I
HEERENBMI
tweede blad.
0e zachte en getuige rooktabak f
30. Zaterd. 11 April '31. 54e Jrg.
I is omtrent de Hervormde Kerk nan
de Haven.
Toestand dier Kerk rond 1800.
door
j. van der Hammen Nicz.
XXXIV.
Thans moet ik eerst melding ma-
jen van eene publicatie van het De-
rtementaal Bestuur van Brabant
■0 26 Juni 1804, welke ik, om den
jjHe der belangrijkheid en wijl zij
]k een eigenaardig licht werpt op
ongeduldige, maar zeer begrijpelij-
e verwachtingen der Roomsch-Ka-
olieken, gedeeltelijk moet afschrij-
ven:
jlet Departementaal Bes uur van
Iraband allen den genen, die deze zul-
hn lien of hooren lezen, salutdoet
It weten:
By ons de zoo lang verwagte aan-
fchryping ingekomen zijnde, die doet
dat het Staats-Bewind dezer Re-
publiefr eene gemotiveerde voordragt
'pcrlangt, opzigtelijk eene algemeene
aolicatie van het constitutioneele be-
Lel van gelijkheid, omtrent de Las-
J m Vrijdommen van alle kerken
a kerkerhuizen in de Bataaf sche Re
pliek, mitsgaders het voorzichtig
tpgen dier applicatie, tot wering
jir misbruiken, welken daaruit an-
i0ns zouden kunnen proflueeren;
0e aanschrijving, die schijnt aan te
luiden, dat men eindelijk bedagt zal
■jjn, om de Dissenters en daar onder
mmamentlijk de Roomsch Catholij-
ie ingezetenen, welken vijftien zes-
Hinde deelen van ons Departement
iiMaken, ten aanzien der verpondin-
jtn en andere Lasten, uit derzelver
Itrkschuren en kerkenhuizen tot
liertoe betaald, van eenen drukken-
èn tast te ontheflen, door dezelven
Ie lang gedragen
loois 't dat wy, ter voldoening aan
mrschrevcn salutaire aanschrijving,
ëonneeren, gelijk wy ordonneeren
ty deze:
Ten eersten. Dat alle godsdienstige
nootschappen in dit Departement,
ieder voor hunne Gemeente, binnen
veertien dagen na publicatie dezer,
an het gemeentebestuur der steden
ra plaatsen, waaronder dezelven res-
arleeren, zullen opgeven: a. Welke
•jtbouiven tot uitoeffening van hun
nen godsdienst, inwoning voor hunne
Pastoren, Predikanten of andere ker-
'Wijke Leeraren, mitsgaders kosters,
mfozers, voorzangers of andere ker
kelijke beampten, door dezelve Ge
motes worden gebruikt of bezeten;
cn op hoedanige. wyze die aan hun zijn
toegekomen; alsmede urelke en hoe-
danige re'èele Lasten, 20en, 40en of
andere Penningen uit en van dezelven
vóór 1795 en tot hiertoe zijn en wor
den gebruikt of bezeten; en op hoe-
danige wijze die aan hun zijn toege
komen; alsmede welke en hoedanige
mie Lasten, 20en, 40en of andere
Penningen uit en van dezelven voor
1795 en tot hier toe zijn en worden
ktaald. b. Alzulke opgaaf, als bij a.
is vermeld, mede te doen, binnen den-
tiven tijd, van de goederen tot onder
houd der Armen van de bijzondere
demeentes of kerkgenootschappen ge
flecteerd.
Ten tweeden. Dat de voorschreven
opgaven bij de gemeentebesturen in-
jekomen zijnde, dezelven zullen exa-
mineeren en daarbij zoodanige aan
merkingen en elucidatien voegen, als
zy noodig zullen oordeelen, en alzoo
binnen drie weken na publicatie de
zer, aan dit Bestuur inzenden, enz.
(De publicatie was geparapheerd P.
E. de La Court, voorzitter, en getee-
kend Vogelvanger).
De lezer zal wel reeds vermoed heb
ben, dat na deze publicatie, die de
verschillende besturen arbeids ge
noeg verschafte, voorloopig niets
kwam van de reparatiën aan de pa
rochiale kerk; en zoo gebeurde het,
dat de rentmeester der geestelijke
goederen in een brief, dateenende van
4 December 1804 en gericht aan
Adrianus Vermeulen, notaris te
Waalwijk en tevens lid van het Her
vormd kerkbestuur, kon gewag ma
ken van een wezentlijk gevaar, dat
omtrent den toren der kerk mogt
plaats hebben. Of werd met dat ge
vaar vermoedelijk ook bedoeld, dat
er veel kans bestond, dat de toren aan
de. burgerlijke gemeente zou moeten
worden afgestaanIk durf het nier
beslissen. Zeker is het echter, dat er,
op het punt van herstellingswerken
aan de kerk en den toren veel verwar
ring heerschte, en dat bijvoorbeeld de
heer A. Quirijns, rentmeester der Am-
bachtsvrouwe van Waalwijk, van zij
ne meesteres den last had, uit des-
zelfs tienden niet mede te contribu-
eeren tot onderhoud van de kerk en
den toren; wat haar natuurlijk zeei
kwalijk werd genomen.
Intusschen was Napoleon 1) keizer
der Franschen en aldus de voornaam
ste persoon van Europa geworden, die
zijn machtigen invloed ook hier te
lande zoozeer deed gelden, dat ieder
naar zijne pijpen moest dansen.. Den
gezant der Republiek te Parijs,
Schimmeljyenninck, gaf hij in het be
gin van 1805 bevel een nieuwe Staats
regeling te ontwerpen. Ingevolge deze
derde constitutie kwam Schimmel-
penninck, onder den naam van Raad
pensionaris, aan het hoofd der Ba-
taafsche Republiek. Met bijna vorste
lijke macht bekleed, wist hij geduren
de zijn kortstondig bewind o.a. twee
voorname zaken in 1806 tot stand te
brengen: 1. Het ontwerpen van een
kadasterdat als grondslag moest
dienen voor het heffen der grondbe
lasting over het gansche gemeenebest
2. de uitbreiding der onderwijs-wet
van 1803.
De vierde constitutie van Juni 1806
maakte Lodewijk Napoleon koning
van Holland. In 1807 werd dit nieuwe
koninkrijk in 11 departementen ver
deeld (Drente zelfstandig verklaard
en Oost-Friesland bijgevoegd), aan
welker hoofd Landdrosten stonden.
Men verwarre dit woord drost niet
met het begrip drossaard. Een dros
saard was een rechterlijk persoon,
die als zoodanig aan het hoofd stond
van slechts enkele gemeenten (di
strict, districtschouten dan tevens
de functien van schout of maire uit
oefende in de hoofdplaats van zulk
een district. Een landdrost was een
machtiger persoon: hij bestuurde een
geheel gewest, maar oefende niet de
rechtspraak uit. Onder koning Wil
lem I zijn in de plaats van de Land
drosten. de Gouverneurs gekomen.
Korten tijd nadat voor de eerste
maal de Evangelische gezangen te
Waalwijk en natuurlijk ook op de
meeste andere plaatsen van het land
waren ingevoerd 2) en Philippus Ver
hagen Metman (18071839) predi
kant was geworden, was een kwestie
gerezen tusschen de burgerlijke ge
meente en het Hervormd kerkbestuur
De eerste had in strijd met de pu
blicatie van 1800 twee kerkmeesters
aangesteld, zonder de Hervormde ge
meente daarin te hebben gekend. Het
natuurlijk gevolg hiervan was het op
stellen van een, door Commissarissen
en kerkmeesters onderteekend, re
quest, gedagteekend December 1807
en gericht aan den Minister van Eere-
dienst, Mollerus, waarin het kerkbe
stuur zich ernstig beklaagde, dat,
niettegenstaande de parochiale kern
niet staat in de politieke superinten-
dentie van het gemeentebestuur en
dus de aanstelling van kerkmeesteren
moet worden vrijgelaten aan de Her
vormde gemeente, genoemd gemeen
tebestuur toch de vrijheid had geno- j
men twee kerkmeesters te benoemen;
verzoekende adressanten daarom ver
nietiging van die benoeming.
Het daarop den 29 December gege
ven antwoord gaf den requestranten
te kennen, dat hun verzoekschrift met
de bijlagen zou worden gezonden aan
den Landdrost van Brabant, ten einde
met terugzending daarop te dienen
van consideratie en advies, en dat de
benoeming der kerkmeesters in state
(in status quo) en dus voorloopig van
kracht zou blijven, totdat op het ver
zoek der requestranten zal zijn gedis
poneerd.
Met dit bescheid moest de Her
vormde gemeente zich voorloopig te
vreden stellen.
(Wordt vervolgd).
ECHTE FRIESCHE
20 -50ct. per ons
alle
A an teekeningen
1). Wyl de Bonaparte's in zoo nauwe
betrekking met ons land gestaan heb
ben, lijkt het mij niet ongeschikt, hier j
iets meer omtrent hen mede te deelen. j
Het adellijke geslacht Bonaparte stamt j
uit Italië, vanwaar een tak zich reeds in j
de 16e of 17e eeuw op het eiland Cor-
sica vestigde. Een afstammeling hiervan
was Karet Bonaparte, gehuwd met Ma-
ria Letitia Ramolino, uit welk huwelijk
!e Ajaccio 8 kinderen werden geboren, j
foseph, geboren 7 Januari 1768, Napo-
eongeboren 15 Augustus 1769, Lucien
geboren 1775, Elise, Louis, geboren 2
September 1778, Paulina, Carolina en
Ier óme, geboren 1784.
Om nu over de verdere kinderen maar
te zwijgen, dienen wij te weten, dat Na
poleon, de tweede zoon (en desondanks
als hoofd der familie beschouwd), later
keizer Napoleon I van Frankrijk, eerst
huwde met Josephine de Bauharnais,
weduwe van den in 1794 onschuldig ge-
guillotineerden burggraaf Alexander de
hauharnais. Met haar eigen naam heet
te zij Marie Josèphe Rose Tascher de la
vagerie en was den 23 Mei 1763 op het
iland Martinique geboren. Zij had bij
lien burggraaf twee kinderenEugenius
-te Bauharnais, geboren 2 September
1780, later onderkoning van Spanje, en
'lortense de Bauharnais, geboren 10
September 1782, later koningin van Hol-
'and. Die twee stiefkinderen beschouw
de Napoleon geheel als eigen kinderen
en bewees hun vele weldaden.
Later, in 1810, toen zijn huwelijk met
losephine kinderloos was gebleven, liet
bij zich van haar scheiden, en her
trouwde Navoleon I met Maria Louise
>an Oostenrijk, bij wie hij één kind ver
wekte: Napoleon Frans Karei Joseph,
^eboren 19 Maart 1811, eerst veelal ko-
uing van Rome genoemd en later meer
bekend onder den naam van hertoa van
Reichstadt, die den 22 Juli 1832 te
Schönbrunn kinderloos overleed en be-
"chouwd werd als Napoleon II. Keizer
Napoleon I, die, geliik men weet, in 1821
Is balling op St. Helena is gestorven,
leeft dus geen wettige nakomelingen na
gelalen.
Zijn broeder Louis, gewoonlijk ge
noemd Lodewijk Napoleon en wegens
'ijne kreupelheid niet zeer eerbiedig
'>>n lammen koning'bijgenaamd, die van
1806 tot 1810 koning van Holland is ge
weest, trouwde met Napoleon's stief-
'ochter Hortense de Bauharnais, waar-
uil o.a. werd geboren Napoleon Louis,
de latere keizer Napoleon III, die in
1870 afstand van den Franschen troon
noest doen en in 1873 in Engeland over-
'eed. Diens eenige zoon Napoleon Euaè-
ne. verwekt bii keizerin Eugenia, en be
schouwd als Navoleon IV, sneuvelde in
1879 in Zuid-Afrika.
Van Napoleon's jongsten broeder Je
nnie schijnen nog afstammelingen te
leven.
2). De ho,oge kerkveraadering heeft
n 't voorleden jaar (1806) vastaesteld,
dat de Evangelische gezangen bij elke
openbare godsdienstoefening niet alleen
kunnen, maar behooren gezongen te
worden. Het herderllijk schrijven der
Svnode(n) van Juli 1807 moest op den
eersten Zondag in November van
predikstoelen worden afgelezen.
Nog altijd bestaat onder de Hervorm
den eenige strijd over het al of niet zin
gen der gezangen in de kerk. Sommigen
dwepen er mede en anderen staan er
vierkant tegenover. Ik voor mij, met
mijn bot verstand, kan maar niet inzien,
wat kwaads er in kan schuilen, den Al-
machtigen, Schepper van hemel en aar
de, behaTve met psalmen, ook met an
dere geestelijke liederen te verheer
lijken.
GEMEENTERAAD.
HEUSDEN.
Gemeenteraadsvergadering van 8
April.
Aanwezig waren met den Voorzitter
alie leden.
I. De notulen der vorige vergadering
werden vastgesteld.
2 Mededeeiing van ingek. stukken,
a. Ontvangstbericht van Ged. St. van
de opnieuw van kracht verklaarde ver
ordening 178 der Gem. wetb. Verslag
van de Commissie tot wering van
schoolverzuim over 1930; c Verslag
van den toestand der gemeente over
1930; d procsverbaal van kasopne.
ming bij den Gtmeente—ontvanger en
de Administrateur van het Vleesch-
keuringsbed'ijf, waarbij alles in orde
werd bevonden*; e. besluit van Ged
Staten tot goedkeuring der wijzingen
in de Gem, begrootingen van 1930 en
1931 en f uitnoodiging van het school
bestuur der avondteekenschool tot bij
woning der tentoonstelling op Zaterdag
11 April. Deze stukken werden voor
kennisgeving aingenomen.
3 Benoeming van een stembureau.
Tot leden werden benoemd Wet
houder Verhoeven (Weth. De Haan
stelde zich niet beschikbaar) en het
lid Maassen. tot plaatsverv. de leden
Stap en Schmiehusen. Allen aanvaard
den hun benoeming.
4 Benoeming van de schattings—
commissie voor de Rijksinkomsten-
belasiirg wegens periodieke aftreding
van de heeren: G v. Everdingen, H
Verhoeven, A. J. v. d. Kolk en j. de
Mol.
De aftr. leden werden allen her
benoemd.
5 Verzoek van H. van Strien om
vermindering van pacht aan gemeente
grond met voorstel van B. en W.
Tot heden goed voor particulieren
een huurprijs van 6 cent per M2, zoo.
dat v. S moet betalen f 35 5. 't
Voorstel van B en W was dat bedrag
te verlagen tot 4 cent per M2.
Lit werd goedgekeurd. Hierna kwam
het voorstel van B en W. om ook
andere huurders in dit voorrecht te
doen deelen, zooals de heeren Jonkers
en v d. Pol, waarmee de raad zich
kon vereenigen.
6. Verzoek van H. Kuijpers om
kwijtschelding van huur voor een stukje
gemeentegiond nabij het Lommerbosch.
De Voorz zei, dat K. daarvoor f 5
per jaar betaalde, doch dat de Gem.
het een tijd had gebruikt als bergplaats
voor keien, zoodat B. en W. voor
stelden K. te onth ff;n van betaling.
Hiermede ging de raad accoord.
7. Bezwaarschrift van A. v. Dijk,
alhier tegen aanslag in het vergunnings
recht.
De heer v. D. is aangeslagen naar
een huurwaarde van f 110 per jaar,
zoodat hij moet betalen f 30 vergun-
nlngsrecht. (Het minimum is f 25).
Met het oog op de malaise verzoekt
hij op dat minimum te worden ge
bracht.
Volgens den Voorziiter wilde de
deskundige huurwaarde schatter inlich
tingen hebben omtrent het debiet van
v. D. Daar deze geen bescheiden kon
loonen, meende de schatter, gerechtigd
ie zijn den aanslag te handhaven.
B. en W. stelden daarom voor af
wijzend op 't verzoek te beschikken.
Het lid Stap vond vermindering
billijk. Het lid Schmiihusen wilde
verzoeken alsnog gelegenheid te geven
om binnen een halfjaar aan te toonen
dat zijn debiet werkelijk veel was ver»
minderd, waarmede de Voorzitter niet
accoord kon gaan,'daar de belasting
loopt over den voorbijen tijd en niet
over de toekomst. Het lid Metselaar
kwam nu met een voorstel om f 25 te
iaten betalen In stemming gebracht
werd hef aangenomen met alle stemmen,
uitgezonderd die der Wethouders.
8. Vaststelling kohier riooibeiastirg
over 1931. Dit kohier is op de gewone
wijze vastgesteld op f 1003 Hiertegen
had het lid Metselaar bezwaar. Deze
wilde een progressieve heifi g. daar
de arbeiders en de middenstand volgens
htm het meest getrofLn worden. De
Voorzitter deelde mede dat progressieve
htlfi ig wel kan, b.v. bij inkomsten,
doen dat dit bezwaarlijk gaat bij de
rioolbelasting en dat bovendien allen
evenveel van de rioleering prcfi eeren.
Hi] stelt daarop voor dat de heer
Metselaar tegen den volgenden keer
komt met een afgerond voorstel, wat
deze accepteert.
Hierna werden nog een paar inge
komen verzoeken behandeld en wel;
Verzoek van de commissie voor steun
aan het Blindeninstituut „St. Odiiia"
om een subsidie. Hoewel B. en W. 't
groote nut der instelling erkennen,
stelden z!j voor afwijzend te beschik
ken, wat dan ook gebeurde.
Evenzoo werd een verzoekschrift van
den Raad der gemeente Arnemuiden
inzake het vak lichamelijke oefening
op de Lagere School, welk vak het
platteland op hooge kosten brengt,
waarom graag vrijstelling zou worden
verkregen, voor kennisgeving aan
genomen.
Verder kwam in behandeling een
verzoek van den Bond van Keur
meesters van den Vleeschkeurings*
dienst, om de jaarwedde van den
hulpkeurmeester te verhoogen. De
Voorzitter verwachtte bij inwilliging
als gevolg ook een verhooging der
wedde van den keurmeester en dat
terwijl de Vleeschkeuringsdiensi over
1930 reeds een nadeelig slot heeft van
f 232.325 Het verzoek werd dan ook
voor kennisgeving aangenomen.
9. Wijziging der gem. begrootingen
der begrooting van het Vieescnkeurings-
bedrijf over 1930. De Voorziiter noemde
enkele posten welke op de begrootingen
moeten worden bijgeschreven, b.v. voor
schrijf— en kantoorbehoeften, verlich
ting, vleeschkeuringsdienst etc. Het
voorstel werd goedgekeurd.
Hierna deelde de Voorzitter mede,
dat naar aanleiding van het verzoek
van het lid Metselaar, om de bediening
der straatverlichting beurtelings aan
ieder der installateurs op Ie dragen,
vcigens de PNEM niet wenscheiljk
werd gevonden, daar deze alles liever
in ééi hand zag.
Rondvraag.
Het lid Metselaar zag graag op den
hoek Sterrestraat—O, H Eind een
hardsteenen paal aangebracht. De
Voorzitter zei, dat als men de ver-
Maar opeens daar klonk een stem,
En daar zagen zij een stok.
|a, een heeie dikke knuppel,
Werd gestoken in het hok.
(Wordt vervolgd.)
Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden.
TWEE DEUGNIETEN.
In het slroo dat op den grond lag,
Zaten zij daar warm en zacht,
V«ilig konden zij er blijven,
Naar zij meenden, heel den nacht.
Spoedig vielen zij in slaap nu,
zij rustten heerlijk uit.
Maar daar klonk in hun nabijheid,
Een verschrikkelijk geluid.
'I Was een draven en een loopen,
hi een schreeuwen van belang,
Och, wat waren onze haantjes,
Weer opeens verschrikt en bang.
vlogen ze op en zagen
jj' gevaar steeg nu ten top.
Nee! dichtbij een beest verschijnen,
Met een vreeselljk grooten kop.
E" dat beest kwam. hevig knorrend,
Heel brutaal in 't hok gestapt.
En de arme haantjes werden
Door zijn pooten haast vertrapt.
En het dier was nauw'lijks binnen
Of daar kwamen, o, wat schrik,
Nog tien andere aangeloopen,
Kleiner, maar ook rond en dik.
En die liepen met hun moeder,
Al maar knorrend heen en weer.
En de arme haantjes zagen,
Heelemaal geen uitkomst meer.
Hulploos fladderden zij beide,
In het rond, nu hier, dan daar.
Om als 't kon nog te ontkomen,
Aan hef dreigende gevaar.
En zij botsten telkens weder,
Tegen een der dieren aan
Die, als was bet om te plagen,
Voor de opening gingen staan.
Door zijn eigen roekeloosheid
bijna gevangen.
Daantje Muis had in zijn leven, al
wat angsten uitgestaan, maar zoo erg
als op het oogenblik dat dit verhaal
begint, was hij er toch nog nooit aan
toe geweest. Zwart de Kraai had hem
by het puntje van zijn staart, maar
het was Daantje toch onmogelijk los
te komen. Hij kon er niet eens over
nadenken, of het hem veel pijn deed
zoo moest hij al zijn aandacht er op
concentreeren, dat hty zich stevig vast
hield aan de kanten van het holletje,
waarin hij juist wilde verdwijnen, toen
Zwart nog net kans had gezien, hem
bij zijn staartje vast te gtijpen. En
Zwart trachtte hem met alle macht uit
zijn holletje te trekken. Die arme
Daantje verkeerde werkelijk in doods
gevaar, want op het oogenbltk, dat
zijn pootjes hem niet langer konden
vasthouden, zou Zwart hem te pakken
hebben en met zijn scherpe snavel al
heel gauw verscheurd en opgegeten
hebben. Steeds voelde Daantje, na
iedere nieuwe ruk hoe langer hoe
minder steun, ja, werkelijk, zoo'n angst
had hg nog nooit uitges'aan. Toen
opeens trok Zwart weer ex'ra hard en
Daantje, die zich niet meer kon hou
den, vloog met een vaart het holletje
uit. Doch de schok van het loslaten
was zoo hevig geweest, dat Zwart op
zijn rug viel, daardoor zijn snavel
opende en Daantje vloog met wijden
boog over zwart heen een eind verder
in de sneeuw. Hij behield zijn tegen
woordigheid van geest en nauwelijks
hadden zijn pooijes de sneeuw geraakt
of hij holde zonder een enkele seconde
te verliezen, naar het atdere holletje,
dat daar vlak bij was. Intusschen was
Zwart opgekrabbeld en zag zijn buit
ontglippen. Hij ging, halt vliegend,
half hollend Daantje achterna, doch
zag niet, dat een groote havik, een
aartsvijand van Zwart het heele drama
had aangezien en nu trachtte zich van
Daantje meester te maken Daantje
wist echter niet hoe gauw hij zou
trachten te verdwijnen Zwart die de
havik heelemaal niet had gezien, be
merkte opeens, dat iets hem achierop
kwam en hij verdubbelde zijn snelheid.
Maar de havik wilde het eerst zijn,
zoodat Zwart hem in den weg stond
O, o, wat waren die vogels toen boos
op elkaar en het gevolg was, dat zij
een verwoed gevecht begonnen. Het
duurde slechts heel kort, of de veeren
vlogen in het rond en zij waren
Daantje allebei in hun boosheid ver
geten. Daan'je bleef natuurlijk niet
kijken naar den zfl>op van den strijd
want dat interesseerde hem hoege
naamd n<et. Zoodra hij zijn holletje
had gevonden, verdween hij Nadat de
vogels eindelijk uitgevochten waren,
keken wij rond naar Daantje en moes
ten nu tot de ontdekking komen, dat
zij geen van beiden een lekker harje
zouden krijgen. Daanq'a liep nu vlug
door een paar onderaardsche gangen
naar zijn nestje, waar zijn vrouw,
Nancy ai ongerust op hem zat te
wach«en en vroeg h m, waar hij al
dien tijd geweest was. Hij vertelde haar
nu in kleuren en geuren wat hem
overkomen was en nadat hij geëindigd
was, zei zijn vrouw; Ja, Daan'je,
maar het is ook je eigen schuld, wie
gaat er nu als er sneeuw ligt overdag
zoo maar naar buiten". Doch er klonk
dankbaarheid in haar stem dat haar
man aan zoo'n groot gevaar ontkomen
was.
JOHNNY
Eindelijk kwam hij thuis. Hij smeet
de achterdeur met een vaart open,
zoodat die tegen den muur aanvloog.
Dat bracht hem weer wat tot bedaren
en voorzichtig keek hij even om het
hoekje om te zien. wie er in de keuken
was. Maar dat viel meeDe keuken
was leeg. Hij hoopte, dat de ongeluk
ken voor dien dag afgeloopen zouden
zijn en door dit eene gelukje brak
zijn lach weer door. Ja, eigenlijk was
het wel idioot geweest zooals hij daar
op het erf van Jaap gevallen was en
hij kon zich niet indenken, waarom
hij zoo nijdig op hem was geworden,
want hij zou immers ook gelachen
hebben, als Jaap zooiets was over
komen. Al heel gauw verdween zijn
heele boosheid en lustig fluitend liep
hi] nu het huis door op zoek naar zijn
moeder, die druk aan het weik was.
EEN SPECIALIST.
Op een boerderij was de motor van
de dorschmachine stuk en niemand
daar in het dorp zag kans hem te
repareeren. De boer liet ten slotte een
JS95
v—-va» it --