fl[ ECHO IIIIH HET ZUIDEN
Voor Huis en Hof.
Vo. 51. Zaterdag 23 Juni '28. 51e Jrg.
TWEEDE BLAD.
WEEKOVERZICHT.
Buitenlandsch Nieuws.
De beschaving, de innerlijke be
schaving brengt er de menschen hoe
langer hoe meer toe dingen te doen,
die ze vroeger niet deden en ook
dingen te laten, waaraan zich vroeger
geen mensch ergerde, er althans geen
olijk van gal dit te doen. Heoben wij
Nederlanders al niet lang het zgn.
„katknuppelen" afgeschaft en kloppen
we onze kleedjes niet's morgens voor
tienen? In Spanje bestaat nog steeds
tiet stierengevecnt, maar niet meer in
zijn oorspronkelijken vorm. Ook daar
heeft de „beschaving" invloed gehad,
of liever is deze oorzaak geweest, dat
men net stierengevecht meer in over
eenstemming heeft gebracht met de
moderne eischen van de liefde tot 't
dier. Wat niet wegneemt, dat er nog
stierengevechten gehouden worden
maar er is vooruitgang. Bij konink
lijk besluit is verboden het gebruik
van pijlen met ontplofbare punten,
welke tot dusverre de stieren in den
nek worden gestoken, welke niet wild
genoeg waren voor het gevechiDan
is voorgeschreven het gebruiK van
geharnaste paarden. Maar volgens
vele Spanjaarden raakt het aardige er
al en de beperkende bepalingen wor
den beschouwd als ernstige belemme
ring van de nationale „sport". Wat
zijn wij Nederlanders toch al brave
menschen 1
Het spreekt wel vanzelf dat het
brievenvervoer mede van de nieuwe
vindingen op het gebied van het
vliegwezen profiteert. Uit Amerika,
uit Illinois, werd gemeld, dat een
vliegmachine er in geslaagd was aan
een postwagen van een trein (beide
hadden een snelheid van 50 K.M. per
uur) een postzak af te leveren.
Wij Nederlanders zijn al blij, dat
we een radiodienst hebben die het
mogelijk maakt over een afstand van
twaalfduizend K.M. te sprekener is
thans een nieuwe draadlooze verbin
ding tot stand gekomen tusschen
Australië en Canada, welke zich uit
strekt over een afstand van zestien
duizend
In Engeland is dezer dagen door
het Lagerhuis een wet aangenomen,
welke voor het Paaschfeest een vasten
datum bepaalt, namelijk den eersten
Zondag na den tweeden Zaterdag in
April. Wanneer de wet ook door het
Hoogerhuis wordt aangenomen, zal
ze echter niet in werking treden vóór
de Engelsche regeering zich er van
vergewist heeft, dat de andere Euro-
peesche mogendheden met den maat
regel instemmen en er insgelijks toe
willen overgaan. Nu, over zulke dingen
zal wel te praten vallen, al is het
voor een leek niet mogelijk te weten of
er bij het vraagstuk hier bedoeld ook
gewichtige diplomatieke overwegingen
en daaruit voortvloeiende meenings-
verschillen te pas zullen komen. Als
Paschen „vast" is, zal Pinksteren het
ook wel zijn, dat spreekt. Over een
vroege of late Paschen hebben we
niet meer te praten, als tenminste de
wet tot uitvoering komt.
Beursspiegel.
Zooals het klokje thuis tikt, tikt het
nergens. Een oud—Hollandsch spreek
woord, zeer geschikt ook voor Amerika.
Dinsdag 1.1. werd te New York een
hoogte-record bereikt van omzetten
van 5.230.000 aandeelen. Ons publiek
heeft daar een belangrijk portie van
gehad. Gretig maakte zij van de flauwe
stemming gebruik om zijn sterk ge
slonken voorraad Yankees met kans
op winst aan te vullen. De volgende
dagen bewezen dat dit goed gezien was.
De beurs te Amsterdam was in het
begin der week onder den invloed
van Parijs, Brussel en Berlijn. Na
deze bewogen dagen kwam de stilte
in zaken zich reeds manifesteeren als
inleiding tot het vacantie—seizoen.
Een onaangename verrassing voor vele
vacantiegangers was zeker de scherpe
daling in het als onaantastbaar be
schouwde aandeel H.V.A. Einde der
week kwam dit ep het laagste punt,
686 pCt., hetgeen overigens meer in
overeenstemming lijkt met het rende
ment en de vooruitzichten der hoofd
culture.
De voortdurende loome termijnmarkt
voor suiker begon ook meer invloed
te krijgen op de koersen der andere
suikerwaarden. Het bericht, dat Cuba
30.000 ton suiker van de Amerikaan-
sche markt zou afvoeren om ze elders
te realtseeren, verbetert de positie der
Java—industrie natuurlijk ook niet.
Bijzonder goed hielden zich tabaks
waarden, die, met Senembah en Deli-
Batavia aan het hoofd, op het hoogste
punt sloten.
Wat de Koninklijke Petroleum Mij.
betreft, verdient veimelding, dat ons
publiek, na jaren van onthouding,
weer zijn oude beleggingsbelangstel
ling voor dit papier begint te ont
plooien. Het is alleen maar jammer,
dat het voor veel lagere koersen zoo
veel stukken aan het buitenland af
stond, onbekend met den verrassend
gunstigen gang van zaken.
De afdeeling der kunstzijdewaarden
beleefde geen gelukkige week. Het is
mogelijk, dat de naderende seizoen-
slapte in dezen tak van nijverheid
eenige insiders tot realisatie bracht.
Met scheepvaartwaarden wilde het
niet recht vlotten, ondanks het feit,
dat de Plata vrachtenmarkt en ook
andere trajecten een matig herstel
boekten.
Rubberaandeelen bleken alsvanouds
zeer gevoelig voor het minste bewijs
van aanmoediging, dat van de New
Yorksche termijnmarkt werd gegeven,
al blijft de toekomst voor de rubber
maar steeds nog onzeker.
Naar aanleiding van de Olympische
Spelen wijzen wij op de speculatieve
attractie der aandeelen Amsterdamsche
Rijtuig Mij. leder onderdeel van dit
bedrijf verheugt zich in steeds toe-
nemenden bloei, hetgeen niet kan
nalaten op den duur tot koers—
appreciatie te leiden.
Zonder schriftelijke toestem ming is eenige overname uit deze rubriek verboden.
Wereldreis van Professor
Weetgraag, slimme Jochem
en Tippie, de poes.
66
Geiukkig schafte een echtpaar raad»
Bracht met zijn roeiboot onze maat,
Naar 't groote schip en langs een
trapje,
Klom Jochem op... Dat was geen
grapje
67
Maar spoedig was hij toch aan boord,
Waar Tippie weldra ongestoord
In Weetgraag's hut te slapen lag;
En |ochem naar de schepen zag.
68
Wel, wel, wat was daar veel te kijken 1
Inmiddels ging de tijd verstrijken
En voor de dag verloopen was
Stak 't schip in zee, de groote plas 1
69
Wat Jochem d' oogen open zette
En op het spel der golven lette
Professor zei: „Wat is dat mooi,
Maar 't is al laat, we gaan naar kool.
70
We zijn vermoeid, ga vlug nu mee
En morgen zien we weer de zee.
Ons wachten vele vreemde zaken
We zullen ons hier goed vermaken.
71
Ze hadden spoedig zich onkleed,
Tot slapen waren ze gereed.
Nu Jochem slaap maar lekker, hoor
Slaap wel professor'k zorg er voor.
72
Vroeg op te zijn: dan kan 'k
misschien
Al 't vreemde land van verre zien.
Professor 'k had toch nooit gedacht
Dat reizen zooveel prettigs bracht.
73
Vriend Jochem lag weldra te droomen
Van thuis van grootje, van de boomen
In Weetgraag's tuin en van een hond,
Die Tip met huid en haar verslond.
74
Opeens, verschrikt, daar werd hij
wakker
Juist toen die kwade rakker,
Veranderde ln een grijnzend spook,
Dat blazend in de golven dook.
75
Vol angst sloeg Jochem de oogen op,
Zag hij nu alles op zijn kop?
De hut met alles wat er stond,
Tot zelfs professor, draaide rond.
Verkeerde gewoonteu bij de
kippen.
Eierpikken. Hei omstaan dezer ver
Keerde gewoonte is soms ie wijten
aan een toeval of ongeluk. Het siuK-
trappen van een ei, of het leggen van
een windei kan ze er den smaak van
doen beet krijgen. Ook Kan 't geven
van niet stukgemaakte eierschalen er
de oorzaak van zijn. heel vaak is
ook een tekort aan kalkhoudenG
voedsel de aanleiding er toe. By jonge
hennen en bij zeer oude scheidt de
eiieiderwand onvoldoende koolzure
Kalk af en de windeiers worden in
't nest gedeponeerd. Wanneer er te
weinig legnesten zijn kan het ook
voorkomen, dal er eiers breken, door
dat de hennen alle in een nest leggen.
Dit komt trouwens ook wei bij vol
doende iegiiesieu voor. Hel opeten
van den innoud der gebroken eieren
geeft later aanleiding ue gave eiers
te verslinden. Als men veel leggende
kippen heetl, verzuimt men dan ook
niet meermalen per dag de legnesten
te controleeren. Wanneer de Kippen
onvoldoende bezigheid hebben en dit
zal alleen voorkomen bij die, welke
in een ren worden gehouden, kan dii
mede de aanleidenue oorzaak tot hel
euvel zijn. De middelen tol genezing
van de dieren zijn vele en meestal
niet geheel afdoende. Men vult wel
een ei met peper of mosterd of teer,
om ze 't kwaad af te leeren. Ook
sluit men ze wel eenige dagen op en
geeft ze bedorven eiers te eten. Weer
anderen strooien snippers papier bij
het legnest. (Zelf hebben we daar
uitnemende resultaten mee gehad).
Weer anderen brengen de legnesten
flink hoog boven den grond aan, wat
meestal afdoende is. Ook wordt veel
gebruik gemaakt van valnesten, waarbij
het ei valt. Deze nesten kunnen op
verschillende manieren zijn ingericht.
Bijvoorbeeld met een gat er in, waar
door 't ei valt. Ook wel door het
nest naar achter te laten hellen. Het
ei rolt dan naar ach er en valt daar
tusschen een gleuf naar beneden in
een laag hooi. Dat zich dan in het
nest geen hooi of stroo mag bevinden,
spreekt van zelf. Dat maakt weer,
dat de hennen zullen probeeren elders
hun- eiers te leggen. Het meest af
boende blijft natuurlijk het afmaken
en opeten. Maar eer men met goed-
Hoe van een scboolertje een
groot man kwam.
Naverteld door Tante Marie.
Door een warnet van straten en
steegjes kwam men aan een slopje,
waar mijn schooiertje het eerste levens-
iicht had aanschouwd, in zooverre als
't licht doordrong in het kleine ka
mertje met alleen één raam.
Van 't eerste oogenblik van z'n leven
af aan, was hij al misdeeld, want hij
had niet eens een eigen slaapplaats.
Denkt eens aan kleine iezeresjes en
lezertjes, wanneer O.L. Heer bij u een
lief klein broertje of zusje brengt,
hoe mooi is dan 't wiegje met z'n
kanten gordijntjes en rose of bruine
strikken? Hoe hagelwit de lakentjes
en sloopjes, hoe heerlijk warm het
dekentje, ach denk dan ook eens, dat
er arme stumpertjes zijn, die niets
van dat alles hebbengeen wieg,
geen dek; niets. Tot die laatsten be
hoorde m'n schooiertje en toch was
't kindje rijk, want hij had een moe
dertje, die hem hartelijk lief had, even
hartelijk als ze zijn broers en zusters,
die nu al groot waren had liefgehad.
En nu zal ik jullie eens iets heel leuks
vertellen. Die kleine vent, die pas 14
dagen oud was, toen ik hem voor 't
eerst zag, was al oom en weid al
dadelijk oom Piet genoemd. Zijn neefje
was eenige weekjes ouder en als
moeder met de twee kleintjes in een
oude wagen de straat opging, zei ze
heel vroolijk, als de menschen vroegen
„Zijn die kindertjes even oud „Neen
hoor, de jongste is, oome Piet en de
oudste neefje Willem".
Oom en neef groeiden, ondanks alle
ongemakken, die de armoede mede
brengt flink op, ze waren steeds bij
elkaar en hadden zelf heel weinig
begrip van hun oom en neef zijn, maar
daar de oudere broers en zusters hen
altijd zoo noemden, wisten ze zelf ook
niet beter of hun namen waren Oom
Piet en Neef Willem.
De beide jongens kwamen, toen ze
drie jaar waren, op de bewaarschool
leggende kippen daartoe overgaat,
zal men allicht enkele van boven*
staande middelen willen probeeren.
Veeren plukken. Hiertoe komen de
vogels als er te weinig zouten in het
voedsel aanwezig zijn, als ze niet
genoeg dierlijk voedsel krijgen, als
ze door ongedierte geplaagd worden
en ais ze zien vervelen. De middelen
ter genezing zijn hieruit gemakkelijk
af te leiden. Is er voldoende ochtend-
voer aanwezig (en dat moet in den
droogvoerbak den geheelen dag klaar
staan) dan vervallen als van zelf de
twee eerste redenen. De bestrijding
van dierlijke parasieten kan op een
voudige wijze plaats vinden, als men
zorgt, dat zich in de legnesten ln-
plaats van hooi of stroo een laagje
tabaksstof bevindt. Dit komt dan van
zelf tusschen de veeren en vlooien
en luizen gaan er voor op de vlucht.
De laatste oorzaak moet weggenomen
worden door de dieren wat te doen
te geven. Loopen de kippen los, dan
is 't voldoende als er genoeg gras in
de nabijheid is. Anders zorgt men
voor mangelwortels ot koolrapen. Zijn
ze opgesloten, dan hangt men in de
ren een paar mangelwortels of knol
rapen op. Ook met stronken van
witte, savoije of bloemkool kunnen
ze zich goed bezig houden. Maar
niet in de ren gooien, doch ophangen.
Zijn de dieren eenmaal het veeren-
plukken gewend, dan helpen vaak al
deze dingen niet. Dan kan men nog
probeeren ze van de kwaal te genezen
met behulp van een snavelrlng. Die
maakt het ze onmogelijk de veeren
van hun medebewoonsters los te
trekken. Helpt ook dat niet, dan is
slachten en opeten of verkoopen het
eenig overblijvende middel.
Bijenteelt en Fruitteelt.
Die twee behooren bij elkaar. De
fruitteelt kan niet zonder de bijenteelt.
Dat is lang niet altijd ingezien. Ver
scheidene Veiuwsche Imkers weten
nog goed den tijd te nerinneren,
waarin ze bij de Betuwsche kersen
boeren moesten bedelen, hun korven
in de boomgaarden te mogen zetten,
ja waarvoor ze zelfs nog wel geld toe
moesten geven. Nu is het omgekeeid
en gaan de boomgaardbeziticis den
boer op, om korven ot kasten te be
machtigen. En daarvoor hebben zij
dan wel graag iets over. Vanwaar die
groote omkeer? We kunnen niet
anders antwoorden dandoor de
theorie en de practljk geteerd, weten
de fruittelers, dat de allerbeste vrucht
zetting plaats heeft bij kruisbestuiving.
Daaronder verstaan we dan, dat het
stuifmeel van de eene bloem komt op
den stempel van de andere bloem, 't
Liefst hebben we daarbij dan nog,
dat de twee bloemen op verschillende
MIJNHARDTs
Hoofdpijn-Tabletten 60 ct
Laxeer-Tabletten 60 ct
Zenuw-Tabletten 75 ct.
Staal-Tabletten 90 ct.
Maag-Tabletten 75 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
boomen groeien. Anders zou een mis
lukking nog wel eens mogelijk zijn,
omdat er verschillende van onze truit-
boomen ongevoelig zijn voor eigen
of soorteigen stuifmeel. We noemen
ze zelf steriel. Die zeltsteriliteit kan
groote nadeelen met zich meebrengen.
Zoo heeft men enkele jaren geleden
er in Zuid-Limburg ernstig over ge
dacht, de kersenboomen maar te
rooien, omdat de opbrengst zoo gering
was, dat het de moeite niet Ioohuc
ze te plukken. Men kweekte daar al
gemeen de soort Abesse de Mouland.
Deze soort bloeide elk jaar buitenge
woon rijk, maar vruchtzetling vond
niet plaats, totdat een hoofd eener
school te Etsden een keer een tak
afsneed van een.anderen kersenboom,
van de soort Basterd dikke en die
uitklopte boven de bloeiende Abesse
de Mouland. En ziet, 't was of er
getooverd was, want aan de zijde,
waar het stutfmeelj van de Basterd
dikke op de stempels was gekomen,
werd de boom rijk bevrucht. Van toen
aan heeft men aan opruimen der boo
men niet meer gedaent, maar is men
zich meer en meer op de bijenteelt
gaan toelegger:, waardoor Eisden thans
een der oelangrijkste veilingen van
kersen is. Niet alleen bij kersen heb
ben we die zelfsteriltieit, maar ze
komen voor bij verschillende soorten
pruimen, appels en peren. Elke eige
naar van een boomgaard, zal dan ook
verstandig doen deze tak van zijn
bedrijf niet te verwaarloozen, maar
een of meer bijenkasten in zijn boom
gaard plaatsen. Dat zal hem allereerst
een grooten oogst aan fruit geven.
Maar ook zal hij, indien het weer een
beetje mee wil werken, nog een aar
dige hoeveelheid honing kunnen win
nen. Ik vernam dezer dagen nog van
een kennis, die ondanks het slechte
weer het vorige jaar ruim zestig pond
honing uit 3 kasten haalde. En ten
slotte heeft de bijenhouder het genot
van zijn bijen. Wie eenmaal imker is,
wil van zijn bijen geen afstand doen,
zoodat zelfs bijenkasten op de daken
in de steden gevonden kunnen wor.
den, waarvan de eigenaars die eenmaal
buiten woonden hun Irnkeibedrljf niet
hebben laten gaan. Het is ook een zeer
interessant volkje. En ze gade te slaan
brengt oogenblikken van verheugenis.
Maar voorden fruitkweeker zal de bij
toch allereerst een nutdier en geen
sportdiertje blijven. Het nut, dat het
doet is dan ook niet gering 1
en leuk hé! van die beide kleine
peuters merkte de onderwijzeres al
spoedig dat Oom pienterder was dan
Neef en aardig was het te zien hoe
oom altijd neefje hielp en dan heel
glunder zeide: „Juf ik heb 'm maar
'n beetje geholpen, want hij kan 't
niet". Later werd hem aan'l verstand
gebracht, dat het niet mocht, maar
oom kon niet nalaten z'n beschermen
de handje over neef uit te strekken.
Ondanks alle waarschuwingen en straf,
door ze van elkaar te zetten, wat altijd
een hevige huilbui tengevolge had,
oleef oom voor neef zorgen. Ze voch
ten ook wel eens samen hoor, maar
nooit duurden die kwade buien lang
en even later zag men ze weer gaan,
de arm om eikaars schouders gesla
gen, want mijn schooiertje had een
goed hart en een karaktertje zoo
vriendelijk en aardig, dat hij werkelijk
te benijden was.-Zoo gingen de be
waarschooljaren voorbij en moesten
ze naar de groote school. Daar werd
niet zooveel geduld gebruikt, als op
de bewaarschool, die voor vele kin
deren een uitkomst is. Rijk en arm
zijn op de bewaarschool dikwijls beter
op hun plaats dan thuis.
De jaren gingen voorbij zooals de
meeste schooljaren, maar Oom Piet
en Neef Willem bleven voor elkander
wat ze altijd geweest waren. Hoe dik
wijls kwam ik ze tegen met hun af
gezakte kousen, klompen met gaten
en buis en broek gescheurd, maar
altijd met vrooüjke, prettige gezichten.
Wanneer ze hun rapporten kregen op
school, was ik na moeder de eerste
die ze te zien kreeg, ln 't begin kwa
men ze aliijd samen, maar eens kwam
Piet alleen, waar is Wim? O, Juf, hij
durft niet, z'n rapport is niet zoo
mooi, maar hij kan toch niet helpen,
dat hij niet zoo goed kan rekenen en
schrijven als ik, hij doet toch heusch
z'n best en nu moet hij blijven zitten
en ik ga over, op meewarigen toon
werd dit alles gezegd en werkelijk
schitterde er een traan in z'n goeie
donkere oogen.
Alweer gingen de jaren voorbij tot
de lagere school was afgeloopen. Op
zekeren middag kwamen beiden op
me los gestormd, terwijl Piet zei„Juf
ik mag naar de ambachtsschool" 1 En
Wim? „Ik ga naar de fabriek I" Arme
jongen, die niet begreep hoeveel oom
Piet meer vuor had dan hij, arme ta-
brieksjongen 1 lk was toch benieuwd
hoe zich dat had toegedragen en vroeg
z'n moeder er naar en typisch is dat,
die was er nog niet eens zoo blij
over. Zij vertelde mij, dat de meester
gesproken had met iemand, dat Piet
zoo'n helder hoofd had en nu kon hij
op de Ambachtsschool komen door
bemiddeling van dien mijnheer, „als
ze nou maar geen heer van'm maken,
want in onze familie zijn geen heeren".
Moeder had zeker een voorgevoel van
wat haar jongen boven 't hoofd hing.
Zij heeft het echter niet mogen bele
ven, want korten tijd daarna stierf ze
en Piet kwam in het weeshuis Ook
daar was hij bemind, om z'n goeden
vroolijk karakter, ook daar werd hij
vooruit geholpen. Met avondlessen
werd hij bijgewerkt, wat nog aan z'n
kennis ontbrak en toen Piet 't wees
huis verliet, ging hij ook al weer door
bemiddeling en protectlestudeeien.
Hij had een beurs gekregen en wat
er aan ontbrak verdiende hij met les
sen te geven aan mede studenten.
Geen cent gaf hij onnoodig uit en had
den naam van de goeie gierigaard,
waar hij zich niets van aantrok. In
dien tijd zag ik hem zelden meer,
maar toen hij zijn docterstitel had
gehaald en naar Indië vertrok, kwam
hij mij nog goeden dag zeggen. Eenige
jaren later vertelde Willem mij, dat
Piet was overleden. Heusch juffrouw,
hij was te knap en te goed want nooit
heelt hij zich over ons geschaamd,
al was ik maar fabrieksarbeider!
Ik had ook niet anders verwacht.
Een waarlijk groot man, schaamt zich
zijn afkomst nooit. Arbeid adelt