weer le J. ELEKAN Hanilelsuorfleringen. II (Dir.) nuutify i Bonte t Trouwkaariss of Trouwbriem f Belast zich [UbHil HET ZUIDEN Dr. L. van der Spek Notaris A. SCHAAP Haver en Rogge. H. H. F abrikanten en Grossiers. A. P. C. Reothaert publiek verkoopen: stallige en dubSeuse Gratis rechtskundig Advies. Waalwijk in de 4e klasse Pers. Bel. en 30opcenten op die belasting (af schaffing dus van 27 opcenten door de Provincie en nog afschaffing van 30 opcenten, thans geheven door Gemeen te en Rijk). Wij innen dan nog onder dit hoofd: Hoofdsom 28454 8000 is pl.m./ 20400 30 opcenten van pl.m. 20400 is pl.m. 6100 80 extra opcenten paarden en motorr. is pl.m. 1900 king in de le klas voor de inkom- inpam ten opzichte van andere stenbelasting zet spr uitvoerig uiteen meenten. ge- Totaal pl.m. 28400 In de beschouwing van B. en W. zijn noodig (29389 3100) plus 26334 is 52600 Wij verliezen dus 5260028400 is pl.m. 24000 Wij kunnen deze dekken: a. door B. en W. te hoog geraamd verlies aan G.I.B. 21500 b. 45,6 opcenten van 10.000 is pl.m. 4500 (fondsbelasting brengt pl.m. 11000 meer op dan door B. en W. aangenomen). Totaal 26.000 Wij innen dan nog onder dit hoofd: Hoofdsom 284545000 is pl.m. 234t50 10 opcenten van 23450 is pl.m. 2340 80 extra opcenten paarden en motorrijtuigen pl.m. 1870 Totaal 27660 In de beschouwing van B. en W. heb ben we noodig onder dit hoofd: (29389—3100) plus 26334 is pl.m. 52600 Wij verliezen dus 52600—27600 is pl.m. 25000 Wij kunnen die dekken door de 21500 door B. en W. te hoog ge raamd wegens verlies van G.I.B. ver meerderd met 45,6 opcenten van 10.000.— is pl.m. 4500. 21500 en 4500 is pijn. 26.000.—. In hun oorspronkelijke voorstellen (16 Mei) rangschikken B„ en W. v.m. Baardwijk en v.m. Besoijen reeds in de 6e klasse voor de Pers. Bel., kosten 3100.-. B. en W. kondlen dan naar hun oordeel volstaan met. heffing van 45,6 opcenten op de 'noofdsom der fondsbelasting bij indeel ing van Waal wijk in de eerste klasse voor de fonds belasting. Indeeling van Waalwijk in de 5e kl. voor de Pers. Bel. ko st, volgens B. en W. pl.m. 7000 meer dan indeeling in de 6e klasse. Dekking moet d?Oi ook door B. en W., in hun voorstellen worden gezocht voor 7000.en niet voor 10.000, zoodat zij kunnen volstman met verhoo ging van de opcenten op de fondsbe lasting met 71/a. De zorg die B. en W. zich in hun prae-advies maakten over de opbrengst die on'e gemeente in 1936/'37 en vol gende jaren, uit het ge ;meentefonds zal ontvangen, lijkt spr. z ter voorbarig. v. Loon. Ofschoo n ik gewoonlijk met de voorstellen v an B. en W. kan meegaan, moet ik um eenige opmer kingen over hun v crorstellen maken. Wij m&gen het belatsïingvraagstuk niet te eenzijdig besclaouwen en alleen streven naar verirjindering voor lage inkomens en groore gezinnen. Het belang der gem«;ente eischt dat we ook de andere zijde beschouwen. We weten dat de welvaart in onze gemeente afhangt van enkele indu- strien. Wanneer we het bedrijfsleven bestudeeren komen we tot de conclusie dat alleen de kapitaalkrachtige bedrij ven zich op den duur kunnen hand haven en ontwikki slen. Door gebrek aan kapitaal mout menig bedrijf het afleggen. Men machte zich er voor de groote inkom ens steeds zwaarder te belasten en d aardoor kapitaalvor ming te belemm et en en den vooruit, gang tegen te h'juden. Is het wel juist dat Waalwijk 'zich op de hoo;|ste sport nl. in de eers.te klas g,aat plaatsen. Op het oogenblik zijn de tijden niet on gunstig, maar er kunnen kwade tijden komen. De wereldcrisis van 't oogen blik kan zich uitbreiden. Het is altijd goed dat de bedrijven tegen een stootje kunnen. Teruggang naar een andere klasse is vrijwel onmogelijk. Ik zou willen voorstellen Waalwijk voor de fonds belasting in de 2e klas onder te brengen. Wat de. kwestie opcenten Vermo gensbelasting betreft het volgende: De he,er v. d. Waerden vindt het logisch om het kapitaal te belasten en dat lijkt ook oppervlakkig zoo, doch goed beschouwd zit er iets on logisch in dat de aanwezigheid van vermogen belast wordt. De gemeenten moesten die aanwezigheid appreciee- ren. Hoe meer kapitaal er zit, hoe beter voor de lagere inkomens. Het maakt wel een verschil uit of men het vermogen in een bedrijf heeft gestoken zooals in Waalwijk meest het geval is, of in stukken waarvan men rente trekt. Beide worden even zwaar belast wat toch onbillijk is. Het is vernieling van kapitaal en dus van de welvaart en ik zou willen voor stellen dat B. en W. hun voorstel tor heffing van opcenten op de vermo gensbelasting; intrekken en onze ge meente voor de inkomstenbelasting in de 2e inplaaits van de Ie klassenlaatsen. Voorzitter. De bedoeling van B. en W. is geweest om de verdeeling van den belastingdruk zoo billjjk mogelijk te maken, om zoodoende voor eens reeks van jaren een degelijke finajfi- cieele basis te vormen. De Heer v. d- Waerden heeft ons op minder aange name toon gezegd dat B. en W. nood gedwongen ertoe zijn overgegaan de groote gezinnen wat meer tegemoet te komen.' Niets is minder waar, het is sieeds ons streven geweest die inko mens waarvan niets gemist kan. wor den zoo min mogelijk te treffen. Tenaanzien van de opmerking van den heer v. Loon over de rangschik- dat het slechts een zeer gering ver schil uitmaakt, terwijl aan het plaatsen in de 2e klas naar het oordeel van B. en W. onbillijkheden zijn verbon den. Van lederen aanslag wordt n 1. bij overgang van klasse 1 naar II het Jjbe- lastbaar bedrag met f 100 verhoogd, hetgeen door de lagere inkomens het meest wordt gevoeld. Voor het argument van den heer v Loon om geen opcenten op de ver mogensbelasting te heffen, is wei iets te zeggen het heeft in het college van B. en W. dan ook een punt van over weging uitgemaakt, of we deze op centen wel zouden heffen. Doch er zijn Iwee omstandigheden dieB.enW. daartoe hebben doen besluiten De belastingdruk kan voor onze ge meente," blijkende uit de laatste sta tistiek - belastingjaar 1929-1930 ten opzichte van het rijksgemiddelde zeker gunstig genoemd worden. Bij de rangschikkingslij st voor het ge- heele land (1078 gemeenten) neemt Waalwijk voor inkomens van 2000, de 426e plaats en voor inkomens van 5000.de 388e plaats in, tegenover een middellijn van 538. Spr. haalt ter vergelijking een aan tal gemeenten uit den omtrek aan, waaruit blijkt dat 9 een hooger rang nummer bij 2000.— inkomen en 10 hij 5000.inkomen hebben. Voor het belastingjaar 1930-1931 zal het rangschikkingsnummer zeker le Waalwijk wordt door het voor- I nog beteekenend gunstiger worden. beeld van andeit^emetnUner eenigs zins toe gedwongen 2e is de totaalopbrengst der opeen ten slechts f 4500 ci f 5000, dat kan toch voor de betrokkenen zoo'n groot bezwaar niet zijn, Het is voor B. en W. een gevoelskwestie geweest. De heer van Loon vindt het motief dat andere gemeenten ook opcenten heffen van weinig waarde en ook het motief dat de opbrengst niet veel is, weegt bij hem niet zwaar. Hij blijft ervoor waarschuwen het kapitaal, dat hier algemeen in de industrie zit niet te veel te belasten. Met het voorstel van B. en W. om de gemeente voor de inkomstenbelasting in de I klasse onder te brengen, kan hij zich, na de toelichting van den voorzitter wel vereenigen. De heer v. d. Waerden merkt op, dat hij op verschillende punten van zijn betoog nog geen antwoord van den voorzitter heeft gekregen. Zijn bewering dat de fondsbelasting niet f 85,000 maar f 95,000 opbrengt heeft de voorzitter niet tegengesproken. De Voorzitter zegt, dat dit thans van weinig invloed is, daar de vaststelling der opcenten op de fondsbelasting pas later aan de orde komt. Spr. kan geen aanleiding vinden de gunstige cijfers van den heer v. d. Waerden over te nemen en blijft zich houden aan de becijfering door B. en W. gemaakt. Temeer waar de toon, waarin de heer v. d. W. zijn betoog gehouden heeft, zeer onaangenaam aandeed. De heer v. d. Waerden meent, dat de wijze waarop hij de verschillende punten paar voren heeft gebracht weinig ter zake doet, het gaat om de zaken zelf. Ieder vogeltje zingt zooals het gebekt is. Zoolang de voorzitter hem niet overtuigt, dat zijn berekening foutief is, moet hij den raad blijven waarschuwen, dat men meer uit de belastingen wil halen dan welnoodigis. Smolders Over de belastingvoorstellen wil ik ook iets zeggen. Enkele opmerkingen ook aan de heer v. d. Waerden. In zijn groot betoog spreekt hij kleinee- rend over enkele lichtpuntjes in de voorstellen van het College. Ik sluit mij volkomen aan bij U, M. de V., dat het beneden peil is, zoo ais hij dat voordraagt. Ik geloof dat dit ook wel de reden is, dat de heer v. d. W. met z'n voorstellen nooit iets bereikt. Daar gaat de raad niet op in, Over de belastingvoorstellen als zoodanig spreekt hij bijna niet, doch brengt een ris cijfers uit de begroo ting naar voren, geeft cijfers uit de globale berekening en rangschikt deze dan zooals het hem goeddunkt. Het verleden heeft wel geleerd, dat de cij fers van den heer v. d. Waerden met reserve moeten aanvaard worden en later gewoonlijk anders uitkomen. O.a. in het rapport der begrootings commissie werd een tekort van 12.400 voor 1931 becijfert en nu komt hij met een belangrijk overschot Bij de beschouwingen over de be- lastingontvverpen, en vooral over de cijfers van bijlagen 2 en 3, verliest men vooral de kardinale beteekenis van deze bijlage uit het oog, n.l. dat de cijfers slechts vergelijkingsmidde- leit zijn met de thans geldende ge me entelijke inkomstenbelasting en de in te voeren gemeentefondsbelasting met opcenten-percentages vöor de le 2e e.n 3e klasse van respectievelijk 45.6, 35.4 en 26.3 ont een totale be lastingopbrengst te krijgen, gelijk aan ƒ182.000.- zijnde de nader geraam de opbrengst der G.I.B. 1929-1930, en hoe de kinderaftrek voor de 3 klassen is, in vergelijking met de verordening val: thans. Meer zeggen wij absoluut niet. Het bedxag, aan opcenten te hei f an en het getal opcenten komt eerst veel later aan d.e orde en is op één lijn t stellen met het vaststellen van de' vermenigvuldigingsfactor, zooals wij die thans kennen. Aan de verdediging van de belas tingvoorstellen van ons college werk ik met graagte mee, omdat ik ten vol le overtuigd ben, dat zij op een ge zonde basis berusten. En de bezwaren van degenen die meenen, dat de lage re inkomens te ver worden ontlast en de hoogere te zwaar getroffen, en de opwerpingen van den heer Van der Waerden, die nog eens extra voor de lagere inkomens verder zou willen gaan, zijn bei.den te bestrijden. Zij, die behooren tot de eerste groep moeten er toch rekening mee houden dat de gemeentefondsbelasting een rijksregeling is, waarvan toch zeker wel verwacht imag worden, dat die re geling de juiste is. Alleen in uiterste noodzaak behooren o.i. gemeenten zich in een lagere dan de le klasse te rangschikken. Want juist in de 2e en 3e klasse rangschikken treft relatief de lagere inkomens veel zwaarder dan de hoogere. Trouwens, bij deze alge- heele reorganisatie van het belasting stelsel moet ook niet uit het oog ver loren worden, welke plaats Waalwijk v. d. Waerden thans wel genoeg deze kwestie heeft toegelicht, en stelt voor tot stemming over te gaan. Allereerst komt in rondvraag het voorstel van B. en W. om de gemeente voor de fondsbelasting te rangschikken in de 1ste klas, welk voorstel met al- gemeene stemmen wordt aangenomen. Vervolgens wil de voorzitter het voorstel van B. en W. in omvraag brengen om voor de personeele be lasting der gemeente te rangschikken in de 5e klasse, doch de heer van der Waerden, meent dat zijn voorstel om de gemeente in de 4e klas te brengen van verdere strekking is, waarover een discusie volgt tusschen den Voorz. en v. d. Waerden. De voorzitter vraagt tenslotte wie 't voor stel van den heer van der Waerden I wil steunen. Daar niemand zich Maar ondanks dit mooie beeld stond hiertoe bereid verklaart, kan het voor- onze gemeente, wat betreft de lagere inkomens, bij zeer vele gemeenten nog ten achter. Dit bleek mij uit de statistiek over den belastingdruk, waaruit ik een overzicht genomen heb an alle Noordbrabantsche gemeen ten boven 5000 inwoners, betreffende den belastingdruk voor gehuwden met kinderen over het belastingjaar '29- 30 voor inkomens van 1000, 2000, 3000, ƒ4000 en ƒ5000. Uit deze cijfers is mij gebleken, dat Waalwijk ten opzichte van de lage inkomens werkelijk een achter stand had in te halen en thans niet ver is gegaan. Ik noem de regeling goed. Er is nog meer. De vergelijken de staat, bijlage 2, toont aan, dat in komens tot 15.000,bij een opcen- nheffing in de eerste klasse van 15.6 nog minder zouden betalen dan lans. Bij een inkomen van ƒ20.000 zou het pas iets hooger zijn. Doch als .v. die 45.6 opcenten in 1931 zouden kunnen worden gereduceerd tot de helft, dan geeft dit voor alle aange slagenen een beteekenend voordeel. Ook die van 20.000 deelt dan daarin en wel voor 222.en een van 100.000.- voor 900.In de be lastingverlaging deelt werkelijk ieder een. Als tegenhanger om ten opzichte an de lagere inkomens niet verder te gaan, dan wij in onze ontwerp voorstellen deden wij hadden b.v. nog een progressieve opcentenheffing voor kunnen stellen zou ik op het volgende willen wijzen. Uit een opgemaakt proefkohier, bij rangschikking in de 3e klasse gemeen tefondsbelasting, blijkt dat de totaal opbrengst in hoofdsom 99.807. zou bedragen. 2854 aangeslagenen zouden dit totaal bedrag opbrengen. Naar een indeeling van de aange slagenen in groepen, brengen dan de groep,- minder dan 1600 inkomen (1933 aangeslagenen) 16.774.in hoofdsom op. De groep van 1600 tot 2500 inkomen (578 aangeslagenen) 14.865. Deze beide groepen (2511 aangeslagenen) samen ƒ31.639. En de groep inkomens boven 10.000. (40 in getal) totaal ƒ39.858; dat is dus rond ƒ8000 meer dan 2511 aan geslagenen samen. Bij de opcenten heffing komt dat in gelijke verhou ding weer tot uiting. Uit deze opsomming blijkt, dat we bij onze beoordeeling ook billijkheids overwegingen moeten laten gelden, en dat het niet gewenscht is, om verder te gaan, dan door ons voorgesteld. Pesoneele belasting. Bij aanne ming gewijzigd voorstel voor voorma lig Besoijen en Baardwijk in hoofd som een verschil van 5.terwijl kinderaftrek en mobilair-belasting in verhouding ook veel gunstiger wor den. Ook voor Waalwijk. Alle schakeeringen zijn hier moge lijk. De wetgever heeft hier meer vrij heid gelaten. Mocht de werking niet goed zijn, laat dit dan een jaar proef eerst bewijzen. Ik beveel krachtig aanname van onze voorstellen aan. De heer van Loon merkt op, dat men bij vergelijking met andere ge meenten, er rekening mee moet houden dat hier een speciale toestand geldt, daar Waalwijk van de industrie af hankelijk is. De heer v. d. Waerden komt hierna breedvoerig terug op verschillende uitlatingen van den heer Smolders. Deze heeft er o.a. de nadruk op gelegd dat men de cijfers van spr. met een zeker voorbehoud moest aan nemen. gezien de fouten die vroeger door spr, zouden zijn gemaakt. Hij zou hier het Duitsche spreek woord in toepassing willen brengen „Da wo gehobeld wird, da fallen spane" of: daar waar gerekend wordt worden fouten gemaakt. De opmerking moet hem van het hart, dat hij het niet alleen is die fouten maakt, ook college van B. en W. vergist zich wel eens, hetgeen spr. aantoont aan de hand van het schema voor schoolgeld heffing, waarin enkele foutjes geslopen zijn. Smolders. Ik moet dhr. v. d. Waer den even interrumpeeren. 'k Heb reeds gezegd, de kardinale beteekenis van deze staat wordt uit het oog verloren, dat blijkt ook bij U. Hij is alleen als vergelijkingsobject te beschouwen, wat de belastingbetalers bij eenzelfde heffing vroeger en thans hebben te be talen. De 45.6 opcenten in de eerste klasse door U genoemd, staan abso luut niet vast. Naar globale bereke ningen en schattingen voor de begroo ting 1931, is het niet onmogelijk, dat zij nog met 20 verlaagd kunnen wor den, Dat komt echter eerst veel later aan de orde en dan komt pas juist vast te staan, wat de belastingbetaler zal hebben op te brengen. De heer v.d. Waerden betoogt nog- maalsdat er niet meer belasting ge heven mag worden dan noodig is. De Voorzitter meent dat de heer stel niet in omvraag worden gebracht. Ook het daarop volgende voorstel van den heer v. d. Waerden om de gemeente in de 5de Klas te brengen, met 10 opcenten wordt door niemand gesteund. Het voorstel van B. en W. wordt hierna met algemeene stemmen aan genomen. Het voorstel van den heer v. Loon om geen opcenten op de vermogens belasting te heffen wordt alleen door den heer van Schijndel gesteund en komt dus niet in omvraag. Het voorstel van B. en W. om 50 opcenten te heffen wordt met op een na algemeene stemmen aangeno men. Alleen de heer v. Loon stemde tegen. 4. Voorstel tot wijziging der ver ordening op de heffing van school geld voor gewoon l.o. en voor u.l.o. Puilens. Het spijt mij tiet ie moeten zeggen dat de sctioolgelütielfing schijn baar bij B. en W. niet de interesse heeft, die deze verdieni. Wat toch is het geval Een herziening van het belastingstelsel wordt aangekondigd, de hetziemng van de schoolgeldrege ling worat daarbij, voor zoover ik weet, niet genoemd. Een voorstel van belastingherziening wordt ingediend en ais supplement verschijnt daarbij een nieuwe regeling voor 't schoolgeld, Me dunkt een weinig meer waardee ring voor de groote bedragen, die door belastingbetalers.in dezen vorm worden gestort, was wei op z'n piaals geweest. Echter, 't meest heeft me bevreemd het onlogische in het voorstel van B en W. Het beginsel belasting naar draag kracht is in de heffing in zooverre doorgevoerd, dat er een progressie plaats heeft, getuige het groot aantal Klassen. Nu wrilen B en W. rekening gaan houden met het aantal kinderen dat iemand te verzorgen heelt, maar bepeiken dar aantal willekeurig door alleen de kinderen, die op de lagere schooi gaan, daarvoor in aanmerking re nemen. Verminderen de kinderen, die nog niet de lagere school bezoeken, hei draagvermogen van een inkomen niet Verminderen de kinderen, die na afloop van de lagere school 'n am bachtsschool of een inrichting van Middelb. Onderwijs bezoeken, nietzeer sterk de draagkracht van een inkomen. Men zou me tegen kunnen werpen, dat tenminste de draagkracht der ouders, die hun kinderen na afloop der lagere school direct laten verdienen, sterker wordt. Mogelijk is dat zoo in théorie, al is dat dan de draagkracht van de minst krachtigen. De practijk leert wel, dat deze verhoogde draag kracht, tengevolge van kleine begin verdiensten sterk wordt aangetast, door de uitzetting van de behoeften dezer verdieners. Men kan dat afkeuren, een feit is 't. Resumeerende kom ik tot de conclusie, dat in de schoolgeld regeling is neergelegd, het beginsel betaling naar draagkracht, dat B. en W. zeer terecht de draagkracht mede willen bepaald zien, door het kindertal, dat het aantal daarvan door B. en W. willekeurig wordt beperkt tot het aantal schoolgaande kinderen ter lagere school, dat het gewenscht is het volle aantal kinderen invloed te doen uit oefenen op de vast te stellen draag kracht, tot deze kinderen meerderjarig zijn, lk zou daarom willen voorstellen een regeling van deze materie als te Venlo, Maastricht, Bussum, Nijmegen en 's-Bosch is aangenomen, tot groote voldoening van het Hoofdbestuur van den R.K. Bond van Groote Gezinnen. Deze is als volgt Voor elk minderjarig kind boven een, wordt op het tarief der school geldheffing een korting toegestaan van X Zoo zal het groote gezin beoor deeld worden op een juiste basis tot voordeel van dat gezin. Spreker geeft daarna een overzicht van beide heffingen. De n. Voorzitter zegt dat B. en W. dachten de groote gezinnen reeds zeer tegemoet te zijn gekomen. Hij gelooft niet dat er andere gemeenten zijn die zoo ver gegaan zijn als Waalwijk, Smolders. De heer Pulles heeft waarschijnlijk weinig aandacht aan onze verordening geschonken. Daarin is ook ondervangen wat hij voorstelt want het schoolgeld wordt geheven op het belastbaar inkomen, dus nadat aftrek voor levensonderhoud en kinderaftrek heeft plaats gehad, waar door de groote gezinnen reeds worden tegemoet gekomen. Voor een aantal inkomens heb ik een staatje, wat bij de verschillende aantallen kinderen aan schoolgeld betaald moet worden, waaruit blijkt dat de lage inkomens al spoedig vrij en bij een grooter kin dertal maar weinig of geen schoolgeld betaald behoeft te worden. Op deze bedragen wordt nu nog de door ons voorgestelde reductie van 25, 50 en 75% toegepast. Onze regeling is dan buitengewoon gunstig. Ik kan de re- geling van den heer Pulles niet ten volle beoordeelen, maar waarschijnlijk is de onze gunstiger. De heer Pullens zou ook de kin deren die andere scholen bezoeken in de regeling willen betrekken. De Voorzitter zegt echter dat er hier geen andere scholen zijn, be halve de R.K. H. Handelsschool, waar- over de gemeente niets te zeggen heeft wat het schoolgeld betreft. De heer v. d. Geld zegt veel voor het voorstel-Pullens te voelen Hij kan echter niet beoordeelen of het beter is dan dat van B. en W. Spr. vraagt of het niet mogelijk is het agendapunt aan te houden tot de volgende vergadering, dan konden de leden ook het voorstel van den heer Pullens eens onder de oogen zien. In de volgende vergadering zou men dan de beide voorstellen met elkaar kun nen vergelijken. De Voorzitter zegt dat hiervoor in speciale gevallen wel eens aanleiding kan zijn, doch nu acht hij geen motief voor uitstel aanwezig omdat er geen voldoende gronden aanwezig zijn om het agendapunt aan te houden, temeer daar ook het voorstel van B. en W. zeer billijk genoemd mag worden. De heer Pullens is het er nog niet mee eens dat alleen het lager onder wijs in de regeling betrokken is. De heer v. d. Waerden is het met den heer Pullens eens dat het aantal kinderen moet beslissen. De heer van Schijndel dringt er ook op aan om het voorstel aan te houden tot de volgende vergadering. De Voorzitter kan zich hiermee echter nog niet vereenigen, en wijst er nogmaals op dat ook het voorstel van B. en W. zeer billijk is. Verschillende leden van den raad blijven echter op aanhouding aandringen, waardoor de voorzitter tenslotte toegeeft. Het voorstel wórdt dus aangehouden tot de volgende vergadering. De Voorzitter deelt nog mede dat er een verzoek is ingekomen van de firma Timmermans van Turenhout, om bij de voorgenomen uitbreiding van haar ge bouwen-complex langs de Westznde van de Mr. v- Coothstraat, van derooi- lijn te mogen afwijken- De uitbreiding zal geschieden in den stijl van het be staande hoofdgebouw en op de plaats waar thans de baby-afdeeling gevestigd is. Bij den bouw van dit gebouwtje is door de fa. Timtur, met verlof van den raad, van de rooilijn afgeweken, zoodat deze daar 60 cM. binnen de fabriek loopt. Het nieuwe gebouw zal 15 cM. binnen den muur van het bestaande pand worden opgetrokken, zoodat de trottoir met 15 cM. verbreed zal worden De heer Smolders zou willen bepalen dat, wanneer later het terrein voor an dere doeleinden mocht worden bestemd, de rooilijn weer in acht genomen zal moeten worden. Met deze beperking kan de raad de aanvraag inwilligen. Hierna sluiting. ze alle publicatie-—waar flemet, zoodat missen. De Burgemeester der Eikhuizen verzoekt opsporing,^'' houding en voorgeleiding van persoon, vermoedelijk genaamd L Herman Kraeijenbrink, geb. 10 O,, 1894 te Dinxpetioo, monteur, zich noemende Ir. Bos, verdacht van lichting. Deze persoon huurt bij a verhuurders een wagen en reist sr door hei geheeie land. Betaling bi achterwege terwijl getracht wor; onder bedrlegelijke voorgeven» g, ter leen te krijgen. ADVERTENTIëN. De Heer en Mevrouw A. SPIERINGS-Wiesman zeggen hartelijk dank voor de vele blijken van belangstelling )ij de geboorte hunner Dochter ondervonden. Waalwijk, Juli 1930. 44846 NUM ARTS 44847 voor Inwendige ziekten en Kinderziekten Stationsweg 7 's BOSCH is vanaf Dinsdag 8 Juli te Waalwijk, zal op Vrijdag 11 Juli 1930 des avonds 7 uur precies voor Mej. Wed. M. v. Campen te Sprang Ongeveer 1 Hectare te veld staande Bijeenkomst op het land achter C. Maijers. Rechtskundig Adviseur, HAVENSTRAAT 5 (Nabij het Station) VHERTOGENBOSCH. VERVOLG PROVINCIAAL NIEUWS. Lezing lr. Bongaerts over de af sluiting van het Oude Maasje. Gisterenmiddag werd, op initiatie! van de Kamer van Koophandel en fabrieken voor de Langstaat, in de zaal van hotel .de Ploeg" te Waspik een lezing gehouden door oud-minis- Ir. Bongaerts over het onderwerp De afsluiting van het Oude Maasje. De zaal was zeer goed bezet, onder de bezoekers merkten we o.m. op Mr. Fr. Teulings, lid der 2e Kamer Ir, Röling, van den Provincialen Waterstaat; lr Krügers, van het Rijks bureau voor de ontwatering de heer Smits, burgemeester van 's Graven moer en voorzitter van het waterschap „de Beneden-Dongen" Mr. H. Loeff, burgemeester van Drunen en Elshout Drs. G. de Vries, dir. der R.K. H Handelsschool alhier, Voorts waren alle waterschappen uit de streek ver- tegenwoordigd. Nadat de heer G. van Loon, voor zitter der Kamer van Koophande een inleidend woord gesproken had, zette Ir. Bongaerts op beknopte wijze uiteen de groote moeilijkheden die met een dergelijk werk gepaard gaan, en de verstrekkende gevolgen die het heeft. Na deze inleidende beschouwingen gaf Ir. Bongaerts aan alle aanwezigen de gelegenheid om o'pheldering te vragen over verschillende bijzondere kwesties. Van het debat werd een zeer druk gebruik gemaakt o.a. door de heeren de Waard, Branderhorst. v.d. Schans, Mr. Loeff, Jansen en Smits. Het debat had een zeer aangenaam verloop. Hierna bracht de voorzitter dank aan Ir. Bongaerts, voor zijne uitste kende uiteenzetting, en aan alle aan wezigen, voor de belangstelling die zij toonden te hebben voor deze kwestie. In ons nummer van a.s. Woensdag zullen wij een uitvoerig verslag van deze bijeenkomst geven. Politiezaken. De Commissaris van Politie te Bus stun waarschuwt tegen de handelin gen van C v. Staal, (uitgever van adresboeken, wonende te Bussum, Huizerweg 202), (vroeger 236), v. Staal reist als advertentie—colporteur van de door hem uit te geven adres boeken, en geeft 10 pCt, koriing wanneer te plaatsen advertenties bij vooruitbetaling worden voldaan. In verband hiermede wordt in over weging gegeven hem geen geld ter hand te stellen, daar zijn adresboeken verre over den in uitzicht gestelden termijn verschijnen en alleen worden toegezonden aan de adverteerders, met het opmaken van akten betreffende den verkoop van roerende en onroerende goederen zooals:Inboedels hulzen enz. Billiike conditiën. Wenscht U eene vlugge, zaakkundige en billijke be handelingvan Uwe achter* Wendt U dan in vertrouwen alleen tot de Vennootschap Tuinstraat 46 TILBURG -V- Stoombiljartf shriek UILBUBG, li* 'f*'.. 'J. -?•

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1930 | | pagina 12