Gem Nyl Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ROODE ROZEN. FEUILLËTOH GEMEENTERAAD. UMMER 62. WOENSDAG 6 AUGUSTUS 1930. 53e JAARGANG. ^0P7OO^' Dit blad varacbgnt WOENSDAG «n ZATERDAG. Brieven, lagenenden stukken, gelden, franco te nendAn nan den Uitgever. Abonnementuprfla per S mnan&em 1.26. franco per poet doer kat geheel* r|k 1.46. ÏJITGA VB t WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoo» N®. SS» S«l«fr.-Aaw»; SCMÖ. l'rfe des AdvcartentlSn 20 cent per regel; Bitmhmum 1.60. B« contract flink rabat. Bedamee 40 cent per regel. Ad verten tiSc. moeten Woensdag en dev mor gene oia «lbsxijk P In oh* beaSt 08». DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. EERSTE BLAD. WASPIK. Vergadering van den Gemeenteraad op Vrijdag 1 Aug. nam. 6 uur. Voorzitter de Edelachtb. Heer P. Dekkers. Afwezig de heer Schaapsmeerders. De notulen worden onveranderd goedgekeurd. 1. Mededeelingen. De Voorzitter zegt, dat van de Re geering een schrijven is ingekomen, verband houdende met de nieuwe wet op de financieele verhouding. Hieruit blijkt, dat de uitkeering per inwoner voor deze gemeente is vastgesteld op 4.6301. De. Voorzitter zegt, dat men bij de bestrating van de havenkade nog on geveer 4000 keien tekort komt, B. en W. vragen aan den Raad crediet om de benoodigde steenen bij te koopen. In verband hiermede vestigt de heer Brokx de aandacht op den slechten toestandvan de Diepstraat. Wanneer men deze gaat verbeteren, dan moet het ook ineens goed worden gedaan. De Voorzitter meent dat men niet op een duizend keien moet kijken, 't is beter de zaak ineens goed te doen. De keien zijn toch goedkoop genoeg. De heer Brokx betreurt het dat achter aan de havenkade zulke goede keien worden gelegd, terwijl de Diep straat maar blijft liggen. Spr. acht 't beter de nieuwe keien in de Diep straat te leggen. De heer Langerwerf is van oordeel dat de Diepstraat beter met klinkers kan worden bestraat. De Voorzitter acht het beter daar nog eens rustig over na te denken, nu wil men toch allemaal wat anders. De Diepstraat is nog zoo erg slecht van „De Echo van het Zuiden." door HEDWIG COURTHS-MAHLER. 62. Toen Josta, nadat zij Gerlinde al leen had gelaten ,in het studeerver trek van haar man kwam, trad deze haar met een ernstig gezicht tege moet. Zij keek hem vragend aan en bemerkte, dat hij er, zooals veelal den laatsten tijd, bleek en afgemat uitzag. Zij waagde echter niet meer hem ernaar te vragen, nadat hij haar eens zenuwachtig en ontwijkend had geantwoord, dat zij, er maar niet op zou letten, hij had zeer veel te doen, in den winter zou dat wel weer beter worden. Hij nam nu haar hand en bracht haar naar een stoel. >,Ik heb je verzocht hier te komen, mijn lieve Josta, omdat wij in jouw kamer niet zeker zijn niet door Ger linde gestoord te worden. En wat ik nu met je te bespreken heb, duldt geen storing", zeide hij ernstig. Zij ging zitten. Spreek, Rainer, wat heb je me te zeggen?" Hij nam plaats tegenover haar. >,Het is over dien brief, dien je va der je heeft nagelaten. Je hebt me niet; mocht men later nog keien over hebben, dan kan men nog verder zien. Spr. meent dat de oude keien uit de kade nog wel voor de Diepstraat ge bruikt kunnen worden. De heer v. d. Rijken is van oordeel dat het achterste deel der kade niet zooveel gebruikt wordt. De Voorzitter meent dat dit wel 't geval is. Spr. zegt dat 4000 steenen wel ongeveer genoeg zullen zijn om de beide kaden te bestraten. B. en W. stellen voor te koopen 4000 steenen of zooveel meer als noo- dig zou blijken. De Raad kan zich met algemeene stemmen met dit voorstel vereenigen. 2. Aanbieding gemeenterekening over het dienstjaar 1929. 3. Benoeming commissie van on derzoek. De Voorzitter stelt voor te benoe men in de commissie de heeren v. d. Rijken, Schaapsmeerders en Smits. Deze heeren worden met bijna alge meene stenfmen gekozen. 4. Vaststelling rekening Burger lijk Armbestuur over het dienstjaar 1928. De Voorzitter der Commissie van onderzoek, de heer Ruijtenberg, zegt dat de rekening in orde is bevonden. Het is hem echter tegen gevallen nu pas de rekening over 1928 te hebben gekregen, zoodat men nog een jaar achter is. Bovendien staan van deze rekening nog enkele posten open. De Voorzitter zegt er het Armbe stuur op te zullen wijzen dat de reke ning voortaan tijdig moet binnenko men, ook al zijn de pachten nog niet binnen. De raad besluit de rekening goed te keuren. 5. Vaststelling verordeningen in verband met de wet op de Financieele verhouding tusschen Rijk en Ge meente. De leden hebben hierover een uit- i voerig prae-advies ontvangen. De i Voorzitter licht dit nog nader toe en hij wijst vooral op de groote voordee- reeds eenige malen er naar gevraagd, maar ik wilde, dat je eerst nog wat rustiger zoudt worden. Nu is 't ech ter wel den tijd, dat je van dezen brief kennis moogt nemen. Hier is hij, lees hem door, zoo rustig je kunt. Dan zullen we verder erover spreken". Josta greep met onvaste hand naar den brief. Rainer was zoo plechtig. „Ik weet het niet, Rainer, ik ben zoo bang", zei ze zacht. Hij streek haar vaderlijk over het haar. „Ik ben immers bij je, mijn kleine Josta". Josta's lippen beefden. O, dat zij nooit iets meer voor hem was dan zijn „kleine Josta"! Geen twijfel: Rai ner beschouwde haar nog steeds als een kind. Langzaam opende zij het verzegel de schrijven en las: „Mijn innig geliefde Josta, mijn lief kind! Wanneer jij dit schrijven leest, behoor ik niet meer tot de le venden en wanneer je het gelezen zult hebben, zal je weten, dat er ook in mijn leven een oogenblik is geweest, waarop ik laf was. Ik vreesde, je volle liefde te verlie zen, als ik je vertelde, wat wij, mama en ik, zoo lang voor je verborgen heb ben gehouden. Lief kind, wij hadden geen recht op je kinderlijke liefde, tenminste niet door je geboorte. Dat recht hebben wij eerst trachten te verwerven door onze trouw en liefde. Want, mijn lieve Josta, je was niet in werkelijkheid onze dochter, maar de dochter van mijn broer George uit zijn eerste huwelijk met barones van ien die hieraan voor de gemeente en voor de inwoners verbonden zijn. Spr. beveelt dan ook ten sterkste aan om de voorstellen van B. en W. goed te keuren. De voorstellen van B. en W. zijn de volgende Voor de personeele belasting de gemeente te rangschikken in de 8e klasse, met een heffing van 50 op centen Voor de gemeentefondsbelasting de gemeente te rangschikken in de 3e klasse. Om de groote belastingverminde ring voor de ingezetenen aan te too- nen noemt spr. enkele cijfers Iemand met een inkomen van 2000.— en zonder kinderen, moest vroeger betalen in totaal 136,40 in de toekomst zal hij betalen 76,80. Iemand met een inkomen van 3500.en met twee kinderen, be taalde vroeger 307,90, en in de toe komst 165. De heer Brokx merkt op dat men ook in de andere gemeenten verheugd is over de nieuwe regeling, deze is Holden. Je moeder stierf bij je ge boorte en daar wij zelf geen kinderen hadden en je vader een tijd later met de zangeres Leonore Hainau trouw de, met wie hij naar Amerika ging, namen wij je als kind aan. Je kent uit mijn verhalen het verdere lot van mijn broeder je vader. Hij stierf na twee jaar in een duel en toen werd je ons in werkelijkheid een lieve doch ter. Zoo zeer wenschten wij, dat je van ons zoudt zijn, dat wij je nooit de waarheid omtrent je geboorte vertel den. Je moest je nooit anders voelen dan ons geliefd kind. En dat heb je gevoeld, nietwaar Josta? Je hebt niets gemist, vooral teedere ouderliefde niet. Het liefst had ik het je voor altijd verzwegen, maar hoe ouder je wordt, hoe meer I je op je vader gelijkt, voor zoover een i vrouw op een man kan gelijken. Hij was een zonnige, en ook een knappe man, die alle harten won. Ik heb je geleerd, hem als mijn broeder in vriendelijke herinnering te houden. En na mijn dood zul je weten, dat hij je vader was. Ik heb hem zeer liefge had, ofschoon ik hem reeds voor zijn dood verloren had, daar ik zijn twee de huwelijk niet kon goedkeuren. In jou zag ik een heilige nalatenschap en ik had je zoo lief, alsof je mijn dochter waart. Je moeder was een wees en van haar kant zijn er geen verwanten meer over. Van het tweede huwelijk van je vader heb ik nooit meer iets gehoord. Toen je vader stierf, zond zijn vrouw mij een gedrukt doodsbe richt en een* krantenuitknipsel over het duel, waarin hij gevallen was. Hij dan ook een beduidende verbetering. De heeren Ruytenberg, Smits en v. d. Rijken vragen nog enkele in lichtingen. De heer v. d. Rijken meent dat men juist andersom te werk gaat als j thans. Nu kijkt men eerst wat men noodig heeft, en bepaalt daarnaar de belasting, in de toekomst doet men het juist andersom. Spr. vraagt nog of de schoolgeld heffing ook nog met deze belastin gen samen valt, ofdat deze er niets mee heeft uit te staan. De voozitter zegt dat dit er ge heel buiten staat. De heer v. d. Rijken meent dat het dan billijk was om ook deze verorde ning te herzien, vooral in het belang der menschen die veel kinderen op school hebben. De voorstellen van B. en W. wor- j den hierna met algemeene stemmen I aangenomen. De voorzitter zegt nog eenige me dedeelingen te willen doen. De vorige vergadering heeft de raad besloten om zijn medewerking te verleenen bij de verbouwing der school. Nu is er een kleine wijziging gekomen in de cijfers. De meisjes school was geraamd op 2500.nu komt de gedetailleerde rekening van den architect op 3652. De pastoor heeft de school toch aanbesteed, maar spr. vond het 't bes te om den Raad even in kennis te stellen, daar de raming en de aanbe steding een verschil maken van 1100.Waarschnijlijk heeft de ar chitect bij de raming een fout ge maakt. De heer v. d. Rijken zegt, dat hij er geheel anders tegenaan had gekeken. Hij meende, dat men volgens de Schoolwet verplicht was om mede werking te verleenen, en dat die cij fers maar een schema waren van wat te wachten stond. Spr. uit zijn misnoegen over het feit, dat men vanuit Den Haag voor schrijft, hoe men moet bouwen. Hij stierf als verdediger van de eer zijner vrouw. Ik had niets op haar persoon te zeggen, alleen vond ik het verkeerd dat mijn broer door haar den dienst moest verlaten. Haar trots heeft haar waarschijnlijk niet toegelaten, dat zij mij later nog over zichzelf berichtte. Of zij dien tijd nog als zangeres is op getreden, weet ik niet. Ik heb haar tamelijk bekenden naam nooit meer gehoord, ofschoon ik in de couranten er naar keek. Ziezoo, mijn lief kind. Al het ande re is je bekend. En nu heb ik nog één verzoek aan je: Schenk ons ook in de toekomst in je gedachten den vader en moedernaam, wij hebben eerlijk getracht, die te verdienen en je bent altijd ons lief, dierbaar kind geweest. Ik weet, dat wij altijd zoo in je hart zullen blijven voortleven. En daarom onderteeken ik ook de laatste woor den, die je van mij zult lezen, als je liefhebbende vader" Josta had tot het einde toe oplet tend gelezen. Wat zij uit dezen brief vernam, schokte haar slechts weinig. Zij was alleen verbaasd, dat zij niet het kind van haar innig geliefden va der was. Maar de waarheid verander de niets aan haar liefde; zij voelde zich nog altijd zoo één met hen, dat zij zich niet als dochter van andere ouders zou kunnen indenken. Zij was slechts een weinig bleek en haar oogen glansden vochtig. „Wist je, Rainer, dat mijn ouders me als kind hadden aangenomen en dat ik het kind van papa's broer ben? „Ja, ik vernam het op den dag, toen ik om je hand vroeg. Je vader zeide me, dat jij het pas na zijn dood betreurt het dat de gemeenteraad daartoe zelf niet capabel wordt ge acht. De heer Brokx zou in overleg wil len treden met het schoolbestuur. De Voorzitter zegt, dat het school bestuur ook zoo zuinig mogelijk is, maar er moet gebouwd worden, zoo als dat voorgeschreven is, de pastoor kan ook zijn eigen weg niet gaaji, de Rijksbouwmeester schrijft hem voor hoe het moet, maar hij wil nu toch nog op zijn zuinigst te werk gaan. De heer v. d. Rijken meent, dat dit wel een kwestie is, waarin de veree- niging van Ned. Gemeenten moest optreden. De Voorzitter zegt, dat ook deze daaraan niets kan doen, het is nu eenmaal wet. De gemeenteraad heeft er overigens weinig mee te maken, 't is maar een formaliteit. De heer Pruijssers vraagt of de school publiek is aanbesteed, waar op de Voorzitter bevestigend ant woord. De heer Brokx protesteert er tegen dat 8.5% aan den architect gegeven wordt. De Voorzitter zegt in besloten ver gadering nog eenige mededeelingen te willen doen. Verder is nog een schrijven inge komen van J. de Hond. Deze wil de havenkade huren voor het plaatsen van tonnen. B. en W. stellen voor met De Hond een contract aan te gaan van 3 maanden; dat dan telkens ver lengd kan worden, zoodoende be houdt de Gemeente de noodige vrij- heid. In het contract zullen de bepa- lingen worden opgenomen, dat hij slechts 2 tonnen naast elkaar mag plaatsen, en hem alleen vergunning wordt verleend voor Vrijdag en Za terdag. De heer Pruijssers vraagt over welke lengte de tonnen geplaatst mo gen worden. De heer v. d. Rijken zegt, dat, wan neer de tonnen niet Zaterdags gelost kunnen worden, hij ze maar recht te weten zoudt komen. Hij vreesde, dat een vervreemding, hoe klein ook, de harmonie van jullie verhouding zou verstoren." Zij schudde het hoofd. „Daarvoor had hij niet behoeven te vreezen. Ik ben immers toch hun kind geworden. Alleen had ik ze nog meer lief gekregen. Want van mijn werke lijke ouders kon ik me immers geen voorstelling maken". „Maar heeft je papa je over je va der gesproken?" „Ja, vroeger zeeir djikwijls en in lieve bewoordingen. Hij heeft me ook dikwijls een portret van mijn werke lijke ouders getoond. Het hangt op Waldow. Ik zal het nu, wanneer ik er kom, met andere oogen bekijken. Maar al zal het nu ook warmere ge voelens bij mij opwekken, mijn in nigste, dankbaarste liefde behoort toch den beiden menschen, die ik als mijn ouders gekend heb." „Dat begrijp ik, Josta, en het ver heugt me. Als je vader dat nog had kunnen hooren!" „Hoe kon hij veronderstellen, dat die bekentenis aan mijn liefde voor hem afbreuk zou doen?" „Ja kind liefde maakt angstig. Men wil niet graag verliezen, wat men eens bezeten heeft!" „Wie zou ik dan anders liefgehad hebben? Mijn ware ouders waren toch beiden dood en de tweede vrouw van mijn vader komt toch niet in aanmer king". Wordt vervolgd. i De Echo van het Zuiden, faaUykscbr en Langstraatsclie Courant, w.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1930 | | pagina 1