Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON
Een Wonderlijke Gelijkenis
Winkelnieuws.
i
Mol
Voor.
IHlSSf
èngrootere sorteering
èn betere kwaliteiten
èn lagere prijzen.
Gaat
MOL blijft goedkooper.
56e JAARGANG.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38.
Telegr.-adresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
HET FASCISME EN DE
VERKIEZINGEN.
Het is ontegenzeggelijk een feit, dat
de fascistische gedachte groeiende is
in de wereld. Het fascisme veroverde
de Staatsmacht in verschillende landen
en in andere landen doet men zijn
best om den schijn der oude volks
vrijheid te redden door het Staatsbe
stuur van fascistische tendenzen te
doortrekken. Zoo in de Ver. Staten
b.v„ waar president Roosevelt steeds
meer persoonlijk gaat regeeren, maar
zich tenminste nog vooraf door het
parlement de noodlge volmachten daar
toe laat verleenen. Die tactiek ltykt
ons nog niet zoo slecht; misschien is
er nog iets meer dan de schijn alléén
mee te behouden. Die volmachten
kunnen worden verminderd en tenslotte
geheel vervallen, als de economische
vooruitzichten beter worden en ten
slotte normale maatschappelijke ver
houdingen zouden weerkeeren.
In ons land, zoo wordt vaak gemeend,
is de vrijheidszin en het principe der
democratie zóózeer ingeweven in het
volksbewustzijn, dat het fascisme hier
nimmer zou kunnen aarden. Men lacht
wat om het handjevol harlekijnen, die
in zwarte pakjes paradeeren en van
tijd tot tijd op een communistisch pak
slaag worden onthaald Of eigenlijk:
om het eerste lachen we, maar over
het laatste ergeren we ons. We houden
niet van terreur en zéker niet van een
communistiichen terreur. En met elk
communistisch pak slaag, aan zwarte
fascisten toebedeeld, en met elke ver
storing van dezer bijeenkomsten door
de mannen van Smidt en door de
Moscovieten, groeit onze verontwaar-
MEI IN 'T LAND,
de zorgen aan den kant. De
Meimaand brengt frischbeid,
vroolijkheid. Een frissche, vroo-
lijke Zomerstof vindt U bij ons.
Wij leggen U een collectie voor
welke in één woord af is,
dlging en groeit ook de gedachte, dat
de overheid, als in Duitschiand, de
Marxistische staatschenderlj en dwin
gelandij maar eens met geweld den
kop moest Indrukken. Waarmee dan
onze eerste sympathie met het fascisme
is geboren.
Als we hier ooit fascistisch gere
geerd zouden gaan worden, dan
mogen onze zwarthemden dit vooral
danken aan hun roode vervolgers, die
de meest onbewuste, maar daarom
niet minder succesvolle propagandisten
van het fascisme zijn,
Heeft nu, zoo vragen we ons na
afloop der verkiezingen nog eens af,
hei fascisme hier, afgezien dan van
die onbewuste Roode Hulp, kans
Oelet alleen op de eindresultaten der
verkiezingen, zou men voorshands
geneigd zijn om aan te nemen, dat
ons volk nog volstrekt afwijzend
tegenover de nieuwe idéé van gezags
uitoefening in en door den staat is
gestemd. Qeen enkele fascist doet
nog onder dekking van de haken-
kruisvlag zijn intrede op het Binnen
hof, maar bij meer aandachtige ont
leding der cljfergroepen komen we
toch tot het resultaat, dat heel wal
meer kiezers van hun fascistischen
„inslag" hebben iaten blijken, dan
we met ons sterk bewustzijn omtrent
den vrijheidszin van ons volk konden
verwachten.
Het mankeert de fascistische be
weging in ons land nog aan eenheid
en aan een werkeiijken leider van
groot formaat. Een en ander was aan
leiding. dat verscheidene fascistische
groepjes afzonderlijk aan de ver
kiezingen deelnamen. Zullen we de
stemmen van deze alle tesamen, waar-
bij we dan ook de stemmen rekenen,
die middels het semLfascistisch Ver
bond voor Nationaal Herstel ten goede
kwamen aan den volbloed-fascist
Westerman, dan blijkt, dat ruim 70 000
kiezers van hun voorkeur voor de
fascistische staatsgedachte op directe
wijze hebben doen blijken.
De twee zetels winst der A.R.—
partij beteekenen bovendien niet een
bijzondere groei der A.R.-beginselen,
maar ze zijn het bewijs van de
fascistische sympathlën, welke onder
de christelijke en liberale bevolkings
groepen leven. Die twee zetels winst
dulden den geest aan van ten naaste
bij 80.000 kiezers, die fascistische
methoden in ons staatsbestuur be-
geeren, maar deze het liefst zouden
zien toegepast door een bekwaam
politicus van de oude politieke garde.
Aldus kan men aannemen, dat ten
minste 150.000 kiezers min of meer
fascistisch hebben gestemd. En duizen
den hebben zich dezen keer misschien
nog om meer belangrijke principieele
redenen laten weeihouden.
We constateeren dat geenszins om
te juichen, maar om te waarschuwen.
Een wassen van den fascistischen
stroom zal alleen zijn tegen te houden
door een krachtige bewindsvoering
en door een har elljke samenwerking
tusschen dp orde- en vrijheidlievende
partijen en de komende regeering.
In dezen bewogen tijd heeft een
regeering voor een krachtig bestuur
allereerst een ruim vertrouwen noodig.
tot uiting komende in ver-strekkende
volmachten Als door politiek peuter-
werk. door een politiek van dit-wil-ik-
niet en dat-wil-hij-niet, vruchtbaar en
vlot regeeringswerk onmogelijk wordt,
dan zullen we dra weer voor nieuwe
verkiezingen komen te staan.
En dan maakt het fascisme een
andere rekening!
BINNENLAND.
Wijziging der Kieswet.
De Eerste Kamer heeft thans het
voorstel tot wijziging der Kieswet met
27 tegen 16 stemmen (vóór r.k., s.d.a.p.
en de c.-h. leden De Qijselaar en De
Vos van Steenwljk) aangenomen.
Als deze wijziging van de Kieswet
vóór de jongste verkiezingen door den
Senaat zou zijn goedgekeurd, dan zou
de nieuwe Tweede Kamer er eenigs-
zins anders uitgezien hebben dan zou
b.v. de r.-k. fractie twee zetels grooter
geweest zijn, de s.d. fractie één, en de
heer Westerman zou niet gekozen zijn.
MIJNHARDT's
Zenuw-Tabletten .75*
Laxeer-Tabletten eo*#
Hoofdpijn-Tabletten eo«
bq APoih.1* DcoqtotMy
Haagsche K. v. K. wil Greenwichtijd
De Haagsche Kamer van Koophandel
en Fabrieken heeft een adres tot den
minister van binnenlandsche zaken
gericht, waarin aan den minister wordt
verzocht om met het oog op de hier
aan verbonden verkeersbelangen wel
te willen bevorderen in de eerste plaats
de totstandkoming van een regeling,
waardoor Nederland zich bij den Green,
wichtljd zal aansluiten en dat voorts
de zomertijd worde geregeld op de
wijze als dit geschiedt in de nabuur-
staten, welken den Greenwichtijd
hebben en wel met inachtneming van
dezelfde tijdstippen van aanvang en
einde.
NUMMER 38.
ZATERDAG 6 MEI 1033.
De Echo van hei Zuiden,
Waalwybsche en Langstraatsche Courant,
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
Prüs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Bij contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiën moeten Woensdag en
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
van „De Echo van het Zuiden".
Uit het Engelsch van
Joseph Hocking
(Nadruk verboden).
HOOFDSTUK 1.
6.
Ik denk dal alles nu dan oom Ar
thur komt en dien akeligen zoon van
hem, hervatte de zieke. Dat is nog het
ergste van alles.
Geruimen tijd lag hij stil voor zich uit
te staren, toen ging hij voort:
Het is een prachtig oud buiten. En
het park een droom gewoonweg! Het j
landgoed brengt verscheidene duizenden
per jaar op en alles, alles komt aan
dien onsympathieken ouden duitendief,
Dat is het slimste!
Wordt maar gauw beter, dan kun
je hem eruit smijten!, adviseerde Endel-
lion, zich dwingend tot opgewektheid.
Ik wilde dat ik het kon en die
lammeling van een zoon, de jonge Arthur
zal natuurlijk alles in het werk stellen
om met Miriam te trouwen. Als jongen
probeerde hij haar atijd tegen mij op te
stoken.
Je moet je niet zoo opwinden, suste
Endellion.
Ik wilde dat ik alles aan jou kon
geven, zei Dulverton opeens en zijn oogen
begonnen te schitteren bij de plotselinge
gedachte. Je bent een kraan van een ke
rel en je hebt rijkelijk je deel van de na
righeid van het leven gehad. Waarom
zou ik eigenlijk niet? Waarom kan ik niet
alles aan jou nalaten?
Ik denk dat het wei onvervreemd
baar familiebezit zal zijn.
Dat is het niet! Ik maak jou tot mijn
universeelen erfgenaam! Je bent als een
broer voor mij geweest, als een broer, dat
is het juiste woord. We konden, wat ons
uiterlijk betreft, best tweelingbroers zijn.
Als jij naar Engeland terugging en je
voor mij uitgaf, zou niemand twijfelen,
absoluut niemand. O, liet zou schitterend
zijn om dat stel het landgoed door den
neus te boren! Mijn vader had altijd ge
weldig het land aan oom Arthur en die
ellendeling van een zoon van hem. Hij
noemde ze altijd de twee grootste leuge
naars van Devonshire. En je kunt al mijn
papieren krijgen.
Het is heel vriendelijk van je, Dul
verton, maar het kan niet. Het is ten ee-
nenmale onmogelijk. Zooiets loopt binnen
een week in de gaten. Bovendien, ik zou
het niet willen, ik zou het niet kunnen!
Waarom niet? Ik ben de erfgenaam
van mijn vader en kan dus alles aan jou
nalaten, wanneer ik dat verkies.
Nogmaals: ik stel je goede bedoeling
buitengewoon op prijs, maar zooals je
vertelde, is je oom advocaat. Denk je dat
hij
Maar ik vermaak alles aan jou. Ik
wil het. Dat nobele tweetal zal er met
hun hadden afblijven!
De gedachte, die hem thans geheel be-
heerschte, gaf den stervende onverwachte
kracht.
Breng me papier en inkt, wil je?
verzocht hij.
Meer om den zieke tevreden te stellen,
dan uit een andere overweging bracht
Endellion het gevraagde.
Zet me overeind in de kussens.
Endellion voldeed aan het verzoek;
Robert Dulverton nam de pen en het pa
pier en schreef
„Ik vermaak alles wat ik hier in
Australië bij mij heb en alles wat ik
in Dulverton; Devon, Engeland of
waar ook elders, bezit, aan mijn
goeden vriend Ralph Endellion. Ik
ben stervende, maar mijn geest is
volkomen helder.
Robert Granville
Dulverton".
Dank je, kerel, zei Endellion harte
lijk. Maar geen enkele rechter zou dit als
geldig erkennen, omdat het niet door ge
tuigen mede onderteekend is.
Dat is ook zoo; daar heb ik heele-
maal niet aan gedacht, erkende Dulver
ton. „Roep Aaron en Mary, vlug!
Het volgend oogenblik traden de her-
m
bergier en zijn vrouw binnen.
Kunnen jullie schrijven? vroeg Dul
verton.
Niet zoo erg goed, maar mijn naam
kan ik schrijven en dat kan Mary ook,
antwoordde Aaron.
Zet jullie je naam dan hieronder,
hijgde de stervende.
Aaron en Mary Beel teekenden niet
zonder moeite het document.
Dulverton zonk achterover.
Ik heb gedaan wat ik kon, zuchtte
hij, en er klonk groote voldoening in zijn
woorden.
Denk er goed om, ik heb alles, ab
soluut alles aan jou gegeven.
Ik ben je buitengewoon dankbaar,
beste kerel, was het antwoord, en ik zal
je mijn heele verdere leven dankbaar
blijven.
Hij zei er niet bij dat hij het papier als
volmaakt waardeloos beschouwde. Dat
zou te wreed zijn geweest; de stervende
voelde zich zoo gelukkig door wat hij ge
daan had.
Het is je ontzettend tegengeloopen
in de wereld, zonder dat je het helpen
kon, mompelde hij, maar 1111 krijg je de
kans die je verdient. Ik ben blij dat ik
hieraan gedacht heb. Het maakt het schei
den lichter
Zijn stem zwierf weg; de inspanning
had zijn laatste krachten verbruikt en
zwaar-hijgend lag hij in de kussens. En
dellion gaf hem wat van de medicijn, die
de dokter achtergelaten had.
Geiuimen tijd bleef het nu stil in de
kamer; de stervende lag roerloos, met
gesloten oogen, meer dan eens dacht En
dellion dat het afgeloopen was.
Nog eenmaal sloeg Bob Dulverton de
oogen op.
Het is allemaal voor jou, Ralph,
kwam het fluisterend, je zult een goede
landheer
Hij maakte den zin niet af; hij snakte»
naar adem en een waas trok over zijn
oogen.
God, wees mijn ziel genadig.
Het was niet meer dan een ademtocht,
onverstaanbaar haast. Toen was alles
voorbij.
Ralph Endellion knielde naast den
doode.
Een week later stond een jongeman in
de haven van Melbourne met gretige
oogen naar een grooten Oceaanstoomer te
kijken. Meer dan een voorbijganger
wendde het hoofd om, om hem nog eens
goed op te nemen. Hij was dan ook een
opvallende verschijning, onberispelijk
gekleed, groot en slank, met iets athle-
tiseh in zijn figuur. Maar vooral de blik
in zijn groote, donkere oogen was het,
die de aandacht trok. Hij staarde naar 't
schip, maar het leek alsof hij tegelijker
tijd verder keek, alsof hij op grooten af
stand iets aanschouwde, dat anderen
verborgen bleef.
Nadat hij daar een poosje zoo gestaan
had, kwam een van de scheepsofficieren
van boord.*
Gaa- de „Queen Victoria" naar
Engeland?
Ja.
Wanneer?
Morgenmiddag.
De jongeman verliet de steiger en kort
daarop de stad. Hij liep met groote, snel
le passen, alsof het stadsgewoel hem be
nauwde. Ten slotte was hij weer in de
vrije natuur, in de eenzaamheid en daar
bleef hij rondzwerven, diep in gedachten
verzonken, in zijn ziel een hevigen strijd
uitvechtend.
Den heelen nacht bleef hij daar met
zichzelf en met zijn strijd alleen. Maar
toen het ochtend werd, keerde hij naai
de stad terug, zocht zijn weg door de
drukte naar het kantoor van een
scheepsagent en nam passage op de uit
varende mailboot naar het moederland.
Wilt u hier teckenen?, vroeg (k bedien
de, die hem te woord stond, nadat zijn
biljet betaald had. z
De jongeman nam een pen en aarzel
de. Mot iets van twijfel in zijn oogen
keek hij naar de pen.
Kunt u er niet mee schrijven? vroeg
de bediende beleefd.
Hij is te scherp, was het antwoord.
Hebt u geen breedere?
Alstublieft.
Ja, die is beter.
En met vaste hand teekende de jonge
man Robert Granville Dulverton.
HOOFDSTUK V.
Drijvend met het getij.
Ralph Endellion had niet zonder hef-
i tigen strijd met den naam Robert Gran
ville geteekend. En het feit dat hij het
had gedaan, hield allerminst in, dat liü
een besluit genomen had met betrekking
tot zijn verdere gedragslijn. Hij handelde
geheel onder de suggestie van wat de
pas gestorvene gezegd had hij had
zich vertrouwd gemaakt met het denk
beeld, dat hem niets overbleef dan de
rest van zijn dagen te slijten in de Austra
lische rimboe, tot Dulverton's woorden
hem, als in een flits, schitterende toe
komstmogelijkheden hadden geopenbaard
Hij hechtte weinig beteekenis aan 'iel
„testament", dat de stervende hem had
overhandigd en toch bewaarde hij het
met de grootste zorgvuldigheid. Wai
voor waarde had dit halve velletje ge
kreukeld papier? Geen rechtbank, daar
van was hij overtuigd, zou een schen
king onder dergelijke omstandigheden,
als geldig erkennen.
Als Arthur Dulverton en zijn zoon be-
antwoordden aan de omschrijving, die
hun neef van hen gegeven had, zouden
zij zeker niet goedschiks afstand doen
van de erfenis, maar met alle middelen
vechten om die in hun bezit te houden.
Bovendien, Arthur Dulverton was een ge
wiekst advocaat, die de kronkelpaden
van het Engelsche recht maar al te goed
kende. Ook ontbrak het hem niet aan
geld om een proces desnoods jarenlang
te rekken, terwijl hij, Endellion slechts
een paar honderd Pond bezat, waarvan
hij nog een belangrijk deel gebruiken
moest voor de reis naar Engeland.
Daar kwam nog iets hij. Wanneer hij
met Robert Dulverton's goedgeefsche be
schikking voor den dag wilde komen, be-
teekende dit, dat hij naar Engeland
moest terugkeeren als Ralph Endellion,
een naam die iedere deur, waardoor hij
wenschte binnen te gaan, voor hem zou
sluiten en het hem onmogelijk zou ma
ken met opgeheven hoofd in zijn ge
boorteland te leven. Hij huiverde bij de
herinnering aan zijn ervaringen, toen hu
jaren geleden getracht had een positie
te veroveren. Neen, hij kon zich niet in
Engeland vertoonen als Ralph Endellion.
Wordt vervolgd.