jf [PU MUM m
k
KEUNEN-NALINGRÉ
fieeonnlantswerlizaaniMin
STER-TABAK
STER
JES
in
BOERENJONGENS
BOERENMEISJES
II
II
m
I
I
I
I
III
In 22. Zaterdag 15 Maart 1930. 53e Jrg.
DERDE BLAD.
„Ik ben een volmaakt te
vreden kerel, mijn carriere
is gelukt en ik heb prettige
vrienden. In den beginne
was het eenige, waarnaar
ik heimwee had, mijn pijp
maar sedert deze heerlijke
tabak ook in Indië verkrijg
baar is, blijft er niets mter
te wenschen over."
TABAK
MAAKT
VRIENDEN
levert
'in
26
PROVINCIAAL NIEUWS.
Waalwijk, 14 Maart 1930.
0e wijziging der Gasvoor-
zienlng te Waalwijk.
I.
De voliooing der werkzaamheden,
die den inbouw van huisgasdrukregu.
laieurs hebben medegebracht, nadert
Itaar einde en daarmede is een nieuw
tijdperk In de gasvoorziening ten
onzent ingeluid.
Op iederen gasmeter, dus vóór ieder
gasverbruiksioestel en iedere lantaarn
tal dan een regelaar zijn geplaatst.
Velen zullen zuchtend de gasfitters
hebben binnengelaten om aan den
Saameter te arbeiden, met al het on
jerief daaraan voor de bewoners ver-
bonden.
En menigmaal moest na eenige da-
jtn opnieuw worden nagesteld. omdai
de gastoevoer nog geringer bleek te
iljn dan te voren.
Al deze narigheden zullen na enkele
dagen voorbij zijn en naar we hopen,
ook z|jn vergeten.
Mocht er nadien een enkeling zijn,
die nog klachten heeit over gas, van
welken aard ook, een briefje, tele
foontje of boodschap aan het kantoor
tn het euvel wordt ten spoedigste
verholpen. Ook wanneer de klacht
la wijten is aan een slecht comfoor.
fornuis, lamp, haard of geyser. meestal
tal uw installateur ot een filter van
de Qasfabriek in korten tijd veibete
ring kunnen brengen.
De drukregulateurs zijn met eenig
wantrouwen ontvangen en tijdens den
Inbouw is daarin met of zonder reden
geen verbetering gekomen. Een uit-
tenzetting omtrent de werking der
toestelletjes zal daarin aliicht een
ommekeer ten goede kunnen te weeg
brengen, te meer waar de regulateurs
rijn aangebracht, in de allereerste
Plaats ten nutte van de gasverbrui
bora, o.a. doordat deze in staat wor
den gesteld om het gas met de hoogst
mogelijke graad van nuttigheid te ge
hruiken.
Het mag als bekend worden ver
ondersteld, dat het gas, wil het door
de buisleidingen kunnen worden voort
gesiuwd, onder een bepaalden druk
moet worden gebracht. Deze druk is
mede noodig om het gas in de ver-
«uiksapparaten comforen, geysers,
lampen enz. nuttig werk te laten ver-
lichten.
Nu is in Waalwijk het buizennet
reer eng bemeten, zoodat de gasdruk
ian de uiteinden in de Gemeente veel
'e wenschen overlaat.
Om overal een voldoenden druk te
nebben, moest deze vanuit de fabriek
Worden verhoogd. Doch dit heefi
noodzakelijk tot gevolg, een groote
d'ukverhooging in de naaste omge
'ing.
Op zich zelf zou dit geen bezwaar
doch de wisseling van den druk
i°u zich nog sterker dan te voren
Poen gevoelen. En juist de groote
^schommelingen moeten worden
'Dorkomen,
Oat werkje wordt nu automalisch
Jhricht door de drukregulateurs. Iedere
•lOKwisseling in het hoofdbuizennet
Wordt door de regulateurs opgevangen
n grootendeels onschadelijk gemaakt,
de drukstooten voor het ontste-
*en en dooven van de straatverlich
nI wovden veel minder merkbaar.
J~e regeling van den druk, die
J*8er op de Qasfabriek voor alle
ruikers tegelijk geschiedde Is nu
'Plaatst naar de woningen en de
gelijkheid geschapen om den druk
Vin 5ere Huisleiding. onafhankelijk
tn h a'stan(t tusschèn de woning
4ib Qasfabr,(* 'e regelen m. a. w.
en de Kloosterweg kunnen juist den
z ifden gastoevoer bekomen als de
bewoners van de Stationsstraat.
Behoeft het nog wel naderen uitleg,
dat dit een„beteekenend voordeel is
voor onze gasverbruikers?-We zulten
een volgenden keer nagaan, waarin
de voordeeien van een gelijkmatigen
flinken gasdruk beslaan om dan tevens
te wijzen op enkele speciale voordee-
len die de toepassing van huisdruk
regelaars hebben mogelijk gemaakt.
De Waterschapstoestanden in
onze gemeente.
Woensdagmiddag werd in de achter
zaal van Hotel Verwiei een bijeenkomst
gehouden van belanghebbenden by de
Waterschapstoestanden in onze ge
meente.
De vergadering was bijeen geroepen
door Ir. Kiügers uit Tilburg, adjunct
landbouwconsulent van het Rijks
bureau voor ontwatering, en was
hoofdzakelijk een uitvloeisel van de
actie der heeren Kleikx en Nieuwkoop
die, zooals men voor eenigen tijd in
ons blad heeft kunnen lezen, een plan
hadden ontworpen om in verschillende
h.i, verkeerde waterstaatstoestanden
verbetering te brengen.
Ter vergadering waren vertegen
woordigd de besturen van den Binnen-
en Buitenpoider van Baardwijk, van
den Binnenpoldef van Waalwijk, van
den Buitenpolder van Waaiwyk en van
den Binnenpolder van Besoyen (de
Buitenpolder van Besoyen was niei
vertegenwoordigd). Verder waren aan
wezig vertegenwoordigers der Gezond
heidscommissie en Kamer van Koop
handel, terwijl het gemeentebestuur
door den Burgemeester en Wethouder
Eibers was vertegenwoordigd.
Alvorens een aanvang te maken met
de onderlinge gedachtenwissellng, gat
Ir. Kiügers een korte uiteenzetting van
netgeen aan deze vergadering was
vooraf gegaan. Hoe de heeren Klerkx
en Nieuwkoop hem eenigen tijd ge
leden zijn oordeel hadden gevraagd
over een opzet door hen gemaakt,
waardoor zy meenden verbetering in
den waterschapstoestand te bereiken
en vooral de opslibbirg van de haven
te voorkomen. Spr. achtte 'tonnoodig
over deze plannen nog verder uit te
wyden, waar in enkele artikelen ver
scnenen in „De Echo" een en ander
uitvoerig en duideiyk is uiteengezet,
zoodat hy mag aannemen dat de aan
wezigen voldoende zijn vooibereid.
Ofschoon het Rijksbureau in het
algemeen geen adviezen aan particu
lieren verstrekt en spr. wiens ambts
gebied ongeveer 3 provincies bestrijkt
niet naar werk behoeft te zoeken,
neeft hij toch gemeend de opzet der
heeren Klerkx en Nieuwkoop niet
naast zich te moeten neerleggen, omdat
hier bleek, dat uit de streek zelf de
drang kwam om verbetering in be
staande toestanden aan te brengen,
en vooral omdat wellicht meerdere
instellingen en peisonen met de onder
havige kwestie zouden zyn gediend
en het dus een algemeen belang ge
acht zou kunnen worden.
Teneinde dit laatste te onderzoeken
heeft spr. deze byeenkomst georgani
seerd, dan kan een en ander eens
nader bekeken worden en de bezwaren
en wenschen van de belanghebbenden
naar voren worden gebracht. Mocht
eventueel biyken dat de hier aanwezige
belanghebbenden zelf niets voor ver
betering voelen en over den bestaanden
toestand content zyn, dan bestaat er
geen reden om hierop verder in te
gaan en zal dit de eerste en laatste
oyeenkomst over deze aangelegenheid
zyn. Lag het aanvankelijk niet in zijn
bedoeling zich met de leiding dezer
bijeenkomst te belasten, op verzoek
der initiatiefnemers heeit hy taetvour
zitterschap op ztch genomen en als
zoodanig heet hy allen hartelijk wei
kom, in het bijzonder den Ede<achtb.
heer Burgemeester, wien hy ook dank
zegt voor zijn toegezegde medewerking
Ook brengt hij dank aan de redactie
van „De Echo van het Zuiden", die
naar zijn oordeel op zoo uitnemende
wyze den toestand en de plannen tot
verbetering heeft uiteengezet.
Spr. wyst er op dat de waterstaats
toestand van deze streek door alle
tyden heen veel zorg heeft gebaard en
herinnert aan de verschillende water-
rampen die deze streek geteisterd heb
ben. Een nieuwe periode trad in bij
de verlegging van de Nieuwe Maas
mond. Het Oude Maasje bleet wel
evenals vroeger, onderhevig aan de
werking van eb en vloed, doch daarby
zou zich in de toekomst ook doen
gelden de invloed van hooger opper—
in dit geval Maaswater. Het gevolg is
geweest dat op tal van plaatsen, ook
in Waalwijk, bemalingsinrichiingen zyn
opgericht.
Thans staan we weer aan 't begin
van een nieuw tijdperk, nu de land
bouwwetenschap de noodzakeiykheid
heeft ingezien van een lagen waterstaat
ook in de wintermaanden en men
algemeen streeft naar het watervrij
houden der landerijen. Dit streven
wordt ook bevorderd door 't opgerichte
Waterschap Het Zuider Afwaterings
kanaal.
Spr. wijst ln dit verband ook op de
plannen die er bestaan om de Beneden
Donge af te sluiten, een werk waarmee
een millioen gemoeid zou zyn, waar
tegen echter van sommige zyden be
zwaar wordt gemaakt, wijl men vreest
hierdoor hoogere waterstanden op
op wijn en op brandewijn
op wijn en op brandewijn
van
Likeurstokerij
Opgericht 1816.
HE US DEN.
Filiaal te Waaiwyk:
E. VERDURMEN-BOTERMANS
Stationsstraat No. 50.
Verder zegt spr. dat het idee waar
over de Kamer van Koophandel zijn
oordeel gevraagd heeft, nl. de afsluiting
van het Oude Maasje, aller steun ver
dient en zyn voile instemming heeft
omdat, zooals uit de gepubliceerde
artikelen gebleken is, de opslibbing
der haven van Waalwijk, waaraan een
groot scheepvaart— en industrieel
belang verbonden is, moeilijk anders
kan worden voorkomen.
Het idee dat de heer Klerkx en
Nieuwkoop zich hadden voorgesteld
is, zooals nader is betoogd, niet goed
te verwezeniyken.
Afgezien of deze afsluiting al of
niet zal tot stand komen meent spr,
dat er een oplossing gevonden zal
moeten worden om de vervuiling der
po derslooten, die vaak van ernstigen
aard biykt te zyn, te voorkomen. De
beer v. d. Velden, inspecteur der
Volksgezondheid te Breda heeft zich
reeds bereid verklaard zoo noodig van
advies te dienen.
Komende tot de kwestie van ont
watering of water—toevoer der pol
ders zegt spr. dat men onderscheid
moet maken tusschen de binnen- en
buitenpolders.
De bulten—polders zullen zoolang
omtrent de afsluiting nog geen beslis
sing is genomen wel niet meer water-
vry komen, tenzy men over ging tot
kadeverhooging en het oprichten van
bemalingen, doch dat zou veel te kost
baar zyn en geheel overbodig als
later de afsluiting van het Oude
Maasje tot stand zou komen.
Voor de binnen—polders echler
zouden belangryke voordeelen door
samenwerking zijn te bereiken. Thans
is de waterstand in den winter vaak
te hoog terwyi er in den zomer wa
tergebrek is, vooral ten Zuiden van
den spoorweg, tengevolge van de wa
teronttrekking door het Drongelsche
kanaal.
in dit verband kan dan ook ter
sprake komen wat met de Loint zou
kunnen gebeuren waarby het door de
heeren Klerkx en Nieuwkoop aange
geven systeem in overweging geao-
men kan worden.
Nog even wii spr. er de aandacht
op vestigen dat door afsluiting van
het Oude Maasje de verversching van
water in den polder zou worden op
geheven en het dan de vraag zal wor
den of de toestand van het water dan
niet van dien aard zai zyn dat de
overheid zich genoodzaakt ziet de fa
brieken of instellingen die de vervul
ting veroorzaken te verplichten vrij
kostbare Installaties te bouwen. Dtt
ter demonstratie dat by de onderhavige
kwestie veler belang gemoeid is en
dus samenwerking moet worden be.
tracht. De minder gunstige toestand
in den landbouw mogen de animo en
het enthousiasme om groote werken
te ondernemen niet laten ontbreken
Men moet juist alle middelen aan
wenden om die crisis te bezweren.
Na nog hulde te hebben gebracht
aan de heeren Klerkx en Nieuwkoop
voor het door hen genomen initiatief,
waarvoor werkelijk dutf noodig is
noodigt hy de aanwezigen uit thans
ronduit hun meening over een ander
te zeggen.
Achtereenvolgens geven dan de
verschillende waterschapsb°sfuren hun
meening weer, welke wy met het oog
op de uitgebreidheid der discussies
en duidelijkheidshalve, zooveel moge
lijk zullen samenvatten.
Namens den binnen- en buitenpoi
der van Baardwijk betoogen de heeren
van Heyst en Schilders dat men er
bezwaar in ziet door de Loint meet
water te gaan toevoeren, daar dit tot
gevolg zai hebben dat vaak de lande-
ryen gelegen tusschen den spoorweg
en de straat onder water zouden too-
pen en hierdoor veel zouden lijden.
Over het algemeen noemen zij den
toestand onder Baardwijk heel goed
en verwachten van het voorgtstelde
plan geen gunstige resultaten. Sinds
het kanaal gegraven Is, is er veel ver
betering ingetreden, alleen ondervindt
men eenigen last van kwelwater in
een gedeelte van den buitenpolder en
werd aanvankelijk het water uit de
landeryen ten Zuiden van den spoor
weg geabsorbeerd doordat de water
stand in het kanaal Ie laag was. doch
sinds men op verzoek het peil in het
kanaal tot 1 80 M. heeft veihoogd, is
dif laatste ondervangen, tenzij men een
zeer drogen zomer heeft.
Ook over verontreiniging der slooten
wordt in den Baardwtjkschen polder
niet geklaagd. Wel is eenigen lijd ge
door de heul bij Treffers in den pol
der gekomen, doch dat schijnt weer
verholpen te zijn. Dit polderbestuui
voelt er dus niet veel voor om mede
te werken aan verbeteringen waarvan
bet geen nut verwacht. Het moet reeds
betalen aan het Waterschap „Het Zut
derafwateringskanaai" waatby hetgeen
belang heeft.
De inzichten van de besturen van
Binnenen Buitenpolder van Waai
wyk werden in hoofdzaak weergegeven
door de heeren Hcffmans en v. Loon.
Over het algemeen hoort men ook
in deze polders weinig klachien. doch
er zyn altyd toestanden waarin ver
betering wenschelijk was en dan zijr.
deze besturen gaarne bereid hieraan
mede te werken. By afsluiting van
het Oude Maasje zou men ook een
heel andere toestand kunnen krijgen.
Nu de Loint reeds voor een groot
gedeelte gerioleerü is, hoort men niet
zooveel klachten meer over veront
reiniging, hetgeen ook door de afge
vaardigden van de Gezondheidscom
missie wordt beaamd, en vaak zyn de
klagers zelf de schuld.
Zou men op sommige punten de
Loint nog verder rioleeren dan was
aeze kwestie wel geheel van de baan.
Verder zou men het zeer toejuichen
als de buitenpolder vry van water
gehouden kan worden.
De afgevaardigden van den binnen
polder van Ëesoijen wijzen er op da>
deze polder lager is gelegen dan dt
andere zoodat zy niet in de Waal-
wijksche Haven kunnen afvoeren.
Waar zouden zy dus met het water
moeten biyven als het plan tot door
strooming van de Loint uitgevoerd
werd. Nu gaat het water den buiten-
polder in en zoo naar het kanaal
Staat de buitenpolder onder water dan
zouden de landeryen in den binnen
polder ondetloopen. Waar dit bestuur
in de voorgestelde plannen geen ver
betering ziet, is het niet voornemens
hieraan mede te werken.
De heer O. v. Hutten, gemeente-
bouwkundige, mede ter vergadering
aanwezig toont nog met enkele voor
beelden aan hoede vervuiling van dt
Loint vaak door de ingelanden zeltin
de hand is gewerkl. Wijlen wethouder
Ph, Timmermans heeft alles in hei
werk gesteld om de Loint in een
beteren toestand te ktijgenjf 1400
is toen voor schoonmaken uitgegeven,
doch iedereen was het er over'eens
dat het weggegooid geld was, want
de ingelanden zelf wttken zoo weinig
mede dat de Loint weer spoedig vol
lag. Wat de waterafvoer in den bui
tenpoider betreft, dit zou naar zyn
meening zeer bevorderd worden ais
men de slooten beter in orde hield
doch als men ziet hoe de slooten er
hier vaak bij liggen vergeleken bij
andere streken, dan verwonder! hei
niet dat de waterafvoer te wenschen
over laat.
De Edelachtb. heer Moonen zeg'
gaarne zijn medewerking ie hebben
beloofd om verbeteringen aan te bren
gen die aan den aigemeenen toestand
ten goede zouden komen, doch dan
moet de behoeite daaraan nog wat
meer uit de kringen der belanghtbben
den naar voren komen. Er is door den
inspecteur der Volksgezondheid een
onderzoek ingesteld by de haven en
de heulen alhier om na te gaan in
hoeverre er voor de gemeente aanlei
ding zou bestaan in verband met de
waterverontreiniging in te grijpen, doch
de inspecteur achite den toestand van
dien aard dat ingrijpen niet noodig
was. Wat dit betreft heeit de gemeente
dus geen belang by het plan der heeren
Kletkx en Nieuwkoop.
De heer Nieuwkoop zegt mei belang
stelling de besprekingen te hebben
gevolgd en daaruit moet hij conclu-
deeren dat alle waterschapsbesturen
met wenschen naar voren zijn geko
men, ook al acht men over't algemeen
den toestand niet direct slecht. Het is
echter niet de vraag of de toestand
slecht is, maar of hij beter kan zijn.
Spr, somt dan nog eens de verschil
lende bezwaren op die hier door de
polde besturen zyn naar voren ge
bracht, die hij persoonlijk heeit waar
genomen en die hij links en rechts
heeft opgevangen. Als de verschillende
polderbesturen van Oroot Waaiwyk
de handen eens ineen wilden slaan
om samen naar de beste en goed
koopste oplossing van deze talryke
bezwaren te zoeken, dan zou er vee)
bereikt kunnen worden. Het beste
zou zyn daartoe een commissie in te
stellen.
De heer van Liempt zegt dat de
waterstaatstoestanden in den Binnen
polder van Waalwijk als volgt kunnen
worden samengevat. De bodem helt
van Zuid naar Noord met een vry
groot verval. Het water stroomt af naar
den Buitenpolder door drie heulen
onder de Grootestraat. Over het alge
meen heeft de Binnenp< Ider geen
behoefte aan water. Het meest Zuide-
iyke deel, het laagste dus, is nagenoeg
geheel grasland, het Noordeiyke in
hoofdzaak bouwland.
Door toeneming der ontginningen in
de terreinen ten Zuiden van Waaiwyk
gelegen, komt het in langdurige regen
perioden voor dat zooveel water naar
den Binnenpolder afstroomt, dat de
heulen naar den Buitenpolder 't water
nauweiyks kunnen verzetten. Treft de
groote wateraanvoer binnen samen met
een hoogen waterstand buiten, dan
heeft de afstrooming van binnenpolder-
KANTOREN:
TILBURG Zomerstraat 1B.
Telephoon 1625.
EINDHOVEN, Siratumsche Dijk 2 A,
Telephoon 3717.
den en verdrinkt het land in het
Zuidelijk deel van den Binnenpolder,
zooals dat enkete jaren geleden zich
heeft voorgedaan.
De buitenpolder heeit door lagere
ligging te ontvangen de lossing van
«ten binnenpolder. Deze los&tng vindt
plaats door de Loint en door ae drie
neulen. Deze staan tchter ook in ver-
Otndtng met het gemeenietiool en de
lossingen van industriewater. Het
oinnenpolder—water komt daarom in
verontreinigden toestand in den Buiten
polder.
Voor den Buitenpolder bestaat dus
het bezwaar le. dat by Westeisiorm
wordt giTiundeeid dooi benedenwater,
2e. dat bij verontreinigd water ontvangt
uit den binnenpolder, Voor den Bin
nenpolder beslaat bet bezwaar dat de
tossing van zijn water afhankelijk is
van den waterstand ln den Buiten
poider.
Deze toestanden zyn natuuriyk zoo
bekend dat daaraan reeds meermalen
aandacht is geschonken.
Zoo heeft net Waterschap de Binnen
polder van Waalwijk destijds te kennen
gegeven bij de opneming van het
Waterschap Het Zuideraiwaterings—
kanaal, dat de Binnenpolder alleen
aan belang had bij de oprichting van
net centrale waterschap, wanneer daar
mee kon worden verkregen dat de
waterlossing onafhankelijk werd ge
maakt van den Buitenpoider. Gedacht
werd daarby dat het water in den
oinnenpolder ten Zuiden van den
spoorweg door de spoorslooten zou
kunnen worden afgeleid naar het
Zuideraiwateringskanaal, terwijl voor
net water lusscnen den spoot weg en
de Qrootestraat, dat door fabrttks—
en rioolwater wordt verontreinigd, nog
een andere wijze van afvoer zou moeten
worden gevonden.
Om den buitenpoider te vrywaren
van het verontreinigde Binnenpolder-
water is reeds vroeger gedacht aan
een riool te leggen aan den butienleen
van den Wintcrdyk, waarop de drie
htulen onder de Giootesiraat zouden
aangesloten worden. Dit riool kan dan
al het binnenpoldeiwater afvoeren naar
de haven, terwijl eventueel door be
maling de lossing ook bij hoogen
stand in de haven zou zijn te ver
zekeren.
Voor het inundatie—vrij maken van
den Buitenpolder is de eenige oplos-
sirg bet afsluiten van den mond van
het Oude Maatje, wat voor dezen
polder zou metbicngen de noodzake
lijkheid den polder voortaan le bema
len. Dit zou echter geen bezwaar meer
opieveten wanneer het binnenpolder-
waler niet meer zou lossen op den
buitenpolder. Nu de plannen voor de
wijziging van de functie van het
Zuideralwateringskanaal en die voor
de afsluiting van het Oude Maasje
nog in vooibereiding zyn, is bet de
vraag of het thans de tijd is nog
weiken te maken om onalhankeüjk
van de hiervoor bedotlde plannen, de
gewenschte verbetering te veikrygen.
Deze vraag moet naar spr. meening
door de Ingelanden der Waterschappen
worden beantwoord.
Speciaal voor deze vraag wordt
binnen enkele weken een vergadering
van de Ingelanden van den Buiten
polder gehouden.
Wat de mogelijkheid betreft van een
doorspnlng van de Loint met water
dat wordt afgetapt van het Zuider—
afwateringskanaal, ziet spr. niet in dat
daarmee veei nut Is te stichten omdat
de Loint grootendeels is gerioleerd,
gelegen is in het laagste gedeelte van
de Binnenpolder, en dus de hooger
gelegen gronden niet van water kan
voorzien.
Uit de verdere besprekingen die
hierop volgen blijkt wet dat alle aan
wezigen van meening zijn dat de heer
v. Liempt den toestand juist heeft
bel cht.
De Voorzitter, de beer Kiügersacht
het 't beste eerst het resultaat af te
te wachten van de vergadering van
ingelanden die het Polderbestuur van
Waaiwyk zich voorstelt te houden
opdat men dan een uitspraak van alle
belanghebbenden heeft welke verbete
ringen men eventueel wenscheiyk acht.
Hy heeft verder uit de besprekingen
kunnen constateeren dat allen Waalwijk
zich bereid heeft verklaard tot mede
werking om veibetertngen te verkrijgen
doch de polderbesturen van Baardwyk
en Besoijen hebben gemeend hiervan
te moeien afzien. Hij wil deze be
sturen echter in overweging geven om
alsnog Xoverwegen welk standpunt
en zal innemen. Het gaat niet aan
om, als er inderdaad verbeteringen
noodig zijn, zich aan de kosten hier
van te onttrekken, men moet meer
biyk geven van sociaal voelen in dft
geval zou het bezwaar dat de polders