DE ECHO UI SET ZDIN Land cn Tuinbouw. F a. A. v. d.Wee-Cools IIII9IIBIIIIH9 BHH9UMBHUH Onze agent voor Kaatsheuvel c.a. SCHOOLSTRAAT Qeef haar uwe DRUKWERK ORDERS op en U is verzekerd van goed en billijk werk op ELK gebied. WAALWSJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON T1ELEN No. 8. Zaterdag 25 Jan. '80. 53® Jrg. VIERDE BLAO. Kamer van Koophandel en Fabrieken voor de Langstraat te Waalwijk. REDE, uitgesproken in de ver gadering van de Kamer van Koophndel en Fabrieken voor de Langstraat te Waalwijk op 23 Januari 1930 door A. I. J. Smits, Vice-Voorzitter. Getrouw aan de traditie om in de eer ste vergadering van het jaar een terug blik te werpen op het afgesloten jaar, zal ook ik in deze omstandigheden die taak op mij nemen, ofschoon ik niet wil ver helen dit met gemengde gevoelens te doen. Onze Voorzitter, de heer Timmermans is toch de aangewezen man, om, zooals hij het noemde, 'n verkorte balans voor te leggen van den toestand van handel en nijverheid, van land- en tuinbouw in het district onzer kamer over het afge- loopen jaar. 'Dit was immers aan nie mand beter toevertrouwd dan aan hem, die het gansche jaar door de leiding had van het Bureau der Kamer en daar door voortdurend in aanraking kwam met de feiten, die den gang van zaken in den loop van het jaar afteekenen. Dit getuigen ook de zeven sinds de re organisatie der Kamer verschenen jaar verslagen, die uitmunten door juiste wedergave dezer feiten, bij een goed verzorgde redactie. U zult mij dan ook wel willen veront schuldigen, wanneer ik niet zoo uitvoe rig het afgeloopen jaar de revue laat passeeren, als dat van den heer Timmer mans zou zijn te verwachten. De algemeene economische toestand v. ons land gaf voor 't afgeloopen jaar re den tot tevredenheid. De overzichten, die hieromtrent reeds in de pers zijn ver schenen, bevestigen dit zonder twijfel. De opbrengst der Rijksmiddelen over trof wederom belangrijk de raming en was gunstiger dan in 1928; het totaal belastbaar inkomen der belastingplich tigen is toegenomen, terwijl het totaal vermogen grooter werd, zij het niet even redig aan de toename van het inkomen; de statistiek van in- en uitvoer wijst op een toename van het handelsverkeer, de vervoercijfers der spoorwegen zijn gun stiger geworden. Zoo zouden nog meer feiten kunnen worden genoemd, die wij zen op een in het algemeen gunstiger toestand. En er zou dan ook reden zijn geweest om te hopen, dat de gestadige verbetering van onze economische po sitie, die zich al verschillende jaren ge leidelijk afteekent, zou voortgezet wor den, ware het niet, dat velen in de laat ste internationale beurscrisis een kente ring meenen te zien van de zich gunstig ontwikkelende conjunctuur. Hoe moei lijk het ook moge zijn de gevolgen van deze beurscrisis of van de toestanden, die haar veroorzaakten, voor de toe komst te voorspellen, tót nog toe werd hieromtrent wTeinig geruststellends ver nomen. Niet zeer bemoedigend is ook voor de Nederlaiidsche Nijverheid, dat op den weg tot het herstel van den economi- schen wereldvrede in plaats van vorde ringen te maken, het doel steeds verder schijnt te wijken. Verschillende staten hebben de reeds hooge tolmuren nog weer hooger opgetrokken, waartegen over geen noemenswaardige verlaging kan worden gesteld. Zelfs is de ratifica tie van de conventie inzake de afschaf fing van de in- en uitvoerverboden van huiden, vellen en beenderen, dat in het vorig jaaroverzicht als een klein succes werd gememoreerd, tot heden nog on voldoende gebleven. Het belemmeren van den invoer van de artikelen onzer industrie en van onzen land- en tuin bouw heeft nog steeds weer scherper vorm aangenomen en het is niet met reden te verwachten, dat in de naaste toekomst hierin verbetering van betee- kenis zal worden verkregen. Dat de vooruitzichten voor onze nijverheid hierdoor ongunstiger worden spreekt van zelf. Ik meen ook thans opnieuw te moeten herhalen onze groote verwonde ring, dat bij dezen stand van zaken door de Regeering niets wordt gedaan om al thans eenigermate weg te nemen den invloed van de ongunstige positie, waar in onze industrie, als gevolg van deze toestanden, is komen te geraken. De in dustrie spant zich wel tot het uiterste in om door alle daarvoor geëigende mid delen de productiekosten van haar pro duct te verminderen om aldus de ex portmoeilijkheden te overwinnen en op de binnenlandsche markt te kunnen con- curreeren met de beschermde buiten- landsche nijverheid, doch daartegen over gaat de Regeering voort den pak ezel voor sociale lasten, zooals ik de in dustrie zeer terecht betiteld zag, nieuwe lasten op te leggen. De binnenkort in werking tre dende Ziektewet vordert 20.000.000. Per jaar; aangekondigd is de wijziging van de invaliditeits- en ouderdomswet, die nog eens 20.000.000.zal vorde ren, terwijl nog wordt gedacht aan een aderlating voor een nadere regeling van de werkloosheidsverzekering en arbeids bemiddeling en van een regeling voor kindertoeslag. Over de in vergelijking met andere landen zoo hoog opgevoerde sociale lasten en de belemmering van de bewegingsvrijheid van de industriec- le bedrijven wordt in nagenoeg alle bij ons Bureau ingekomen rapporten ge klaagd. En om de maat maar vol te me ten, wordt nog het tarief voor de tele foon, ondanks het nagenoeg algemeene verzet der Nederlandsche Kamers van koophandel en andere organen van han- k! -er! niiverheid, zoodanig gewijzigd, dat juist handel en nijverheid door ver hooging van het tarief worden getroffen. Berekend is, dat b.v. voor Waalwijk bij fngelük getal locale gesprekken als in 1927, naar het thans ingevoerde tarief ooor de aangeslotenen per jaar ruim j 2000.meer zal moeten worden be taald. Tegenover deze weinig bemoedigende vooruitzichten voor ontlasting der in dustrieën kan gelukkig melding worden gemaakt van een geringe verlaging van de indexcijfers, zoowel van de handels- prijzen, als die van levensonderhoud en een verlaging van de posttarieven. Als een gunstige omstandigheid mag daarnaast niet onvermeld blijven de ver laging van de geldrente, die thans han del en nijverheid stellig zal ontlasten. Wanneer ik den algemeenen economi- schen toestand in het land vergelijk met die in het district onzer Kamer, dan is deze laatste naar mijne meening, over 't algemeen niet zoo gunstig, al is er geen reden tot klagen. Land- en tuinbouw hebben slechts ma tige of minder gunstige resultaten opge leverd, terwijl de uitkomsten van handel en nijverheid over het algemeen bleven beneden die van 1928. Met voldoening mag worden geconstateerd, dat in deze beide laatste takken met groote energie wordt gewerkt en dat de moeilijke tijds omstandigheden moedig worden getrot seerd. Ook voor het afgeloopen jaar kan worden melding gemaakt van verschil lende industrie-uitbreidingen en van vestiging van nieuwe ondernemingen. Werkeloosheid kwam niet voor; werkgelegenheid was er in voldoende mate. De Philips-industrieën te Eindho ven bleven nog voortdurend werkkrach ten uit deze streek tot zich trekken. Alvorens in nadere beschouwing te treden over den economischen toestand in het district is vermelding van enkele feiten uit het afgeloopen jaar met be trekking tot het district op zijn plaats. Ten aanzien van de verkeersmiddelen valt te vermelden de opheffing van de autobusdiensten van de Zuider Stoom tramweg Maatschappij Oosterhout WaspikWaalwijk en van de onderne ming P.A.B.O. den dienst Hilvhrenbeek- OisterwijkUdenhoutLoon op Zand KaatsheuvelWaalwijk. De provinciale weg Tilburg-Waalwijk werd voor een gedeelte tusschen Loon- op-Zand en Tilburg, verbeterd, terwijl in voorbereiding is de verbetering v. an dere gedeelten, die in 1930 zal worden uitgevoerd; het gedeelte, dat dan nog te verbeteren blijft, zal in 1931 onderhan den worden genomen, zoodat einde van dat jaar de geheele weg zal zijn ge bracht in den toestand, waarop door onze Kamer reeds zoo lang is aange drongen. Over het algemeen verkeeren naar mijne meening de wegen in het district der Kamer niet in een toestand, die vol doet aan de eischen van het tegenwoor dige verkeer; dit geldt vooral voor het meerendeel der wegen, die in beheer en onderhoud zijn bij de gemeenten. De toestand van den hoofdweg door de Langstraat laat op plaatsen veel te wen- schen over, terwijl tal van gevaarlijke bochten en onpractisch gelegde spoor weg overgangen bedenkelijke belemme ringen vormen. De groote beteekenis van het autoverkeer en de steeds grooter toe neming daarvan eischen, dat volle aan dacht aan de verkeerswegen wordt ge schonken. Ik acht wegverbetering voor thans een aangelegenheid van groot eco nomisch belang. Met voldoening kunnen wij hier melding maken van de eindelijke oplossing van de moeilijkheden voor 't verbeteren van den weg Heusden-Haar- steeg. Als gevolg van het accoord tus schen de Provincie en de gemeente He- dikhuizen zal een geasphalteerde steen— slagweg worden aangelegd, die het ver keer uit het Land van Heusden en Altena naar 's Hertogenbosch zal ten goede ko men. Voor het district der Kamer is in dit verband wel van groote beteekenis het besluit der Regeering om over te gaan tot het bouwen van een brug bij Keizers- veer, waarvan een gedeelte der werken reeds is aanbesteed en in uitvoering is. Voor het Westelijk deel van het district en een groot deel van het Land van Al tena is het tot stand komen van dit werk zeker van het grootste belang. Over het algemeen is de economische toestand van de zeer vruchtbare streek van het Land van Heusden en Altena niet gunstig. Als voornaamste oorzaak daarvan mag zeker wel worden genoemd de geisoleerdheid van deze streek, inge sloten door breede rivieren zonder vaste verbindingen. Daarbij komt het gemis aan spoor- en tramwegen, terwijl het wegennet niet voldoet aan de eischen, die het moder ne verkeer daaraan stelt. De hoop, die eenige jaren terug werd opgewekt door de plannen der Spoorwegmaatschappij ..Midden-Brabant", ging niet in vervul ling. Het autobusverkeer, dat voor een deel goed zou kunnen maken het gemis aan spoor- en tramwegen, is tot heden niet tot een behoorlijke ontwikkeling ge komen. Verschillende in den loop der laatste jaren voor deze streek opgerichte autobus-ondernemingen zijn na een kort bestaan opgeheven, deels, naar het mij voorkomt, als gevolg van krachtsver snippering bij de exploitatie, deels als gevolg van den slechten toestand van de wegen. Afdoende verbetering van het autobusverkeer voor deze streek kan slechts worden verwacht, wanneer de exploitatie door één krachtige onderne ming wordt ter hand genomen en tege lijk aandacht wordt geschonkken aan verbetering dér verkeerswegen. Eens te meer blijkt hierbij, hoe jammer het is, dat is afgewezen ons verzoek om in het Rijkswegenplan op te nemen een weg Gorinchem-Heusden-Drunen, die Rotter dam, het voornaamste centrum van ons handelsverkeer, via Gorinchem-Heus- denDrunen zou verbinden met de in- dustrieele Langstraat en verder Oostelijk Noordbrabant, voor welken verkeersweg de Wegencommissie uit den A.N.W.B. en de K.N.A.C. nog op de bres heeft ge staan. Terecht kon dan ook in het vorige jaaroverzicht worden gezegd, dat het Rijkswegenplan ons geen bevrediging heeft geschonken. Hoeveel zou inder daad deze verbindingsweg kunnen bij dragen tot den economischen opbloei van deze streek, die ten deze zoozeer hulp behoeft.. Niet ten onrechte is in de laatste jaaroverzichten de vraag gesteld of aan de belangen van het platteland wel voldoende aandacht wordt geschon ken. Ik zou hieromtrent slechts kunnen herhalen de reeds meermalen geuite klacht en zal daarom hierop thans niet verder ingaan. Van niet minder belang blijven echter ook goede waterwegen en terecht is daarom door onze Kamer in den loop van dit jaar het initiatief genomen voor een onderzoek naar de mogelijkheid en wenschelijkheid van de afsluiting van het Oude Maasje tot het verkrijgen van betere scheepvaart-toestanden in de Langstraatsche havens. De 66e jaarvergadering van de schip- persvereeniging „Schuttevaer", die in het afgeloopen jaar te Geertruidenberg plaats vond, als ik mjj niet vergis de eerste, die in onze provincie werd ge houden, en die door vertegenwoordigers onzer Kamer werd bijgewoond, heeft nog eens opnieuw de aandacht geves tigd op de gunstige ligging van deze plaats. Tegelijk echter werd ook opnieuw duidelijk de hinder, die de scheepvaart nog steeds ondervindt van de brugpei- lers in de „Donge" en van de onvoldoen de verlichting van de voet- en spoor brug ter plaatse, ofschoon reeds her haaldelijk op verwijdering van de pei lers en verbetering van de verlichting is aangedrongen. De boottocht, den deel nemers aan deze vergadering aangebo den, gaf gelegenheid aan de vertegen woordigers onzer Kamer zich te oriën- teeren met betrekking tot de plannen van het Waterschap „De Beneden Donge" tot afsluiting van den Donge- mond. Verwacht mag worden, dat volle aandacht zal worden geschonken aan de bezwaren, die door het Gemeentebe stuur van Geertruidenberg en door de exploitanten van de beneden de gepro jecteerde afsluiting aan de Donge gele gen fabrieks- en handelsbedrijven zijn geopperd tegen de plaats der afsluiting in verband met de hooge wateropstu- wing, die zij aan den Dongemond ver wachten, wanneer de afsluiting zou worden gemaakt naar het project van het Waterschap. Met betrekking tot de slechte water staatstoestanden in het Westelijk deel van ons district mag worden vermeld 't gesprokene door den heer van den Heu vel in de Tweede Kamer der Staten-Ge- neraal, die daarbij het volle licht op den slechten toestand heeft laten vallen en aangetoond heeft, dat het plicht der Re geering is de helpende hand te reiken om verbetering in dezen toestand te brengen. Wij vertrouwen, dat een stap in de richting tot verbetering is gezet door het oprichten van het Waterschap „Het Zuiderafwateringskanaal", waardoor de Waterschappen van het Westelijk deel der Langstraat in één verband zijn ver- eenigd en aldus een orgaan is geschapen dat in staat zal zijn op te komen voor de gemeenschappelijke belangen bij de ver betering van de Waterstaatstoestanden. Zoodra het definitief bestuur van dit Waterschap zal zijn gekozen, wordt gele genheid geopend tot verder overleg van onze Kamer met de betrokken gemeente besturen en het bestuur van dit Water schap ten aanzien van het onderzoek naar de mogelijkheid van de afsluiting van den mond van het Oude Maasje. Mogelijk dat de daardoor beoogde ver betering van de Langstraatsche havens en van de waterstaatstoestanden van het Westelijk deel van ons district in één verband kan worden gebracht met de plannen van het Waterschap „De Bene- den-Donge" tot afsluiting van den Donge mond. Bij de nadere beschouwing omtrent den economischen toestand in het dis trict onzer Kamer over het afgeloopen iaar meen ik uit de bjj het Bureau inge komen rapporten te moeten opmaken, dat de resultaten in de ondernemingen van handel en nijverheid over het alge meen minder tot tevredenheid stemmen dan het vorig jaar. De moeilijkheden worden grooter door het voortduren, 't toenemen zelfs van de exportbelemme ringen. De leiding der zaken blijft onaf gebroken uiterste spanning vragen, geen oogenblilc mag de spanning verslappen of de terugslag wordt gevoeld. Wanneer ik stil sta bij de ^schoen- en lederindustrie, die voor ons district de voornaamste bestaansbronnen blijven op leveren, dan meen ik, voor wat de schoenindustrie betreft, in herinnering te moeten brengen hetgeen in het vorig jaaroverzicht is gezegd. Na een korte uiteenzetting van den toestand in de schoenindustrie te hebben gegeven, werd toen gezegd, dat onder de geschetste omstandigheden ondanks den voor 1928 bevredigenden gang van zaken men on mogelijk gerust kon zijn over de toe komst, wanneer niet een betere verhou ding tusschen productie en afzet kon worden verkregen. Blijft de productie toenemen, dan zal de toekomst uiterst moeilijk worden, tenzij uitzicht kan wor den geopend voor een belangrijke toe name van den export. Ik zie voor het komende jaar de zorgen groeien, sprak toen de Voorzitter, tenzij ook door de Regeering deze zorgen ten volle worden beseft en althans iets gedaan wordt in verband met de uiterst ongunstige po sitie, waarin onze schoennijverheid steeds vaster raakt, tengevolge van de door het buitenland gevoerde handels politiek, waartegenover wij geen enkel verweermiddel kunnen stellen. Ik geloof, dat de verwachting, toen uitgesproken, bewaarheid is geworden. De moeilijkheden zijn gegroeid, de ex portbelemmeringen zijn grooter gewor den, in den aanvang heb ik daarop reeds gewezen, de exploitatiekosten zijn niet verminderd, nieuwe zijn in het ver schiet. Over het algemeen konden de be drijven hun personeel wel in het werk houden, doch over de geheele lijn zal de productie wel gebleven zijn beneden die van 1928. De langdurige en strenge vorstperiode in het begin van het jaar had een zeer ongunstigen invloed op den verkoop van schoenen in den detailhandel. Niet alleen dat de koude de menschen bin- aenshuis hield, doch de stagnatie in het werk van tal van ondernemingen had tot gevolg loonderving op groote schaal, waardoor de koopkracht en de kooplust voor geruimen tijd ongunstig werd be ïnvloed. De vorst en de daarop volgen de nawinter-periode schoof over den tijd van het vaak zoo gunstige voorjaars seizoen heen, zoodat in de eerste helft van het jaar in den verkoop der schoen winkels over het algemeen een groote achterstand ontstond, die door het gun stige zomer- en nazomerweer niet meer kon worden goedgemaakt. Dit had van zelf zijn terugslag in de schoenindustrie, die over het algemeen^ slechts mondjes maat orders kreeg. De prijzen van het geproduceerde artikel waren daarente gen niet bevredigend. Dalende lederprij- zen stimuleerden verlaging van den pr;js der schoenen en menig fabrikant trachtte den verkoop van zijn product op de weinig kooplustige binnenland sche markt te forceeren door prijsver lagingen, die door de daling van de grondstof leder niet ten volle waren ge motiveerd. Wat in het vorig jaarverslag is gezegd van de mistoestanden in de schoenenbranche zou thans kunnen wor- j den herhaald. Overproductie, met alle i daaraan verbonden gevolgen bij den af zet, kenmerkte het afgeloopen jaar. Of schoon de resultaten over het algemeen niet onbevredigend zijn en enkele be drijven zelfs tevreden kunnen zijn, zul len deze in het algemeen blijven bene den die, verkregen in 1928. De statistiek van voortbrenging en yerbruik over 1928 toont aan, dat de productie van 1928 belangrijk is uitge gaan boven die van 1927. Voor het dis trict onzer Kamer bedroeg die in 1928 3.532.000 paren met een waarde van 20.908.000.tegen resp. 3.176.000 en 17.987.000 in 1927. De productie van de geheele Noord- brabantsche schoenindustrie bedroeg 7.094.000 paren met een waarde van 37.196.000.zoodat de Langstraat sche schoenfabrieken naar de waarde meer dan de helft van de Noordbrabant- sche productie voor hare rekening na men. Het aantal ondernemingen met 'n productie van meer dan 1000 paren per jaar nam in hét district met 9 toe, ter wijl het in het overige deel van Noord- Brabant met 1 afnam. Hoezeer de schoenindustrie een Noordbrabantsche nijverheid is, blijkt uit de productiecij fers, die voor het geheele land bedragen 9.054.000 paren met een waarde van 43.761.000, waarvan, zooals gezegd Noordbrabant produceerde 7.094.000 paren met een waarde van 37.196.000. De uitvoer, die in 1928 niet onbelang rijk was toegenomen, nam in 1929 iets af. Voor lederen schoenwerk liep de ex port in 1929 van 660.126 paren in 1928 terug tot 549.013 paren met een waarde van resp. 3.863.563.— en 3.337.681.—. ook van andere soorten schoeisel ver minderde de export; daartegenover ver meerderde, hoewel onbeteekenend, de import. Tegenover door verhoogde tarieven belemmerden uitvoer naar oudere afzet gebieden, worden geen pogingen onbe proefd gelaten om nieuwe markten te vinden en nam de uitvoer o.m. toe naar Denemarken, Nederl. Oost-Indië, België, Frankrijk, Zweden, Finland, Tsjecho- Slowakije, Egypte, Liberia, Irak, Ceylon, China, Curacao, Palestina, Suriname, IJsland, e.a. Als een der gevolgen van de uitvoer- belemmeringen door de tarievenpolitiek van andere landen memoreeren wij hier het feit, dat een der grootste schoenfa brieken in het district een gedeelte van haar bedrijf zal verplaatsen naar Duitsch land. In den aanvang wees ik er op, dat door onze Regeering niets wordt gedaan om de industrie ook maar eenigermate tegemoet te komen om te kunen verbe teren hare ongunstige positie op de in ternationale markt, waar zij door de in voertarieven wordt gehandicapt en dat integendeel wordt voortgegaan met de bedrijven, zij het voor op zich zelf prij zenswaardige doeleinden, te belasten. Als tegenstelling is er dan op te wij zen, hoe de overname van fabrieksge bouwen en terreinen door de firma, die een gedeelte van haar bedrijf naar Duitschland verplaatst, is bevorderd door een zeer belangrijke bijdrage uit de openbare kas in de kosten van aan koop van fabrieksgebouwen met toebe- hooren, en de exploitatie is aangemoe digd door het verleenen van verstrek kende faciliteiten op belastinggebied. Ik treed natuurlijk niet in beoordeeling van de doelmatigheid van den vorm, waarin daar die industrie is tegemoet gekomen, doch heb alleen de aandacht willen ves tigen op het feit der tegemoetkoming. De uitvoer van Nederlandsch schoei sel naar Duitschland bedroeg in 1929 voor lederen schoenen 69.672 paren, voor een waarde van 556.883. Wordt vervolgd. De stikstof meststoffen. Hebben we in ons vorig artikeltje de nieuwere stikstofhoudende mest stoffen nagegaan, thans willen we ze eens van den practischen kant bekij ken om te kunnen vaststellen, wat de waarde van deze meststoffen is. En dan kunnen we al dadelijk de meststoffen splitsen in twee groote groepen, n.l. in salpetermeststoffen en ammoniakmeststoffen. Tot de eer ste groep behoort de Chilisalpeter, natronsalpeter, kalksalpeter en leu- nasalpeter. Eigenlijk is de laatste evenals de kalkammonsalpeter een meststof, die tusschen de twee groe pen in staat. Er zit iets van beiden in. Toj, de tweede groep behooren de zwavelzure ammoniak, de zoutzure ammoniak en ten deele de salpeter zure ammoniak, terwijl we, wat de werking betreft er ook de ureum, en de kalkstikstof toe kunnen rekenen. De salpetermeststoffen zijn van ouds her een geliefde kunstmest geweest, daar men vrijwel onmiddellijk na toediening ervan de resultaten kan waarnemen. De planten nemen dan ook zonder uitzondering deze mest stof direct en met graagte op. Het schijnt wel alsof ze een bepaalde voor keur hebben ten opzichte van de meststoffen en dan staat de salpeter zonder twijfel in hun keuze boven aan. Dat neemt intusschen niet weg, dat er nog wel verschil is tusschen de verschillende salpetersoorten. De boe ren, die zware klei te bewerken heb ben, zullen dit ongetwijfeld reeds meermalen ondervonden hebben. De Chilisalpeter, evenals de natronsalpe ter (dat eigenlijk kunstmatig bereide Chilisalpeter is) bevatten naast de sal peter ook nog natrium. Dit natrium komt ook voor in keukenzout en bij gevolg ook in zeewater. Wie nu jaren- lang bemest met Chili- of natrium- salpeter, brengt daardoor een hoe veelheid natrium in zijn land, die 't vernietigen van de kruimelstructuur in de hand werkt en het verslibben en verkorsten van den grond ten gevolge heeft. Na elke regenbui ziet men daar korstvorming optreden, die de bo- demventilatie en dus de worteladem haling tegengaat en de verdamping van het water uit den grond bevor dert. De kalksalpeter en de Norgesal- peter hebben juist een tegenoverge stelde werking. Zij verminderen juist die verkorsfing en bevorderen de kruimelstructuur. De bodemventila- tie en wortel ademhaling wordt er be ter door, bij het wieden en schoffe len is het werk gemakkelijker te ver richten. Een paar jaar terug sprak ik nog eens een landbouwer daarover en die vertelde me uit eigen ervaring een geval, dat dit aardig illustreert. Bij het strooien van de kalksalpe ter was de knecht wat nonchalant te werk gegaan. Hij had om de andere baan een dubbele portie gegeven, ter wijl de tusschenliggende banen niets ontvingen. Toen het op schoffelen aankwam, bleek de schoffelmachine veel gemakkelijker te trekken in die banen, welke kalkstikstof hadden ont vangen, dan in die welke niets gekre gen hadden. De boer wist van de fout die er bij het uitstrooien plaats ge vonden had, niets af, maar doordat hij zelf achter het schoffelw;erktuig liep, bemerkte hij het. Wie op de klei verkorstende grond heeft, kunnen we dus een proef met kalksalpeter aan raden. Dit wat de werking ervan op de klei betreft. En nu op den zandgrond, daar heb ben we met een paar andere factoren te maken. En dan wel allereerst met den kalktoestand. We weten dat er een enge verhouding behoort te be staan tusschen humus- en de kalk- voorraad in onze diluviale zandgron den. Nu zouden we zoo zeggen, dat een bemesting met kalksalpeter op kalkarme grond wel uitermate goed zal werken, immers brengen we dan met de salpeter ook kalk in den grond en toch blijkt dit in de praktijk tegen te vallen en doet men beter een Chili- salpeterbemesting te geven. De na tron uit de Chilisalpeter maakt n.l. de niet opneembare kalk uit den grond mobiel, dus opneembaar en dit is van meer beteekenis dan de kalk, die zich in de kalksalpeter be vindt. Natuurlijk mag men dat niet over drijven. Deed men dit, dan zou men spoedig tot zijn eigen schade onder vinden, dat ook hier overdaad schaadt! Niet alleen, omdat een zeei rijke stikstofbemesting een te geile plantengroei geeft, maar ook, omdat men niet ongestraft de kalkvoorraad op die wijze uit kan putten. Men zegt rvel van deze nu bespro ken meststoffen, dat ze een basische of alcalische werking vertoonen. In de scheikunde verstaat men daaron der, dat, wanneer men bij een oplos sing een scheutje rood lakmoes voegt, men dan een blauwe kleur krijgt. Zouden we dit met een Chilisalpeter- oplossing probeeren, dan zouden we geen blauwkleuring waarnemen. Bij kalksalpeter wel. Dat is dus zeker 'n basische meststof. Met Chilisalpeter is dat een vreemd geval. Prof. Mayer te Wageningen heeft daar een ver klaring van trachten te geven, die al gemeen wordt aangenomen, maar die zich niet leent in een krantenartikel tje te behandelen. We kunnen er hier dit van zeggen: ten opzichte van de plant, die de salpeter opneemt en de natrium van de Chilisalpeter in den grond laat (natrium is een basevor mer) gedraagt zich de Chilisalpeter als een basische stof. Prof. Mayer noemt zulke meststoffen, die een ba sische of zure reactie vertoonen, ten opzichte van de planten physlologr- sche stoffen. Zoo is dus Chilisalpeter een physiologisch basische meststof. Nu rest ons nog de Leunasalpeter. Maar het is wellicht beter deze mest stof tegelijk met de Kalkammonsal peter te bespreken in een volgend artikeltje. S. ABONNEERT U OP EN ADVER TEERT IN DIT BLAD, HETWELK HET MEEST GELEZEN IS IN DE LANGSTRAAT.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1930 | | pagina 13