Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ROODE ROZEfl.
tt
ssmsS£
FEUILLETON
DIMMER 41.
WOENSDAG 21 MEI 1930.
58e JAARGANG.
Dit blad Yeraehg&t
WOENSDAG ca ZATERDAG.
Brieven. Ingebonden Btutken, gelden, ml
franco te sends® urn dam Uitgever.
Abonnementsprijs per S maanden 1.25.
franco per poet door bet geheels rflk 1.40.
UITGAVE I
WAALWIJK80HB STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Teïefoo* No. 8ft- Tel«gr.-AdrM: KCHO.
Prfe jler Ad verten tlSn
20 cent per regel; mtintmnm 1.60.
Bf contract flini rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentifa moeten Woensdag en Vr^dag
dea morgen* om nlterlflk ser ln ons healt
Kl*.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD
OVER DE
FINANTIEELE VERHOUDING
TUSSCHEN HET RIJK EN DE
GEMEENTE WAALWIJK
ONDER DE NIEUWE WET.
li.
Ie. Aan het slot van de beschou
wing in ons vorig nummer is in de be
rekening van de minimum-üitkeering
die onze gemeente per inwoner uit 't
gemeentefonds zal ontvangen, een
storende cijferfout geslopen.
Deze uitkeering bedraagt n.l. niet
65% van 143.658.42, doch 65% van
ƒ130.354.20 of ƒ84.730.23, zoodat on
ze gemeente in totaal als minimum
uitkering uit het gemeente-fonds kan
rekenen op:
a 3000.—
b 84730.23
Totaal 87730.23
2e. Als tweede voorname bron van
inkomsten komt de personeele belas
ting aan de orde. Indien de gemeente
noch aan de klassen-indeeling, noch
aan de tarieven der personeele iets
zou veranderen en enkel de 27 pro
vinciale opcenten niet in haar heffing
zou begrijpen, zou de personeele be
lasting opleveren (berekend naar de
opbrengst over 1929):
totale hoofdsom 28417.15
0.10 of 20 rijksopeenten 3581.80
50 opcenten gemeente 14208.56
80 rijksopeenten op paar
den en motorrijtuigen 1868.37
Totaal
Af voor kwade posten
48075.88
1075.88
Netto opbrengst 47000.
3e. Volgens art. 20 der nieuwe
wet keert het Rijk 3/4e van de zuive-
van „De Echo van het Zuiden."
re opbrengst der hoofdsom van de
grondbelasting aan de gemeente uit.
Dat 3/4e bedraagt voor onze gemeen
te 16.600.De thans door de
gemeente geheven opcenten op de
hoofdsom der grondbelasting blijven
naast deze uitkeering gehandhaafd.
4e. De gemeente kan 50 opcenten
op de hoofdsom der vermogensbelas
ting heffen. Deze 50 opcenten zouden
in onze gemeente opbrengen netto
ƒ4500.—.
5e. De gemeente kan een woonfo-
rensbelasting heffen (zie art. 26 dei-
wet). Aangezien wij het niet waar
schijnlijk achten dat onze gemeente
tot heffing eener dergelijke belasting
zal overgaan, taxeeren wij de op
brengst dezer belasting op „nihil".
6e. Bij gemeente-verordening kan
worden bepaald dat onze gemeente
voor de gemeente-fondsbelasting niet
in de eerste klasse, doch in de 2e of
3e klasse zal worden ingedeeld. Bij
indeeling in de 2e klasse wordt het
inkomen van eiken belastingschuld!-
ge met 100.bij indeeling in de 3e
klasse met 200.verhoogd.
Het gevolg van indeeling in de 2e
of 3e klasse 'zal zijn dat een gehuwde
met een belastbaar inkomen van resp.
700.— (2e kl.) en 600.— (3e kl.)
en een ongehuwde met een belastbaar
inkomen van resp. 600.en 500
reeds ƒ1.aan hoofdsom in de
fondsbelasting moeten betalen. Wordt
bij gemeente-verordening omtrent de
ze klassen-indeeling niets bepaald,
dan wordt onze gemeente geacht tc
zijn ingedeeld in de le klasse en be
gint de heffing der fondsbelasting
voor een gehuwde bij een belastbaar
inkomen (na kinderaftrek) van 800,
voor een ongehuwde bij een belast
baar inkomen van 700.
Het gevolg van indeeling in de 2e
of 3e klasse is verder zooals boven
reeds werd opgemerkt dat het wer
kelijke inkomen van eiken belasting
schuldige met resp. 100/of 200
wordt verhoogd voor de berekening
der belasting.
In art. 19 der wet nu is bepaald dat
hetgeen de gemeente-fondsbelasting
tengevolge van rangschikking in de
2e of 3e klasse méér opbrengt dan zij
bij rangschikking der gemeente in de
Ie klasse zou hebben opgebracht,
rechtstreeks aan de gemeente wordt
uitgekeerd. Nemen we het o.i. niet-
waarschijnlijke geval dat onze ge
meente bij verordening in de 3e klas
se zou worden ingedeeld, dan zou
door de ingezetenen onzer gemeente,
die de bovengeschatte 90.000.— aan
fondsbelasting voor het Rijk moeten
opbrengen, naar schatting pl.m.
12.500.meer aan fondsbelasting
moeten worden betaald, welke 12500
aan de gemeente komen. Ook zou bij
indeeling in de 3e klasse door pl.m.
330 belastingplichtigen, die bij indee
ling in de le klasse belastingvrij blij
ven, aan fondsbelasting naar schat
ting pl.m. 1000.moeten worden
betaald. Bij indeeling in de 2e klasse
door
HEDWIG COURTHS-MAHLER.
■12.
Al voelde hij zich door de nieuwe
l'etde, die in hem ontwaakt was, ook
n°g zoo jong, al stroomde zijn bloed
ook nog zoo bruischend door zijn ade-
'on Josta zou niet aan die jeugd
Relooven. De zeventien jaren, die tus-
Schen hen stonden, zouden zich slechts
'"'dubbelen in haar oogen. Voor haar
Was hij te oud te oud! Én 't diepst
'often hem wel Gerlinde's woor-
!n: "Als je jong waart, zooals je
°er Henning!" En: Ik hoop, dat
e' nooit een groote hartstocht voor
c°n ander in haar ontwaakt!"
U Gerlinde had haar woorden wel
fj°ed gekozen! Ze kwelden en pijnig
en hem, een heimelijke angst beving
ejn. die hem niet meer los zou laten.
Had hij zelf zijn broeder niet om
z'jn.jeugd benijd?
Hij streek zich het haar van 't voor-
°ofd en haalde diep adem. „Weg
"et die gedachten", zei hij tot zich-
c en tot Gerlinde zeide hij
"Misschien heb je gelijk met je ver
ledens, Gerlinde. Ik zelf heb reeds
1 wijls zoo gedacht. Ik moet je eer
lijk zeggen: als ik geweten had, hoe
dit nieuwe gevoel voor Josta mij zou
veranderen, had ik haar misschien
niet aan mij gebonden. Maar nu is het
geschied en moet ik wachten wat het
lot mij brengt. Nu kan ik me niet
meer terugtrekken. Al deed ik het ook
om de nobelste, onbaatzuchtigste re-
nenen je weet wat de wereld van
een verbroken verloving zegt en dat
de vrouw daarbij steeds het slechts
af is. En één ding moet je geloo-
ven: Josta's geluk zal mij altijd boven
het mijne gaan. Mocht haar hart voor
een ander opengaan ik zou alleen
aan haar denken en haar met al de
kracht die in mij is helpen. Maar nu,
nu is haar hart nog vrij en ik kan
hopen, dat het zich eenmaal tot mij
zal wenden. Ik dank je in ieder geval
voor je oprechtheid en eerlijkheid
Gerlinde. Dat ik je zoo zonder eenig
voorbehoud in mijn hart liet lezen,
is mijn dank."
Hij zeide dit alles zoo rustig als hij
kon. En zijn hart was zoo zwaar.
Gerlinde had door haar woorden
zijn onzekerheid nog versterkt. Hij
wist, dat hij nu tegenover Josta, uit
vrees van haar te verschrikken, nog
veel terughoudender zou zijn. Wan
neer zij van zijn hartstocht zou terug
schrikken in angst en vrees, dat zou
hij niet kunnen verdragen. Hij moest
afwachten afwachten tot zij zelf
tot hem kwam.
Gravin Gerlinde had een overwin
ning behaald, grooter dan zij die ver
moedde. Maar toch keek zij somber
voor zich uit en haar hart stond dui
zend pijnen uit bij de bekentenis van
Rainer's groote liefde voor Josta.
Graaf Rainer had geen lust meer
kunnen deze bedragen geschat wor
den op pl.m. 5625.en 375.
Deze 375.worden dan opgebracht
door pl.m. 250 belastingplichtigen, die
bij indeeling in de le klasse vrij blij
ven.
De hoofdsom der fondsbeiasting
wordt door ons dan ook geschat ais
volgt:
Bij indeeling in de eerste klasse op
90000 (geheel voor 't gem.-fonds).
Bij indeeling in de tweede klasse op
96.000 90.000 voor het fonds,
6000 voor de gemeente).
Bij indeeling in de derde klasse op
103.500 90.000 voor het fonds,
13.500 voor de gemeente).
Uit deze 6e inkomstenbron zal de
gemeente dan ook naar onze schat
ting bruto-inaximum pl.m. 13.500
kunnen putten. Na aftrek der kwade
posten schatten wij de netto-op
brengst dezer bron op 12.825 (3e
klasse) resp. 5700 (2e klasse).
7e. De gemeente is bevoegd op
centen te heffen op de hoofdsom der
fondsbelasting en wel tot een maxi
mum van 80, mits het aantal opcen
ten niet hooger zij dan het aantal op
centen geheven van de hoofdsom dei-
grondbelasting op de gebouwde eigen
dommen. Het maximum-aantal op
centen is derhalve 80.
Zou onze gemeente bij verordening
worden ingedeeld in de 3e klasse, dan
leveren deze 80 opcenten naar onze
schatting bruto op 80% 103.500.
is ƒ82.800.—.
Bij indeeling in de 2e kl.:
80% 96.000.— is ƒ76.800.—
Bij indeeling in de le kl.
80% 90.000.— is ƒ72.000.—
Deze bruto-bedragen zullen wegens
kwade posten met pl.m. 5% moeten
worden verminderd en gesteld op
resp. ƒ78.660.—, 72.960.— en
68.400.—.
De maximum-opbrengst van alle
mogelijke nieuwe bronnen van in
komsten taxeeren wij derhalve als
volgt
le. Uitkeering uit het
gemeente-fonds 87730.23
2e. Maximum-opbrengst
personeele belasting =fc 47000.
3e. Opbrengst v. 3/4 der
som grondbelasting 16600.
4e. 50 opcenten Vermo
gensbelasting =t 4500.—
5e. Woonforensenbelasting P. M.
6e. Indeeling der gemeen
te voor de fondsbelas
ting in de 3e klasse 12825.
7e. 80 opcenten op de
fondsbelasting =t 78660.
Totaal maximum te heffen 247315.23
Tot dekking van het ver
lies was noodig 179700.
verder te praten. Een oogenblili hield
hij het gesprek nog gaande. Toen trok
hij zich in zijn kamers terug. En de
gravin ging nog eens als een laatste
afscheid door haar vertrekken. Den
volgenden avond zou zij zich voor het
eerst in het Weduwenhuis ter ruste
begeven. Zij kwam zich voor als een
verstootene, een bannelinge. En de
haat en de nijd tegen Josta verstikten
bijna haar hart. Spoedig zou die haar
intocht als meesteres hier houden!
Maar gelukkig zou ze hier niet wor
den. Haar wraak zou daarvoor zor
gen. En er was slechts één mogelijk
heid, die Josta voor haar wraak zou
beschermen, in welk geval zij vrijwil
lig van Rainer afstand zou doen, in
dien zij haar hart aan een ander zou
schenken.
De dag van Josta's huwelijk was
gekomen. Met stillen angst en toch
met een schuw verlangen had zij dien
dag tegemoet gezien.
Rainer's portret stond nu op haar
schrijftafel, en wanneer zij in haar
dagboek schreef, keek zij hem telkens
aan en dan was het haar, alsof zij al
les, wat zij neerschreef, aan hem
biechtte.
„Wanneer ik vóór hem mocht ster
ven, dan kan hij dit dagboek lezen,
dan moet hij weten, hoe ik hem heb
liefgehad, dan behoef ik mij niet voor
mijn liefde te schamen", schreef zij
op den dag vóór haar huwelijk in het
boek. En toen haar koffer voor de hu
welijksreis gepakt werd, legde zij het
dagboek met Rainer's portret in een
kistje en legde het in den koffer. Zij
wilde er op reis niet van scheiden.
Op den dag van het huwelijk kwa
men met de gasten ook de bruidegom
met gravin Gerlinde aan. Zij was hem
in de laatste weken als vertrouwelinge
bijna onontbeerlijk geworden, zoo had
zij in haar denken en voelen weten
binnen te dringen. De gravirfwist nu
ook zeer goed met hoeveel onrust hij
zijn huwelijk met Josta tegemoet zag.
Ook baron Rittberg met zijn ge
malin waren onder de gasten en Rai
ner had hen verzocht in zijn paleis te
Ramberg te willen logeeren. Zij had
den het aangenomen. De baron zou
getuige zijn bij het huwelijk.
De levendige, vroolijke barones kon
nauwelijks den tijd afwachten, dat zij
met Josta zou kenis maken. Dit ge
schiedde op den avond vóór het hu
welijk. De barones was dadelijk vuur
en vlam voor de jonge bruid en sprak
haar bewondering tegen haar man uit
toen ze op Ramberg waren terugge
keerd.
„Dieti, je hebt gelijk, ze is nog
mooier dan gravin Gerlinde. Mis
schien is zij niet zoo vorstelijk. Maar
daarvoor is ze te jong en te beschei
den bij al haar nobelen trots. Maar
haar oogen zijn zoo lief en zoo warm
en 't haar, Dieti, 't haar! Neen,
zulk een pracht. Weet je, dat moet ik
eens bekijken als het los is. Zoo iets
prachtigs bestaat er nauwelijks. Als
ze op Ramberg woont, loop ik eens
op het kleeduur bij haar aan en zeg
haar eerlijk, dat ik haar mooie haar
kom bewonderen".
„Kalm, kalm, LisetjeBij die
haarparade mag je mij meenemen".
„Maar Dieti de gedachte!"
„Wat zou dat nu? Ik ben toch een
ongevaarlijke oude man en zie toch
ook graag iets moois. En graaf Rai
ner zal me toch wel niet dadelijk op
zoodat kan worden vol
staan met 67615.—
minder te heffen dan maximum zou
zijn toegelaten. Bij den Raad onzer
gemeente berust de taak te beslissen,
op welke van de onder 2e, 4e, 6e en
7e genoemde cijfers deze ƒ67615.—
geheel of gedeeltelijk zullen worden
gekort. Wij willen hier volstaan met
het geven van enkele cijfers en op
merkingen
Rangschikking van de gemeente
Waalwijk in de 2e klasse voor de
fondsbelasting levert voor onze ge
meente een mindere opbrengst aan
fondsbelasting en opcenten van =fc
12750.Rangschikking in de le
klasse kost wederom 10250.
Het rangschikken van Groot-Waal
wijk in de 5e klasse voor de perso
neele belasting doet de boven-becij-
ferde opbrengst der personeele be
lasting xan ƒ47000.— naar globale
schatting verminderen met pl.m.
8000.(hoofdsom pl.m. ƒ5000.
opcenten pl.m. ƒ3000.
Rekening dient te worden gehouden
met de mogelijkheid dat de meerder
heid van den Raad niet is te vinden
voor heffing van 50 opcenten op de
hoofdsom der vermogensbelasting,
hetgeen 4500.verlies zou betee-
kenen.
de kromme sabel uitdagen, als ik het
losse haar van zijn jonge vrouw be
wonder? Of ben je jaloersch, Lisetje?
De barones lachte.
„Dan wordt het tijd daarvoor, oud
je. Ik ben niet eens jaloersch geweest,
toen je nog een ranke, slanke jongen
was Nu verlies ik mijn zielrust hee-
lemaal niet meer. Het spek, dat je ge
stalte zoo mollig omgeeft, is een veili
ge isoleerlaag tusschen jou en het
vrouwelijk geslacht".
De baron schaterde.
„Dieti, lach niet zoo luid. Hiernaast
zijn de vertrekken van gravin Ger
linde, je stoort haar misschien bij het
inslapen".
„Och ja, we zijn niet thuis", zei de
baron met gedempte stem.
Zijn vrouw legde haar japon voor
den volgenden dag gereed en haalde
uit een doos een paar zeer kleine ele
gante schoentjes te voorschijn. P
baron zag ze juist, toen hij nog een
laatsten rondgang door de kamer
deed.
„Ei, Lisetje, zijn dat de feestschoen-
tjes voor morgen? Echte liliputters-
schoentjes. En natuurlijk kan je daar
bij alleen maar spinragdunne kousen
aantrekken. Nu, je zult wel doodmoe
zijn morgenavond Je bent onverbe
terlijk, Lisetje!" Maar terwijl hij de
ze woorden uitsprak, nam de baron
de kleine schoentjes van zijn vrouw
op en bekeek ze opmerkzaam en aan
zijn stralende blikken kon men zien,
hoe trotsch hij op die kleine voetjes
van zijn vrouw was.
Zij lachte een weinig verlegen.
Wordt vervolgd.
De Echo van het Zuiden,
IVaalwyfesclie en Langslraatsclie Courant,
m