Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
11 DDIEE l Ce.
IjOOÜE ROZEN-
(i
OPLEIDinfi BOEKHOUDEN.
ii S
FEUILLETO
HEEREN-BAAI
J. VAN HOEK,
Ihjmmer 6i.
ZATERDAG 2 AUGUSTUS 1930.
53e JAARGANG.
OP 700^'
Dit blad vanMhfnt
WOENSDAG m SATERDAG.
Brlere». Infcraonden «tukken, «ra.
franco tc penden tin Am Uttfcrar.
Abcmnementeprfla per S maentiem 1.25.
franco per poet dom kat gebeele r|k f 1.40.
JOPMOAVlfi!
WAALWIJKSOHE 8TOOHDRU KKERIJ ANTOON TIELEN.
Tclffoe* Na». Si. Telafr. Adrm; SCH0.
Prfts d«r AdTertaratMn
20 cent per regel; minimam IJ*.
B» contract flink rabat,
BeclaniM 40 cent per regel.
Advertentie» moeten Woensdag en Vrfdag
dea morgen* om UtarUk aar in oaa beait
Ufo
dit nummer BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD,
ZUIDERZEEWERKEN.
Met de uitvoering der Zuiderzee
werken gaat het goed en sneller dan
de regeering verwacht had. Zoo iaat
het zich aanzien aldus hare toe
lichting tot 't ingediende wetsontwerp
tot wijziging en verhooging van de
begrooting van uitgaven van het
Zuiderzeeionds pro 1930 dat de
afsluiting van de Zuiderzee reeds in
1932 tot stand zal kunnen worden
gebracht, waardoor dan de eerste
etappe van den langen weg zal zijn
afgelegd. In verband met dezen ver-
snelden voortgang der werkzaamheden
wordt door de regeering om een
bedrag van ruim zes millioen gulden
gevraagd, noodig voor werken aan de
dijkvakken op 't Breezand en Gaatje-
Vlieten.
Was het tot dusver, zoo roept de
regeering triomphantelljk uit, in hoofd
zaak de stoute technische conceptie
van het geheele plan, dat tot de ver
beelding der bevolking gesproken heeft,
hoe langer hoe meer dringt zich op
den voorgrond het belang, dat het in
cultuur brengen van de gronden en
hun uitgifte voor het welslagen der
onderneming heeft Met het in cultuur
brengen van bet aan de zee ontwor
stelde land zal een aanvang worden
gemaakt en de regeering vraagt daarom
ook nog 1,7 millioen voor de ontgin
ningswerken in den Wiertngermeer-
polder. Er is voorloopig een tijdelijke
dienst, bestaande uit 3 rijksambtenaren
samengesteld, die leiding kan geven
bij het nemen van maatregelen, welke
onmiddellijk noodig zijn, zooals werk
van landbouwkundigen aard, werk van
economischen aard tot 't beschikbaar
stellen van den grond en dan tot het
aantrekken van arbeidskrachten.
Stationsplein 17 's-BOSCH
Telefoon 1365.
Directrice:
Mevr. Wed. Mr. J. A.E.Bink
geb. Boots.
Effecten. - Coupons
Aan en verkoop van Kerk.
Leeningen. 44989
SPAARBANK 3>/2°/0.
Door de bekende commissie Lovink
is voorgesteld de kavel ongeveer 20
H A, groot te maken (lengte 800 M„
breedte 250 M.) Aan hunne korte
zijden zijn de kavels begrensd door
een verharden weg en door 'n voor
kleine vaartuigen bevaarbare iocht,
terwijl aan de lange zijden in den
regel droge slooten met een diepte
van 1,40 M. voorkomen. De regeering
heeft zich voor een zeer belangrijk
deel aan dit advies gehouden, de
verkaveling van enkele gedeelten ge
schiedt echter, in verband met ruimere
scheepvaartmogelijkheid, op hiervan
afwijkende wijze.
De vorm, waarin de uitgifte der
gronden zal plaats hebben, is een
zaak, welke nog niet vaststaat, waar
over de meeningen sterk verdeeld zijn
en waarover het laatste woord zeker
nog niet gezegd is. De keuze welke
men hsdh bestaat in verkoop, pacht,
erfpacht en eigen beheer (zetboeren).
Welke vorm, aldus iu'dt de vraag, is
nu het best om te bereken wat ge-
wenscht wordt: het geven van
grond aan de ijverigste boeren, die
den grond op de beste wijze weten te
exploiteeren.
Gedupeerde
Nederlanders.
In het relaas van het avontuur, dat
de voordrachtkunstenaar Johan Schmidt
en zijn echtgenoote (die dagen werden
gevangen gehouden en ten slotte los
kwamen omdat zij gedurende de ker
mis hier een contract hadden in 't
Bondsgebouw) in Italië moesten bele
ven, valt vooral op, dat hij zoo geringe
hulp ondervond van de consulaire
ambtenaren, welke er toch mede voor
aangesteld zijn, om Nederlanders, die
in moeilijkheden komen, raad en bij
stand te verleenen.
Schmidt heeft daarover aan „Het
Volk* nog nadere mededeelingen ver
strekt
Toen mijn vrouw, nadat zij vrij
was, zich bij den consul liet aan
melden, bleek deze er niet te zijn
niet alleen, do^h geen enkele Ne-
derlandsch spreh-Ade vertegenwoor
diger kon in zijr plaats optreden.
En dat terwijl Livorno een groote
havenstad is waas vele Nederland-
van „De Echo van het Zuiden.'
door
'F
HEDYVIG COURTHS-MAHLER.
61- I, if,il
I
Josta keek soms verbaasd op, wan
neer Gerlinde met haar man babbel
de. En het viel haar op, dat zij Rai-
ner soms met een zeer bijzonderen
Wik aankeek. Wat ligt er in haar
oogen? dacht zij onrustig. Eens op 'n
dag, toen zij weer zulk een blik op
ving, ging de gedachte als een blik
semflits door haar hoofd.
Gerlinde heeft Rainer lief.
Als verlamd zat zij ter neer en
dacht na.
Het was op een regenachtigen
herfstdag. Buiten was het echt onher
bergzaam. De herfststorm rukte aan
de vensters en joeg de bladeren met
toornig ongeduld op.
Toch was Gerlinde op de thee ge-
bomen. Men zat in Josta's blauwe sa
lon en graaf Rainer was heengegaan
«m met Heilmann te spreken. Josta
«at bij den haard en staarde naar
Gerlinde, die Rainer liefhad. En zij
beek naar de mooie, blonde vrouw,
als zag zij haar voor de eerste maal.
Opeens begreep zij Gerlinde's onver
klaarbaar gedrag. Zij begreep plotse
ling, waarom Gerlinde haar haatte
en kon het begrijpen. Als haar ver-
vw»3SSbkm...
moeden juist was, wat had zij Ger
linde dan wel niet ontnomen! Tege
lijkertijd had Josta in haar grootmoe
digheid het gevoel, als was zij Ger
linde nader gekomen. Leed Gerlinde
misschien niet dezelfde pijnen als zij
zelf? Onder den indruk van dit ge
voel stond Josta op, ging op Gerlinde
toe, die peinzend naar den storm
keek, legde haar hand op haar schou
der en zeide toonloos:
„Ik begrijp niet, Gerlinde, waarom
Rainer niet jou tot vrouw heeft ge
nomen. Jullie beiden had veel beter
bij elkander gepast."
Gerlinde keek Josta verschrikt aan.
„Hoe kom je daarbij?" vroeg ze
haastig en op ruwen toon.
Josta streek zich, tot bezinning ko
mend, over het voorhoofd.
„O, vergeef me, ik ik geloof, dat
ik vandaag in een echt dwaze stem
ming ben. De gedachte kwam plotse
ling in me op ik weet niet hoe.
Rainer en jij jullie begrijpt elkaar
zoo goed zoo goed, dat ik mezelf
hier dikwijls overbodig voel."
Gerlinde's gezicht beefde van ont
roering. Dat alles kwam zoo plotse
ling, zij was er in het geheel niet op
voorbereid.
„Ben je misschien jaloersch?" pro
beerde zij te spotten.
Ernstig en nadenkend keek Josta
in haar onrustig glanzende oogen.
„Jaloersch? Op jou? O neen, dat
is het niet, Gerlinde. Wij weten toch
beiden, dat Rainer een ander lief
heeft. Ik bedoelde alleen, waarom hij
die toch zonder liefde een vrouw
zocht, niet het eerst aan jou gedacht
heeft."
O, je bedoelt, omdat wij, wat leef
tijd betreft, beter bij elkaar gepast
zouden hebben, omdati. ;r>er voor
mij niet te oud zou zijn gew. st
zei ze met spanning.
„Misschien ook dat, Gerlinde. Jij
bent rijper dan ik en kunt ook geeste
lijk meer voor hem zijn."
„Schat je jezelf dan zoo gering
„Neen, niet gering. Waarom zou
ik zei Josta eenvoudig, met edelen
trots. „Maar ik heb dikwijls het ge
voel, dat jij dichter bij Rainer's ge-
dachtenwereld staat dan ik. Daarom
dacht ik erover, waarom hij niet
eerst aan jou gedacht heeft, toen hij
wilde trouwen."
De» gravin dwong zich tot kalmte.
Zij dacht met blijdschap
Het is, zooals ik gehoopt had. Zij
heeft Henning lief en verlangt naar
haar vrijheid. Daarom denkt zij zoo.
O, het spel kan ernstig worden je
behoeft enkel maar te willen ik
help je met duizend vreugden.
Toen keek zij glimlachend naar
Josta op.
„Dwaas vrouwtje, wat heb jij voor
vreemde gedachtenWie weet, wat
Rainer gedacht heeft, toen hij een
vrouw zocht. Misschien zag hij in mij
slechts de weduwe van zijn neef en
dacht hij, dat ik hem zou afwijzen.
Een man loopt niet graag een blauw
tje. Maar laten we er niet meer
over praten het leidt tot niets."
Gravin Gerlinde wilde tijd winnen
om te overdenken, hoe zij het ver
standigst kon handelen. Te gelege
ner tijd zou zij 't thema weer opne
men.
Voordat Josta iets kon antwoor
den trad een bediende binnen, die
meldde, dat de graaf de gravin ver
zocht in zijn kamer te komen, daar
hij iets zakelijks met haar te bespre-
sche schepen liggen. Hei ergste was
evenwel, dat de aanwezige Duit-
scher haar te verstaan gaf, in geen
geval te kunnen ingrijpen, al gold
het Nederlanders. Rome zou dat
wel doen, d.w.z. het Nederlandsche
gezantschap aldaar. Rome heeft
echter niets van zich laten hooren
en het komt mij dus voor, dat wij,
Nederlanders, in den vreemde ver
toevende, niets van onze Nederland
sche vertegenwoordigers te ver-
wachien hebben. Een toestand, die
m i. toch dient te worden onder
zocht en die herhaaldelijk en vooral
door menschen, die zeer veel en lang
op reis zijn, wordt bevestigd. Wie
zal zeggen hoeveel menschen zich
in Italiaansche gevangenissen be
vinden, enkel en alleen omdat zij
Hollanders zijn, wanneer deze zich
niet kunnen redden met één of
meerdere talen? Laat ik u zeggen,
dat niemand zich voor je interes
seert. Dat alles ongedaan was ge
bleven ais ik niet zelf scherp was
opgetreden. Geen enkele inlichting
wordt verstrekt en niemand deelt
je mede hoe en tot wien je je wen
den kunt. Bovendien wordt men
gewoon op water en brood gezet,
zoodat, wanneer weinig of geen
geld in je bezit wordt gevonden, je
leed niet te overzien is, daar je dan
geen middagmaal uit een restaurant
kan worden verstrekt. Niemand ter
wereld weet waar je zit en men
kan verdwijnen zonder dat er een
haan naar kraait. Het ergste isbo
vendien, dat men is overgeleverd
aan jongelieden, die in Italië de
lakens uitdeelen en er prat op gaan
dat zij politieman werden.
Het is gewoonweg bespottelijk
hoe overal dergelijke knapen voor
je neus komen te staan en met
ophef en gewichtigheid oogenblik-
kelijk mededeeien, dat 'ze tot de
politie behooren. Althans, dat onder
vonden wij vanaf het oogenblik,
ECHTE FRIESCHB
20-50'ctper om
dat wij vrij heetten te zijn. Een
dergelijk jongmensch heeft mij ook
laten gevangen nemen.
't Is wel noodig, gelooven we, dat
door onzen Minister van Buitenland-
sche Zaken over een en ander inlich
tingen wordt verzocht.
Dat men toezicht houdt op binnen
komende vreemdelingen, is natuurlijk
Italië's recht, al is de manier waarop,
een kwestie van smaak, waarover men
met de heeren fascisten van meening
kan verschillen.
Dat er eens bij vergissing een ver
keerde wordt aangehouden, dat is ook
nog tot daaraantoe.
Maar dat men zonder nader onder
zoek vermeende politieke samenzweer
ders zoo maar in de cel stopt tus-
schen dieven en moordenaars, dat
men hen op extra-kosten jaagt en dan
ken had.
Josta keek verbaasd op, en maakte
tot den bediende een beweging, dat
hij kop gaan.
„Het zal. over Waldow zijn," zeide
zij toen.
„Je verontschuldigt me wel, Ger
linde En wees niet boos om mijn
woorden."
De gravin schudde het hoofd.
„Hindert niets, Josta. Men is wel
eens in de stemming om dwaashe
den te denken en te zeggen."
Toen Josta de kamer verlaten had,
sprong de gravin op en drukte haar
handèn tegen haar kloppend hart.
Ja waarom is hij mij voorbijge
gaan waarom Als je wist, hoe
vaak ik dat mezelf onder de grootste
kwellingen heb afgevraagd, dacht zij.
Peinzend ging ze weer zitten.
Klonk niet de wensch naar bevrijding
uit Josta's woorden Als zij maar
eens in haar ziel kon lezen, als zij
maar niet zoo gesloten was Slechts
de zekerheid te hebben, dat zij Hen
ning liefheeft Ik geloof het, maar
ik moet het weten Slechts een blik
in haar dagboek Ik zou de schrijf
tafel kunnen stukslaan".
Zooals zoo dikwijls dreven haar
gedachten haar naar Josta's schrijf
tafel. Daar Josta in Rainer's kamer
was, kon zij ongestoord in 't gehei
me vak kijken. Sinds weken had zij
daartoe geen gelegenheid gehad.
Toen zij voor de schrijftafel stond en
het vak opende, vond zij het dichtge
vouwen papier. Haastig greep zij er
naar, vouwde het open en las: „Kom
niet weer hier, men zal het anders
ontdekken, trots alle voorzichtigheid".
Zij zag dadelijk, dal het Henning's
schrift was, en het viel haar in het
Opleiding voor de practljk
en voor alle examens.
Repetitiecursus voor
afgewezen candidaten.
Bij voldoende deelname worden
de lessen te Waalwijk gegeven.
Bij meerdere deelname billijke
conditiën. 44976
Aanmelding schriftelijk.
Leeraar M. O. Boekhouden
Boerhaavestraat 24 Tilburg.
geheel niet in, deze woorden met
zichzelf in verband te brengen. Zij
verklaarde den inhoud geheel volgens
haar eigen wenschen en zij was er nu
zeker van. dat er tussclien Henning
en Josta reeds een geheime band .be
stond. Zij hadden e"Kander lief en
hadden eikaar ergens getroffen, waar
zij veilig meenden te zijn. Henning
nad toen gemerkt, dat men hen toch
kon beluisteren, en daac er geen.
dere gelegenheid bestond om Josta te
waarschuwen, haar het biljet in de
hand gegeven. Josta had er niet van
willen scheiden en liet in de geheime
lade geborgen.
Zoo verklaarde Gerlinde het schrij
ven. Haar oogen glansden; dat was 'n
kostbare ontdekking. Zij geloofde
haar doel bijna bereikt te hebben.
Wanneer Henning met Kerstmis zou
komen, zou zij alles kunnen regelen.
Slechts ongaarne scheidde zij van 't
papier en legde het weer op zijn
plaats. In haar opwinding lette zij er
in het geheel niet op, of zij het pre
cies neerlegde, zooals het gelegen had.
En zoo bemerkte Josta nog denzelf
den avond, dat een vreemde hand 't
blad had aangeraakt. Dat het Gerlin
de's hand was geweest, daaraan twij
felde zij in het geheel niet.
Maar deze zekerheid wond haar
minder op, dan zij van te voren ge
dacht had, omdat zij nu meende te
weten waarom Gerlinde zich tot deze
daad vernederde. En zij moest haar
meer beklagen dan verachten.
Wordt vervolgd.
v-,
m
liiiwykscle en Langstraatseke Conranb
i