Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ONTERFD NGDRDfiRABATiD ^feWMLWUft FEUILLETO NUMMER 45. WOENSDAG 3 JUNI 1931. 54e JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco p. post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO. Prijs der AdvertentiSn: 20 cent per regel; minimum 1.50. Bjj contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. AdvertentiSn moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEEDE BLAD. EERSTE BLAD GEMEENTERAAD. DRUNEN. De Raad der gemeente Drunen kwam Vrijdagavond ten raadhuize in openbare vergadering bijeen. Voorzitter de Edelachtb. beer mr. R. J. Th. van der Heijden, burgemeester. Aanwezig alle ieden. Aan de orde: 1, Ingekomen stukken. Subsidieverzoek van den R.K. Poli tiebond St. Michael, voor de Politle- vakschool in 's Bosch. Wordt op voorstel van B. en W. aangehouden tot de behandeling der begrooting. Verslag der Commissie tot Wering van Schoolverzuim over 1930 en der Volkshuisvesting, hetgeen reeds ter in zage heeft gelegen. 2. Kasopname en controle bij den administrateur van het O E B. Boeken en bescheiden zijn in de beate orde bevonden. Proces—verbaai van kasopname bij den tydelijken gemeente ontvanger bi] gelegenheid van de overdracht van boeken en kas aan den nieuwen ont vanger. Alsvoor. Beide stukken worden voor kennisgeving aangenomen. Rapport jaarrekening 1930 O E B. De Voorzitter deelt mede dat B. en W. naar aanleiding van dit rapport in onderhandeling zijn met de P.N E M om de stroomlevering voor den Wolfs- hoek tegen denzelfden prijs te krijgen als voor 't overige deel der gemeente. De heer K. van Drunen vraagt, waarom het stroomverlies thans zoo veel hooger is dan verleden jaar. De Voorzitter antwoordt, dat het van „De Echo van het Zuiden". Uit het Engelsch van DOLF WYLLARDE. 20. Zij was zoo bezeten door haar ja loezie en haar verlangen naar wraak, dat zij voor niets anders aandacht had. Maar opeens voelde zij, dat iemand haar zacht op den schouder tikte. Zij uitte een kreet van schrik, liet het portret uit de handen vallen, keerde zich rillend van angst om en zag dokter Meillet, die zijn rustige, blauwe oogen strak op haar geves tigd hield. Eulalie, wat doe je daar?, vroeg hij streng, nóg steeds zijn hand op haar schouder. O, dokter, u hebt mij vreeselijk aan het schrikken gcjmaal^tKijk eens, hoe ik beef, stamelde zij, terwijl ze haar trillende handen voor zich uithield. Maar haar poging om het antwoord op zijn vraag te ontwijken, mislukte. Er bestaat geen reden om te be ven, behalve als men zich schuldig ge voelt, verklaarde de oude dokter op veelbeteekenenden toon. Je bent ge schrokken dat is mogelijk; maar waarom beef je zoo? De geest van norsch verzet, die haar wel meer bezielde, kwam over haar. Zij antwoordde niet, maar tik te met haar voet zacht op den vloer. Ik zou graag willen weten, Eula- stroomverlies is gestegen van 14 op 20 pCthetgeen echter nog laag is in verhouding tot andere gemeenten waar men wel tot 40 pCt. komt. Het ver schil met het vorig jaar moet vermoe delijk worden gezocht in de plaatsing van een nieuwen en grooteren transfor mator, die dan ook meer stroom ge bruikt. De jaarrekening wordt goedgekeurd en de Ontvanger, de heer De Wild, voor zijn beheer gedechargeerd. 2. Aanmerkingen van H. H. Gede puteerde Staten op de exploitatie- verordening van 't G.E.B. met voor stel van Burgemeester en Wethouders tot het opnieuw vaststellen der ge wijzigde verordening. Ged. Staten opperen verschillende bezwaren tegen de verordening, oia» tegen den aflossingstermijn van 35 jaar voor leeningen van het G.E.B. voor objecten met een korteren levens duur dan 35 jaar. B. en W. bebben gemeend naar aanleiding dezer aan. merkingen aan den Raad een geheel omgewerkte verordening te moeten voorleggen, waarin met alle bezwaren van Ged. Staten is rekening gehouden. De heer Verhoeven merkt op, dat in de vorige vergadering gesproken is over het groote stroomverlies; B. en W. zegden toen toe bij de PNEM naar de oorzaak van dit stroomverlies te vragen en zoo mogelijk verbetering te brengen. Spr. vraagt, oi de Voor zitter hierop nog geen antwoord kan geven. De Voorzitter merkt op, dat de heer van Drunen reeds dezelfde vraag ge steld heeft, wanneer de heer Verhoe ven geluisterd had, had hij zulks ge weten. De heef Verhoeven zegt, zelf ook eens te hebben geïnformeerd, waarbij hem erop opmerkzaam is gemaakt, dat by storm zeer vele lichten aangaan, wat ook een stroomverlies tengevolge lie, wrat je hier doet. Een oogenblik kon zij geen woor den vinden om hem te antwoorden. Toen keek zij den dokter uitdagend aan. Meneer Harrel is ziek. Ik heb gehoord, dat hij ziek was en ik ben gekomen om voor hem te zorgen. Je kunt wel naar huis gaan, Eulalie. Maar waarom heb je mij niet gewaarschuwd, toen je van zijn ongesteldheid hoorde? Je hebt een groote verantwoordelijkheid op je ge nomen door dat na te laten. Het was mijn plan om naar Tri nity door te rijden en u te waarschu wen, dokter. Maar mijnheer Harrel lag hier moederziel alleen; een van de negers vertelde mij, dat ze alle maal van angst waren weggeloopen en toen ik hier kwam en zag hoe wild hij was en hoe hij ijlde, durfde ik hem niet meer alleen laten. Ik wist niet wat ik beginnen moest. Dr. Meillet moest erkennen, dat haar gedrag begrijpelijk was en zei: Het was niet verstandig van je, Eulalie. Je hadt moeten bedenken dat hij beter nog wat langer alleen had kunnen blijven, dan deskundige hulp missen. Het is een geluk voor jou en hem, dat ik in Trinity van zijn ziekte had gehoord. anders had je mis schien zijn dood op je geweten ge had, ondanks je goede bedoelingen. En daarop ging de dokter de open staande deur van Harrel's slaapkamer in. Eulalie volgde hem, terwijl hij langzaam op het bed toeliep en zich over de roerlooze gestalte van den zieke boog. Kijk^eens in de keuken of in een van de kasten of je een of ande ren alcoholischen drank kunt vinden, I zei hij zakelijk, zonder het meisje beeft. De Voorzitter zegt, dat dit verlies slechts gering is, en alleen te voorko men door het leggen van een onder- grondsch net. B. en W. hebben ook dit reeds in overweging genomen, om te zien welke maatregelen hiertegen genomen kunnen worden. Het boven- grondsch net in de Grootestraat is reeds II jaar oud en begint te slijten. Het was oorspronkelijk ook slechts op een levensduur yan 10 jaar berekend Binnenkort zal het net dus vernieuwd moeten worden. B. en W, onderzoe ken wat de kosten zijn van een on- dergrondsch net. De gewijzigde verordening wordt goedgekeurd. 3. Wijziging begrooting 1930. Na voorlezing wordt de lange lijst van overschrijvingen goedgekeurd. Verbetering van wegen. 4. Bespreking verbetering van wegen. In een der vorige vergaderingen aan te zien. Toen zij na enkele minuten met 'n flesch brandewijn terugkwam, die zij in een kast in de h-all had gevonden, had dr. Meillet het hoofd van den zieke hooger gelegd en was hij bezig om het lichaam zacht te wrijven om de werking van het hart te herstellen. Hij vroeg om den kandelaar dien hij had aangestoken, bij het gezicht van den zieke te houden en goot voorzich tig wat brandewijn tusschen de half gesloten lippen. Haar gezicht was zoo bleek als een doek en haar oogen vul den zich langzamerhand met tranen. Een half uur achtereen zette de dok ter zijn behandeling voort. Toen week de starre bewusteloosheid en de pa tient viel in een rustigen slaap. Ik heb goeden moed, dat wij 't gewonnen hebben en dat hij in het leven blijft, zei dokter Meillet op ern- stigen toon. Ik blijf vannacht hier en een van de broeders uit het klooster zal mij morgenochtend wel komen af lossen, als ze merken, dat ik niet ben teruggekomen. Ga nu eens even mee in de hall. Ik heb je nog wat te zeg gen. Toen ze in de hall gekomen waren, zei de dokter streng: Ga naar huis, Eulalie. Je ziet toch hopelijk in, dat je aanwezigheid hier in hooge mate ongepast is. Ik kan me voorstellen, dat je. hem straks niet durfde alleen laten, maar nu ik hier ben, behoor je heen te gaan. Het moest niet noodig zijn, dat ik je dat zei: je eigen gevoel van kieschheid behoorde je dat te zeggen! Plotseling greep Eulalie den ouden man met een wanhopig gebaar bij den arm. Toe, dokter, stuur mij niet weg, laat mij alsjeblieft blijven en u hei hebben B. en W. toegezegd een on derzoek te zuilen instellen naar den toestand der wegen in de gemeente. Dit is thans geschied en B. en W. hebben de volgende bevindingen ge daan. Het fietspad op den weg Nieuwkuik Wolfshoek is omgelegd, zoodat hier verbetering is verkregen. Aan het ver zoek tot het opruimen der boomen is nog niet voldaan. De wegen op de Nieuwe Heide zijn in verre van gunstigen toestand, doch daar deze wegen door de aangelanden moeten worden onderhouden, komen ze feitelijk niet voor rekening der ge meente. De toestand is hier echter zoo slecht, dat B. en W. hierin termen vinden om met goedkeuring van den Raad de aangelanden aan te zeggen, dat de gemeente bereid is mede te werken, teneinde de wegen in goeden toestand te brengen, mits ze in de toekomst door de aangelanden ook in goeden staat worden gehouden. Daarnaast meenen B. en W. dat er nog 3 wegen zijn die verbetering be hoeven de Stationsweg, de Parallel weg en de weg Sempke—Torenstraat. B. en W, meenen dat de Stations weg vanaf de straat tot zoover hij bebouwd is, moet worden gebracht op een breedte van 5 Meter. Het voorsie stuk tot het einde van het kermister rein zal dan met keien moeten worden belegd, voor het overige deel is be strating met klinkers voldoende. Mits goed aangelegd is een klinkerweg even sterk als een keiweg, en heeft deze een levensduur van 20 jaar. Het be woonde deel van dezen weg zal moeten worden gerioleerd, terwijl de sloot terzijde zal worden opgeruimd. Voor het gedeelte van Kuisch tot den over weg achten B. en W. een breedte van 3 M. voldoende. Op den Parallelweg, van den Over weg naar de Velling zijn de stoepen pen om hem op te passen. Ik kan niet van hem weggaan! En toen op eens met een volslagen verandering van toon, ging ze met stugge vastbe slotenheid voort: Hij behoort mij toe! Sedert wanneer, kind?, vroeg dr. Meillet. Er klonk zachte ironie in z'n toon. Sedert hij ligt te ijlen? Heeft hij je in zijn koortsvisioenen misschien voor een ander aangezien? Als hij iemand liefheeft, Eulalie, dan ben jij het niet! Zij stond op. Haar oogen gloeiden door haar tranen heen. Hij zal haar niet hebben!, sprak zij dreigend. Ik zal haar vermoorden. Kom, kom, Eulalie!, zei de dok ter sussend. Beheersch je en gedraag je als een verstandige vrouw. Dacht je dat je me imponeerde met derge lijke onzinnige dreigementen? Je zult haar natuurlijk niet vermoorden! Of geloof je heusch dat je haar met de goochelkunsten van die arme onwe tende negers kwaad kunt doen? Ver tel me eens, wat deed je eigenlijk toen ik binnenkwam? Niets dokter, stotterde ze. Ik meende anders dat je bezig was met een speld gaten in een por tret te prikken in de dwaze veron derstelling, dat je daarmee het leven van het origineel van dat portret in gevaar bracht. Dat was toch je bedoe ling, nietwaar? Dat domme negers, behalve heidenen, nog aan zulke krankzinnigheid gelooven en derge lijke kunsten bedrijven, is afkeurens waardig, maar tenslotte te begrijpen, maar dat een blanke vrouw, een christin, zich tot zooiets laat verlei den. neen, daar heb ik eenvoudig geen woorden voor! Dr. Meillet schudde langzaam het te hoog en onbeslraaf. De bedoeling is hier de keien uit den Stationsweg te leggen en zoo mogelijk de stoepen in overleg met de Spoorwegen te ver lagen. Naar schatting komen deze beide wegen op een bedrag van f 18.000. De weg Station—Provinciale weg is niet lang geleden verbeterd, doch al weer geheel stuk gereden. Een alge- heele verbetering is te verkrijgen door dezen weg geheel opnieuw te bestraten en op een breedte van 5 M. te bren. gen. De kosten zijn f 11 000. Tenslotte meenen B. en W. dat het verzoekschrift van de bewoners van 't Sempke tot verbetering van den weg Sempke—Torenstraat wel reden van bestaan heeft. Ook deze weg eischt dringend verbetering. B en W meenen dezen weg te moeten bestraten met lichte klinkers, en op een breedte van 5 M. te moeten brengen, hetgeen een bedrag van f 8500 zou kosten. In totaal zou dit wegenplan dus komen op een bedrag van pl.m. f 40.000. Het is natuurlijk niet de bedoeling direct al deze verbeteringen te gaan toepassen, doch dit zai geleidelijk aan geschieden, in den loop van een aan tal jaren. B. en W. zullen nog met een afge- rond voorstel komen, op het oogenblik vragen zQ den raad hoe die over het plan denkt. De heer K. van Drunen merkt op dat reeds dikwijls over den Parallel weg gesproken is, telkens is verbete ring echter achterwege gebleven, om dat deze weg door de zware kermis wagens toch weer zou worden kapot- gereden. De weg die daar thans ligt is niet voldoende. Verder vraagt spr. welke weg even tueel het eerst aan de beurt zou komen, z. i. zou dit de weg in 't Sempke zijn, de toestand is daar diep treurig en er moet beslist verbetering komen. hoofd en in zijn stem en zijn blik was zoowel droef verwijt als ernstig pro test. Eulalie werd vuurrood, toen haar oog viel op het portret, dat ze straks opWen grond had laten vallen. Raap dat portret op, gebood dr. Meillet rustig. En trek die speld er uit. Als meneer Harrel weer heter is, zul je hem excuus vragen, omdat je een dierbaar souvenir van hem ver nield hebt. Haal nu je ponny uit den stal en ga naar huis. Het spijt me, maar ik heb niemand om je mee te geven. Maar ik wil je hier niet tot morgenochtend houden; je moet maar op jezelf passen, Eulalie! Mis schien zal die eenzame rit in het duister je tot nadenken stemmen. Eulalie gehoorzaamde werktuige lijk. Zij nam het portret op, trok de speld eruit en zette de foto weer op den richel. Ga nu naar huis, verzocht de dokter. Een oogenblik scheen het, alsof Eulalie haar norsch-uitdagende hou ding weer zou aannemen. De trekken op haar gezicht verstrakten, haar tengere figuur strekte zich, haar don kere oogen begonnen onheilspellend te schitteren. Maar de wil van den ouderen man was sterker dan de hare; dr. Meillet was eigenlijk de eenige, die van haar vroegste jeugd af Eulalie's impulsieven aard wist te beheerschen; hij was de eenige, die haar „de baas was", zooals men het noemt. Wordt vervolgd. Waalwybsclie en Langstraatsche MAATCHAPPY VAN VEKEKE BÏNG OP HET LEVEN

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1931 | | pagina 1