inr^ririri Arbeid adelt. GEMEENTERAAD. No. 54. Zaterdag 4 Juli 1931. 54e Jrg. TWEEDE BLAD. VLIJMEN. Dinsdagavond kwam de raad dezer gemeente in openbare vergadering bijeen, onder voorzitterschap van den EdelAchtb. Heer G. R. v. d. Ven. Afwezig de heer v. Wagenberg; va cature. Ingekomen stukken. Schrijven van 't Hoofdstembureau houdende benoeming van den heer G. van Engelen tot raadslid, ter ver vulling der vacature, ontstaan door het overlijden van den heer Boom. Rekening Gezondheids-commissie. Deze wijst aan in ontvangsten ƒ2421.86 en in uitgaven ƒ2195.94, zoodat een batig slot van 225.92 resteert. I In behandeling werd gebracht het aangehouden verzoek om subsidie van Vlijmen's Mannenkoor. B. en W. stellen voor hierop af wijzend te beschikken, welk voorstel door den voorzitter nader wordt toe gelicht. Het college sympathiseert wel zeer met deze vereeniging en haar streven, maar meent toch uit finan- cieele overwegingen niet tot het ge ven van een extra subsidie te mogen besluiten. De toestand der geldmid delen laat deze uitgave niet toe, te meer waar de landerijen zoo weinig hebben opgebracht. Het voorstel wordt aangenomen. Wijziging begrooting 1930 (met in begrip der begrooting G.E.B.) Naar aanleiding van dit punt merkt de voorzitter op, dat voor een leerling der H.B.S. de gemeente bijna 400. moet betalen, hetgeen dus in totaal neerkomt op een bedrag van 2000, mits deze leerling' tenminste na 5 ja ren zijn diploma heeft behaald. In dien deze leerling naar het Lyceum (of Hoogere Handelsschool, Red.) ging, zou men slechts 100.— hebben te betalen. Bij de begrooting G.E.B. brengt de Voorzitter een woord van hulde en dank aan den administrateur, voor zijn accuraat beheer, dat mede een factor is geweest om tot een behoor lijke winst te komen. De heer v. Sprang informeert hoe het staat met het stroomver lies op het net in de gemeente. De Voorzitter kan mededeelen dat dit verlies steeds minder wordt: het is nu reeds teruggeloopen van 35 Lot 24 wat voor het grootste ge deelte te danken is aan het tijdig snoeien der boomen, waarop de ge meente, zij het niet ten genoege der inwoners, telkens aandringt. Toelating raadslid. De Commissie van Onderzoek, be staande uil de heeren V. B(uul, v. Sprang en v. d. Griendt, bevindt de geloofsbrieven van den heer G. van Engelen in orde en adviseert tot toe- lating. :jg|. Aldus wordt besloten. Voorstel B. en W. concessie P.N. E.M. laagspanningsnet Peperstraat. Het voorstel van B. en W. om de concessie te verleenen tegen een re tributie van 10 cent per steunpunt, wordt aangenomen. Hierna wordt de vergadering ge sloten. HAARSTEEG. Openbare verga'dering van den raad dezer gemeente op Dinsdag 30 Juni 1931 des avonds 7 uur. Voorzitter de Edelachtbare Heer Burgemeester. Aanwezig alle leden. De notulen der vorige vergadering werden voorgelezen en goedgekeurd. Aan de orde: 1. Ingekomen stukken. Proces verbaal van kasopname bij den gemeente-ontvanger waaruit blijkt dat alles in orde is bevonden. De heer Dobbelsteen vraagt of voortaan niet een andere dag genomen kan worden voor het nazien van de kas van het electriciteitsbedrijf. Zooals nu op Zaterdagavond 8 uur weet men tevoren dat spr. er niet bij kan zijn daar hij dan altijd weg is. De Voorzitter zal hiermede gaarne rekening houder, doch geeft de verze kering dat alles goed is gecontroleerd en in orde bevonden en de boeken tot den laatsten dag waren bijgewerkt. De rekening en begrooting der ge zondheidscommissie wordt voor kennis geving aangenomen. Verzoek van de R K, Blinden vereent ging „St. Odiiia" om een subsidie van 1 cent per inwoner. De Voorzitter zegt dat B. en W. dit werk voor de blinden die toch reeds zooveel moeten missen een groot maatschappelijk belang achten. Men moet het zelf gezien hebben met hoe veel geduld en toewijding daar getracht wordt het leven der blinden dragelijk te maken door het aanleeren van werk. zaamheden, ontspanning en kunstbe- oefening Hij stelt voor een subsidie van f 10.— te verleenen. De heer Dobbelsteen voelt ook wel voor dit goede doel doch vreest hier mede een precedent te scheppen. Er zouden zooveel aanvragen kunnen komen en de gemeente zal zelf het geld hard noodig hebben. De heeren van Heeswijk, van Hemert en van Vrede verklaren te ondersteu nen het betoog van den voorzitter dat dit mooie doel wel deze kleine sub sidie waard is en men bij andere aan vragen nog geheel vrij staat. Met algemeene stemmen wordt be sloten f 10.subsidie te geven. Verzoek om een bijdrage voor het te stichten monument voor 't reddings wezen. De Voorzitter zegt dat B. en W. sympathiek staan tegenover dit plan om de helden die op zee voor anderen hun leven wagen te eeren. Zij laten den raad echter geheel vrij en hebben in deze geen voorstel. De heer van Hemert stelt voor een kleine bijdrage te geven van bijv. f 5 hetgeen met algemeene stemmen wordt goedgevonden. Schrijven van Ged. Staten waarin gewezen wordt op de herhaaldelijk voorkomende gevallen van fraude in het beheer van liefdadige en andere instellingen en waarin wordt gewezen Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden. DE WONDERREIS VAN KNIP EN KNAP. .Zie Knip, daar staat de kisti Nu dadelijk maar naar binnen, En nog een poosje slechts Dan gaat de reis beginnen. Maar even nog gewacht. Ik zie twee mannen komen. O neen, ze gaan weer heen. Nu spoedig plaats genomen! Vlug in de kist, vooruit!" En voor Knip goed nog wist Wat er gebeuren ging, Trok Knap hém in de kist. Knap sloeg, zoo vlug hij kon, Het zware deksel neer, Nu sprak: .Ziezoo, vriend Knip, Nu vindt men ons niet meer!" Die arme Knip, hij dacht; Wat gaat dat alles vlug. Al wou ik nog zoo graag, Ik kan niet meer terug, Zoo goed en kwaad het ging Werd door hen plaats genoment En afgewacht wanneer De mannen zouden komen, Om ook de zware kist Waarin de jongens zaten, In 't ruim van 't groote schip, Met touwen neer te laten. .Wees nu heel stil", zei Knap. .je moet alleen maar fluisteren. .En daar we niets meer zien, Moet je vooral goed luisteren." Het wachten duurde lang, En Knip zei eindelijk zacht .Misschien wordi onze kist, Wel niet aan boord gebracht." Hij dacht:als dat zoo is, Mislukt het heele plan. Ik ga dan vast naar huis, Zoo vlug als ik maar kan. (Wordt vervolgd). op de voorschriften betreffende het toezicht van gemeentewege op hei beheer van de aan haar rekenplichtlge instellingen en geadviseerd wordt een verzekering te sluiten of zich op anderr wijze door tusschenkomst van de Ver van Nederlandsche gemeenten tegen verlies te waarborgen. De Voorzitter zegt dat B. en W. naar aanleiding hiervan met den tegenwoordigen penningmeester van het Armbestuur zijn overeen gekomen dat deze een stuk van f 1000 als waar borg zal geven zoolang hij zijn functie nog zal vervullen n.l. tot 1 Jan. a s. De boeken worden overigens regel matig nagezien en steeds netjes in orde bevonden. Dit effect van f 1000 alsmede 5 stukken van f1000 van den gem.— ontvanger zouden dan bij de Ned Bank gedeponeerd kunnen worden. Op een vraag van den heer Dobbel steen licht de Voorzitter nader toe dat er een bedrag van f482 momenteel nog bij het Armbestuur in kas is en men terecht mag vreezen dat nog wel bij het gemeentebestuur zal moeten worden aangeklopt. Inzake een opvolger voor den secr.- penn., die zijn functie nog zal blijven vervuilen tot 1 Jan. a.s. op welken datum hij toch periodiek zou aftreden, deelt de Voorzitter mede dat deze een salaris van f 100 heeft, hetgeen wel zeer miniem is en waarvoor men, vooral nu er f 1000 borg gesteld moet werden, niet veel geschikte krachten vinden zal. De raad moet dus tegen dien tijd maar eens rondzien. De heer Dobbelsteen vraagt waarom de raad in zoo langen tijd niet is bijeen geroepen, terwijl de heer van Hemert er aan toevoegt dat hij zeker verwacht had dat de raad vóór de verpachtingen bijeen geroepen zou zijn om te bespreken op welke wijze deze zou plaats hebben. De Voorzitter zegt dat er geen zaken voorkwamen die urgent waren, zoodat hij meende gerust tot heden te kunnen wachten, temeer waar er binnenkort nog vaak genoeg door den raad ver gaderd zal worden. Inzake de verpachtingen zegt spr. dat hij in het vervolg gaarne rekening*! er mede wil houden dat de raad hierover te vorén gehoord wordt. Hij heeft het thans zoo beschouwd dat het houden dezer verpachtingen een taak was van B. en W. bij wie immers de uitvoerende macht berust van door den raad genomen besluiten, in dit geval bij de begrooting geregeld. Het had hem gespeten dat niemand van den raad bij de verpachtingen present was ofschoon hij toch een bericht aan ieder lid gezonden had. B. en W meenden de geschikste methode te hebben gevolgd door bij opbod ie verpachten inplaats van te mijnen. Rekening houdend met de malaise en de lage opbrengst van andere gronden is de opbrengst niet slecht geweest nl. f 1450 tegenover f 1850 in 1930 of 25 pCt. minder, terwijl andere gronden in den polder ruim 40 pCt terugliepen De heer Dobbelsteen meent toch dat mijnen beter zou geweest zijn dan bij opbod. Dat hij niet aanwezig was kwam hierdoor, dat hij meende dat de raad eerst had moeten worden gehoord over de wijze waarop zou worden verpacht. De Voorzitter zegt nogmaals toe daar in het vervolg rekening mede te In de wildernissen van Noord-Amerika. (Uit het Duitsch.) Vertaald door T. de Haas. (Slot.) II. Juist was het slachtfeest aan den gang toen twee kano's op het water verschenen, met menschen en goederen volgeladen. Toen zij eenigszins nader bij gekomen waren, bleek het dat zij llkali—Indianen waren. Zij hadden misschien het gebraad geroken, want zij stuurden recht op onze legerplaats aan, waar zij hun kano's op het strand trokken en zich zonder meer om ons vuur schaarden. Ieder nam een groote bloedige lap van het elandenvleesch en hield het zoo lang boven het vuur tot het warm geworden was Dan ver orberden zij het. Hun honger kon zelfs een Eskimo met jaloerschheid vervul len. De arme lieden schenen sedert maanden niets fatsoenlijks meer te hebben gegeten. Zij waren in elk op zicht een eigenaardig volk. Niets van de trotsche en statige houding, waar van wij zoo gaarne in de Indianen boeken lezen. Zij rookten geen vredes pijpen, zij voerden geen diepzinnige gesprekken in den raad der ouden over de buffels, over de snelheid der mustangs en over den blanken vader (d i de President) te Washington. De „Zwarte Valk" bracht niet eerst den groet over van zijn stam, en hij sprak ook niet: „De zonen der wouden zijn welkom in de wigwams der broeders van het land der Middernachtzon. Oef, ik heb gesproken Niets van dat alles. Een ding deden zij volgens hun beste weten: zij hiel. pen ons bij de verorbering van den eland. In weerwil van den schijnbaar Bij den vakarbeid der mannen en zoo ook bij de verzorging van auto of rijwiel en allerlei andere bezigheden, worden de handen soms verwond en gaan er vaak onooglijk uitzien. Bij dit alles bewijst Purol goede diensten. Allen die dezer dagen in Apotheek of Dro gisterij een aoos of tube Purol koopen, ont vangen daarbij zoolang de voorraad strekt, gratis een boekje over huidverzorging en huidgeliezing. zullen houden, doch merkt op dat er groote kans bestond dat de pachters zouden geweigerd hebben op andere voorwaarden dan bij opbod te pachten en daarom meende hij dat de beste weg bewandeld was. Nu er toch over de verpachting gesproken wordt wilde spr. hier even net boeten-stelsel ter sprake brengen. Vroeger is nl. besloten voor elke f 100 f 1 per perceel en per maand te htffin voor het niet tijdig voldoen der pachtsom. Hij vraagt of de raad dit al of niet wil handhaven. Na een lange discussie waarbij blijkt dat de secretaris deze boete bepaling steeds zeer soepel heeft toe gepast, doch waarbij geconstateerd werd dat deze regeling tot onbillijk heden aanleiding geelt wordt ten slotte besloten in plaats van een vaste boete per perceel en per maand een boete te tuffen naar evenredigheid van het bedrag en van het aantal dagen dat men over tijd betaalt. Van het R K. Schoolbestuur van Hedikhuizen is het verzoek ingekomen om gelden beschikbaar te stellen voor nieuwe schoolbanken die door den rijks-inspecteur zijn afgekeurd in de 3 lagere klassen der bijzondere school Een ontvangen offerte noemt 'n bedrag van f 498,10 welke som over 2 jaar door de gemeente kan worden ver deeld. De Voorzitter licht deze aangelegen heid nader toe en besloten wordt bij de behandeling der begrooting hierover nader te beslissen en intusschen ook elders offerte te vragen. Van de bewoners van het gehucht „'t Zand" is een schrijven ingekomen houdende verzoek om wegverbetering het aanbrengen van eenige verlichting en van een brandput. Wat de verlichting betreft zegt de voorzitter dat hij die menschen voor- loopig had gtholpen met een paar oude petroleumlantaams die door iemand regelmatig zouden aangestoken worden, doch deze wenscht dat niet langer zonder eenige vergoeding te doen. Betreffende de wegverbetering zegt wethouder van der Water dat B. en W. reeds in principe besloten hadden om een wagen gruis hiervoor te bestellen die dan door de bewoners zelf gratis zou worden afgereden en op den weg gebracht. Ook is uitgezien of er niet een sloot geschikt te maken was om er bij brand water uit te halen. Besloten wordt dat B. en W. in de volgende vergadering nader met voor stellen hieromtrent zullen komen. Een kleine vergoeding voor het aansteken der lantaarns wordt door den raad wel billijk geacht. 2. Vaststelling vergoeding ex. art. 101 L. O. wet 1920 over 1930 met voorschot over 1931. De Voorzitter zet uiteen hoe deze vergoeding moet worden vastgesteld nl. naar hetgeen over 1929 de Open bare school te Hedikhuizen per leer ling heeft gekost. Daardoor komt men aan het hooge bedrag van f 7,03 per leerling, heigeen voor de Bijzondere school te Hedikhuizen met 55 leer lingen een bedrag maakt van f386 65 en voor Haarsteeg met ongeveer 144 leeilingen een bedrag van f 1010,61. Het voorschot aan deze scholen heeft resp. f 248 en f 625 bedraeen zoodat zij nog respeciievelijk f 138,65 en f 385 61 over 1930 moeten ont vangen, welke bedragen een heel gat slaan in de gemeente-financiën. Er is echter volgens spr. niet aan te ont komen. Wordt goedgekeurd. 3. Wijziging der begrooting van de Gemeente en G.E.B. over 19o0 en 1931. Door den Secretaris wordt voorlezing gedaan van de verschillende mee— en tegenvallers, waaruit blijkt dat de mindere opbrengst der verpachtingen van bijna f 3000 de grootste strop was, doch dat de begrooting. voornamelijk door enkele belasting—meevallers nog wel kloppend is te krijgen. Even werd nog stilgestaan bij de post van f48 voor ontvangst ten raad- huize bij gelegenheid van het gehouden festival en door den Voorzitter werd de vraag geopperd of men bij heta.s. festival nog met deze gewoonte wenscht voort te gaan, waarop de raad besloot zulks wederom te doen, doch de kosten hiervoor zoo laag mogelijk te houden. De begrooting van het G.E.B. staat er gunstig voor, daar de ontvangsten f 1262.96 zijn meegevallen, tegenover een hoogere uitgaaf van 671.88, dus een overschot van f591.18. Deze begrotingswijzigingen worden met algemeene stemmen goedgekeurd. 4 Benoeming van 4 leden der schattingscommtssie voor de R. I. B. wegens periodieke aftreding van A. v. Vrede, D. v. Hemert, I. Buijs en P. v. d Brand. Uitslag eerste stemming: D. van Hemert 7, A. van Vrede 6,-1. Buijs 4, Dobbelsteen 4, Burgemeester 4 en Winkel 3, zoodat de heeren v. Hemert en v. Vrede gekozen zijn en er nog over 2 leden gestemd moet worden. Uitslag tweede stemmingBurge meester 5, Dobbelsteen 4, Winkel 4, Buijs 1, zoodat burgemeester Heereveld gekozen is en er een herstemming tusschen de heeren Dobbelsteen en Winkel moet plaats hebben. Hiervan is de uitslagDobbelsteen 4, Winkel 3, zoodat de heer Dobbelsteen gekozen is. 5. Voorstel van B. en W. tot het geven van een bouw—voorschot aan M. Verhoeven te Haarsteeg. De Voorzitter licht nader toe dat de regeering door bijdragen en voorschot ten den woningbouw tracht te bevor deren, speciaal voor groote, hulpbe hoevende gezinnen die vaak in zeer slechte woningen gehuisvest zijn. Na overleg met den inspecteur heeft spr. weten te bewerken dat in dit geval ook voor verbouwing wel de mede werking van het rijk zal worden ver kregen waardoor de kosten veel minder worden. Als de woning van Verhoeven naar de ter tafel liggende plannen wordt verbouwd, zullen de kosten f 1200 bedragen, waarvan het rijk f 300 zal geven mits de gemeente ook f300 bedraagt, terwfll voor het restant het rijk een leening toestaat tegen 4'/2 rCt. onuitputtelijken voorraad werd bet ons weer angstig te moede om de toe komst. Nadat wij onze magen weer volge geten hadden, maakten wij ons klaar voor de doorreis, te meer omdat hier wegens de rondom liggende bloed plassen de muskietenplaag ondraaglijk werd Een groot deel van het vleesch namen wij met ons in de boot, de rest lieten wij aan onze Indfaansche vrienden over, die naar het scheen voor muskietenbeten geheel ongevoelig waren. Een paar dagen later kwamen wij uit de delta, het doolhof van kanalen, en voor ons breidde zich de Macken zie uit in zijn geweldige grootheid. Het was een verheven aanblik. Wel het wonderbaarste tooneel, dat mij ooit voor oogen gekomen is. Zoo ver het oog reikte kon men de gele golven zien, zooals ze zich in den vluggen loop naar beneden wentelden en brul lend tegen den hoogen oever braken. Hier aan den rand van den grooten stroom rustten wij nog een lange poos om een voorraad brandhout in te za melen, want van nu af aan zou de reis tot aan de monding van de Peel rivier dag en nacht verder gaan. Toen wij de reis weer begonnen, waaide er een sterke tegenwind, zoo dat wij met moeite konden laveeren. Wij hielden ons tamelijk ver van de oevers verwijderd om de gansche kracht van den bries te kunnen benut ten. Hoe kostelijk rein en frisch was de lucht daar op de open rivierEn geen enkele muskiet 1 Rondom ons niets dan gele, rulschende golven en slechts heel wijd in de verte, dicht bij den horizon, langs de beide oevers de zwart-gerande lijn van dennenbos- schen, die scherp tegen het duistere grijs van den hemel afstak En boven dat alles het geheimzinnige zwijgen der wildernissen. Voorwaar, een vaart door een sprookjesland 1 Spoedig begon de wind te draaien en ging in een krachtigen Noordwester over, die direct van achteren In ons zeil blies. Dit was natuurlijk zeer ver blijdend, maar door de snelle vaart, die de boot nu kreeg, geraakten wij bijna elk oogenblik op een zandbank vast, en moesten soms een paar uur tot aan ons middel in het water loo- pen, om de boot weer vlot te krijgen. Geen oogenblik kon men zich voor zulke hindernissen veilig gevoelen, omdat in het troebele water ondiepten noch zandbanken te bekennen waren. Na ongeveer 3 dagen bereikten wij de monding van de Peef.rivier, wiens loop wij nu stroomafwaarts moesten volgen om naar fort Mac Pherson te komen. Zoo gauw wij in de monding der rivier gekomen waren, was het met den wind uit en de reis moest op de gewone manier met de honden, die de boot voorttrokken, voortgezet wor den. Wij kwamen zoodoende langzaam vooruit, zoodat ons geduld op een harde proef gesteld werd. De oevers waren hier gelukkig niet modderig maar tot aan het water met struikge was bedekt, Hieruit klonk dikwijls de roep van een sneeuwadelaar, die veel op kindergeschreeuw geleek. Menige vogel of dier, dat wij zagen, werd geschoten en kwam in onzen kookketel terecht. Er waren b.v. hazen en mus kusratten, en in het heldere water der vele zij—rivieren wemelde het van visschen voornamelijk snoeken, die een grootte hadden, die ik in Duitschland nooit had gezien. Bovendien bevond er zich ook een eigenaardige visch die alleen in het Noord—Westen van

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1931 | | pagina 5