lITECHO AHHET TuioÊü
Zomersproeten ver-
2.-
No. 58. Zaterdag 21 Juni 1928. 51e Jrg.
TWEEDE BLAD.
GEMEENTERAAD.
MADE.
De raad dezer gemeente vergaderde
Woensdagmorgen ten raadliuize ondft
voorzitterschap van den Edelachtbaren
heer Burgemeester van Gils.
Afwezig met kennisgeving dhr. J. Se-
geren Wzn.
Nadat door den Secretaris de notulen
der vorige vergadering zijn voorgele
zen, merkt dhr. v. d. lieek op, dat het
gesprokene over de subsidie-aanvrage
van het Wit-Gele Kruis, niet volledig is
genotuleerd.
1. Mededeelingen.
a. Proces-verbaal van Kas opname
bij den gemeente-ontvanger, waaruit
blijkt, dat in kas was en moest zijn
6466.861/*.
b. Schrijven van Ged. Staten, hou
dende mededeeling, dat de kwestie in
zake annexatie van de gehuchten Stui-
vezand en Hoogerheide met Made, is af
gehandeld.
c. Koninklijke Goedkeuring op de
verordening tot wijziging der vermake-
I ij kheidsbelasting.
d. Alsvoren, tot wijziging der leges-
verordening.
e. Verslag van de Kamer van Koop
handel voor de Langstraat.
Al deze stukken worden voor ken
nisgeving aangenomen.
2. Opmerking wijziging algeineene
politie-verordening en voorstel intrek
king wijziging hondenbelasting.
De Voorzitter licht toe dat het ge-
wenscht is aan de politieverordening
toe te voegen art. 32, houdende bepa
ling tot aanwijzing van stopplaatsen
voor autobussen.
De Raad gaat met het voorstel ac-
coord.
3. Ontslag aan A. L. van Herwijnen
als gewezen lantaarnopsteker te Drini-
melen.
Voorzitter. Op Drimnielen bestaan de
gewone lantaarns niet meer en behoe
ven we dus van de diensten van v. Her
wijnen geen gebruik meer te maken.
Wij stellen U voor aan v. Herwynen
met ingang van 1 Juli eervol ontslag te
verleenen onder dankzegging voor de
bewezen diensten.
Wordt goedgevonden.
4. Aanbieding gemeenterekening en
tie rekening van G. E. B. over 1927.
Beide rekeningen worden gesteld in
handen van de commissie van onder
zoek.
5. Adres bestuur R. K. Diocesaan
Congres over het Huwelijk om kleine
bijdrage.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. aan
leiding hebben gevonden voor te stel
len genoemd congres te steunen met
een bijdrage van 5.
De raad gaat z.h.s. met dit voorstel
accoord.
b. Adressen van Schoolhoofden al
hier om subsidie voor schoolreisjes.
B. en W. stellen voor een subsidie te
verleenen van 50.
de Wijs. Ik vind 1 per leerling niet
te veel.
v. d. Veeken. Ik heb er met v. Delft
over gesproken en er op gewezen dat
men vroeger de belofte heeft gedaan
de kinderen te zullen laten sparen. Van
Delft zei me, dat er ook door de kinde
ren gespaard wordt, maar dat er zijn,
die zulks niet kunnen. Om zulke kin
deren nu ook in de gelegenheid te stel
len een schoolreisje mede te maken,
daarvoor vraagt men nu subsidie.
Ligtvoet. Ik had gaarne vermeld ge
zien hoeveel kinderen verleden jaar
gratis een schoolreisje hebben meege
maakt.
v. d. Veeken. Ik kan nog wel mee-
deelen, dat de Kerkelijke overheid te
gen zulke reisjes is, zoodat vermoede
lijk dit jaar voor 't laatst een school
reis zal worden gemaakt.
Ligtvoet. We kunnen ook niet blij
ven geven, in andere gemeenten zien
we de belasting naar omlaag gaan en
hier hooger.
Voorzitter. Dat is niet waar. Uit het
verslag van de Kamer van Koophandel
kunt u zien, dat van alle gemeenten in
de Langstraat onze gemeente er het
gunstigst voorstaat.
Hel lid Steijnis merkt op dat voor de
school te Drinmielen eigenlijk geen
subsidie noodig is, omdat daar zoo goed
als alle kinderen wel voldoende kunnen
sparen. Spr. heeft bovendien vernomen
dat er in Drinmielen voor schoolreisjes
gecollecteerd wordt.
v. d. Reijt. We zouden in beginsel
kunnen besluiten een kleine subsidie
te geven, maar dan eerst rekening en
verantwoording te vragen.
Met dit voorstel gaal de raad accoord.
Rondvraag.
v. d. Sluis. De vlag van den toren is
versleten. Straks moet er weer gevlagd
en dan zitten we zonder. Zou 't Dagel.
Bestuur ook voor een nieuwe vlag kun
nen zorgen?
De Voorzitter antwoordt bevestigend.
Het lid v. d. Sluis wijst op de ver
diensten van den A.N.W.B. en vraagt
of het geen aanbeveling zou verdienen
indien de gemeente als lid van dezen
bond toetrad. Wanneer de gemeente
lid is, zou ze zich bij den aanleg of de
verbetering van wegen of fietspaden
misschien van de medewerking van
den A.N.W.B. kunnen verzekeren.
Voorzitter. We zullen eens naar de
Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden.
WERELDREIS VAN PROFESSOR 112.
WEETGRAAG, SLIMME JOCHEM
EN TIPPIE, DE POES.
106.
Hij vond zijn heer in druk gesprek
Al wand'lend over het breede dek
Met nog een heer. Vrind Jochem dacht:
Wel dat had ik niet verwacht.
107.
Mijn heer gaat nooit met iemand om;
Ik maak, dat 'k gauw er achter kom,
Wie dat wel is, die vreemde heer.
En Jochem riep: ,,'k Heb Tippie weer!"
108.
Professor kwam op Jochem af,
Die vlug hem het brave poesje gaf.
„Kijk, Jochem, zie eens even goed,
Wien 'k op het dek hier heb ontmoet.
109.
Dat is mijn vriend, professor Grijs,
Die gaat ook net als wy, op reis.
Ook hy gaat 't vreemde land bezoeken,
Waarvan ik las in dikke boeken.
110.
Wij doen de reis nu met elkaar,
Dat geeft gezelligheid voorwaar."
Wat was die Weetgraag in zijn nopjes!
En Tippie gaf al dadelijk kopjes.
- 111.
Aan Weetgraag's vriend, die, 't
bleek al ras,
Voor dieren ook heel vriend'lijk was.
En Tippie spon en Jochem lachte
Vol van de pret, die het viertal wachtte.
De tijd ging nu genoeglijk voort.
Nog eenmaal werd de pret verstoord,
Het was toen men op zeek'ren dag,
Opeens een hoogen ijsberg zag.
113.
O wee, dacht Jochem, nu is 'trnis.
Die berg komt op ons aan, gewis.
Maar Grijs en Weetgraag zeiden:
„Neen
Daar vaart ons schip vast wel om heen"
114.
Gelukkig dreef 't gevaar voorbij
En klopte Jochem's hart weer blij.
Nog dikwijls keek hij angstig rond
Of ergens zich zoo'n berg bevond.
115.
De reis ging verder ongestoord,
En schoon het prettig was aan boord,
Ze waren blij, toen na veel dagen,
Ze het vreemde land van verre zagen.
Wordt vervolgd.
JORIS OP REIS.
door JOHAN DE ORAAF
11
Eindelijk was dan de dag van bet
vertrek gekomen. Na zoowat heele-
maal door zijn vrouw te zijn aange
kleed, een portemonnaie in zijn zak
te zijn gestopt, verder een koffertje
met boterhammen met spek, een
flesch melk, een paar zakdoeken en
een parapluie in zijn hand te hebben
kosten informeeren.
de Weys. Als ik den toestand dei-
gemeente geweten had, zooals nu uit
het verslag van de Kamer van Koop
handel blijkt, dan had ik er in de vo
rige vergadering mijn stem niet aan
gegeven, om de belasting met pCt. te
verhoogen. Naar mijn meeniug had de
meerdere opbrengst gevonden kunnen
worden in een verhooging van de per-
soneele- en vermogensbelasting. Dan
zou ik in de toekomst gaarne een pro
gressieve heffing zien.
Voorzitter. Daar hebben we vroeger
ook al eens over gesproken en geïnfor
meerd hoe groot de opbrengst van een
evenlueele vermogensbelasting zou zijn.
Er zijn hier maar heel weinig menschen
die vermogensbelasting betalen. Dat be
drag valt werkelyk tegen; 'tzal zoo on.
ge veer 11)00,bedragen.
de Weijs. De personeele belasting is
zeer laag. Ik hoop dat de raad 't vol
gend jaar een voorstel tot verhooging
der personeele belasting zal steunen.
Voorzitter. De personeele belasting is
hier inderdaad zeer laag. Wanneer be-
lastingverhooging noodig is, dan moe
ten we 't middel aanwenden door dhr.
de Weijs aangegeven.
Weth. v. d. Veeken raadt aan om
zeer voorzichtig met de belasting te
werk te gaan.
De heer de Weijs acht het gewenscht
dal door B. en W. op gewichtige pun
ten schriftelijke prae-adviezen worden
uitgebracht en aan den leden thuisge-
zonden.
v. d. Sluis. U kunt hier toch de stuk
ken komen inzien.
De heer de Weijs zegt dat hij daartoe
den tijd niet heeft en bovendien dat 't
niet de weg is.
Weth. v. d. Reijt vraagt ol de Weijs
soms een uitgewerkte agenda wenscht
in den geest als de Kamer van Koop
handel doet. Spr. vindt dat ook voor
de leden een groot gemak.
de Weys. Juist, dan krijgt men ten
minste tevoren al een blik op de zaken
en kom je niet plots in een donker
huishouden.
v. d. Beek. Ik heb voor eenige jaren
geleden ook al zooiets voorgesteld.
De Voorzitter zegt toe met het ver
zoek van het lid de Weijs rekening te
zullen houden.
De Weijs. Dat lijkt me zeer ge
wenscht. In de vorige vergadering b.v.
kwamen we geheel onvoorbereid voor
de annexatiekwestie te staan. Er werd
een brief voorgelezen en daarmede was
de zaak uit.
v. d. Sluis. Zijn er ook al onderhan
delingen gaande betreffende overdracht
van het G. E. B. aan de P.N.E.M.?
Voorzitter. Ja, ik verwacht spoedig
een antwoord.
Hierna sluiting.
gekregen, drukte Tine hem nog eens
extra op zijn hart toch voorzichtig te
zijn en op de auto's te letten.
Büjgemoed begaf Joris zich op weg
naar het stationnetje. Hij ging op reis
voor het eerst van zijn leven en dan
nog wel alleen.
Joris die nog nooit in het plaatse
lijk stationnetje was geweest stevende
recht door de deuropening op het
perron af maar werd niet doorgelaten
want hij moest eerst zijn kaarije laten
knippen.
.Die krijg je immers in den trein",
zei het verblufte boertje tegen den
controleur. Deze verwees hem echter
naar het loket waar de kaartjes wer
den verkocht Er was op het oogen-
olik niemand, zoodat de kaartjesver-
kooper niets te doen had.
„Ik moet naar Amsterdam", zei
Joris
„Gefeliciteerd mijnheer", zei de
beambte, die in de gaten had met
wie hij het had te doen. „Gaat u er
heen loopen."
„Nee met den trein", antwoordde
Joris.
.Nu, zei de beambte", dan moet
u opschieten de trein komt juist bin
nen.
Geheel verbluft staarde Joris den
man aan. Begreep hij dan niet dat
hij een kaartje moest hebben
„Ja maar", zei hij, „ik moet een
kaartje hebben."
„Dat is best. Wat moet u hebben
enkele reis of retour?"
„Is daar nog verschil in," vroeg
Joris?
„Ja natuurlijk", zei de beambte,
„als u vanavond teruggaat, doet u
het beste een retour te nemen."
„O nee", zei Joris „ik kom over
morgen pas thuis."
Dus kreeg hij enkele reis.
Op het perron gekomen zag hij
den trein zich in beweging zetten.
„Hol ho!" scheeuwde het boertje,
„ik moet ook nog mee!"
„U is te laat mijnheer", zei de
stationschef tot hem, de trein vertrekt
en u kunt over een half uur pas met
een anderen mee.
Joris was dus verplicht een half
uur te wachten. Zuchtend zette hij
zich naast een juffrouw meteen kindje
van een jaar ongeveer op een bank
WASPIK.
De raad dezer gemeente vergader
de Dinsdagavond ten raadhuize onder
voorzitterscnap van den Edelachtbaren
neer P. Dekkers, Burgemeester.
Aanwezig alle leden.
De notulen der verige vergadering
werden na voorlezing onveranderd
goedgekeurd en vastgesteld.
Mededeelingen.
a. De Voorzitter deelt mede, van
de gemeente Geertruidenberg bericht
te hebben ontvangen, dat de Stede
lijke Godshuizen aldaar bijdragen in
de kosten van verpleging van krank
zinnigen e.a.
b. Adres bestuur R.K Diocesaan
Congres over het Huwelijk, om een
Kleine bijdrage
Beide stukken worden voor ken
nisgeving aangenomen.
c. Schrijven van het Burgerlijk
Armbestuur houdende weigering op
het verzoek om subsidie voor de ge
meente.
Brokx. Zou ik misschien mogen
weten welke armmeesters voor ons
voorstel zijn geweest? Of is dat ge
heim
Voorzitter. Dat is mij niet bekend.
Maar de heer Smits weet er zeker
wel van.
Smits. Heel het Bestuur is 't eens
met dit schrijven.
Brokx. In Geertruidenberg geeft 't
Burgerlijk Armbestuur toch wel sub*
stdie aan de gemeente. U hadt ons
verzoek moeten steunen.
Smits, ik wist niet dat men in Geer
truidenberg subsidie gaf, anders zou
ik dit zeker hebben aangevoerd. Maar
onze gemeente krijgt toch subsidie in
anderen vorm.
Voorzitter, ik ben van oordeel dat
de verpkgingskosten van krankzinni
gen behooren te komen ten laste van
net Burgerlijk Armbestuur. Wij heb
ben U als afgevaardigde gezonden in
de hoop, dat U het Burgerlijk Arm-
oestuur ten gunste van ons zou in-
fluenceeren. U zegt, indien U geweten
hadt dat men in Geertruidenberg sub-
sidieontvangt, U zoudtdan onsvoorstel
nebben gesteund. Maar wij hebben
toch niet naar andere gemeenten te
zien.
Brokx. ik wil nu ruiterlijk beken
nen, dat ik er spijt van heb destijds
tegen de candidatuur van den Burge
meester te zijn geweest, want ik ge
loof nu dat 't voor de gemeente beter
is indien we een man als de voor
zitter in het Burgerlijk Armbestuui
hadden.
Smits. Vroeger kwam de voorzitter
toch geregeld op de vergaderingen
van het Burgerlijk Armbestuur
Voorzitter. Maar als men heelemaal
niel wil luisteren naar eenig advies
neer, Vlak naast zijn beenen stond
een open rieten boodschappentasch
met babykleertjes blijkbaar aan zijn
buurjuffrouw toebehoorend.
Of het noodlot hem nu overal
moest achtervolgen weet ik niet
maar het schijnt zoo. Joris stak een
pijp op en wierp zonder nadenken
de brandende lucifer naast 2ich neer
met het gevolg, dat het ding in de
openstaande rieten tasch viel waaruit
even later een paar vlammetjes op
sloegen,
Joris rookte en de juffrouw zong
een slaapliedje. Even later begon ze
echter vervaarlijk te snulven en sprong
in eens met een gil overeind. Joris
deed van den weeromstuit hetzelfde,
wat een geluk voor hem was, want
was hij zoo blijven zitten dan hadden
de vlammen tegen zijn broekspijpen
gespeeld.
(Slot volgt
van mij, dan begrijpt U toch wel dat
het geen nut voor me heeft om nog
te komen. Ik prijs nochtans het be-
heer en de leiding van het Burgerlijk
Armbestuur. Ik hoop dat men ons in
de toekomst zal steunen. In de 24
jaar dat ik burgemeester van Waspik
ben, heb ik nog niet zoo'n slech
te toestand hier gekend. Wij hadden
toch ernstig gehoopt, dat 't Burgerlijk
Armbestuur ons zou hebben gesteund.
d Mededeeling van proces-verbaal
van kasopname bij den gemeente-ont
vanger. Er was in kas t 3065.10.
Wordt voor kennisgeving aangeno
men.
Verslag van den Warenkeurings
dienst uit het District Breda.
Wordt ter inzage gelegd.
Kohier straatbelasting.
Wordt vastgesteld als ter tafel ge
bracht tot een bedrag van I 34(38 88.
Goedkeuring rekening Burgerltyk
Armbestuur.
De Voorzitter licht daarop toe, dat
er nog f 1280 aan pacht te ontvangen is.
Namens de Commissie van onder
zoek deelt de heer v. d. Rijken mede.
dat alles in orde werd bevonden en
de zaken van het B. A een goedver-
oop hebben.
2. Opnieuw vaststellen begrooting
1928.
De Voorzitter deelt mede, dat ver.
dediging bij de Kroon heeft plaats
gehad. Ook de Kroon heeft een be
slissing genomen en houdt zich aan
de zijde van Ged. Staten, dat de be
lasting moet worden gebracht op 7.
Nu eenmaal het besluit is gevallen
hoopt spr. dat allen zich fatsoenlijk
zullen gedragen en de beslissing van
hooger hand zullen eerbiedigen.
Brokx. Allereerst wil ik U even
dank brengen voor de eminente wijze
waarop U in Den Haag onze zaak
verdedigd heb. Nochtans zal ik blanco
stemmen, omdat ik als lid van de
Schattingscommissie de inkomsten der
ingezetenen ken 7 pCt is een onmo
gelijkheid. Ged. Staten zeggen, het
moet, maar op die wijze kweeken ze
het communisme. Ged Staten schijnen
alles te weten. De raad telt niet meer
mee. Dobbelsteen had gelijk toen hij
PETER DE GROOTE.
Van dezen Czaar of Keizer van Rus
land heb je zeker wel eens gehoord, al
was het alleen maar het verhaal, dat
hij te Zaandam eenigen tijd in een ar
beidershuisje heeft gewoond.
Dit is inderdaad het geval geweest;
te Zaandam is nog dat huisje te zien,
en, om het voor geheel verval te bewa
ren, is er een huisje overheen gebouwd
Peter was een zonderling man, die
geheel anders deed dan de meeste vor
sten van een groot rijk.
Reeds op jeugdigen leeftijd zag hij
in dat zijn volk in menig opzicht, voor
al in het bouwen van vestingen en den
scheepsbouw bij andere volken verge
leken verre ten achter was en vreemde
leermeesters noodig had.
Hij ging daarom naar dat gedeelte
van de toenmalige hoofdstad Moskou
waar Duitschers en andere vreemde
lingen woonden en nam er eenigen van
in zijn dienst; onder hen waren ook
Hollanders. Met dezen kon hij het goed
vinden. Onder de Hollandsche leer
meesters was er een, die het bouwen
van schepen verstond. Deze maakte
voor hem de eerste zeilboot. Van hem
en anderen leerde Peter de Hollandsche
taal spreken. Hij zocht zooveel moge
lijk het gezelschap van de vreemdelin
gen op en nam gaarne aan hun feesten
dwijnen spoedig door een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten.
zei: 't lijkt wel de Oeteldonksche club,
de raad van elf In Den Bosch willen
ze den toestand van onze gemeente
beter kennen dan onzeg raad. Zulke
alwetende kerels zijn een milltoen
waard Wanneer er bij mij een klacht
komt dan ga ik op onderzoek uit.
maar blijf niet rustig thuis zitten zoo-
deel. Hij kleedde zich als een Holland
sche schipper. In alles wilde hij zooveel
mogelijk op een Hollander gelijken.
Op 20-jarigen leeftijd werd hij vorst
over het Russische rijk omdat zijn bei
de broers ongeschikt waren om te re-
geeren. Nu Peter eenmaal Czaar gewor
den was, besteedde hij nog meer tijd
eu geld aam zijn liefhebberijen, vooral
aan den scheepsbouw. Hiervoor was
li ij echter nog altijd afhankelijk van 't
buitenland. Dit vond hij toch eigenlijk
niet goed. Daarom gaf hij aan vijftig
jongelieden uit de deftigste familie's
het hevel naar het buitenland te gaan
om daar den scheepsbouw en de zee
vaart te leeren. Of zij dat prettig von
den? Heelemaal niet. De meesten van
zijn landgenooten waren met zijn plan
nen maar weinig ingenomen. Zijn lief.
de voor het buitenland nam men hem
heel kwalijk. „Kijk", zei men, „het is
niet genoeg, dat hij zelf de Russische
zeden en gewoonten niet volgt, hij wil
ook anderen in het verderf storten."
Maar hij liet de menschen praten en
ging zijn gang. Toen echter bekend
werd, dat Peter zelf naar het buiten
land wilde gaan, was naar veler mee
ning de maat vol. Een Czaar van Rus
land, die naar het buitenland ging en
nog wel om daar wat te leeren, dat was
te veel. Maar Peter had het zich nu een
maal in het hoofd gezet en hy ging.
(Wordt vervolgd).
Ouders, lezen ook Uw kinderen
ons eugdhoekje