Z J. van dér Hammen Nicz. RhuihtriitT Gratis proef-Aaubod van KRUSCHEN No. 97. Zaterdag 2 Dec. '33. 56e Jrg. TWEEDE BLAD. Door Het onderstaande artikel is bestemd geweest voor het onlangs te Amster dam verschenen Waalwijk-nummer van „Ons Nederland". Wegens plaats gebrek kon het evenwel niet in zijn geheel geplaatst worden, waarom het nu hier volgt. Het is mij op verzoek van „Ons Nederland" een aangename taak, een zoo beknopt mogelijk artikeltje te schrijven over de geschiedenis van Waalwijk. Ik beg;.n dan met den lezer er aan le herinneren, dat de streek tusschen 's-Hertogmbosch en Geertruidenberg, een lengte hebbende van 6 uren en leeds ou ltijds de „Langestraat" oi „Langstraat" genoemd wordende, nimmer een bij uitstek gunstig terrein tot bebouwing en ter bewoning is ge weest. Over het algemeen genomen was het oorspronkelijk een lage, veen achtige, moerassige streek, vol diep- ien, putton en hinderlijke oneffenhe den, ongeveer Noordwaarts grenzende aan de Brabantsche kleistreken (Land \an Heusden en Altena) cn Zuid waarts aan de Brabantsche heidevel den (Loonsche en Drunensche heide). Dus een terrein, dat, wilde het ter be woning geschikt gemaakt worden, oor spronkelijk met de uiterste zorg en in spanning moest worden bearbeid. (Zie rnijn geschiedenis van Sprang in „Na- vorscher" en „Taxandria"). Ondanks die minder gunstige plaat selijke omstandigheden verrezen daar toch na het jaar 1000 of 1100 eenige dorpen of vlekken, die uit den aard der zaak in de lengte moesten aange legd of gehouwd wordenhet werden veendorpen, van welke Waalwijk, lig gende drie uren ten Westen van Den Bosch en drie uren ten Oosten van Geertruidenberg, hel centrum werd en om bijzondere redenen wel moest worden. Hel juiste stichtingsjaar van Waal wijk, dat op de uiterste Noordweste lijke grens van Brabant was gelegen, is onbekend, maar kan veilig gesteld worden op de 12e eeuw, dus zoo onge veer gelijktijdig met de stichting van 's-Herlogenbosch (1187), eerder nog wat vroeger, want een voldongen feil is het, dat het reeds in 1233 een vrij aanzienlijke parochiekerk bezat, be diend door abdijheeren van Tongerlo, dus withccren. De beteekenis van den plaatsnaam Waalwijk is woonstede (wijk) aan het water (waal). Dat water zal dan de Maas geweest zijn, die lang vóór den St. Elisabethsvloed van 1421 een bree- de, druk bevaren rivier was, waaraan Waalwijk Noordwaarts grensde. Toen de verstoppingen en verzandingen bij Hedikhuizen in vervlogen eeuwen een aanvang begonnen te nemen, begon ook de beteekenis dier Maas gaande weg te verminderen en al vrij spoedig af te dalen tot den geringeren bijnaam van Oude Maasje.welks bedding thans ingenomen is door den op het einde der 19e eeuw gegraven Maasmond (Verlegde Maas). Dat Waalwijk, eertijds (n.l. vóór 1815) een deel uitmakende van de Meierij van 's-Hertogenbosch (kwar tier Oisterwijk), in 1300 reeds een vrij aanzienlijke plaats mocht genoemd worden, bewijst het feit, dat hertog Jan de II van Brabant het op Dinsdag na St. Luciedag 1303, dat is 13 Decem ber, dezelfde stedelijke rechten schonk, als hij reeds aan Leuven en Den Bosch had geschonken. Van dien tijd af heet te het gedurende een 60-tal jaren de stede en vrijheid Waalwijk, hoewel het nimmer ommuurd of versterkt werd: het bleef een open vlek. De oorzaak daarvoor zal wel hierin gelegen heb ben, dat in de omgeving van Waalwijk reeds drie gewichtige vestingen lagen: Geertruidenberg, Heusden en 's-Herto genbosch; en één meer zal de toen malige regeering overbodig gevonden hebben. In 1364 werd het door den hertog van Brabant tot heerlijkheid verheven. De volgende geslachten zijn „heeren" of „vrouwen" van Waalwijk geweest: van Brederode (13641407), van Wer- monde (1407-1421), Adriaen bastaard van Holland (14211425), Wielen- stein (1425—1431), Millinck (1431 1567met onderbreking van van Erp in 1447 en van Herlaer in 1547), van Lccfdael (1567—1712), Le Leu de Wil- hem 1171219e eeuw), de May de Wagner (19de eeuw). Een der verdien stelijkste Heeren van Waalwijk was de bekende en uitnemende geschied kundige Philips van Leefdael, levende in de 17de eeuw. De Le Leu de Wil- hem's waren geparenteerd aan Con- stantijn Huygens en bevriend met stadhouder Willem III en meermalen burgemeester van Rotterdam (18de eeuw). Een groote ramp voor Waalwijk was de St. Elisabethsvloed van 18 No vember 1421, die „Den Biesbosch" deed ontstaan en ook in de Langstraat en Waalwijk groote verwoestingen aanrichtte. Toen schijnt ook de eerste parochiekerk van 1233 zoo zeer te heb ben geleden, dat in den loop der 15de eeuw pogingen moesten worden aan gewend, binnen niet al te langen tijd een nieuwe kerk te stichten. Dat ge schiedde omstreeks 1470, toen de thans nog bestaande kerk aan de Ha ven, sedert 1648 bij de Hervormden in gebruik, in laat-gothiek werd opge richt, en welke kerk, wanneer ze ge heel zal zijn gerestaureerd, een sieraad voor Waalwijk belooft te worden. Een eigenaardigheid hij het bouwen dier kerk was, dat de grens tusschen Bra bant en Holland of tusschen Waalwijk en Besoijen, liep door den toren der kerk, ter noorddoren in ende ter zuid- loren uit: een zichtbaar bewijs, dat de kosten dier stichting door Waalwijk en Besoijen gezamenlijk waren gedra gen (2/3 en 1/3). Ongeveer gelijktijdig met den bouw Ier tegenwoordige kerk aan de Haven n 1470 werd ook het vermaarde Waal wijksche Augustinessen-nonnenkloos- hSr Nazareth" gesticht, dat tot 1730 n wezen is gebleven en waarin, gedu rende de eerste helft der 16e eeuw, twee leden uit het doorluchtig Huis van Nassau hunne kloostergelofte heb ben afgelegd: Maria en Adriana van Xassau, achternichten van Prins Wil- 'em van Oranje', de eerste als priorin, le tweede als kloosterzuster. (Zie „Ta xandria" en „Bossche Bijdragen"). Een andere half-geestelijke sticht ing was het gasthuis met bijbehooren- le kapelwelke laatstgenoemde van 16001824 het sierlijke Waalwijk- che Raadhuis is gexveest. Een beken- !e stichting op onderwijsgebied was le van =fc 16501860 bestaan heb bende Fransche kostschool, waarin, n de eerste helft der 18e eeuw, een achterkleinzoon van Joost van den Vondel, Jacobus van den Vondel ge- beeten, het kostschoolhoudersambt leeft waargenomen. Dn| Waalwijk rond 1500 reeds een belangrijke plaats was, leert ons het ïanleggen van de keistraat door de gc- neente in 1533, welks kosten moesten gedragen worden door Waalwijk en ^e twee naburige dorpen Besoijen en Sprang. De aanleg van dien keiweg was gaandeweg een gebiedende eisch •eworden, voornamelijk in verband met de sinds vele jaren bestaande ïrukke week- en jaarmarkten, welke aatste driemaal per jaar gehouden werden, in het voorjaar, in den zomer ?n in het najaar (Bamismarkt), en 'oor de bewoners van een 20-tal om- 'iggende plaatsen werden bezocht en waar een levendige handel gedreven werd. Het typeert wel de belangrijk- beid dier markten vooral in de 17e eeuw als men weet, dat zelfs kerk vergaderingen, predikantsbenoemin gen en andere kerkelijke zaken, waar geestelijken (predikanten) van ver^ schillende plaatsen moesten verschij nen, tot op de data dier markten wer den verschoven: de geestelijke heeren konden dan ook een kijkje op de markt nemen en hunne zaken doen. Toch waren die marktdagen ook vaak verzamelplaatsen van allerlei geboefte °n gespuis, die de onveiligheid menig maal in de hand werkten. Ongeveer even oud als Waalwijk zeif was de Haven, oudtijds „gemeene vaart" genoemd, zich bevindende in het Westen der gemeente en loopende van de straat naar het Oude Maasje, waardoor een drukke scheepvaart werd onderhouden met Rotterdam, Grrinchem en de Rijnstreken. Om die scheepvaart meer te bevorderen had den verschillende Brabantsche herto gen aan Waalwijk vrijdam van tol ge schonken op alle wateren hier te lan de, o.a. hertog Albrecht van Beieren dfn 3en October 1389, hertog Willem den 1 Juni 1409 (vernieuwd in 1424). Evenzoo hadden de magistraatsleden van Gorinchem in December 1433 aan de Waalwijkers dezelfde marktrechten verleend, die de Gorkummers zelf op hunne markten hadden. Andere bronnen van inkomsten voor Waalwijk waren de handel in koren (korenbeurs) en vooral de vele bierbrouwerijen, die aan vele handen werk verschaften. Het aantal brouwe rijen te Waalwijk en Besoijen beiiep tusschen 1500 en 1600 een dertigtal, en 't vervoer van bier op zoogenaamde bierkarren naar Tilburg e.a.p. was zoo levendig, dat zelfs een straat, loopende van Sprang naar Loon op Zand, n.l. de Biersteeg, er naar vernoemd werd. De saamhoor'ghcid der verschillen de ambachten (schoenmakers, wevers, garentwijnders, touwslagers, stoelen makers, bierbrouwers, e.a.) deden er al vroeg de gilden ontstaan en onder die gilden was er niet één van zooveel belang en van zoo langen duur als het aloude schuttersgilde St. Joris, dat vermoedelijk reeds in 1303 bestond, in 1548 zijn hoogsten bloei bereikte cn in 1878 te gronde ging. (Zie „Echo v. h. Zuiden", „Taxandria"). Een bekende bijzonderheid uit Waalwijk's geschiedenis is, dat in 1619, na het sluiten van de Synode van Dordrecht, vele Rcmonstrantsche pre dikanten, wier leerstellingen waren veroordeeld, 'ange maanden hun toe vluchtsoord in het Brabantsche Waal wijk zochten, waar zij op elkanders Vs V- v"' ->•/: Waalwijksche Gasfabriek in 1861. zelfs runderen in de weide gedood. In 1685 brandden de Roomsch-Kathoiir- ke schuurkerk en de pastoorswonirg af en werd het inwendige van hel raadhuis een prooi der vlammen. Evenzoo brandde in 1696 de geheele secretarie af, met vermoedelijk eenige archiefstukken, en werden den 7 No vember 1754 vijftien groote huizin er, eenige schuren in de asch gelegd. Hel verschrikkelijkste onheil, dat Waal- Fransche Kostschool te. Waalwijk in 185:'). welzijn dronken uit een zilveren beker, de Waalwijksche Dijk geheeten. Ook is het welbekend, dat Hugo de Groot in 1621 bij zijn vlucht uit Loevestein naar Frankrijk een nacht in het oude „schippershuis" aan de Waalwijksche haven doorbracht. 1). Tevens dient hier in herinnering gebracht te won den, dat het le Waalwijk was, dat in 1625, toen Prins Maurits zwaar ziek of reeds overleden was, afgezanten van de Staten-Generaal verschenen, om aan Prins Frederik Hendrik, die toen aldaar was gelegerd, zijne benoe ming tot KapiteinAdmiraal- Gene raai aan te bieden Ook moet ik hier even aanstippen, dat de Langstraat en niet liet minst Waalwijk en Besoijen oud tijds, inzonderheid gedurende den 80- jarigen oorlog, ontzettend veel te lij den hebben gehad van doortrekkende of ingekwartierde krijgslieden, die vaak op de schandelijkste wijze huis hielden en vele kostbare zaken ver trapten, vernielden of verbrandden, o.a. het in de 14e eeuw gebouwde Be- soijensche Kasteel. Een zeer gewichtig tijdstip voor Waalwijk was het jaar 1648. toen, na wijk echter ooit trof, was de groote brand van 25 Juni 1824 nu 109 jaren geleden waarbij 51 huizen en 11 schuren, waaronder het aloude raadhuis (de gaslhuiskapel) en de Fransche school, door het vuur wer den verteerd, het Oostelijk deel der gemeente een totale ruïne werd en het gansche gemeente-archief verle ren ging. De materieele schade be droeg bijna ƒ250.000.Pas in 1851 werd in de plaats van het afgebrande gemeentehuis, door verbouwing van een oude bierbrouwerij, een nieuw raadhuis ingericht, dat verleden jaar (October 1932) heeft plaats gemaakt voor het tegenwoordige schitterende door Kropholler gebouwde nieuwe raadhuis, dat de eeuwen belooft te t rotseeren Eenigszins opzettelijk heb ik hier voor verzuimd van een paar takken van nijverheid melding te maken, die al gedurende vele jaren de hoofdbron nen van bestaan voor Waalwijk zijn geweest: de leerlooierijen en de schoenmakerijen. Zeker is 't, dal reeds in de 17e eeuw hier eenige leerlooiers waren gevestigd en dat in de 18e eeuw Hotel Verwiel in 1871. het sluiten van den vrede van Mun ster, deze gemeente, als liggende in Brabant, onder de Generaliteitslanden kwam te behooren en daarvan de na- deelige gevolgen, vooral op kerkelijk gebied, moest ondervinden. In de eer ste plaats werd de in 1470 gebouwde parochiekerk, die bijna twee eeuwen door de Roomsch-Katholieken was be zeten, aan de Hervormden toegewezen, en in de tweede plaats moest het non nenklooster Nazareth van lieverlede uitsterven, wijl er na 1648 geen nieuwe kloosterzusters mochten aangenomen worden. Aldus waren de talrijke Roomsch-Katholieken van Waalwijk gedoemd, om voortaan hunne gods dienstplichten uit te oefenen in een onaanzienlijke schuurkerk, achteraf staande en niet in het oog vallende. Gelijk wij boven gezien hebben, bleef het oude Waalwijk niet ge spaard voor rampen. Ook onheilen van anderen aard dan bovenvermeld teisterden meermalen die gemeente. Zoo werden in 1730 nagenoeg alle veld en tuinvruchten door hevigen hagelslag vernield, vele huizen beschadigd en al vele schoenmakers hun bedrijf uit oefenden, die hun gemaakte schoen werk gingen venten in Holland, Zee land, Utrecht en Gelderland. Maar dat was en bleef tot liet midden der 19 Ie eeuw louter huisindustrie. Pas in de tweede helft dier eeuw en na 1900 wist die tak van nijverheid door on dernemingsgeest van eenige Waalwijk sche ingezetenen, zich zoo le ontwik kelen en zoo'n hooge vlucht te nemen, zoowel wat qualiteit als quantiteit be treft, dat vóór eenige jaren een groot gedeelte van al het hier te lande ver bruikte schoenwerk door de groot industrie van Waalwijk werd gele verd. Aan bevoegder hand dan de mijne moet ik evenwel overlaten hier omtrent meer te vermelden Onder de voornaamste families, die in den loop der eeuwen, althans vóór 1795, Waalwijk bevolkt hcbiien, moe ten de volgende genoemd wordeniie Witt (verwant aan de Dordtsche de. Witt's, waaronder ook de raadspensio naris Jan de Witt behoorde), v. Ileijst, Olifiers, de Laet, Verlegh, v.i i der Lee, Drossaerts, van Loon, Verwiel De fa milie Timmermana, die thans door hare degelijkheid on onderneinin; ,s- geest zulk eer hocge plaats inrreint, vestigde zich pas >c> 1796 of 1797 al hier. Omtrent de grootte van Waal wijk in vorige eeuwen moet men 2i :h evenwel geen overdreven voorstelling maken: in 1526 telde het siechls 149 huizen en in 1796 slechts 1400 of 1500 inwoners. Thans t( It het, met Besoijen en Baardwijk veri i nigd, ruim lOOuO zielen. Uit het feit, dat Waalwijk reeds in 1650 of daaromtrent een druk bezoch te Fransche kostschool bezat, Mijnt mijns inziens duidelijk, dat al \roeg voor voldoend onderwijs werd gezorgd. Ook thans bezit het uitstekende onderwijsinrichtingen, zoo middelbare als lagere, die met de beste van elders kunnen wedijveren. Op geestelijk ge bied vindt men er onderscheidene ker ken, waaronder do voor eenige jaren gebouwde zeer prachtige St. Jan Bap tist. Ook voor h< t hotelwezen werd vroegtijdig gezorgc (het bekende huUl Verwiel bestaat reeds meer dan een eeuw!); van 1860 dagteekent dc eer ste gasfabriek en het Post en tele graaf wezen geniete i een goede repu tatie. Het karakter va, i den Waalwijk er heeft zich, zoo thans als vroeger, ge- kenmrkt door een ruime mate van gastvrijheid, gezelligheid, vroolijkheid, levenslust, onschuldige lust tot spot ternij en een aangeboren talent voor muziek en zang (do liedertafel „Oefe ning en Vermaak" behaalde een halve eeuw geleden reeds lauweren to Me- chelen en Amsterdam). De omstreken van Waalwijk, inzon derheid Zuidwaarts en achter 't voor malige Baardwijk, hoofdzakelijk de „Loonsche heideuitmakende on grootendeels toefcshoorende aan de familie Timmermans en de Maat schappij „Tot behoud van Natuui mo numenten", zijn s( bitterend te noemen en trekken voorldurend talrijke be zoekers uit alle stroken. Ten slotte moet nog vermeld wor den, dat 't gemeentewapen van Waal wijk, dat den 16 Juli 1817 door den Hoogen Raad van Adel aan die ge meente werd gegi ven en hetwelk ten nauwste verwant is aan het Brabant sche wapen en misschien ook aan dat van Den Bosch, aldus is: Zijnde een schild gevierendeeld, het eerste en vierde deel van sabel, beladen met een klimmenden leeuw van goud; het tweede en derde van zilver, beladen met een klimmenden leeuw van keel. Het schild hangt aan een lint van keel aan een boom van natuurlijke kleur. De in 1932* met Waalwijk vereenig- de dorpen Baardwijk en Besoijen voer den de volgende wapens: a. Een aeht- spakig 2) wiel of rad van keel p een gouden veld; b. Li blauw (azuur) een gouden faas of dwarsbalk, beladen met 4 blauwe turnen en vergeze'd van 3 gouden St. Andrieskruisjes. Het ware te wenschen, dat thans die drie wapens werden gecombineerd: 1 en 2 Waalwijk, 3 Baardwijk en 4 Besoijen. 1). Hij nam zijn reis over Ganroijen, waar hij reeds veilig was, wijl het tot Brabant behoorde. 2). In „Ons Nederland" verkeerde lijk zesspakig aangegeven. Indien U Kruschen nog steecis niet geprobeerd hebt probeer het dan nu eens op kosten van de fabrikanten. Zij hebben thans voor een beperkten tijd een aantal speciale „reuzen" pak ken verkrijgbaar gesteld, waardoor het U gemakkelijk wordt gemaakt de werking van Kruschen zelf eens te ondervinden. Vraag dus uw apotheker of drogist naar het „reuzen" pak a 1.60, voor dat deze alle zijn uitverkocht. 7" eh Dit pak bevat namelijk den gewonen flacon Kruschen a 1,60 en nog een aparten proef- flacon, welke voldoende is voor ongeveer een week. Open eerst den proefflacon, probeer dezen en wanneer U daarna niet volkomen overtuigd bent, dat Kruschen alles doet wat er van be weerd wordt, is de gewone flacon nog ongeschon den. Breng dezen terug. Uw apotheker of drogist is gemachtigd U uw liecle uitgave u 1.60 on middellijk en zonder omwegen terug te betalen. U hebt Kruschen geprobeerd zonder dat het U iets kostte. Kan het gemakkelijker? Let op dat oj» het etiket op de flesch, zoowel als op de bul- tenverpakklng de naam Rowntree Handels-Maat- I schappij Amsterdam voorkomt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1933 | | pagina 5