Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEUILLETON i Sproeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol Bij alle Drogisten Kaatsheuvel en Omstreken i De Amsterdamsche Confectiehandel. 56e JAARGANG. GEMEENTERAAD. Heeren*, Jongens- en Kfnderkleedlng. Ook Dames regenmantels en Werkmansgoederen. Dit is voor eenieder die iets in ge noemd artikel noodig heeft het sein zich er thans van te voorzien daar U thans de grootste collectie wordt aan geboden voor de meest uiteenloopende lage prijzen. Indien U dus netjes en degelijk gekleed wilt gaan, moet U zich haasten en gaan zien vanaf heden in het perceel Hoofdstraat 225 tegenover de Schoolstraat te Kaatsheuvel. VRIJ ENTREE. VASTE PRIJZEN. P S. Er is ook een enorme sorteering voor de grootste en dikste menschen. 50091 NUMMER 37. WOENSDAG 3 MEI 1933. rtr. rg 1929 60 50 cho van het Zniden, Wulillkxrkf en Laifstratsrhe Courant* Dit blad verschijnt WOENSDAG en Z A T E R D A G Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco p. post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO. Prijs der Advertentiën 20 cent per regel; minimum 1.50. Bij contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des moigcns om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. dvbhMÊÊimmma^ÊÊÈÊÊmÊmmmmmÊiÊmÊmÊÊmmÊÊmÊamÊÊma^m EERSTE BLAD. WASPIK. Openbare vergadering van den Raad dezer gemeente op Vrijdag 28 April 1933, des namiddags te half 7. Voorzitter de Edelachtb. Heer Dekkers. Aanwezig alle leden. Aan de orde 1. Ingekomen stukken. Schrijven van (led. Staten houdende bemerkingen op de Gemeentebegrooting waarover de beslissing wordt aangehou den. De Verschillende bemerkingen zullen als laatste agendapunt door den Raad be handeld worden. Verder is de Kon. goedkeuring ontvan gen o]) het raadsbesluit tot uitvoering der Winkelsluitingswet. Naar aanleiding van het raadsbesluit om het woonwagenkamp op te heffen, heeft het gemeentebestuur bij den Ont vanger der Registratie de pacht van be doeld perceel opgezegd, doch ontving daarop bericht, dat de huur eerst per 31 December van het loopende jaar kan worden opgezegd, zoodat over 1933 de huur nog betaald moet worden. De beer A. Brokx vraagt, of nu toch hel verbod om daar woonwagens te plaatsen van kracht blijft. Z.i. is de ge meente niet verplicht een woonwagen- kniup te hebben, want verschillende ge meenten hebben er geen. De Voorzitter meent, dal de gemeente verplicht is een plaats voor de woonwa gens beschikbaar te houden. Het is vaak moeilijk die menschen door te sturen als ze vragen hier met hun wagen te mogen overnachten. Hij geeft toe, dat het ter plaatse geen geschikt terrein is en de wagens daar last kunnen veroorzaken. De politie heeft dan ook opdracht zoo eenigszins mogelijk de woonwagens weg te sturen en het komt dan ook maar zel den meer voor dat er nog woonwagens staan. De heer Brokx zou, als er een wette lijl verplichting bestaat tot het houden van een woonwagenkamp, hiervan ont heffing vragen, daar er hier geen enkel geschikt terrein is te vinden en waar men in verschillende plaatsen in de om geving die kampen wel heeft, kan het voor de woonwagenbewoners geen be zwaar zijn. Voorloopig kan hij zich wel met den genomen politic-maatregel ver- eenigen en zal hij afwachten of zich in derdaad slechts zelden woonwagens op dat terrein zullen ophouden. Dankbetuiging van veldwachter de Ko- van „De Echo van het Zuiden". ning voor het cadeau en de hulde die hij bij zijn zilveren ambtsjubileum van de gemeente mocht ontvangen. Verder zijn ingekomen rapporten van boekenonderzoek bij den gemeente-ont vanger, bij den secr.-penningm. van het Burg. Armbestuur en bij den penningm. der woningbouwvereniging, waaruit blijkt, dat alles in orde is bevonden, als mede een overzicht van het 4e kwartaal 1932 van den Warenkeuringsdienst, het welk ter inzage zal worden gelegd. Van den gcriicentcraad van Hooge- en Lage-Zwaluwe is e.en schrijven ingeko men waarin er op wordt gewezen, dat als regel Burgemeesters worden aange wezen tot vertegenwoordigers in de Wa terleiding Maatschappij en dat daardoor bezuinigingen achterwege blijven en de hooge tarieven onveranderd blijven ge handhaafd. In die wijze van vertegen woordiging diende volgens het adres verandering te komen en wordt er op aangedrongen dat hiervoor uitsluitend wethouders en raadsleden zullen worden Uit het Engelsch van Joseph Hocking (Nadruk verboden). HOOFDSTUK 1. o. Gooi nog wat houtblokken op, ver zocht Dulverton. Waarvoor? Het wordt tijd om naar bed te gaan. Maar toch voldeed hij aan het verzoek Het is verschrikkelijk, wat jij hebt doorgemaakt, verklaarde Dulverton toen. De ander haalde de schouders op. Je weet nu tenminste waarom ik hier ben, was alles wat hij antwoordde. En je zegt, dat je niet erg geslaagd bent? Ik heb driehonderd Pond overge spaard. Maar wal heeft dat te beteeke- nen? Ik ben 1111 acht en twintig en weet net zoomin hoe ik in Engeland mijn brood zou kunnen verdienen als ik het 8 jaar geleden deed. Bovendien, ik huiver om terug te gaan. En toch ben je niet van plan bier je dagen te eindigen. De hemel beware me! Je hebt er geen idee van hoe ik naar mijn oude om geving terug verlang naar den omgang met beschaafde, ontwikkelde mannen en vrouwen, naar de genoegens van het le ven van een Engelsehcn „gentleman"; hoe graag ik weer met opgeheven hoofd tusschcn de menschen van mijn eigen stand zou verkeeren en een geëerde posi tie in mijn geboorteland innemen. Maar waarheen ik mij wend, ik zie niets dan blindloopende wegen. Maar met driehonderd Pond kun je toch zelf iets beginnen; een schapen fokkerij of een farm. Zeker en mischien zou ik ook wel -ucces hebben, want ik heb in de afge- aangewezen, die naar te verwachten valt, ernstig zullen streven naar een spoe dige verlaging der tarieven. De Voorzitter kan uit het adres geen andere conclusie trekken dan dat men veronderstelt dat de vertegenwoordiging bij burgemeesters niet in goede handen is en -dat wethouders en raadsleden het beter zouden klaarspelen om lagere ta rieven te krijgen. Voorwaal" geen fraai compliment aan het adres der burge meesters, dat van weinig appreciatie ge- tuigt. De raad besluit met algemeene stem men het stuk voor kennisgeving aan te nemen. Schrijven van de N:V. Waterleiding Mij. N. W. Brabant, verzoekende adhaesie te willen betuigen aan het adres van de directie dier Mij. aan het Rijk om de rente (6%) welke door het Rijk van de voor den aanleg der Waterleiding verstrekte geldleeningen wordt gevraagd, tot 4% te willen verminderen. De Voorzitter doet voorlezing van het door de Waterleiding-Maatschappij aan de regeering gericht adres, waarin wordt gewezen op de zeer hooge tarieven die in deze streek onveranderd moeten ge heven worden om de exploitatie mogelijk te maken. Verder wordt gewezen op de steeds groeiende ontevredenheid, op de hon derden procedures die gevoerd moeten worden, op de vele verzoeken om de wa terleiding maar af te sluiten, enz., alle- loopen jaren een goeden kijk op het be drijf gekregen. Maar ik voel er niets voor de rest van mijn leven te slijten tusschen beesten. Wat ben je dan van plan? Ik weet het niet Ik zal op den duur hier of daar wel wat vinden. Maar wat komt het er op aan? Ik ben toch maar een stuk ronddrijvend wrakhout Een lange stilte volgde, waarin beide mannen met hun eigen gedachten bezig waren. Endellion meende bij zijn metge zel een verandering te bespeuren, sinds hij zijn geschiedenis verteld had. Endellion, zei Dulverton eindelijk. Ja. Ik geloof, dat ik toch maar naar bed moest gaan. Ik had niet zoolang moeten opblijven, maar de tijd gaat ongemerkt voorbij, als je zoo zit te praten. Zou je me willen helpen? Je weet wat de oude vrouw over de kamer gezegd heeft. Endellion stond op. Natuurlijk wil ik je helpen. Ben je ziek? Ik geloof het wel. Ik voel me zoo vreemdik ben wel vaker slap en ellendig, maar dit is heel anders. De woorden kwamen moeilijk; als uit de verte. Endellion bracht hem naar de slaap kamer; die Mary Beel hen gewezen had en na enkele minuten lag Dulverton in bed. Endellion? Ja, wal is er? Ik ga dood. Onzin, beste kerel! Je hebt kou ge vat in dien ontzettenden regen. Morgen ochtend ben je weer kiplekker. Ik hoop hel. Maar je blijft toch bij me, niet? Zeker. Laat je het licht niet uitgaan? Ik zal zorgen dat de kaars blijft branden, tot de dag aanbreekt. Zeg Endellion Ja? Kan het je niet schelen om op te blijven? Ik geloof dat ik me. veel beter, veel kalmer zou voelen, als als ik wist dat jij naast me zat. Je bent niet moe, wel? Nee hoor; ik blijf bij je zitten tot het licht wórdt. Kort daarop was Dulverton in een on- rustigen slaap gevallen en Ralph Endel lion zat naast het bed, met een eigenaar- digen, harden blik in de oogen. maal het gevolg van de veel te hooge ta rieven. De Voorzitter meent dat in dit adres de opinie die in deze streek over de wa terleiding heerscht en de verschillenle andere bezwaren wel duidelijk naar vo ren werden gebracht en de gevraagde renteverlaging goed gemotiveerd wordt. De heer v. Dongen meent dat uit het adres niet blijkt dat ook op ander gebied door de Maatschappij bezuinigd wordt. Het wordt te veel voorgesteld alsof alleen de hooge rente oorzaak is van den slech ten gang van zaken. De Voorzitter geeft de verzekering dat ook op ander gebied zooveel mogelijk op de onkosten bezuinigd wordt. De heer v. d. Rijken noemt ook het ver schil in de tarieven, dat soms groote on billijkheden in de toepassing geeft, als een der oorzaken van de heerschende ontevredenheid. De Voorzitter beaamt die klacht. Per soonlijk ondervindt hij het evengoed dat j deze regeling eigenaardige verhoudingen geeft, doch het is eenmaal voorschrift. Het bestuur der Waterleiding doet al wat mogelijk is om aan de vele bezwaren die het verneemt tegemoet te komen. Wordt met algemeene stemmen beslo ten aan het adres adhaesie te betuigen. Wijziging begrooting 1933. De Voorzitter doet mededeeling van de wijzigingen die Ged. Staten in de begroo ting willen zien aangebracht. Met ver schillende dezer wijzigingen kunnen B. en W. zich echter niet vereenigen. Zoo willen Ged. Staten de opbrengst der havengelden van 350.op 459. De Amsterdamsche Confectiehandel, bekend door zijn jarenlang bezoek aan Tilburg en Eindhoven, zal thans te Kaatsheuvel een verkoop komen houden van alle soorten HOOFDSTUK IV. In verzoeking. Den volgenden dag was Robert Dulver ton te ziek om het bed te verlaten, te ziek 9111 iets te eten of te beseffen wie zich in zijn nabijheid bevonden. Hij ijlde voortdurend en in zijn koortsvisioenen praatte hij over zijn leven in het ouder- lijk huis, in Eton en Oxford, over zijn zwerftochten naar China en Indië, Zuid- Amerika en Noord-Afrika. Eerst hadden de herbergier en zijn vrouw groote spijt dat ze hun deur voor hem hadden geopend. Ze hadden liever geen doode in huis beweerden ze, maar toen Endellion hen de verzekering gege ven had, dat ze behoorlijk betaald zou den worden voor al hun moeite, staakten zij hun gemopper. Noch Aaron, noch Mary vroegen iets omtrent namen. Wat deed een naam ei> toe in dit afgelegen deel van den aard- bol, waar zoovelen heentrekken, die re- den hebben om hun indentiteit te ver bergen! Hoe de zieke heette, was van minder belang dan de vraag of hij goed voor het geld was. En op dat punt gerustgesteld, deden zij op hun eenigszins ruige, onbeholpen manier hun best voor hem. Ze volgden Endellion's aanwijzingen stipt op, terwijl deze zelf uren achtereen naast Dulver- ton's bed zal». Den volgenden dag was de toestand nog veel ongunstiger. De patiënt had hooge koorts en scheen hevige pijn te lijden. Inmiddels bleef de regen vallen; niet meer in zulke wilde stroomen als op den avond van de komst der beide mannen, maar toch nog hevig en onafgebroken. Er is een dokter in Ontobia, niet waar moeder?, zei Endellion. Hij is nu rustig, zoodat ik het durf wagen weg te gaan. Als er een kans is om hem te red den, mogen we die niet ongebruikt laten. Voor hij vertrok nam hij de voorzorg Dulverton's bezittingen te verbergen. Hij vertrouwde de Beels niet overmatig. Laat in den avond keerde hij met den dokter terug, een nog jongeman, weinig ouder dan hijzelf, die in Engeland had gestudeerd. Dr. Grigg onderzocht den patiënt zorgvuldig. Onderweg had En dellion hem reeds de noodige inlichtin gen gegeven en het overige van wat hij ramen, omdat deze opbrengst ook over 1932 werd verkregen, doch waar deze hoogerc opbrengst was veroorzaakt door bijzondere omstandigheden, welke niet j meer zullen terugkeeren, wordt door B. en W. voorgesteld dezen post te handha- j ven op 350. De raad gaat daarmee accoord. De post Steun aan werkloozen, achten Ged. Staten op 7500.te laag geraamd, aangezien er in 1932 11.600.hiervoor noodig was. De Voorzitter wijst er op, dat dit jaar hoofdzakelijk werkverschaffing is inge voerd en slechts voor een klein gedeelte steun wordt gegeven, vandaar deze lagere raming. Besloten wordt dit aan Ged. Staten te berichten en de post te handhaven. Conform het voorstel van Ged. Staten wordt verder besloten de post schrijfbe hoeften te verlagen van 400_op 350; drukwerken van 600 op 550; abon nementen van 150 op 75 en adverten ties van 50 op 10. Den post Vergoeding voor reis- en ver blijfkosten willen Ged. Staten van 200 op 100 zien teruggebracht, doch B. en \V. meenen, dat juist in de tegenwoordi ge tijdsomstandigheden nog meer voor de gemeente gereisd moet worden dan welen wilde, vernam hij van Mary Beel. Hij gaat dood, hé?, vroeg de oude vrouw. Ja, hij zal niet eeuwig leven, was t antwoord, maar er is een kans, (lat hij er het ditmaal levend afbrengt. We zul len alles doen wat we kunnen om hem er door te halen. Toen hij met Endellion alleen was, zei hij tot dezen: U deed beter wat te gaan rusten. U hebt de laatste nachten niet geslapen en U mag niet riskeeren zelf ziek te wor den. Ik blijf vannacht bij uw broer waken maar morgenochtend vroeg moet ik di rect weg. Waarom noemt u hem mijn broer? klonk Endellion's vraag. Omdat u zoo sprekend op elkaar lijkt. Ik zou haast zeggen, dat u tweeling broers moest zijn. Als hij er net zoo flink en gezond uitzag als u, zou ik u niet van elkaar kunnen onderscheiden, geloof ik. Toch is hij mijn broer niet. Probeer dat een pasgeboren kind wijs te maken! Hebt u genoeg tabak? Meer dan voldoende. Prachtig. Ga nu uw moede ledema ten maar eens uitstrekken. Endellion moest zichzelf bekennen, dat de rust hem welkom was en hij legde zich vóór het vuur in de keuken, want het was weer een kille nacht. Geen le vende ziel was sinds zijn komst in dc herberg geweest, behalve de dokter en de twee mannen, die Aaron Beel's land be werkten. Haalt bij het?.vroeg Endellion den 'volgenden morgen, toen de dokter op het punt stond heen te gaan. Ik ben er niet gerust op, maar dc kans bestaat nog steeds. Ik ben er in ge slaagd de koorts naar beneden te krijgen en ik hoop, dat die morgen heelemaal verdwenen zal zijn. Hij bevindt zich nu in een toestand van verdooving en daar in za.l hij morgen wel blijven. Morgen kan ik onmogelijk hierkomen, maar als het eenigszins kan, kom ik overmorgen. Als hij Idijft leven, heeft hij dat aan u te danken. Maar hij heeft zijn best ge daan om zijn gezondheid Ie verwoesten, hij is nog zwakker dan een zuigeling. De dokter reed weg en de zorg voor den patiënt rustte weer op Endellion. Toen Dr. Grigg twee dagen later terug kwam sch#en Dulverton veel beter, maar anders en stellen daarom voor er 150 van te maken. De Raad vindt dat deze post gerust op 200.— gehandhaafd kan blijven om de vooral tegenwoordig zoo vaak voorko mende reizen voor de gemeente te kun nen behartigen en zal in dezen geest aan Ged. Staten geantwoord worden. De heer Verschure vraagt nog. hoe veel de vergoeding bedraagt voor een reis naar 's-Bosch. Dc Voorzitter antwoordt, dat daarvoor ƒ6.vergoed wordt, welk bedrag de. heer Verschure nogal hoog vindt. De Voorzitter is het daarmee eens, dat zou tegenwoordig- wel wat minder kun nen zijn. Hij wil daarbij opmerken, dat hij persoonlijk van de 6 keer dat hij voor de gemeente naar 's-Bosch moet, slechts twee keer in rekening brengt. Ged. Staten stellen verder voor den post Telefoon te verminderen van 100 op 60.—. - B. en W. zouden niet lager dan 75.— kunnen gaan, terwijl de raad heelemaal niet voor verlaging voelt en dezen post op 100 wil handhaven. De kosten van het stembureau worden daarop van 125 op 75, dc uitgaven voor politie-hulp van 120 op 100 en van de geneeskundige behandeling van de geneesheer schudde bedenkelijk het hoofd. Het is met hem gedaan, verklaarde hij, nadat hij Dulverton terzijde had ge nomen. Ik dacht juist dat we den goeden kant opgingen, antwoordde de jongeman. Een kaars flikkert altijd op, voor zij uitgaat, was het bescheid. Als zijn gestel niet zoo door en door verzwakt was, zou hij er ongetwijfeld bovenop gekomen zijn, maar hij had niet voldoende weerstandsvermogen meer. Hij schijnt drommels wild geleefd te hebben de laatste jaren. Ik geef hem op zijn hoogst nog 24 uur. In ieder geval, u hebt uw best voor hem gedaan, u bent allebei als „gentleman" grootgebracht, he? Endellion gaf geen antwoord. Enfin, dat is natuurlijk mijn zaak niet, hernam de dokter met een onder zoekenden blik op den ander. Ik denk dat hij over enkele uren geheel bij be wustzijn kan wezen als u soms nog in structies van hem wilt hebben omtrent zijn persoonlijke aangelegenheden, zou ik daar gebruik van maken. Het zal niet lang duren. Ik zal zien dat ik morgen te rugkom, maar ik verwacht niet hem nog in ieven te zien. Zooals dr. Griggs voorspeld had, was Dulverton's geest twee mjr later volko men helder en hij sprak betrekkelijk ge makkelijk. Maar hij scheen te beseffen, dat zijn einde snel naderde. Je bent onbeschrijfelijk goed voor me geweest, ouwe jongen, zei hij. maar het was vergecfsche moeite. Ik ben idioot geweest en nu komt boontje om zijn loontje. Ik zou integendeel zeggen, dat het afloopt. Misschien is het ook maar het beste zoo. Ik zou niet gedeugd hebben als landheer. Trouwens ik was al opgeschre ven toen ik hier in dit verlaten oord kwam. Als ik levend in Engeland was teruggekomen, dan zou ik enfin, de Hemel alleen weet, wat ik zou hehben gedaan. Hij zweeg even. Toen, op pein- zenden toon: En Miriam.... Miriam zal nu wel een mooi meisje geworden zijn haar portret zit tusschen mijn papie ren. Endellion zei niets; het was moeilijk hier iets op te zeggen. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1933 | | pagina 1