Miners, Langsiraiw DIT BLAD vorige begrooflng heeft hij nog gezegd dat het batig saldo slechts f 3000 was, tegenover f6000 het jaar te voren en dat men er voor 1933 wel niet zonder belasting-verhooging af zou komen. De heer W. v. d. Wiel kan de op. vatting van den voorzitter, dat verhoo ging der pers. bel. niet zoo zwaar op de arbeiders drukt als verhooging der 1 fondsbelasting, niet deelen. Hij haalt voorbeelden aan van arbeidersgezinnen j die door het armbestuur gehouden 1 worden en dus vrij zijn van inkomsten belasting, maar die, door de hooge huren der gemeentewoningen nog 19 Pers. bel. moeten betalen. De Voorzitter meent dat de heer v. d. Wiel overdrijft. Er kan eens een on. gelukkige uitzondering tusschenloopen, dat heeft men altijd, maar over het algemeen zal de arbeider door sterke verhooging der Fondsbelasting harder getroffen worden dan door verhooging der Pers. Bel. Verder wijst spr. er op dat de gemeente geen woningen ver. huurt doch de Bouwvereeniging. De heer» Verhoeven leest uit een couranten artikel voor dat Drunen en Dongen geen opcenten op de vermo gensbelasting heffen, terwijl er gemeen ten zijn waar 75 opcenten worden geheven. De Voorzitter zegt dat de gemeente Drunen 50 opcenten heft hetgeen het maximum is. De heer v. Drunen protesteert er tegen dat heel de gemeente hoogere belastingen moet betalen, die alleen gebruikt worden voor enkele ambtena ren die zich in weelde kunnen baden. De Voorzitter zal op dergelijk ge scherm met dikke woorden niet verder ingaan. Zooals hij reeds heeft opgemerkt kan de raad aan de salarissen der hoogere ambtenaren niets veranderen omdat deze door Oed. Staten geregeld worden en om alleen de lagere amb tenaren te verminderen achten B. en W. onbillijk. Daarom zouden zij, wat de salarisregeling betreft, willen af wachten welke maatregelen in dit ver band van hoogerhand zullen genomen worden. Hij zal het voorstel om 60 opcenten te htffen op de Pers. bei. in omvraag brengende opcenten op de Fondsbelasting kunnen dan later nog geregeld worden. Dit voorstel wordt met 7 tegen 4 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren W. v. d. Wiel, Vester», Verhoeven en v. Drunen. 8. Van Burgemeester en Wethouders betreffende overschrijving van het jacht- recht van P. van Schijndel. In hun prae-advies zeggen B en W. Zooals Uwen Raad wel bekend is, wordt door het falllisement van den heer van Schijndel te Waalwijk het pachtcontract betreffende het jachtrecht onder deze gemeente als ontbonden beschouwd. Hoewel het jachtrecht volgens raadsbesluit alleen aan Van Schijndel voornoemd, is verpacht, had deze een drietal medejachlgerechtigden die er thans de dupe van zijn dat het jachtrecht op naam van Van Schijndel staat. Deze medejachtgerechtigden hebben verzocht om overschrijving van het jachtrecht op naam van een hunner. Wij mogen Uwen Raad er op wyzen dat hangende het faillissement de nog verschuldigde pacht over het seisoen 1931/32 alsmede de aan van Schyndel in rekening gebrachte schadevergoe ding voor de door de konijnen aange richte schade aan dennenplanten geheel uit vrijen wil is voldaan, waaruit blijkt dat deze medejachtgerechtigden de pacht niet als geëindigd beschouwen. Ware door hen de nog openstaande pachtsom niet betaald dan zou de ge meente zich tevreden hebben moeten stellen met het uitgekeerde percentage uit den faillieten boedel Oo grond van een en ander meenen wy Uwen Raad te moeten voorstellen te besluiten tot overschrijving van be doeld jachtrecht op naam van een der mede.jachtgerechtlgden. De heer van Drunen merkt op dat, toen hy vorige maal gewezen heeft op de groote wildschade die op Pessaert veroorzaakt werd, hem door den Voor zitter in de schoenen werd geschoven dat het niets dan drijvery was, omdat men daar ook graag zou jagen, maar dat ze van Pessaert afbleven. Nu hebben echter enkele menschen toch vergunning gekregen om daar konijnen te schieten. Zeker uit angst voor den raad? De Voorzitter ontkent in de vorige vergadering zich tegenover den heer van Drunen te hebben uitgelaten zooals deze thans voorgeeft. Hy heeft gezegd dat er meer achter zat. Spr. vond dat de wildschade toen sterk overdreven werd voorgesteld. Niettemin hebben B. en W., om den raad gerust te stellen en heelemaal niet uit angst aan enkele goede jagers en betrouwbare personen uit Drunen verzocht om daar mede op konynen te schieten. Deze hebben hun best gedaan doch slechts enkele konynen kunnen vinden. Wel een bewys dat de konynen-plaag over dreven Is voorgesteld, waarvan spr. ook te voren overtuigd was De heer van Drunen kan zich voor stellen dat de Voorzitter niet deskun dig is op dit gebied, maar hij begrijpt niet hoe de wethouders die het al jaren hebben kunnen zien, zoo kunnen handelen. Hy vraagt ook de andere raadsleden die ter plaatse een kijkje zyn gaan nemen eens hun bevinding te zeggen. Spr. zelf vindt den toestand in sommige De Eerw. jubilaresse, de Eerw. Moeder-over. ste Mère Adrienne (in de wereld mej.M. Win ters uit Waspik) In het St. Antoniu9gesticht te v.m. Baardwyk temid den harer familie. Wenscht gt| blokken allertreurigst. Waar een 2500- tal nieuwe boompjes waren geplant is haast niets meer over. Nu kan men wel zeggen dat door het verleenen van jachtrecht ook een jachtopziener in de bosschen komt, wat goed is tegen brandgevaar, maar als spr. den toestand van thans ziet, vond hij het wel goed als de heele Pessaert afbrandde, want door dat herhaalde herpooten komt er niets meer van terecht. De heer A. v. d. Wiel zegt er ook een kijkje te hebben genomen en ge constateerd dat er heel wat schade is berokkend. Spr. gelooft niet dat de drie personen die door B. en W. zyn aangezocht om daar konynen te schie ten voldoende zyn. Als ze er met den hond mochten jagen zou dat meer succes hebben. Er zitten veel jonge konijnen die de jagers den hagel niet waard achten. Honderden planten zyn vernietigd. Er zal iets anders moeten gebeuren, anders komt er niets van terecht. Vroeger heeft men met het verpachten der jacht aan den heer v. Schyndel hetzelfde ondervonden, daar om moest er nu maar eens wat anders gedaan worden om de konynen beter te verdelgen. De Voorzitter wil opmerken dat de heeren biykbaar veel vertrouwen heb ben in de jagerscapacileiten van ande ren als zy meenen dat die meer zou den kunnen dan zij die er op het oogenblik recht hebben om te jagen. Als dezelfde raadsleden die thans een kykje zyn gaan nemen, dat 20 jaar lang gedaan hadden, zouden zij elk jaar precies hetzelfde gezien hebben ja 't is vroeger wel eens erger geweest met de wildschade. De heer Vesters meende aanvankeiyk dat de heer v. Drunen sterk overdreven had, doch nu hy is wezen kijken moet hy toegeven dat het inderdaad erg is met de aangerichte schade. De heer W. v. d. Wiel begint met een compliment te maken aan de pers die vorigen keerde belangen van den burgemeester zoo goed gediend heeft. Ook spr. is Zondag wezen kijken en is het volkomen eens met hetgeen over de vernieling aldaar is gezegd. Hy begrijpt niet hoe deskundigen als de belde Wethouders dat zoo kunnen aanzien. Dat de burgemeester als oud- Waalwyker graag de Waalwijksche heeren voortrekt ten koste van de gemeentekas kan hy wel begrijpen. Al be aaide de heer v. Schijndel ook f 500 jachtrecht, dan was de schade die de gemeente nu door de konynen lijdt nog grooter. Ja, zegt sprdie zich schynbaar hoe langer hoe meer opwindt, U kunt grapjes maken en my uitlachen, Mynheer de Voorzitter, dat zien wij hier geregeld van U. Maar U kunt een gladbek zyn en anderen zooals ik maar een lomperd, maar daar hebt U als voorzitter naar te luisteren en er een behooriyk antwoord op te geven, want wij zitten hier namens de burgerij om hunne belangen te behartigen. v. Drunen. De vroegere raad onder burgemeester v. Huiten heeft gezorgd dat de gemeente thans f 3000 inkom sten uit die bosschen trekt als de vrucht van hun werk. Maar wat zullen wy onze nakomelingen nalaten als dat zoo doorgaat? Ook ik vind 't ergerlijk zooals U ons altijd zit uit te lachen. Moet dan de gemeente er de dupe van worden dat U het jachtrecht gaarne geeft aan iemand met wie U zelf voor niets kunt meejagen. De Voorz. roept dhr. v. Drunen tot de orde en zegt dat hy alleen op zakeiyke onderwerpen kan ingaan en niet op dergeiyke goedkoope praatjes die eiken grond missen en die de heer v. Drunen schijnbaar zoo gaarne in het publiek verkoopt. Als spr. ergens om gelachen heeft dan Is het om iets waarom ieder een die het hoort, lachen moet. De heer Brok meent dat de zaak ver overdreven wordt. Er wordt zeer zeker schade aangericht, maar de menschen moeten niet denken dat dit alles door de konijnen komt. Er is daar al meer mast gehakt en men ziet altyd dat een latere aanplanting het niet zoo goed doet als de eerste. Wethouder v. Halder zegt dat er nu al zooveel gesproken is over de schade die er thans wordt aangericht, maar hebben diezelfde heeren ook vroeger wel eens die bosschen zoo nauwkeu. rig bekeken Eerst dan zouden zy een vergeiyUng kunnen trekken en zien dat de schade thans niet grooter dan anders Is. Spr. ontkent niet dat er veel schade wordt gedaan, maar uit het contract dat vroeger jaren met,den heer v. Schyndel is gemaakt biykt wei dat het toen hetzelfde was. Waarom zou men toen bepaald hebben dat de konijnen moesten worden uitgeroeid en dat B. en W. anders het recht hadden ook anderen vergunning te geven daar konynen te schieten, ter wijl bovendien v. Schyndel de door de konynen aangerichte schade moest vergoeden. Nu zegt de heer v. Drunen wel dat de opbrengst van die bosschen in de toekomst veel minder zal zyn dan vroeger, maar hij dient toch te weten dat masthout de eerste maal het best groeit. Als er al meer zware mast ge wassen is en zoo dicht op elkaar als op Pessaert, dan is er te veel voedsel aan den grond onttrokken, waardoor de nieuwe aanplanting de eerste jaren haast niet groeien kan en er vele plantjes dood gaan, ook al komen er geen konynen aan. Wethouder Muskens deelt geheel het gevoelen van den vorigen spreker. De heer A. v. d. Wiel herinnert er aan dat vroeger burgemeester Loeff met v. Schijndel hetzelfde geval heeft gehad en toen aan 6 of 7 menschen vergunning heeft gegeven daar konijnen te schieten. Op die manier moest men niet doorgaan. De bosschen zyn voor de gemeente meer waard dan die f 80 pacht. De heer Verhoeven wijst erop dat het 30 jaar duurt eer men van masthout profijt trekt en men vergeet dat men in dien tyd duizenden aan jachtrecht heeft ontvangen. AI zou er dus een groote party hout minder gewassen zyn dan anders, dan Is de gemeente er nog beter mee. Spr. vindt de konijnenschade sterk overdreven, omdat veel schade z.i. niet daarop geschoven mag worden. Verder wyst hy nog op het voordeel dat er nu ook een jachtopziener is. Vorig jaar heeft men het nog onder vonden toen Brok en zyn broer een brand constateerden Waren zy er niet blijkt dat verschillende gedeelten het heel goed doen, terwijl andere er min der goed voorstaan, waarvoor hy oa. de volgende oorzaken aangeeft: Het vroegere zware masthout dat er ge wassen is, is oorzaak dat de nieuwe generatie de eerste jaren slecht groeit. Eerst na enkele jaren, als ze 't voedsel wat dieper uit den grond kunnen halen, schieten de plantjes beter op. In vele gevallen ïykt het of de plantjes zijn afgeknaagd, doch het heeft veelal andere oorzaken. Op een gedeelte zyn plantjes uit België geplant die 't hier minder goed schynen te doen. Inder daad wordt er ook door de konijnen schade aangericht, maar niet zoo veel als oppervlakkig ïykt en men dient vooral rekening te houden met den toestand van den bodem. Ook zal later biyken dat verschillende plantjes die nu niet groeien willen, later zullen meevallen. De Voorzitter zal aan dit uitvoerig overzicht niet veel toevoegen. Hy wil alleen nog opmerken dat telken jare een controle van het Staatsboschbeheer plaats heeft en dat men dan van alles te hooren krijgt over den groei, over de bemesting met slakkenmeel, enz. maar nooit wordt er gewag gemaakt van abnormale schade door konijnen. Bovendien heeft men spr. gezegd dat de meeste konynen huizen in het aan grenzende bosch van de heeren Tim mermans. Ondanks al hetgeen hier naar voren is gebracht meenen B. en W. dus hun standpunt te moeten blij. ven handhaven. De heer v. Drunen beschouwt den gemeente-opzichter als een rechtvaardig man. Maar als B. en W. zeggen dat het niet zoo erg is dan zou spr. niet graag in zyn plaats staan, want dan zou hy moeiiyk anders kunnen rappor teeren. De Voorzitter zegt dat een eeriyk man gerust zyn eigen meening zal Broeder CEPHAS PASSIER. die 8 September as. met de Pieter Corneliszoon naar Ned.Oost-Indië (Borneo) vertrekt. geweest dan zou alles in vlammen zijn opgegaan. Zy hadden nog een paar schoenen en een jas verbrand en kregen toen f5— uitgekeerd. Qaat men het jagen daar vry geven dan trekt niemand zich nog iets van brandgevaar aan. Spr. is er echter niet tegen dat ook aan andere personen nog vergunning gegeven wordt daar konynen te schieten De heer De Wys heeft ter plaatse ook wel veel schade geconstateerd, maar kan als leek daarover niet oor» deelen en zou veel prijs stellen op een rapport van een deskundige, b.v. den boschwachter van het ryk. De Voorzitter meent dat de heeren zich thans voldoende hebben kunnen uitstorten en de opmerking moet hem van het hart dat het .een groote storm in een heel klein glaasje" is. Schade wordt er gedaan en daarom juist heb ben B. en W. ook aan een drietal in gezetenen verzocht daar konijnen te schieten. Maar daarnaast hebben zy gemeend het oordeel te moeten vragen van iemand die in Drunen wel als het meest deskundig kan worden be schouwd op het gebied van onze den- nenaanplanting. nl. onzen gemeenteop zichter v. d. Wiel. die toch door Ieder als een betrouwbaar persoon zal wor den beschouwd. Spr. doet dan voorlezing van de be- vindingen van den heer v. d. Wiel over de velschillende blokken. Daaruit zeggen. Persoonlijk heeft hy er geen verstand van, maar hij heeft eenvoudig aan den gemeente-opzichter diens meening gevraagd. Ook van andere zijden heeft hy herhaaldeiyk informa- ties ingewonnen, maar menschen die er vroeger gejaagd hebben beweren ook nu dat er het aantal konynen verminderd is. De heer W. v. d. Wiel zegt dat de Voorzitter het doet voorkomen of het geen de raadsleden daarover gezegd hebben maar kletspraat is en hetgeen door B. en W. en in het rapport wordt beweerd de waarheid. De gemeente- opzichter is zijn eigen broer, maar in dit geval stelt hy niet veel prys op zijn rapport. Weth. van Halder zegt dat het heel gemakkelijk is het rapport in twijfel te trekken, doch men dient dan ook te kunnen aangeven op welk punt er een onwaarheid in staat. Na nog eenige discussie brengt de Voorzitter het voorstel van B. en W. in stemming om het jachtrecht aan een der mede.jachtgerechtlgden van den heer van Schyndel over te dragen tegen f80.— per jaar, plus vervanging van de door wild vernielde plantjes en de verplichting van een jacht opziener. Bovendien hebben B. en W. het recht ook anderen vergunning te geven daar te jagen. Dit voorstel wordt met 7 tegen 4 volledig ingelicht nv gebeurtenissen, ringen, uitvoeringen1 kooplngen.verpachii,. ln Uwe en o«? gende gemeenten/ ABONNEERT U DAN 0| stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren W. v Wiel, Vesters. van Drunen en a d. Wiel. De heer de Wijs geeft nog in 0ï,, weging om de vergunning om konfir- te schieten niet steeds aan dez i personen te geven, doch ook i anderen; Ieder een tydje. De Voorzitter vindt dat heel eoê. en zal daar rekening mee houden 9. Voorstel van B. en W. om' woners dezer gemeente, houders v. groote jachtakten, evenals vorige jar^ vergunning te verleenen om ter! betaling van f2.— te mogen jagen de gemeente-eigendommen, waart' het jachtrecht niet is verpacht, nik de Kuiksche Heide en den WolfsL, De heer W. v. d. Wiel zou dii vergunning ook tot Pessaert wliu. uitbreiden, hetgeen de Voorzitter f stryd acht met het zoo even genou besluit. Zonder hoofdelijke stemming woit het voorstel van B. en W. aan?! nomen. 10. Voorstel van B. en W. tot wflri ging van het geldleeningsbeslult u 21 December 1931 ad f23000.- In hun prae-advies zeggen B. enW dat het hun niet gelukt is de leenint van f23000.— geheel tegen 4'/, pft geplaatst te krygen, doch slecbii f 17.400.— Er biyft dus nog f5600- over dat k 5 pCt. verkrygbaar li Omdat de bouwkosten van het nood slachthuis f200.— minder zijn dar geraamd was. kan worden volstaar met nog f5400.— op te nemen a 5 pCt. Het voorstel van B. en W. word; met algemeene stemmen aangenomen 11. Bespreking van het in de vorige vergadering aangenomen schryvenvar den heer de Wys betreffende 't maker van excursies door de schoolkinderen De Voorzitter zegt, dat hij hierom trent nadere Inlichtingen by de school besturen heeft ingewonnen. Hel b«. stuur der byz. scholen schrift, dat hei naar best vermogen kracht de kinderen ontspanning en ontwikkeling te geven De kosten van schoolreisjes worden over het algemeen door de ouderszeil gedragen, doch waar het hier geen kapitaalkrachtige gemeente is, zullen de kosten niet zoo gemakkelijk dooi de ouders betaald kunnen worden en zou de gemeente moeten bypassen, De openbare school acht dergelijke reisjes zeer wenscheiyk maar beschik! ook niet over de middelen om ze uil te voeren. B. en W. meenen hiermede de ge vraagde inlichtingen te hebben gegeven en kunnen met het oog op den finan- tieelen toestand der gemeente geen nadere voorstellen doen. De heer de Wys zegt, dat men In andere plaatsen de kinderen 1 tot 10 cent per week laat opbrengen. Hls zou men met 1 cent per week op 52 cent per jaar al heel wat kunnen doet, want een boottochtje naar Rotterdam kost o.a. niet meer dan 45 cent. Dal kan voor niemand bezwaar zyn. De heer W. v. d. Wiel vindt da! allemaal heel mooi maar denkt datde meeste ouders in dezen tyd weinig voor schoolreisjes kunnen missen. En alt de onderwyzers eenmaal zooiets op zetten, zeuren de kinderen thuis nel zoo lang tot ze geld krygen om mee te kunnen gaan. De Voorzitter meent, dat een eo ander verder een kwestie is voor de schoolbesturen zelf. Inzake een vroeger gestelde vraag over de vertegenwoordiging van de gemeente in het bestuur der vakschool kan de Voorzitter nog geen definitief antwoord geven. De heer A. v. d. Wiel is de gedelegeerde der gemeente Of die gedelegeerde een raadslid moei zijn en of over diens aftreden iets Is geregeld zal nader onderzocht worden Verder deelt Weth. van Halder mede dat door Chr. Klerks is gevraagd hel door hem gepachte nagras ln hel Herptsche Ven aan een ander le mogen overgeven. De raad kan zich daarmee ver eenigen. De heer van Drunen vestigt er de aandacht op dat een perceeltje van de Laat naby den Kanaaldijk vrj komt en daardoor een mooie kans komt een beteren rijweg ter plaatse te maken. De Voorzitter zegt dat B. en W« reeds hetzelfde plan hadden. Niemand meer het woord verlangend wordt overgegaan tot voorlezing der notulen der vorige vergadering. ABONNEERT U OP DIT BLA1X

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1932 | | pagina 6