Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Logische piiiitg.
hgdbdbpaband
wrmm
Winkelnieuws.
Gij zult vinden
Mol
Voor.
49, iv
i
Zoekt
Gaat
FEUILLETON
Akciiibald Marshall.
DOOP, EKWkEIHG
HEEREN-BAAI
NUMMER 5G-
ZATERDAG 16 JULI 1932.
55e JAARGANG.
Bezulolfllnas-rapport Weiter.
Aan het rapport-Weiter is het vol-
gende ontleend:
Afvloeiing van personeel.
Bij de behandeling van de verlaging
van de kosten van salarissen en loonen
merkt de commissie op, dat als gevolg
van de geldende, zeer vrijgevige wacht
geldregeling de te verkrijgen reëele
bezuiniging dus aanvankelijk veel
minder zal bedragen dan 12 pet. der
kosten van de personeelsformaties,
maar hierin zal moeten worden berust.
Het spreekt vanzelf dat het in het
algemeen aanbeveling zal verdienen
de ambtenaren, die het dichtst den
pensioengerechtigden leeftijd hebben
bereikt, het eerst voor afvloeiing in
aanmerking te brengen.
Er zijn groote individueele verschil
len en niet alle diensten hebben de
zelfde behoeften, doch in het algemeen
zal men het gemis der 60-jarigen het
minst voelen, in vele gevallen reeds
de 55-jarigen liever afstaan dan de
jongste generatie.
I Voor den staatsdienst zal het een
groot voordeel zijn, indien niet gedu
rende vele jaren tal van vacatures
aangevuld moeten worden met wacht,
gelders, die een andere beroepskeuze
hebben gedaan of onvrijwillig een hun
vreemden werkkring moeten binnen
treden.
De commissie merkt echter op, dat
de voorgestelde, procentische inkrim
ping niet zonder meer toepassing zal
kunnen vinden ten aanzien van het
personeel van leger en vloot en van
dat van het lager-, nijverheids-, mid-
delbaar, voorbereidend hooger en
hooger onderwijs.
Wat het lager onderwijs betreft,
U iets Gaat zien bij MOL
en
kwaliteit, vertrouwen, vakkundige
bediening.
MOL blijft gosdkooper.
heeft het thans aanhangig wetsontwerp
inzake de verhooging van de leer-
lingenschaal reeds de strekking te
geraken tot een belangrijke verlaging
van de personeelssterkte, terwijl de
commissie nadere voorstellen in die
richting doet, mede ten aanzien van
de andere vormen van onderwijs.
Ook met betrekking tot de defensie
heeft zij voorstellen uitgewerkt, tenein
de te geraken tot maatregelen, welke
een belangrijke vermindering van de
formaties en kaders beoogen.
De wijze van loonen salariskorting.
Wat betreft de verdere korting van
de salarissen en loonen, meent de
commissie, dat met ingang van 1 ja
nuari 1933 de korting moet worden
toegepast tot het hoogste bedrag, dat
onder de huidige omstandigheden door
haar redelijk is geacht.
Bij de vaststelling van het bedrag
dier korting zou het, naar haar in
zicht, aanbeveling verdienen in twee
erlei opzicht af te wijken van het
stelsel, dat door de regeering is gevolgd
bij de thans geldende regeling inzake
salarisverlaging.
In de eerste plaats waren eenige
bijzondere differentiaties ten voordeele
van de lagere loonen en salarissen na
te laten. De ontwikkeling van de in
dexcijfers wijst zeer sterk in de richting
van verlaging van de kosten der eerste
levensbehoeften, welke juist van de
lagere loonen en salarissen een belang,
rijk percentage uitmaken. Inzonderheid
voor de lagere loonen en salarissen
geeft dus de verlaging van het index-
cijfer steun aan de verlaging van die
loonen en salarissen.
In de tweede plaats meent de com
missie te moeten aanbevelen een ster
kere degressie van de korting ten bate
van de gehuwden en kostwinners.
In verband met een en ander is de
commissie van meening, dat het nood-
zakelijk zal zijn een nieuwe regeling in
te voeren inzake de korting op de
salarissen en loonen, die naar haar
oordeel, voor de ongehuwden zal wor
den gesteld op 13 pet. voor de gehuw
den en de kostwinners op 8 pet., d.i.
dus resp. 10 en 5 pet. hooger dan de
thans, gemiddeld genomen toegepaste
korting.
Gemiddeld gerekend zou de regeling
een salarisvermindering beteekenen
van 9 4 pet. welke dus lager is dan
die welke aan de landsdienaren in den
van „De Echo van het Zuiden".
,1843
Nederlandsch-Indischen Staatsdienst
met ingang van 1 Januari j.l. is opge
legd.
In verband met de aangenomen
noodzakelijkheid van eene algemeen
blijvende verlaging van het niveau der
rijksuitgaven, meent de commissie dat
deze salarisverlaging geen tijdelijk ka
rakter zal dragen. Het ware h. i. een
onjuiste politiek bij de Landsdienaren
de gedachte te wekken, alsof deze
korting tijdelijk zou zijn; zij kan naar
ïaar stellige overtuiging in afzienbaren
tijd niet vervallen en zal dus dadelijk
na invoering als permanent moeten
worden aanvaard.
Onderwijzende geestelijken-
Volgens de commissie behoort ook
bij de toekenning van subsidie aan
bijzondere scholen rekening te worden
gehouden met de behoefte. Wat col-
lectief bij den standplaatsaftrek en
individueel, bij den ongehuwden aftrek
als rechtsgrond wordt aanvaard, be-
hoort niet buiten werking te blijven
bij de groote groep onderwijzend per
soneel, die ten aanzien van de be-
hoeften in een andere verhouding ver
keert dan ambtenaren, die in gezinsver
band of alleenwonend leven.
De commissie, die er zich van be
wust is, dat hier onwillekeurig een
gevoelige plek in de onderwijspolitiek
wordt aangeraakt, heeft de overtuiging,
dat met haar voorstel geen schade
wordt toegebracht aan het fundament
der gelijkstelling van openbaar en
jijzonder onderwijs.
De voorzitter der commissie heeft
zich met dit voorstel niet kunnen
vereenigen, daar z i. de rechtsgrond
ontbreekt om ten aanzien van de rech
ten van het hierbedoeld personeel op
salaris rekening te houden met een
bijzonder behoefte-criterium, dat niet
voor allen gelijkelijk en in dezelfde
mate geldt.
Kosten van reizen in Rijksdienst.
In verband met den dalenden levens
standaard en omdat op deze uitgaven,
nu de nood der tijden daartoe dwingt,
in elk opzicht de uiterste soberheid en
terughouding zullen moeten worden
betracht, stelt de commissie een wijzi
ging voor van het Reisbesluit, waaruit
een bezuiniging zal kunnen voort
vloeien van f 855 000.
Vooreerst wordt voorgesteld, de
vergoeding van eigen rijwiel van 3 tot
2'/a per afgelegden kilometer en de
vergoeding voor eigen automobiel van
12 tot 10 cent per afgelegden kilometer
te verlagen.
Voorgesteld wordt de vergoedingen
wegens verblijfkosten per etmaal als
volgt te verlagen: Voor de eerste
klasse van f 11.50 tot f 10 20; voor
de tweede klasse van f 10.50 tot f 9 50
voor de derde klasse van f 9.40 tot
f 8.40; voor de vierde klasse van f7.50
tot f 6.50 en f 6.
De vergoedingen voor de z.g. .dag
uren" en .nachturen worden in de
zelfde evenredigheid verlaagd. Voorts
wordt als nieuwe bepaling voorgesteld,
voor reizen, die 7 uur des voormid
dags of later aanvangen en in den
U lijkt er zoo weinig op, als maar
eenigszins mogelijk is; maar de misvorm
de arm is het onweerlegbare bewijs, dat
u het niet is.
(Wordt vervolgd).
De Echo van het Zuiden,
WaalwPsche en Langstrantselir Courant*
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden en*.
franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38.
Telegr.-adresECHO.
Prijs der AdvertentiSn:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Bij contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiën moeten Woensdag en
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons besit sjjn.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
fWJSCHAPPy VAM VERZIERING OP HET LEVEM
Naar het Engelsch
van
Zy ging aan tafel zitten en George
bracht haar op de hoogte. Hij verzweeg
echter dat zij, toen zij de kanier binnen
drongen, Richards gezien hadden, maar
toen hij beschreef, hoe het water omlaag
kwam klateren en hoe Martin achterge
laten was in het ondergeloopen gewelf,
verborg zij haar gezicht in de handen.
Och, die arme Peggy, riep zij uit.
De beide jongelui slaakten een luiden
kreet van verbazing.
Ja, och ja, ik weet wie het is, zucht
te ze. Ik weet dat Martin en Richards
een en dezelfde persoon waren!
Hoe lang heeft u dat al geweten?,
vroeg George.
Ik koesterde al lang verdenking in
die richting en ik was er zeker van, na
dat ik in Glasgow was geweest, ant
woordde zij, maar ik kan u beter de ge
heele geschiedenis vertellen, en u moet
er zich op voorbereiden, dat de maat
der verrassingen voor vannacht nog niet
vol is!
Ze wachtte even om een paar tranen
weg te vegen en vervolgde, weer op haar
gewone, beheerschte manier pratend:
Ik ben bang, Sir Guy, dat u een bit
tere teleurstelling te wachten staat,
want, ofschoon het natuurlijk mogelijk
blijft, dat niet al mijn conclusies juist
zyn, toch geloof ik niet, dat ik mij ver
gis. Luistert u maar. Vijf en twintig jaar
geleden reisde ik met mijn overleden
man in Italië; het was onze huwelijksreis.
Wij logeerden in een hotel in Assisië; Sir
Roderick en Lady Bertram logeerden in
hetzelfde hotel. Dat heb ik u trouwens
al eens eerder verteld, geloof ik. Martin,
Sir Roderick's dienaar, was er ook; ik
kwam vrij geregeld met hen in aanra
king. Lady Bertram moest spoedig beval
len. Er was nog een andere dame in het
hotel, die in groote moeilijkheden ver
keerde. Zij was door haar man verlaten»
een door en door slecht sujet. Zij had
juist het leven geschonken aan een zwak
kindje en als zij weer voldoende hersteld
zou zijn om het hotel te verlaten, zou zij
niet weten waar ze heen moest en geen
penny in de wereld bezitten. Ik kwam in
kennis niet haar en zij vertelde mij haar
geschiedenis. Zij ging op in haar kindje;
het was alles wat zij had om zich aan te
hechten, maar ik zag dat het arme ding
waarschijnlijk niet lang te leven zou heb
ben. Den 12en Maart werd ik ook ziek en
ik moest eenige dagen het bed houden.
Toen ik weer op was, hoorde ik, dat
Sir Roderick en Lady Bertram den dag
nadat ik ongesteld geworden was, ver
trokken waren en de dame waarover ik
sprak, was met hen meegegaan. Ik wist,
dat Lady Bertram belangstelling voor
haar had opgevat en ik voelde mij gerust
gesteld door de gedachte, dat er voor
haar gezorgd zou worden. Ik heb haar
nooit teruggezien. Ze heette Mevrouw
Greenfield en toen u mij een portret van
uw moeder liet zien, herkende ik direct
de jonge vrouw, die ik in Italië had ont
moet.
George maakte een gebaar van verras
sing. Het is buitengewoon eigenaardig,
zei hij, toen hij van zijn eerste verbazing
hekomen was, dat onze levensgeschiede
nis op die manier verweven is. Weet u
nog meer?
Ja, was het antwoord. Ik heb het
kind van mevrouw Greenfield gezien.
Een van de armpjes was ernstig verdraaid
en misvormd. En het had blauwe oogen
evenals zijn moeder en lichtblond haar.
U bedoelt, dat ik niet het kind ben,
dat in Assisi geboren is, stamelde George,
begrijpend waar zij heen wilde.
ECHTE FRIESCHE N
^20-50ct.peron*^^
c/füt purdtn. aa. warffhtéiXmUamk Kopcumrie.
Wie ben ik dan, weet u het?
Weten doe ik het niet, maar ik kan
het raden en ik ben vrij zeker, dat mijn
gissing juist is. Ik geloof, dat u de zoon
is van Sir Roderick Bertram, die in
Foligno geboren werd of beter gezegd,
vandaag voor 25 jaar!
Goede hemel!, riep George ver
schrikt. Hoe komt u daarbij?
Mevrouw Herbert stond op en een kan
delaar van tafel nemend, hield zij het
licht voor het geschilderde portret van
Sir Roderick Bertram.
De twee jongelui richtten hun oogen
naar het schilderij en vervolgens keek
Guy naar George. De gelijkenis is buiten
gewoon, verklaarde hij, ik begrijp niet,
dat niemand dat ooit eerder heeft opge
merkt.
Het kan niet als 'n wettig bewijs
dienen, was alles wat George, die met
moeite zijn emotie bedwong, zei.
Mevrouw Herbert zette de kaars op
tafel, ging weer zitten en hervatte haar
mededeelingen.
Mevrouw Greenfield verliet dus het
hotel met Sir Roderick en Lady Bertram
en al haar rekeningen werden betaald.
Toevallig gingen mijn man en ik ook naar
Foligno, waar Lady Bertram onverwacht
was bevallen en waar zij gestorven was.
Daar hoorde ik, dat Mevrouw Greenfield
na Lady Bertram's dood met Sir Rode
rick was meegegaan en dat het kind leef
de en aan haar zorgen was toevertrouwd.
U vertelde my, dat zij in Highgate leefde
van haar eigen geld en dat haar zaken
voor haar beheerd werden door meneer
Richards, van wien wij weten dat hij
idenuek was met Martin. Waar kwam
het geld vandaan? Zij had haar man -
vóór de laatste weken van haar leven
niet meer terug gezien en waande hem
dood. En toen zij hem terugzag, verkeer
de hij in behoeftige omstandigheden
Dus van hem kon dat geld niet afkomstig
zijn. En toch waren er voldoende midde
len beschikbaar voor uw opvoeding en
om u uw intrede in de maatschappij te
laten doen. Ik vraag nogmaals: Waar
kwam dat geld vandaan?
Er werd 'mij gezegd, dat het van
mijn vader afkomstig was, antwoordde
George.
Het kwam van Sir Roderick en Mar
tin, alias Richards, was met de uitbeta
ling belast!, verbeterde mevrouw Her-
bert op gedeeideerden toon. Guy stond
uit zijn stoel op en lachte witjes.
Geen wonder dat Richards met alle
geweld wilde weten, wat ik zou gaan
doen, als ik alles kwijtraakte!, merkte
hij op. Jij bent Sir George Bertram en ik
ben.... niemand.
Kom, kerel, tróóstte George. Jij bent,
die je altijd geweest bent. De heele ge
schiedenis lijkt mij uiterst onwaarschijn
lijk; ik hoop, dat u het mij niet kwalijk
neemt, mevrouw Herbert dat ik dat zoo
onomwonden zeg. Wat u on«> verteld
heeft, is buitengewoon merkwaardig en
zooals u de feiten groepeert en uitlegt,
is uw theorie moeilijk te weerleggen.
Maar er zal ongetwijfeld een andere ver
klaring gevonden kunnen worden en ik
ben het, die zal blijken „niemand" te zijn.
Ik geloof van niet, hield ze vol, en
ik hoop ook van harte dat het niet het
geval zal zijn, hoewel het mij natuurlijk
vreeselijk spijt dat Sir Guy de dupe van
dit mysterie zal worden.
ïk voor mij twijfel niet aan uw
conclusies, mevrouw Herbert, mengde
Guy zich weer in het gesprek. George,
laat mij de eerste zijn, je als hoofd van
mijn familie en als mijn zeer vereerde
neef te begroeten. Alles op de wereld is
een kwestie van geluk en er is niemand
dien ik méér van harte zyn deel ervan
gun dan jou. En nu ga ik naar bed.
Behalve dat hij wat zenuwachtig-opgc-
I wonden was maar er was ook zooveel
schokkends gebeurd in een kort tijdsbe-
stek toonde niets aan zijn houding hoe
zwaar hij getroffen was door de onthul-
lingen van mevrouw Herbert.
Anne kerel!, zuchtte George. Als
u ten slotte gelijk mocht hebben, me
vrouw Herbert, zal ik my als een indrin
ger gaan voelen!
HOOFDSTUK XXVIII.
HET LICHT BREEKT DOOR.
Zelfs in de hevigste crisis is er altijd
één mechanisme, dat intact blijft: de
sleur van een groote huishouding en het
ontbijt op Wetstones verliep dien och
tend van den 14en Maart, naar de ge
wone, in zulk een deftige behuizing gel
dende regels. De conversatie was na de
gebeurtenissen van den afgeloopen nacht
niet bijster vlot, maar over die gebeurte
nissen zelf, werd met geen enkel woord
gerept.
Toen de maaltijd afgeloopen was, trok
ken Guy en George, Calthorp en Bobby
Conder, zich terug in de rookkamer, om
krijgsraad te houden. Beide laatstgenoem
den luisterden met de grootste aandacht
naar het relaas van mevrouw Herbert's
onthullingen.
Het verhaal van mevrouw Herbert
zit zoo logisch in elkaar, oordeelde de
advocaat, toen hij alles had gehoord, dat
we het niet zoo maar naast ons kunnen
neerleggen. Maar het eenige, wat met
onweerlegbare zekerheid is komen vast
te staan is het feit, dat George niet het
kind is dat mevrouw Greenfield in Italië
het leven heeft geschonken. Maar voor
het overige is het heele verloop zoo ge
compliceerd en verward, dat hij nader
onderzoek misschien een geheel andere
verklaring mogelijk blijkt. Er kan zich
tusschen de papieren van Martin wel iets
bevinden, dat het juiste licht op de heele
geschiedenis werpt. Er zijn nog verschei
dene punten niet opgehelderd. Zoo bij
voorbeeld waarom Sir Roderick zijn
eigen zoon zou hebben verstooten.
Hij was dol op zyn vrouw, opperde
Bobby Conder, en de geboorte van het
kind "kostte haar het leven. Dat zou de
verklaring kunnen zijn.
Het is inderdaad de eenige mogelij
ke, erkende de advocaat. Martin maakte
toebereidselen om vandaag het geheim te
ontsluieren en de juweelen terug te ge
ven; vandaag, nu het op den dag af 25
jaar geleden is, dat Lady Bertram stierf
en het kind geboren werd. Tusschen
haakjes, George, wanneer ben je jarig?