcellus, ik wil je er
geen verwijt, van maken, dat je nog jongge
zel bent, maar dit jaar wordt je vijf en
veertig jaar oud zeg, Marcellus, weet
je dan niet dat je verplicht bent te
trouwen."
„Zoo zegt menantwoordde de vor9t la
chend. „maar dat, lieve Olga, is niet gemak
kelijk te hevelen en moeilijk te verbieden.
In dit opzicht ben ik het met Lessing eens
„Geen mensch moet moeten."
„En de erfopvolging in Hochwald? Moet
die aan de jongere linie overgaan? Dat
mankeerde er nog maar aan," zeide zij. ter
wijl zij haar parasol met kracht in 't zand
stootte.
„Wat gaat mij de erfopvolging aan? Die
zal mij geen grijze haren bezorgenwant, er
zijn bij de jongere linie zonen genoeg. Men
moet anderen ook iets gunnen," vervolgde
de vorst kalm lachend.
„Neen. dat kan je geen ernst zijn, Mar
cellus," riep de vrouw van den generaal bij
na boos uit.
,Jn zekeren zin wel" antwoordde hy kalm,
„maar," voegde hij er droomerlg bij, „je
hebt gelijk. Hochwald is sedert eeuwen van
vader op zoon overgegaan, en in de jongere
linie is veel bloed gekomen, dat den stam
niet veredeld heeft. Maar ik heb mijn tijd
verzuómd. Ik begin oud te worden. Uit lief
de zal een jong meisje mij niet als levensge
zellin de hand willen reiken, en om mij
voor mijn vorstentitel te laten trouwen, daar
heb ik in 't geheel geen lust in. Zoodoende
zal de jongere linie dus toch wel de erfop
volging aanvaarden."
..Wij zullen zien, wij zullen zien", zèi zijn
zuster, met een geheimzinnige uitdrukking
op het gelaat, en daar Sascha met het rij
tuig aankwam, vervolgde zij„Wij zullen
dat thema nog weel eens bespreken, niet
waar Marcellus? Want dat was toch niet jo
laatste woord? Nul moet je me beloven, van
avond mijn gast te zijn. Het is mijn recep
tiedag, en je zult eens zien, over welk een
interessanten, internationalen salon ik be
schik. Dus je komt, niet waar, tot weer
ziens."
En weg reed ze met Sascha. in haren ge-
huurden landauer, de Vin del Re Umberto
in.
Het was laat geworden, toen vorst Hoch
wald bij zijne zuster aankwam, die hem al
beknorde, dat hij zoo laat kwam. (laar zij
graag had gezien, dat hij haar bij de ont
vangst behulpzaam was geweest. Toen stelde
zy haren; broed°r aan de aanzieniy'ke dames
en heeren voor, die in den ruimen salon te
genwoordig waren.
„En nu naar de koningin," zeide mevrouw
Chrysopras, terwyi ze haren broeder een
arm gaf.
„Dus koninginnen heb je ook al onder je
gasten?" vroeg de vorst.
„Koningin Daria. weet je," antwoordde
zyne zuster met een trotsch lachje. ..Men
geeft zich een weinig met politiek af. dat
geeft ons zoo'n diplomatiek geurtje", als ik
het zoo mag uitdrukken. De koningin brengt
den winter hier officieel door voor haar ge
zondheid, maar ieder weet, dat het een
soort van verbanning ia En daar zy eene
Duitsche van geboorte is, hebben we onze
opwachting hy haar gemaakt dat was
een wenk van Boris, weet je, die van zulke
zaken goed op de hoogte 'ia O, het is toch
heerlyk, als men een zoon heeft, die van
de haute diplomatie geheel op de hoogte is
(Wordt vervolgd).