Toegewijd een Hendeij Industrie en Gemeentebelengen»
I
FEUILLETON
ABDIJSIROOP
n.
KINKHOEST
NUMMER 3,
WOENSDAG 9 JANUARI 1929.
52e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rUk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, erne
franco te zenden aan den Uitgever.
dit nummer bestaat uit
TWEE BLADEN.
UITGAVE
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Teleur.-Adres: ECHO.
Prijs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1.50.
BS contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiën moeten Woensdag on Vrfldag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
EERSTE BLAD.
BUITENLAND.
De grondwet In Servië
opgeheven
Het aantal landen in Europa waar
zonder parlement of met een gemuil
bande volksvertegenwoordiging gere
geerd1 wordt, is aan het begin van deze
week weer met één vermeerderd.
Koning Alexander van Zuid-Slavië
heeft de grondwet opgeheven, de wet
geving- in eigen hand genomen, een
nieuwe regeering met dictatoriale be
voegdheden benoemd en de Skoepsjti-
na naar huis gestuurd.
De Koning heeft dit besluit,, dat
hem niet licht gevallen kan zijn, toe
gelicht in een proclamatie tot zijn
volk. Hij zegt erin, dat de verwachting
op innerlijke steviging van het land
niet verwezenlijkt is1 en dat het staat
kundige leven zich, integendeel, steeds
meer in negatieve richting ontwikkel
de. Het parlement werd dermate mis
bruikt dat het allen voorspoedigen ar
beid belemmerde en een stainden
weg voor den vooruitgang werd.
De partij-hartstochten die er hoogtij
vierden, verscheurden het land. De
Koning acht het zijn hoogsten plicht
de nationale eenheid te herstellen. Zijn
daad heeft „uitsluitend ten doel zoo
spoedig mogelijk een staat en staats
instellingen te vestigen die met de al-
gemeene behoeften van het land het
best strooken".
Als de Koning zegt, dat het herstel
van de nationale eenheid zijn hoogste
doel is, moet hij zich bewust zijn dat
hem dit niet mogelijk zal zijn, zonder
de Kroaten voorgoed te verzoenen.
Hun oppositie tegen Belgrado en
deszelfs regeeringsmethoden is gaande- j
weg en vooral onder invloed van de i
politieke moorden in het parlement,
ean „DB ECHO VAN HET ZUIDEN".
in feilen haat veranderd.
Het antagonisme tusschen Serviërs
en Kroaten heeft zijn wortel in geheel
verschillende tradities vau ras. gods
dienst en beschaving.
Kroatië dat zoo lang onder Oosten-
rijksch-Hongaarsch bestuur heeft ge
staan, vertegenwoordigt het Westen,
Servië den Balkan. De Kroaten heb-
hen zicli vereenzelvigd met Westersche
beschaving en vooruitgang. Zij hebben
aan de vroegere Donau-monarchLe
hun vooruitgang te danken. Zij hebben
hun steden, kerken en scholen naar
Oostenrijksche en Hongaarsche model
len gebouwd.
Hun landbouwbedrijf staat op hoo-
ger peil dan in Servië. Hun opvattin
gen over bestuursmethoden verschillen
ste lasten dragen.
Al die grieven hadden de Kroaten
er toe gebracht in de Skoepsjtina
dwarsdrijverij toe te passen en de
daaruit ontstane felle politieke strijd
was de aanleiding tot de moorden in
het parlement, een poging van Servi
sche zijde om de Kroaten met Balkan
methoden tot de orde te roepen.
De Kroaten juichen deze beslissing
zeer toe. en indien dan ook niet alle
teekenen bedriegen, zullen de Kroaten
uit handen van den Koning de. door j
hen zoo vurig begeerde autonomie in j WQrdt Zwaard,
een of anderen vorm ontvangen.
ten eenen male van de Servische, die i mee werkelijk de
in hun oog nog in half-Turkschen hersteld zal zijn.
trant regeeren. Zoolang de Kroaten
door de Habsburgers geregeerd wer
den, hebben zij niet zulk een antipa
thie gevoeld tegen het Oostenrijksch
Hongaarsch régime als nu tegen het
Servische.
De Kroaten verwijten den Serviërs,
om het zoo kort mogelijk te zeggen,
dat deze Taatsten van de hegemonie
welke de Kroaten hun tien jaar gele
den afstonden, onbehoorlijk partij heb
ben getrokken; dat zij dientengevolge
de openbare middelen uitsluitend voor
de vergrooting en verfraaiing van Bel
grado gebruiken en de geheele schade
van den oorlog op kosten van anderen
herstellen; dat zij niet de minste er
kentelijkheid toonen voor hetgeen zij
ontvangen hebben. Ambtenaren wor
den benoemd, niet volgens verdienste,
maar omdat zij met den een of anderen
minister bevriend zijn. Voor het ver
krijgen van een regeeringscontract
moet men, zeggen de Kroaten, dikwijls
met steekpenningen werken. In theorie
bestaat er gelijkheid van belasting
plicht. In de praktijk komt de Servi
sche boer. dank zij de wijze waarop zijn
bezittingen geschat worden, er zeer
genadig af en moet Kroatië de zwaar-
Men dient natuurlijk af te wachten
boe de felste tegenstanders van de
Kroaten onder de Servische partijen,
hierop dan zullen reageeren en of daar-
nationale eenheid"
het begin van den grooten oorlog, in
zijn villa op Cap d'Antibes overleden
is.
De Romeinsche kwestie.
I Men schrijft uit Rome aan de Msb.:
j Van alle zijden wordt de grootste
j belangstelling getoond voor den hui
digen stand der Romeinsche kwestie.
1 Vol spanning ziet men ook de vaststel
ling van het toekomstige pauselijke
i territoir tegemoet.
I Daar in de Italiaansche pers over j
deze zaak het strengste stilzwijgen
zoo kunnen er over l
den toekomstigen „kerkdijken staat" j
„Dat Bell overwint!" zei David
Steel. „Bell overwint, altijd, vroeg of
laat!" bevestigde hij.
„Ik geloof, dat u mijn vraag ver
keerd begrijpt, mijnheer Steel", zei ze
weer.
David staarde in het fijne, door on
rust en angst gekwelde gelaat van liet
meisje, dat daar voor hem stond, en
dan weer in de bijna bloedig roode
plekken van de roodei gordijnen, waar
achter licht brandde, in het kasteel op
eenigen afstand.
Dan werd opnieuw de stilte van den
woord meer hierover", nacht verbroken door het ongeduldig
We verknoeien kostba- geblaf van den eenen hond en 't naar
NAAR HET ENGELSCH.
J. SCHEEPENS.
„Kom, geen
riep Bell uit.
ren tijd. Doch de tijd is niet verremeer
Enid, waarop ge mij om vergiffenis
zult vragen. Intusschen zal ik me naar
je huis begeven en ge zult me er bin
nen leiden. Wat er ook gebeuren moge,
ik zal niet slapen gaan, vannacht,
voordat ik met je tante zal hebben ge
sproken."
David had zich een weinig terugge
trokken. Bijna instinctmatig had Ruth
Gates hem gevolgd. Een bundel diffuus
licht scheen van den wegkant op haar
rijwiel. Enid en Bell waren in een vu
geestig gehuil van den anderen hond.
David Steel zou dit gehuil nooit ver
geten het zou het onderwerp vormen
van een novelle, welke hij zich nu reeds
voornam later te schrijven, zoo indruk
wekkend en griezelig klonk die akelige
galm uit het schaarhout vandaan.
„De hemel weet het alleen", ant-
i thans nog geen zekere en definitieve
mededeelingen gedaan worden. j
Zooals men weet, is de H. Stoel van
I plan, later, wanneer eenmaal de ver- j
houdingen geregeld zijn, in zijn ter-
i ritoir alle Congregaties, de residenties i
llHBSSESISffifSilIiiiilBlil j der kardinalen en die van de bij den j
H. Stoel geaccrediteerde diplomaten j
onder te brengen.
Welke de grenzen zouden moeten i
worden van het Pauselijk territoir
In aanmerking zou komen het ge- J
bied ten Westen van den Vaticaan- i
schen heuvel naar den Valle d'Inferno
en den Monte della Creta toe, tot de
via Aureliana, met inbegrip van de
Pineta Sacchetti. Dit aardige pijn
boomenbosch ligt circa 5 K.M. van het
Vaticaan.
Veel moeilijker wordt de situatie bij
de vaststelling der Oostelijke grens, die
in de stad zelf zou moeten vallen. Het
schijnt in elk geval niet in het belang
van den H. Stoel te zijn, om behalve
I zijn beambten en geestelijke en wereld
lijke waardigheidsbekleeders, nog veel
j particuliere tot „onderdanen" van den
nieuwen „kerkdijken staat" te krij
gen.
Nu blijft nog de Noordelijke grens
i over, welke naar den Monte Gianicolo
toe gelegen zou zijn, waarbij de histo-
Nikolaj Nikolajewitsj. i j rische villa Doria Pamphilj mede bij
Uit Nice wordt gemeld, dat groot- het territoir betrokken zou kunnen
vorst Nikolaj Nikolajewitsj, de opper- j WOrden. Deze villa is thans nog in het
bevelhebber der Russische legers in bezit van de vorstenfamilie, waaruit
wordt verzacht
Verzacht de hoestbuien,
waaraan de kinkhoest de ver
zwakte lichaampjes Uwer
kinderen blootstelt, ver
kort den duur der sloopende ziekte en
vermijd het gevaar voor ergere ge
volgen met de steeds lekker smakende
AKKER'S
Voorde Borst
nog ben ik bang, dat ik u te veel zeg.
Over dat huis ginds ligt 'n
keiijk tragisch lot. als een immer
dreigende, steeds donkerder wordende
schaduw. Twee edele heeren hebben
ons reeds willen helpenen beiden
zijn op het oogenblik doodEn indien
wij u, die toch volmaakt een vreemde
ling is voor ons, hadden binnenge
haald in het worstelperk, zouden wij
ondanks ons zelf, de schuld zijn ge
weest van uw dood
„Ben ik dan thans niet in den be
dreigden cirkel?" glimlachte Steel.
„Niet met onzen vrijen wil", sprak
Ruth levendig. „U bent echter met
Hatherly Bell in den ring getreden.
Dank den hemel, dat u zulk een bond
genoot hebt gevondenEn toch ben ik
met schaamte vervuld
„Mijn waarde mejuffrouw Gates,
waarover zoudt ge u beschaamd ge
voelen?"
Ruth bedekte haar gelaat met de
woordde hij na een oogenblik. „Maar. handen en Steel bemerkte hoe de tra
hoewel ik thans van nabij in deze zaak
betrokken ben, kan ik nog maar niet
hegrijpen, wat voor oorzaken en gevol
gen een en ander heeft. Tot nu toe be
nen haar door de slanke vingers gle
den. Hij nam ze zacht in de zijne en
rig, op fluistertoon gevoerd gesprek grijp ik er evenveel of even weinig van
gewikkeld en schenen zich niet bewust
van de aanwezigheid van eenig ander
menschelijk wezen. David Steel kon
zien hoe toorn en teleurstelling afwis
selden op het nu eens bleeke dan weer
hoogroode gelaat van Hatherly Bell:
hrj zag hoe deze al zijn overredings
kracht gebruikte om Enid te overtui
gen.
„Wat zal de uitslag zijn van deze
zaak?" vroeg Ruth nieuwsgierig, doch
eenigszins bevreesd.
als een kind. Ik ben er thans in ge
mengd, mijnheer Hatherly Bell wordt
er thans in betrokken, en u zelf speelt
er een rol in! Maar komaan, eens zul
len we het toch moeten ontdekken
„Is u niet boos op mij?"
„Wel neen, waarom? Alleen mocht
u wel wat meer vertrouwen in me ge
had hebben."
„Mijnheer Steel. dat. durfden we
niet! Even slechts hadden we uw ad
vies noodig, meer niet. En ook thans
keek haar dan met een liefhebbenden
teederen blik in de blauwe oogen. Nog
nooit had en vrouw hem zóó aange
trokken als Ruth deed.
„Maar wat zult. u wel van me den
ken?" fluisterde Ruth op een toon van
zelfverwijt. „TT is zoo goed en zoo
vriendelijk voor ons geweest en ik stel
me zoo krankzinnig aan. Wat moet u
wel denken van een meisje, dat te mid
dernacht zoo lang van huis is...? Is
er iets meer onvrouwelijks.
„In sommige vrouwen, misschien
zeker... maar het geldt hier toch een
uitzondering", sprak Steel openhartig.
,Men behoeft slechts te zien in uw ge-
onuitspre- laat om er de goedheid en de onbedor
venheid van te ontdekken. Maar zijt
ge niet bang?"
„O. verschrikkelijkEen schaduw
doet me rillen. Maar toen ik van uw
tocht van hedennacht vernam, zag ik
me wel verplicht hierheen te gaan!
Dat eischte mijn oprechtheid tegen
over Enid, en ik had niemand ter we
reld dien ik voor een boodschap ver
trouwen kon."
„Had slechts naar mij gekomen.
Ruth!"...
„Ik weet het, o ik weet het. Och, het
is zoo gelukkig voor een verlaten meis
je te weten dat er een goede man is.
waarop zij kan rekenen. En u is zoo
goed geweest voor ons, en wij hebben
u wel slecht, heel slecht behandeld!"
Maar David wilde hier niet van lioo-
ren. Het geheele avontuur was in hoo-
ge mate bevreemdend en onaangenaam
maar het scheen niets te beduiden te
hebben, wanneer hij Ruth maar bij
zicli had.
Nochtans moest het meisje weer
naar huis terug. Men kon haar niet
daar alleen achter laten, en ook mocht
men haar niet alleen naar Brighton
laten terugkeeren.
Op hetzelfde oogenblik keerde Bell
terug.
„Miss Henson was zoo goed te wil
len luisteren naar mijn argumenten"
zei hij. „Ik zal het huis binnengaan.
Maak je niet bezorgd over mij, doch
stuur Miss Gates naar liuis in het rij
tuig. Ik zal wel verder zien."
David wendde zich levendig tot Ruth.
„Dat zal het beste zijn", sprak hij.
„We leggen de fiets er bovenop, en ik
eens Paus Innocentius X gesproten is.
Wat zeer tot een oplossing van de
Romeinsche kwestie zou kunnen bij
dragen, is de omstandigheid, dat Mus
solini thans in Italië alle machl in han
den heeft en dat hij juist zeer gaarne
de oplossing der vele jaren oude kwes
tie zou zien. Natuurlijk bestaan er
echter ook door deze omstandigheid
ook zekere gevaren bij de oplossing.
Opvallend is het absolute stilzwijgen
van de „Osservatore Romano", even
als van alle overigens in aanmerking
komende Vaticaansche kringen.
Wanneer Mussolini en zijn groote
raad vast besloten zijn, de Romeinsche
kwestie op te lossen, dan zal het Itali
aansche parlement, zooals het thans
samengesteld is, geen moeilijkheden bij
de definitieve goedkeuring der oplos
sing meer maken.
Daar de „Osservatore Romano" uit
drukkelijk in zijn nummer van 27 Oc
tober 1927 van een stato minuscolo"
(een miniatuurstaat) heeft gesproken,
is hierdoor reeds het standpunt van
den H. Stoel duidelijk uiteengezet.
BINNENLAND.
Het jubileum vam de Koningin-Moeder.
Naar wij vernemen, zal de Konin
gin-Moeder in de komende dagen ten
haren paleize in het Lange Voor
zal u tot aan den rand der stad verge
zellen Ik zal niet lang weg blijven,
Bell".
Ruth stemde dankbaar toe. Toen
David Steel haar in het rijtuig hielp,
fluisterde Bell dezen toe, zoo spoedig
mogelijk terug te keeren, maar het
meisje hoorde hier niets van.
„Wat is u goed!... Wat is u goed!"
fluisterde zij.
„Misschien wilt, u later ook wel goed
zijn voor! mijzei David zacht, en zon
der opdringerigheid.
En Ruth bloosde in het halfduister
der rijtuigeoupé. die schokkend in de
diepe karsporen, wegratelde.
HOOFDSTUK XIV.
ACHTER HET ROODE GORDIJN.
Het duurde geruimen tijd vooraleer
het getrappel der paardenhoeven op
de keien van den straatweg was weg
gestorven. Bell wachtte totdat het
meisje spreken zou. Haar lioofd was
gedeeltelijk van hem afgewend, zoodat
hij slechts aandachtig het schoone,
fraai besneden profiel kon beschouwen
als van een Grieksche godin, zoo re-
gel ma tig van lijn. Ze stond daar nog
koud en stil, maar toch zag hij aan
haar dat zij diep onder den indruk
was.
„Ik dacht dat nooit de dag meer ko
men zou", begon ze eindelijk, „waarop
ik je nog weer zou vertrouwen. Ik had
niet gedacht dat ik zelfs nog ooit wel
ken man dan ook vertrouwen zou!"
(Wordt vervolgd).
Zuiden,
aalwpscbc en Langstraatscke Courant
30.