Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. PASCHEN. Witte Jlozen I1CDRD BPABAfil) FEUILLETON IK 51e JAARGANG. UITGAVE WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. i Pelegr.-AdresiECno. DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIB BLADEN. EERSTE BLAD. Na weken van boete en stille in getogenheid jubelt de liturgie der Roomsche Kerk op den vooravond van den Verrijzenisdag haar Alleluja uit. De katholiek meelevend den gedach- tengang Zijner Moeder voelt uit de diepte zijner ziel opstijgen den triomf zang van den Paaschdag. Tot velerlei bespiegeling leent zich het feest van 'sHeeren Verrijzenis, hetzij men het beschouwen wil als de herdenking van het reëele feit uit de verlossingshistorie van het men- schelijk geslacht, hetzij als grondslag van ons gelooven in Christus leer en Zending. Noch met het één, noch met het ander zullen wij ons hier bezighouden, doch enkel de Verrijzenisgedachte in haar mystieke zin beschouwen, toe gepast op 't sociale leven. De wereld wanneer zij wilde opgaan naar het christelijk ideaal, struikelde zoo vaak en struikelt nog over haar eigen ik zucht. De mensch als sociaal wezen, door Qod op aarde gesteld, heeft zich terug getrokken in een bekrompen kringetje van zelfvergoding en in plaats van te leven in de bewuste overtuiging: als nuttig gemeenschap zijn leven te moe ten voortschrijden gaat hij op in eigen waan, meent zich in waarheid centrum van het heelal, alles meetend met den kleinen maatstaf van zijn grootgewaand .Ik". Zijn ik zucht heeft z'n liefde in haat veranderd, z'n rechtvaardigheids gevoel in begeerte naar goud Het is een eerste voorwaarde voor den opbouw der maatschappij, dat de mensch verrijzen gaat uit zijn egoïsme en zich weer lid gaat voelen van de gemeenschap, dat hij afstand doet van „Wanneer ik zie, hoe Sigrid veran derd is, moet ik er altijd aan denken, of mijne overleden ouders van mijt geen rekenschap zouden vorderen, -omdat ik niet alles heb gedaan, om haar voor zichzelf te redden. En toch, hoe kan ik dat, daar zij mij niet meer vertrouwt en mijne stomme vragen niet begrijpt. Vooral mama, wie Sigrid misschien nog veel dierbaarder was dan ik, zou zich over de Sigrid van thans zeer be zorgd maken", eindigde zij treurig, en daar zij Hocbwald's blik niet begreep, vervolgde zij„ik ben niet ijverzuchtig op mama's liefde, ik heb ze met Sigrid gelijkelijk gedeeld, maar toch scheen het mij toe, als glinsterden mama's oogen heel anders, wanneer zij Sigrid aanzag". „En nu glinsteren de mijne, wan neer ik jou zie", zeide Hochwald ee- nigszins onlogisch, want hij moest toch zijne bewondering over dit fijne gevoel der ziel inhouden. De liefde heeft echter geen spitsvondige logica noodig, daarom kuste Iris -ook bewo gen de sterke hand, die zoo zacht en liefderijk over hare wangen streek. En het eeuwig zich zelf zoeken en werken durft aan het heil van anderen, dat hij de hand reikt aan z'n broeder en den steun biedt aan wie naast hem gaat, of beter uitgedrukt dat hij zich le offeren weet voor hen, die evenals hij leden zijn van Christus mystieke lichaam en deel uitmaken van dat zielentotaal, waarvoor het bloed van den op Paaschmorgen Verrezene de losprijs is. Het Kains antwoord door de eeuwen van het menschelijk bestaan telkens en telkens weer luider her haald ligt als een zwarte schaduw over onzen tijd. De katholieke, de christelijke gemeenschapsgedachte moet worden levend gemaakt in de zielen der eenlingen, om door hen te worden opgewekt in het sociale en politieke leven en te stijgen tot een internationale toenadering. Patroon en werkman moeten die gedachte, in zich doen doordringen, zooals de Rerum Novarum daartoe zoo krachtig heeft aangespoord. De politieke partijhaat voert oris gestaag omlaag. Laten we toch dit in den geest houden, dat er op de wereld slechts twee groote kampen zijn vóór God en tégen God en dat elk heir, dat in zich zelf verdeeldheid draagt ten ondergang neigt. Waarom dan, immer haat en afkeer zaaien, inplaats van met een edelmoedig gebaar elkaar de hand der broederschap te reiken, ook al moet men zich wederzijds een offer getroosten Waarom 't Strui kelblok ligt er van de hoovaardij der ik zucht, die niet bukken wil en niet bukken zal. De christelijke gemeen schapsgedachte in de internationale kwesties. Wat nut kan het hebben, dat naburige landen elkaar verwijtingen doen, die enkel zijn berekend op de revanche gedachte. De wereld hunkert naar rust op elk gebied, maar die rust is gebonden aan de onderlinge een dracht, die nooit terug zal keeren zoolang de ikzucht niet is uitgerukt en de zielen herrezen zijn tot een meer katholieke, een meer christelijke, een toen vertelde zij hem, wat zij in de bi bliotheek had gehoord, en hoe zijne woorden die hij tot Sigrid had gespro ken, haar hadden bevreemd. Hij hoor de haar kalm aan en beantwoordde haar onderzoekenden blik eerst na een poosje. „Er is hier sprake van iets, waar van ik je liever onwetend zou willen honden", sprak hij toen. ..Hoe' Sigrid het te weten is gekomen, doet hiér niets ter zake. Ik weet het zelf niet. 't Doet mij echter van harte leed. dat mijn dringend verzoek aan Sigrid, je er niets van te zeggen, tot je oor is doorgedrongen, want op gevaar af, dat bevreemding en twijfel in je hart zul len ontkiemen, moet ik je verzoeken mij te vertrouwen, Iris". „Ik vraag niets", was het antwoord dat zij hem zonder aarzelen gaf, ter wijl zij hare helderblauwe oogen tot hem opsloeg. „Er is iets dat ik niet mag weten dat is mij genoeg, en ik geloof wel, dat je mij zooveel kent, om zeker te kunnen zijn, dat ik er nooit naar zal vragen". „Daaraan herken ik mijne Iris, mijn lieve, beste vrouw", zeide hij getroffen, en boog zich; om haar voorhoofd te kus sen. „Weet je wel, lieveling, dat niets zoo goed doet als vertrouwen?" „Dat zou een mooie liefde zijn, die geen vertrouwen bezat", antwoordde zij innig. „Dat zou als een lente zonder bloemen, als een godsdienst zonder God zijn". „Dat is grootscli gedacht. Iris. Maar de mensch heeft ook zijn zwakke zij den. Zal nieuwsgierigheid je nooit in verzoeking brengen, zal de argwaan, wat het toch wel zou kunnen zijn. dat meer menschelijke opvatting van het leven. Dat zich zelf vergeten, wat kan het anders zijn, dan een iiefde leven, een offerleven, dat niet vraagt om groote woorden maar om werkelijkheid, om daad. een daad, die van ons zelf moet uitgaan. En laten we nu practlsch blijven en niet starer. op die leemten aan onderlinge eendracht die zich rondom ons afteekert, maar slaan wij den blik op eigen lev>m en eigen daad. In het internationale en politieke leven staan we wellicht, m.chteloos maar op ons eigen levensterein is dat anders. Leeren wij daarom op dezen Paasch dag verrijzen uit het graf van eigen liefde tot een nieuw leven van liefde voor al die rond ons zijn. A. VAN DER PLUIJM. St. Truijden. ZOO IUIST VERSCHENEN: De Tweede Druk VAN DOMINEESDOCHTER TOT D0MIN1CUSD0GHTER door Pater P. Gloudemans M S. F. met voorwoord van prof. Molkenboer, O P., lector aan de R.K. Universiteit te Nijmegen. Het boek moest er in gaan, omdat Helena Most zoo mooi en levendig haar leven en bekeering vertelt. De gunstige beoor deelingen van de eerste uitgave mogen dus gerust als aanbe veling dienen voor de tweede. Prijs afzonderlijk fl Deel I en 11 tezamen voor f 1.75 Reeds zijn meerdere bestellingen ingekomen, ook voor de andere wende men zich tot BOEKHANDEL MISSIEHUIS ST. ANTONIUS - KAATSHEUVEL. In de „Nieuwe Eeuw' breekt het Plattelandsraadslid wederom een lans voor een gemeentelijke bouwpolitiek, die er op gerichtis dat de huisbewoner je niet mag weten, nooit in je opko men?" Zij vlijde zirli nog dichter tegen hem aan. „Hoe kan ik weten, welke verzoe kingen over mij zullen komen, Marcel- lus. Maar mochten ze in mij opkomen, dan heloof ik je plechtig hij onze lief de, dat ik mij dan tot jou zal wenden en je vragen mij te helpen ze te over winnen". „Ja, Iris, laat het. zoo zijn", ant woordde Hochwald bewogen. „Maar hoe komt het toch, dat je steeds den juisten uitweg vindt?" „Omdat mijne oogen helder zien, door jou, mannetje! En", vervolgde zij, terwijl zij opstond, „wat een mogelij ken argwaan betreft, dat is een leelijk woord, daar zullen wij maar niet eens aan denken, niet waar? Want daarbij valt mij Shakespeare's gezegde in „Argwaan woont steeds in het schul dige gemoed". X. De volgende nacht bracht na een zwoelen avond, die niet eens op het zeeterras een koel windje wilde af staan, een hevig onweder. Het kringe tje op Hochwald, met uitzondering van Sigrid, die zeide te onwel te zijn, om naar beneden te komen, had tot laat in den nacht op het terras gezeten, waar het raadselachtige roode licht, dat zich weder op de golven liet. zien, het onderwerp van het algemeen ge sprek uitmaakte en van alle kanten zooveel spookgeschiedenissen uitlokte, dat men eindelijk met een geheimzin nig bang gevoel, dat in oude kasteelen geleidelijk ook huiseigenaar wordt. „Daar is niets aan te doen. Dien kant moeten wij uit, als wij ooit den woningnood willen oplossen en In de woningbehoefte willen voorzien en maar niet voortdurend verder willen afdwalen van de natuurlijke verhou dingen, welke afdwaling ons steeds meer proletaren geeft. Wij moeten het bezit populariseeren. Het wordt geluk kig meer en meer ingezien en ik no teerde met genoegen, dat in vele ge- meenteraden juist door de jongere katnolieken systematisch en met goede argumenten werd betoogd, dat ook hier de gemeente een taak heeft te vervullen. Dat zij er voor heeft te zorgen, dat de arbeiders in staat moeten worden gesteld zich een eigen woning te verschaffen. Het werk der bouwvereenigingen kan op den duur niet worden volgehouden. Het is geen werk voor normale tijden, het is goed werk, uitstekend zelfs, voor een over gangstijd van oud liberalisme naar jong katholieke democratie, maar blij vend is het niet. Het heeft te veel van socialisatie, en nu geen socialisatie ten koste van de grooten, maar ten koste van de kleinen, welke sociali satie maar al te volledig dreigt te slagen waar de kleinen niet die ver weermiddelen hebben, die de grooten eigen zijn. In Eindhoven sprak men er over en luisterde men er naar en In Til- gewoonlijk de menschen bekruipt, ter ruste ging. Ongeveer een uur later kwam het onweder opzetten. De bliksem geleek wel een vuurpoel, die de wereld wilde verdelgen, de donder kraakte dat de muren van liet slot er van stonden te schudden, en de storm deed het witte schuim der golven torenhoog opspat- J ten. Kortom, het. was een noodweer, j om moedige harten aan bet beven te maken voor het geweld der elementen, en slechts zij bleven kalm, die aan de kust woonden en aan liet vreeselijk bruisen der zee, liet huilen van den stormwind en liet koken der branding gewoon waren. Het onweder was evenwel nog niet losgebroken, toen Spini vond, dat hij door het drukkende weder niet in slaap kon komen. Hij kleedde zich daarom weer aan en besloot uit de bi bliotheek een nieuw boek te balen lichte lectuur, die eerst vandaag met de post, was gekomen. De weg daarheen was lang en eenzaam alles sliep zeker reeds. Spini liep voorzichtig, om niemand te storen, de breede gang door. ging de groote, breede trap af, met zijn licht in de hand en doorkruis te de voorzaal. De deur naar de bibli otheek ging stil open, en toen hij in de groote zaal kwam. zag Spini dooi den breeden kier van de deur die niet geheel was gesloten, aan het andere einde licht schemeren, en hoorde hij de stem van den vorst, die aan iemand bevelen gaf voor verschillende orders aan leveranciers. Uit de korte, beleef de antwoorden, herkende Spini de stem van Rataiczak, den kamerdie naar. Het thema waarover binnen ge- burg kwam de wethouder zelfs al met de toezegging, dat er plannen in over weging waren, die er toe zouden kunnen leiden, dat ook aan kleine eigenbouwers eene behoorlijke hypo theek zou kunnen worden verschaft van gemeentewege om hen in staat te stellen in hun woonbehoefte zelf te voorzien'. Doch daar moet dan, in het belang van het uiterlijk aanzien der nieuwe huizen en wijken iets bij komen. „En dan kan de gemeente zich ook doen gelden met haar opvoedende kracht op het gebied van bouwkunst. We behoeven niet na te bouwen wat er door sommigen als vrucht van het particulier initiatief wordt te voor schijn gebracht. Men kan eischen stel len van welstand Daarbij kan men ook de schoonheidscommissies in den arm nemen. Niet dat deze zonder moeilijkheden zijn, maar ze zijn toch ook van nut en waar men ze niet heef! zal men dat gemis dikwijls ge voelen. Daar wordt wel eens gaarne geklaagd over het werk der schoon heidscommissie, maar ook die klachten zijn lang niet alle even gegrond'. Wij mogen hierbij wel even opmerken dat in Waalwijk sinds jaren (1 Mei 1925) eene gemeentelijke hypotheekbank voor eigenbouwers bestaat. Men kan er niet minder dan 75 pCt. aan de laagst mogelijke rente sproken werd, was niet interessant ge noeg voor een luistervink; toch luis terde Spini mei één oor, terwijl hij 't gewenschte boek op de leestafel zocht. „Zoo! Dat is, zoover ik weet, alles", zeide de vorst binnen. „Donderde liet niet zooeven? Hoor eens, Rataiczak, ik geloof' dat wij vannacht zwaar weer krijgen. Zijn alle vensters gesloten en de vlaggestokken ingehaald?" „Jawel, Hoogheid. Het onweer komt van de landzijde en was reeds te zien, toen U na lietj eten op liet terras ging. Wij hadden den tijd om alles op te ber gen, ook de bloemen zijn van het terras in de voorzaal- gezet. „Dan is het goed. Mocht het onwe der losbreken, wekt dan de lieden, men kan nooit weten, waar de bliksem inslaat. En nog iets, Rataic zak, heb je het kleine vensterluik ge maakt je weet wel, voor liet scliiet- gat?" „Jawel, Hoogheid. Ik heb van avond alles klaar gemaakt en zal liet er van nacht voor doen". „Zoo, dat is goed. Dat vervelende ge klets over het „roode licht van Hoch wald" wordt op den duur vervelend en leidt slechts tot het allergrilligste bijgeloof en tot de avontuurlijkste vermoedens. Heb je hulp beneden noo dig?" „Neen, Hoogheid. Het is een gemak kelijk werkje. Twee spijkers, anders niet, en wanneer de stormwind huilt, boort geen sterveling het hameren. Ook zonder dat niet, Hoogheid". „Nu, des te beter. Wil ik met je meegaan?" Wordt vervolgd. NUMMER 29. ZATERDAG 7 APRIL 1928. De Echo van het Zuiden, Waalwytscbe en Langstraatsebe Courant, Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, esa. franco te zenden aan den Uitgever. Prijs der Advertentlën 20 cent per regel; minimum 1.50. BiJ contract flink rabat Reclames 40 cent per regel. Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zfln. van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". Uit het Dultech van EUFEMINA VON ADLEB8FELD-BAIXE8TttKM. 38). MAATSCttAPPy VAN VERZEKERING OP HET LEVEN

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1928 | | pagina 1