DEEM HET MK
100
No. 50. Zaterdag 20 Juni '31. 54e Jrg.
VIERDE BLAD.
BUITENLAND.
Zal Duitschland onder een dictator
komen
Zooals men weet, heeft de Volks,
paftij besloten voor het bijeenkomen
van den Rijksdag te stemmen in de
zitting van het Senioren—convent.
Achter de Volkspartij schijnen de werk
gevers te staan, die met dictatuur-
plannen rond loopen. De plannen van
de mannen, die achter den eisch van
Volkspa tij staan, Schach», Krupp,
Strauss etc. schijnen zeer ernstig ge
meend te zijn
De Berl. correspondent van „Het
Volk" verneemt uit zeer goed inge.
lichte kringen, dat deze scherpslijpers
zich den gang van zaken als volgt
voorstellen: val van het kabinet—BiU
ning, doordat aan de eischen van de
sociaal—democraten niet voldoende
wordt tegemoet gekomen en daarna
vorming van een rechtsch kabinet.dat
met behulp van artikel 48 en de rijks-
weer niet alleen de noodverordening
doorvoert, doch ook grondig met alle
sociale instellingen afrekent. Voor alles
moeten de wet op den arbeidstijd en
de wet op de scheidsgerechten buiten
werking woiden gesteld, zoodat de
vakorganisaties aan de willekeur van
de werkgevers worden overgeleverd.
Verder zou onmiddeliljk de betaling
der schadevergoedingen worden ge
staakt. Men verwacht daarvan binnen
landsche onlusten door hevig verzet
van de sociaal—democraten en het
Vakverbond, waatbij men er op rekent,
dat de communisten de sociaal
democraten in de rug zullen aanval
len. Met behulp van de rljksweer
denkt men beide partijen de baas te
kunnen worden.
Schacht, de oud—president van de
Rijksbank, en de man, die zich reeds
langer opgeworpen heeft als minister
van financiën onder een eventueele
Nat. Soc. regeering schijnt de rol van
dictator te willen vervullen.
De ernst van den toestand in Duitsch
land blijkt een mededeeling van ge
noemden correspondent, die meldt,
dat het partijbestuur der Soc. partij
heeft besloten, ten einde op alle ge
beurtenissen voorbereid te zijn, dat
voorloopig geen der partijbestuursieden
Berlijn mag verlaten.
Wat er van waar is, kunnen wij
natuurlijk niet beoordeelen.
BINNENLAND.
KONINKLIJKE FAMILIE TE
CHEVREUSE.
Dinsdagmiddag en -avond is de Ko
ninklijke familie rustig te Chevreuse
gebleven. Slechts Prinses Juliana
heeft in den namiddag met gravin
Van Lynden van Sandenburg een
korte wandeling door het dorp en in
de naaste omgeving gemaakt. Den
avond bracht de Koninklijke familie
in den fraaien tuin door. Woensdag
om 12 uur werd uitgereden naar Che
vreuse via Orsay en Palaiseau naar
Parijs voor de lunch op het Elysée,
waar de Koninklijke familie de gast
was van president Doumer en mevr.
Doumer. Om 12 uur 40 werd de aan
komst op het Elysée verwacht, ter
wijl de Koninklijke familie pas om
4 uur te Chevreuse terug was.
Het was een schitterende ontvangst
met 120 der hoogste autoriteiten van
Frankrijk.
Des avonds had het diner op de
Nederlandsche legatie plaats, waarbij'
ook president Doumer en mevrouw
Doumer aanwezig waren, tegenover
wie de Koningin als gastvrouw op
trad.
Ook dit diner had een voornaam
verloop.
Na het officieele bezoek aan de
Koloniale Tentoonstelling, op Don
derdag, heeft H.M. de Koningin een
krans gelegd op het graf van den On
bekenden Soldaat.
Den avond van het bezoek aan
de tentoonstelling werd ter eere van de
Koninklijke gasten, na de dansen
door de inlanders van Kambodsja, 'n
groot vuurwerk ontstoken, terwijl
te tentoonstellingsgebouwen geheel
verlicht en de parken en boomen fan
tastisch geïllumineerd waren.
Vandaag brengt Z.K.H. de Prins
namens H.M. de Koningin een bezoek
aan den Spaanschen ex-koning Al
fonso, die zich te Fontainebleau be
vindt.
Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden.
DE WONDERREIS VAN Zoo maakte hij zijn liederen.
KNIP EN KNAP.
Nu het is wel te begrijpen
Dat dit naar hun zin niet was,
Veel moest nog besproken worden,
Het strafwerk kwam hun slecht van pas.
Toen zij thuis gekomen waren,
Maakten zij met tegenzin,
Slechts omdat het ipoest gebeuren,
Aan het strafwerk een begin.
En heel hard hun best zij deden,
ja, hun ijver was zoo groot.
Dat dien avond nog een uurtje,
Om te wandelen overschoot.
Weldra waren zij aan de haven,
Knap zei„Luistert beste maat,
'k Zou nu toch wel willen weten,
Of ie met mij mede gaat.
|a, Ik wil 't vanavond weten,
01 ik op je rekenen kan.
Durf je niet, zeg het dan maar,
En ik volvoer alleen mijn plan".
.Nu", zei Knip. „ik zal 't je zeggen,
'k Heb genomen een besluit.
Ik wil met je mee naar zee gaan,
'k Hou 't op school niet langer uit."
.Flink gesproken", zei Knap weer,
'k Had het ook van jou verwacht,
Dat je me in den steek zou laten,
Daaraan heb ik niet gedacht."
Veel werd er nu gesproken,
En nog slechts een dag of twee,
En dan zouden ze al dobberen
Op de groote groote zee.
Vlug naar huis toe om te slapen,
En des morgens al heel vroeg,
Waren ze op straat te vinden,
Elk van hen een pakje droeg.
't Was niet veel wat ze meenamen,
Slechts wat kleeren en wat brood,
En den inhoud van hun spaarpot,
Maar die inhoud was niet groot.
(W,ordt vervolgd).
De beroemde Duitsche liederen
componist Schubert had, als zooveel
andere kunstenaars in vroeger en later
tijd, doorgaans met geldzorgen te
kampen. Maar op zekeren dag kwam
hij voor zijn doen ruim in geld te
zitten. Een concert van eigen werk
bracht hem netto achthonderd florijnen
op. Hij was tijdelijk een man in bonis
Daarom veroorloofde hij zich de
weelde om voor den tweeden maal
den vermaarden violist Paganinl te
gaan hooren, ofschoon de toegangs
prijs vijf gulden per persoon bedroeg.
De weelde duurde echter niet lang.
Maar de moed gaf hij niet op en hi
componeerde door. Toch was zijn
chronische povere toestand vaak hin
derlljk, vooral wanneer hij eens een
uitstapje in de omgeving wilde maken
Op zekeren dag opperde den com
ponist Wagner het plan om met
Schubert naar buiten te gaan. Doch
geen van beiden had eenig geld op
zak. „Wacht, zei Schubert, ik heb nog
eenige manuscripten van composities,
als jij nu naar den uitgever Diabelli
gaat, dan kun je daarop misschien iets
krijgen, hij geeft het jou wellicht eerder
dan mij".
Het viel mee, want na veel prater
gaf de uitgever vijf gulden waarop het
tweetal vroolijk naar buiten toog en na
de wandeling zich in een koffiehuis
wat ging verkwikken. Eensklaps zie
Schubert in den hoek der herberg een
spinet (een soort snarenspeeltulg), en
zet zich onmiddellijk aan het compo-
neeren. Het is altijd gemakkelijk als
je wat manuscripten in voorraad hebt
zeide hij lachend.
Volgens Wagner's verklaring schree
hij toen eenige van zijn schoonste
liederen, welke hem onderweg waren
ingevallen.
INGEZONDEN STUKKEN.
Buiten verantwoordelijkheid der Red.
HET VRAAGSTUK:
DE BESTRIJDING DER
MANNELIJKE WERKELOOSHEID
EN DE VROUWELIJKE ARBEID
IN DE FABRIEK.
3e Hoofdstuk. 4e Deel.
„Boetseerwerk".
Men kan, in de Langstraat zit men
kort bij „de klei", deze laatste zuive
ren en aldus op voordeelige wijze zich
de grondstof voor dit werk verschaf
fen. Het boetseeren kan men gemak
kelijk toepassen op de vormen van
onderdeelen v. d. schoen en daarmede
in verband staande modellen, zooals:
leesten, houten hakken, enz. Ik wil
hier een cursus beknopt uitstippelen
om het inzicht daaromtrent te ver
scherpen.
Afdeeling A.
Het maken van een vierkant 10 bij
10 c.M.
Het maken van een driehoek met
zijlijnen van 10 c.M.
Het maken van een halve cirkel
met 20 c.m. diameter.
Het maken van een geheele cirkel
vorm 20 c.m. diameter.
Het maken van een Vijfhoek te
trekken in voornoemden cirkel.
Het maken van een Zeshoek te
trekken in voornoemden cirkel.
Het maken van een Achthoek te
trekken in voornoemden cirkel.
Het maken van een Ster te trekken
in voornoemden cirkel.
Als repetitiewerk dezelfde in ver
schillende aan te geven dikten en ma
ten, bijdragen tot handigheid en oefe
ning voor oog en hersens.
Afdeeling B.
Het maken van:
Achterlapmodellen,
Cambereurmodellen,
Bolneusmodellen,
Contrefortmodellen,
Engelsche hakmodellen,
Halve hakmodellen(
Louis XV-modellen,
Luxe modellen,
deze laatste met en zonder veer. Van
de eerste vier genoemde kan men de
modellen tevoren laten teekenen.
Afdeeling C.
Het vervormen van:
Kinderleesten,
Meisjesleesten,
Jongensleesten,
Damesleesten,
Heerenleesten,
Het aantal en de verscheidenheid
is afhankelijk van de vorderingen die
gemaakt zijn, doch het is noodzakelijk
dat men ze zoo precies mogelijk na
bootst.
Afdeeling D.
Het nabootsen van:
normale kindervoetafgipsels,
normale meisjesvoetafgietsels,
normale Damesvoetafgietsels,
normale Heerenvoetafgietsels,
De verscheidenheid moet het in
zicht omtrent den bouw, den stana
en de functioneering van den voet
verscherpen, een basis vormen voor
de grondige studie omtrent maatver
houding, voor- en achterafsluitlijnen,
voetverheffing en stand van het been
op verschillende hakhoogte, enz.
Het modelleeren heeft als grond
slag in hoofdzaak steeds gebaseerd
op meeningen, omtrent een vooraf-
sluit, een achternaad, een laag schoe
nen afsluitlijn, enz. Ik doe hier het
middel aan de hand om die meenin
gen te vervangen door feiten. Een
naarstig onderzoek op breede basis
zal eenieder tot de overtuiging bren
gen, dat het niet noodig is te zeggen:
die lijn moet in zooveel graden staan,
zonder daaromtrent eenigen grond te
kunnen aanvoeren, of U teekent die
lijn zus of zoo, dan is dat goed.
Neen, men kan er de bewijzen als
men wil bijhalen, en een systeem met
de gegevens onder het bijzijn der
leerlingen opbouwen.
Een en dezelfde voet in zes verschil
lende „welvingen" van 0 tot en met 5
c.M. hakhoogte afgipsen tot 15 c.M.
boven de hakhoogte, de voorvoet op
een en dezelfde punt houden en de ba
lanceering van het lichaam door de
hoogste en laagste stand tegen het
scheenbeen telkens africhten. Secuur
doen en alle voorbereidende maatre
gelen treffen, waardoor risico voor
komen wordt.
Ik zou mijn bedoelingen door tee-
keningen kunnen verduidelijken,
doch die liefde kost geld aan cliché's.
Dat zal men dan ook niet eischen.
Bobble leert een kunstje.
Frits beet op zijn potlood en staarde
naar de cijfers die voor hem op het
papier stonden. „De som wil maar
niet uitkomen, oom Jan", zei hij einde
lijk, „ik schei er mee uit, ik kan het
toch niet". Oom Jan keek van zijn
boek, waarin hij zat te lezen op en
vroeg: .Hoe dikwijls heb je het ge
probeerd „Dit is de vijfde maal en
tk krijg aldoor hetzelfde antwoord en
dat is veikeerd" zei Frits. Tot zijn
groote verwondering trachtte oom Jan
hem niet over te halen de som nog
eens heelemaal opnieuw te maken.
Anders zei oom jan altijd, dat hij het
nog eens en nog eens moest probeeren,
net zoo lang tot hij de goede ant
woorden had. Oom |an legde echter
zijn boek neer en floot den kleinen
hond die dadelijk kwam aanhollen
„Weet je hoe je hondjes moet africh
ten", vroeg oom jan. „Neen oom," zei
Frits, „gaat U Bobbie kunstjes leeren
Zijn oogen begonnen te schitteren en
vlug sprong hij van zijn stoel. „Wij
zullen probeeren hem vanmiddag een
kunstje te leeren", zei Oom Jan. terwijl
hij Bobbie streelde. „Wat eenig" juichte
Frits, „wat leert U hem het eerst?"
„Eerst de allereenvoudigste natuurlijk"
hernam oom jan, „Haal jij even mijn
wandelstok uit de gang". Frits liet
zich dit geen tweemaal vragen. Hij
rende de kamer uit en kwam even
later met den wandelstok terug. „Leg
dien stok nu gewoon op den grond",
zei oom Jan, „Zoo, dat is goed. Wij
zullen hem leeren er ovetheen te
springen, maar eerst moet h!j leeren,
om er overheen te stappen." Frits
ging bij oom |an op den grond zitten
en de pret begon. Oom Jan lokte
Bobbie, die nog maar negen weken
oud was, om dichter bij den stok te
komen. Maar Bobble was een eigen
wijs hondje, en het leek wel of hij
bang voor dat groote ding was. Maar
toch kwam hij steeds een stapje dich
terbij, eindelijk kon hij er even aan
ruiken, sprong echter weer achteruit,
kwam weer dichterbij, toen begreep
hij dat de stok hem niets deed en
begon er in te bijten en probeerde
hem weg te sleepen. Nu nam oom
Jan de stok in zijn hand en liet Bobbie
weer wat dichterbij komen, nam nu
zijn voorpootje en plaatste die over
den stok heen. En Bobbie, die niet wist
wat oom jan eigenlijk van hem wilde,
hapte eerst in zijn hand, daarna stapte
hij met zijn andere voorpootje zelf
over den stok heen. Met een beetje
moeite kwamen nu ook zijn achter
pootjes over den stok heen. Oom Jan
prees Bobbie, streelde hem over zijn
kopje en probeerde het opnieuw. De
tweede keer ging het al een beetje
gemakkelijker. Frits vond het prachtig,
zoo goed als Bobbie het leerde. Ver
schillende malen probeerde oom Jai
Bobbie over den stok heen te laten
-■tappen, terwijl deze op den grond lag,
toen lichtte hij hem een heel klein
eindje van den grond, maar daar wilde
Bobbie eerst niet aan. Met eindeloos
geduld gelukte het oom Jan Bobbie
aan zijn hondenverstandje te brengen,
dat hij er overheen moest springen.
Meer dan een uur waren oom Jan en
Frits met Bobbie bezig en tenslotte
sprong hij dadelijk over den stok
heen, waarna hij blij blafte en vroeg
om aangehaald te worden. „Nu," zei
oom |an, „wat heb ik je gezegd, als
we het maar lang genoeg vol hielden,
dan zou hij het wel leeren, en je ziet
we hebben bijna anderhalf uur noodig
gehad om hem deze eene toer te laten
doen". „Ja," zei Frits, „daar hebt U
gelijk in". „Hoe vaak denk je dat wij
het kunstje hebben herhaald", vroeg
oom Jan nu. „Dat weet ik niet mis
schien wel honderd keer". „Nu zie je
hoeveel geduld een dierentemmer moet
hebben met het temmen en africhten
van zijn dieren. Denk je dat zij het
ooit zouden leeren, als de trainer het
na de vijfde poging opgaf Frits was
al lang zijn som vergeten, doch nu
begreep hij waarom oom Jan hem
Bobbie als voorbeeld had gesteld
Vlug ging hij weer voor zijn schrif
zitten, nam zijn potlood en begon de
som weer heelemaal opnieuw. En
jawel, na een kwartiertje kon hij met
een stralend gezicht vertellen, dat de
som klaar was en uitkwam. Oom Jan
lachte eens tegen hem en Frits zei
„Ik zal het voortaan doorzetten, oom.
al moet ik de som honderd vijftig
maal overmaken".
De dichter die wist wat zijn
werk waard was.
Op zekeren dag stuurde Qoethe
den Berlijnschen boekhandelaar V een
verzegeld pakje waarbij een brief was
gevoegd van den voigënden inhoud
„Als de heer V, voor bijgaand ma
nuscript niet minstens 200 goudstuk,
ken wil betalen, moet hij het pakket
ongeopend terugzenden. De boekhan
delaar aarzelde eenige dagen lang Hf
verlangde er in zijn hart naar te zien
wat Ooethe hem had gestuurd, maar
de angst, zijn geld voor niets uit te
geven, weerhield hem. Eindelijk kreeg
zijn nieuwsgierigheid de overhand. Hl
scheurde het omslag open. Wat hij er uit
te voorschijn haalde, was 't manuscrip
van „Herman urtd Dorothea".
De uitgever heeft meer dan het
honderdvoudige van wat het hem had
gekost aan de zending van Ooethe ver-
verdiend.
VADERLANOSCNE BANK
VOOR BELASTE WAARDEN,
'S-G RAVENNA6E,
Ot iepen beurskoers
l |0 OBLIGATIE!
met jaarlijksche uitloting.
lederen vakman weet, als de teenen
en de voorvoet tot den bal op den
grond blijven, dat de hiel meer naar
voren komt naarmate men hem hoo-
ger oplicht. Weet dat de wreef en
scheenlijn, zoowel als de achterlijn,
zich wijzigt bij elke heffing en daling
van den achtervoet.
Wil men daaromtrent profiels heb
ben, zij zijn met elk fototoestel in de
gegeven richting op te nemen.
Als slot der boetseercursussen stel
ik voor een voet in 6 of meer verschil
lende standen, dus 6 of meer voeten
ieder telkens 1 centimeter achter
hooger klimmend. Men kan ze eerst
afgipsen, daarna boetseeren. Als
men zoo een aantal volgens verschil
lende normale voeten heeft, kan men
die met Isolatieband omwikkelen, al-
zoo copieerend, daarbij zorgend, dat
wel het band op het band, doch niet
op de gips of klei kleeft.
De voor- en achterlijn afteekenen,
het zoolvlak met een geschikt binnen
zoolmodel eveneens afteekenen, daar
na de copie op die lijnen doorsnijden.
Breng ze over op papier en tracht
een systeem omtrent den stand van
voor- en achterafsluitlijnen op te
bouwen. U heeft de practische gege
vens als leidraad, waaraan U de fei
ten kunt afleiden. Door dit alles
vormt men de wetenschappelijke ken
nis, die eiken vakman van nut kan
zijn. Zoowel als het systeem „Knö-
fel", een der oudste in ons land be
kende modelleersystemen, sindsdien
veel gewijzigd is, kon men hier en
daar nog wel eens wijzigen.
De Snijcursus
De behandeling of verzorging en 't
gebruik van het mes is voor den
schoenmaker nog steeds een voorna
me aangelegenheid, en het is van be
lang de „handigheid" te bevorderen.
In den geest als de figuren voor het
houtsnijwerk op de teekeningen, die
daarvoor verkrijgbaar zijn, staan aan-
Oplosstngen van de vorige week.
1
Wee den wolf, die in een kwaad
gerucht staat.
2
a
aan
toren
aardbei
sabel
een
i
Meloen
Evert
Leen
Oom
En
N
Nieuwe Raadsels.
1
Ik ben een spreekwoord van 38
letters
5—22—38 is niet droog
9—8—10 11 zit aan een ketel
24—25 1 jongensnaam
2—6—7—20 getal
12—16 -17 insect
26-32-19-28 hoofddeksel
35—13—3-4 niet warm
14-22—17-21 27 voedzaam graan
31-36-30 niet „dik"
18-29—33—34 niet „een"
15—22—23 ligt voor de deur
3—37 voegwoord
2
Zoek uit onderstaande zinnen de
verborgen dieren- en visschen-namen.
De visscher trok het net door het
water.
De Gravin komt elke jaar eenige
weken op het kasteel.
De onderwijzer had alle namen op
geschreven. maar hij had de Ijjst
ergens laten liggen.
Deze brand zal men gemakkelQk
kunnen blusschen.
Onze kip had dertien kuikens.
Des Zomers draagt Rika katoenen
jurkjes.
3
Ra, ra wie ben ik:
Holderderbolder ging over de zolder,
Vier heeren konden Holderderbolder
niet keeren.
OUDERS, LEZEN UWE KINDEREN
ONS JEUGDHOEKJE?