Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ROODE ROZEfl. i!» FEUILLETON GEMEENTERAAD. [MER 82. WOENSDAG 15 OCTOBER 1930. 53e JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG, grieven, Ingezonden stukken, gelden enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. [ranco p. post door Jt geheele rijk 1.40. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. Bij contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. EERSTE BLAD. OEERTRUIDENBERG. Gemeenteraadsvergadering van Vrij- ag 10 Oct. n.m. 2 uur. Voorzitter de EdelAchtb. heer J. Bianchi, burgemeester. Aanwezig alle leden. De notulen der vorige vergadering worden onveranderd vastgesteld. Aan de orde: 1. Mededeeling procesverbaal van tasopname over het 3e kwartaal 1930. Op 25 Sept. is door B. en W. de kas opgenomenkas en boeken zijn In orde bevonden. 2. Wijziging begrooting van de Stedelijke Godshuizen dienst 1930. Deze overschrijving tot een bedrag van f 1147.— is noodig in verband met de herstellingen in de Gasthuis straat. Wordt goedgevonden. 3. Aanbieding van de Gemeente- begrooting dienst 1931 en de daarbij behoorende bedrijfsbegrootingen. B. en W. bieden de begrooting aan deze zal 14 dagen ter viste liggen. De commissie tot onderzoek der begroo- ling bestaat uit de Heeren Waalwijk, Timmermans en Weth. de Kroon. De begrooting wordt dit jaar later dan gewoonlijk aangeboden, met het oog op de nieuwe financieele verhou dingswet, en de wijzigingen die daar door noodig waren. De Voorzitter verzoekt de commissie dan ook, zoo spoedig mogelijk met het nazien der begrooting te beginnen en zoo mogelijk nog binnen 14 dagen rapport uit te brengen. 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot hel rooien en ver- koopen van 44 Iepeboomen. Het rapport van het Staatsbosch- beheer hierover is nog niet ontvangen. De houtvester heeft reeds 44 boomen aangewezen, die gerooid zullen moeten worden, en om hier zoo spoedig mo gelijk mee te kunnen beginnen doen B. en W. reeds bij voorbaat dit voor stel. Wanneer dan het rapport ont vangen is kan direct de goedkeuring van Ged. Staten op dit raadsbesluit worden gevraagd. De heer Timmermans vraagt hoe B. en W. over de aanplanting denken. Spr. is van meening dat het moeilijk zal zijn reeds te gaan aan planten zoolang er nog groote hiaten zijn. De Voorzitter antwoordt dat de boomen die langs den provincialen weg staan, nog dit jaar gerooid zullen worden. Op net oogenblik heeft de houtvester goedgevonden dat de boo men vanaf het Station tot het Plantsoen, niet gerooid mogen worden, daar kan dus geplant worden. Timmermans. Is het ook de bedoe ling dat er langs den weg naar Sta tendam ook geplant wordt? Voorzitter. Dat is nog niet te zeggen, die weg is van de provincie, en in verband met een voorgenomen ver breeding kan daar nog geen besluit in worden genomen. De heer Timmermans vraagt of het mogelijk is schadevergoeding te eischen wanneer daar niet opnieuw geplant mag woiden. De Voorzitter antwoordt dat dit niet mogelijk zal zijn, daar de weg van de provincie is en de gemeente daar in dertijd plantrecht op heeft gehad. Het is slechts een vergunning, die opge zegd kan worden. De heer Fuldauer vraagt hoe de verkoop der boomen zal geschieden. De Voorzitter acht het 'l beste dit, als gewoonlijk, bij opbod te doen. Met de prijzen die op deze manier worden opgebracht kan men tevreden zijn. 5. Ingekomen stukken. ingekomen zijn de goedkeuring op de verordening tot het htffen van 90 opcenten op de Pers. Bel.; Idem tot plaatsing der gemeente in de 7e klasse voor de Pers. Bel.; Van Ged. St. goedkeuring van het raadsbesluit van 25 Juli tot verkoop van grond aan Lodewikus. Deze stuk ken worden kennisgeving aangenomen. Verzoek van de Ver. tot Behartiging der Belangen van Zielzieken, om lid van deze vereeniging te worden, tegen een jaarlijksche contributie van f 50. Wordt afgewezen op dezelfde gron den als vroegere subsidie-aanvragen. Van de bewoners van de Markt aan de zijde van het Sterrestraatje is een verzoek ingekomen om het Sterre straatje te rioleeren, daar dit door de slechte waterafvoer dikwijls zeer vuil is. De adressanten verplichten zich allen bij het rioci aan te sluiten. B. en W. zijn niet ongenegen om in dit straatje een riool te leggen. Er moet echter voorop gesteld worden, dal men in andere deelen der gem. niet gaat denkenwanneer wij een request insturen krijgen wij ook een riool. Wij moeten rekening houden met onze financieele draagkracht. In het Sterre straatje is de toestand echter zeer slecht, daar loopt net regenwater van de daken gewoon in open goten wat vooral 's winters moeilijkheden op levert. ;Het komt er op neer, dat ran „De Echo van het Zuiden." door HEDWIG COURTHS-MAHLER. Nog dienzelfden avond keerden graaf Rainer met zijn vrouw, zijn schoonzuster en zijn broeder naar Hamberg terug. Natuurlijk was Maggie in het ge volg van haar jonge meesteres, de ge lukkige Maggie, die van trots straalde, Hat haar Miss zulk een knappen en voornamen bruidegom had gevonden! Gravin Gerlinde hoorde het rijtuig dat de vier gelukkige menschen tu- 'ugbracht, voorbij haar huis gaan, waar zij dacht, dat de beide heeren alleen waren teruggekeerd. Dien avond ging zij niet naar het kasteel. Zij vond slechts haar kame- uier. Deze moest één van de bedien den vragen of de heeren weer thuis waren. De bediende, wien de kame- uier het vroeg, was echter door de komst van zijn heer zoo in beslag ge- oomen, dat hij haar slechts kort ant woordde en niet vertelde, dat gravin Hosta ook meegekomen was. Toen gravin Gerlinde dien avond verdrietig naar bed ging, keek zij nog eens uit haar venster naar het slot. VRT> de geheele straat herstraat zal moeten worden, wanneer hiervoor geen nieuwe steenen gebruikt worden zal dat alles bij elkaar uitkomen op een bedrag van f 500. Het is wenschelijk het riool reeds op de Markt te laten beginnen, daar deze op die plaats ook wel een betere afwatering mocht hebben. Een be zwaar hierbij is echter, dat het eerste huis in de Sterrestraat zeer zwak is en er mogelijk gevaar voor instorten zou kunnen ontstaan. Wanneer de gemeente eventueel het huis zou moesten herstellen, zou de heer Timmermans liever het riool voor bij deze woning laten beginnen, daar de kosten anders te hoog zouden worden. De Voorz. merkt op, dat er al meer maatregelen genomen zijn om dat huis te beveiligen. De heer Timmermans acht verbete ring van het Sterrestraatje temeer gewenscht, daar het een toegang is tot de Elisabethstraat. Goedgevonden. Verzoek van j. P. G v. d. Meer, secr. v. d. Vrijwilligen Landstorm om een vergoeding van f 30 voor de reis kosten der jongelui, die den landstorm dag te Oisterwijk bezocht hebben. De Voorz. heeft ook reeds monde ling met den heer v. d. Meer hierover gesproken. Het plan was om het ver zoek te doen voor den Landstormdag, doch in verband met het verlof van den burgemeester is dit achterwege gebleven. Spr. wijst op het groote landsbelang dat door deze vereeniging gediend wordt. Besloten wordt de Bergsche Land- stormers de reiskosten te vergoeden tot een bedrag van f 30. Request van den R K. Werklieden bond, om le. den prijs van het water te verlagen, en 2e het geld wekelijks te doen ophalen. Het is reeds meermalen gezegd dat er pogingen worden gedaan om ver laging van het tarief te krijgen, dat is echter niet in hander. van 't gemeente- En zij verwonderde zich, dat zij zoo veel licht zag. Zelfs in Josta's vertrek ken brandde overal licht. Zij haalde niet begrijpend haar schouders op. Zij vermoedde niet, dat de meesteres van Ramberg in de vertrekken ver toefde. Den volgenden dag vond zij het toch noodig weder op het kasteel te gaan dineeren; zij hoopte de beide heeren dan weer te zien. Zonder het geringste vermoeden trad zij de eetzaal binnen en zag dat er voor vijf personen gedekt was. Bevreemd keek zij naar de feestelijk gedekte tafel. Waren er dan gasten op het kasteel? Maar Voor zij een be diende ernaar kon vragen, ging de deur open en Rainer trad binnen met Josta aan zijn arm beiden met stra lende, gelukkige gezichten, en achter lien, niet minder gelukkig, Henning met Gladys. Met bleek vertrokken gezicht keek gravin Gerlinde naar de vier men schen. Zij kon zich nauwelijks *be- heerschen. Graaf Rainer had zeer streng tegen Gerlinde willen optreden, maar Josta had hem verzocht het niet te doen. ;,Dat mag je niet, Rainer. Gerlinde heeft je lief en wat zij gedaan heeft, geschiedde slechts uit jaloezie en lief de. Je moet haar sparen, want ze is niet gelukkig en ze zal nog ongeluk kiger zijn, als ze bemerkt, dat wij elkaar hebben gevonden." En nu trad Josta het eerst op Ger linde toe en reikte haar de hand. „Ik ben teruggekeerd Gerlinde, om- bestuur, dat wordt door den minister bepaald. De Voorzitter heeft het advies van de Waferleidingmij. gevraagd, en deze heeft geantwoord dat door haar al het mogelijke wordt gedaan om den prijs verlaagd te krijgen. Aan het tweede verzoek kan niet voldaan worden, daar een dergelijke wijze van incasseeren de kosten veel te hoog zou opvoeren. Bij de gemeente Loonopzand heeft spr. geïnformeerd wat het antwoord was op haar request betreffende deze kwestie. De condities bij andere maat schappijen zijn echter nog veel on gunstiger. Wel is toegezegd dat op de Rijksbegroottng een post zal worden uitgetrokken waaruit tegemoetkomingen kunnen worden verleend. Terugkomende op het 2e verzoek zegt spr. dat dit feitelijk in tegenstel ling is met het eerste. Wanneer de gelden wekelijks moesten worden op gehaald zouden de kosten van admi nistratie veel hooger worden. De mogelijkheid zou wel bestaan dat de Werkliedenvereeniging zeif voor een wekelijks ophalen zorgde. Ook zou de waterleiding kunnen worden betaald door de huiseigenaren, die dan weer hun wekelijksche huur kunnen ver- hoogen. De heer Timmermans doet het voorstel om den middenweg te be wandelen, en bij hen die het verzoeken maandelijks inplaats van 3 maandelijks de kosten te incasseeren. De Voorzitter acht het geen bezwaar dit aan de Waterleidingmaatschappij te verzoeken. De heer Sassen wijst op de onsym pathieke houding die de Maatschappij dikwijls aanneemt. Nog pas wilde men een arm en werkloos man de gevan genis insturen omdat hij niet op tijd kon betalen. Spr. meent dat het platte land in deze gevallen te veel achteruit gezet wordt. Waarom kunnen geen gunstiger voorwaarden bedongen wor den vraagt spr. zich af. Voorzitter. Het antwoord op het request van Loonopzand geldt niet alleen voor ons, maar voor alle plaat sen. dat nu tusschen Rainer en mij alles goed geworden is. Je vergiste je in je vermoeden, dat ik Henning liefhad. Mijn hart heeft altijd aan Rainer toe behoord. En onze lieve Henning zal gelukkig zijn. Zie mijn zuster Gladys, die zoo op mij lijkt, heeft hem gene zen en zal zijn vrouw worden. Je ziet gelukkige menschen voor je, die je graag willen laten deelnemen aan hun geluk. Geef mij je hand, Gerlinde, nu wil ik werkelijk een vriendin voor je zijn, als je het wilt." Gravin Gerlinde hoorde dit alles aan als in een pijnlijke droom. Maar Josta's woorden vonden geen weer klank in haar hart. Zij keek de jonge vrouw aan met onverholen haat in haar blik en stiet haar hand terug. En toen Rainer zijn vrouw bescher mend in zijn arm nam, keerde haar blik zich ook vol haat tegen hem. Haar liefde voor hem, die altijd zoo egoïstisch was geweest, sloeg tot haat over. „Ik wil niet storen. Voor aalmoezen ben ik altijd te trotsch geweest. Jullie hebt genoeg aan jezelf. Vaarwel!" Snijdend kwamen die woorden uit haar mond. Trotsch keerde zij zich om en ging opgewonden en met opge heven hoofd de deur uit. „O, wat zijn dat een booze dame zij mag niet zien mijn lieve zuster met zoo booze oogen aan," zei Gladys. „Neen, Gladys, dat zal ook niet meer gebeuren, daarvoor zal ik zor gen," zeide graaf Rainer en kuste zijn vrouw teeder op mond en oogen. „En nu zullen we ons niet verder laten storen. Als ik me niet vergis, zullen we Gerlinde wel niet spoedig weer ontmoeten," zei Henning, ter wijl hij Gladys kuste. „Jij dat zijn niet geoorloofd," zeide zij schalksch. „Hoe kom je daarbij, Gladys, je ziet toch wel, dat Rainer en Josta ons het voorbeeld geven. „O, dat zijn man en vrouw!" „En wij zijn verloofden, en zullen met Paschen ook man en vrouw zijn." „Als ik wil," plaagde zij. Hij nam haar hand en kuste ze vol innigheid. „Je zult willen, mijn Gladys anders wordt ik ziek van verlangen naar je. Zij keek hem teeder aan. „Wat vervelend, dat je vacantie al morgen om is. Je domme overste kan je nog een poosje laten op Ramberg." Hij lachte. „Geef je me een kus, al.s ik nog acht dagen hier blijf?" Zij keek hem blij aan. „Maar je overste?" „Die vindt het goed, ik heb nog acht dagen verlof gekregen." „O, dan zijn je overste een zeer ver standig man." „En mijn kus?" Gladys keek naar Rainer en Josta. Die stonden arm in arm voor het ven ster en keken elkaar aan. Die hadden geen oogen voor andere menschen. Toen nam Gladys Hennings hoofd en kuste hem snel. Maar hij hield haar vast en keek haar teeder aan. „Mijn gouden Gladys." „Heb je mij lief?" vroeg zij zacht. „Alleen jou, mijn lieve Gladys, al leen jou." Toen was zij tevreden. En hu ging men eindelijk aan tafel. Gravin Gerlinde vertrok den vol genden morgen naar St. Moritz, zoo als zij graaf Rainer in een koud briefje mededeelde. Toen met Paschen de bruiloft van graaf Henning met Gladys von Wal- dow gevierd werd, kwam er een tele gram van Gravin Gerlinde, waarin zij het jonge paar gelukwenschte en te gelijk haar verloving mededeelde met baron Haustein, die groote goederen in Silezië bezat. Daardoor bleef gra vin Gerlinde' geheel van Ramberg ge scheiden. Het Weduwenhuis stond nu weer leeg. Maar op het kasteel Ramberg had nu het geluk zijn intrede gedaan. Zoo dikwijls zij konden, kwamen graaf Henning en zijn jonge vrouw op het kasteel, en tusschen de vier jonge menschen heerschte een ideale ver houding. Barones Rittberg placht tot haar man te zeggen: „Dieti,, als ik de graven Ramberg met hun mooie jonge vrouwen zie, weet ik niet of ik van vreugde lachen of weenen moet. Die vier mooie men schen in zulk een harmonie hij el kaar te zien, is als een godsdienst. Ik voel me vroom en vol dankbaarheid, dat er zoo iets volmaakts bestaat". EINDE. aalwyfesc&e en Laagstraatsclie

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1930 | | pagina 1