Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. HflflR ERFDEEL, m inlsSS Milkers. Lanasiraiers FEUILLETON I DIT BLAD. NUMMER 11. ZATERDAG 3 FEBRUARI 1934. 67$ JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ens. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco p. post door 't gebeele rijk 1.40. UITGAVE» I a WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ AN TOON TIELEN Telefoon No. 18. Telegr.-adresECHO. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1A0. Bij contract flink rabat. Reclames 40 cent per regd. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. EERSTE BLAD Geachte Redactie. In verband met het onderschrift zou ik nog gaarne een bescheiden plaatsje in Uw blad willen vragen, Waarna deze kwestie voor mij heeft afgedaan. Bij voorbaat nogmaals miju dank. Lie Mij. voor Handel en Nijverheid heeft \olgens Uw medeuceling het vraagstuk der samenvoeging niet alleen van den linancieelen kant bezien. Ik moge in dit verband er op wijzen, datüaii toch de belichting der andere zijde zeer weinig tot haar r«.cht is gekomen. Dal Ikboeit ook niet te verwonderen, als men in hel oog houdi, dat de onderhavige Mij. zich den iaatsten lijd ook gaat bewegen op het terrein der over- heidsiiuaiicién. Zij heeft tot dit doel reeds ingesteld een bezuinigings commissie voor de overtieidslinan- cieii. floe het ook zij, de publicaties der voor Handel en Nijverheid in zake samenvoeging van gemeenten hebben de kops.ukken in ons land niet kunnen overtuigen, dat de tijd daar is om eens tlink het nies te zeilen in de gemeentelijke gebieds- indeeling, ook niet den legen woor- digen Minister van Binnenlandsche Zaken, Mr. J. A. de Wilde, (ex-Wet houder van Financiën de gemeente 's Gravenhage), van wiens hand meer dan eens bijdragen zijn verschenen, waaruit bleek, dat hij het gemeente lijk bestuur en in het bijzonder de geineenleiilinanciën tot een voor werp van aandachtige en ernstige studie heeft gemaakt. Zoo eenvoudig als voor U het vraagstuk der lilliput gemeenten is, is het dus blijkbaar niet voor de leden van hel Kabinet en voor degenen, die de verantwoordelijkheid van „De Echo van bet Zuiden". Naar het Engelsch van Nadruk verboden. 49. De jongen liet haar los en Nancy vlocg weg, terwijl de hond zijn prooi niet los liet. Nancy hoorde Jack vloeken en ra zen en het drong nog sterker tot haar door dan zooeven, aan wat ze was ont snapt. Die man was een bruut en de lief de van haar hond had haar gered. Zij, Nancy Trevanion, had op het punt ge staan de vrouw te worden van dezen ke rel, alleen om die paar stukken land te rug te krijgen en haar oud tehuis. Elke zenuw van haar kwam in opstand, ze huiverde nog bij de herinnering. Ze hoorde het getrippel van pooten achter zich; een oogenblik later had John haar ingehaald. Ze sloeg haar ar men om hem heen en zoende het dier van blijdschap en dankbaarheid. Dank je, goede oude jongen, zei ze, ik zal nooit vergeten wat je voor me ge daan hebt. Maar plotseling herinnerde ze zich dat John haar hond niet was. Dat hij recht matig eigendom van een ander was ge worden, maar ze lachte om het idee. Ze zou wel uitvinden, hoeveel Jack voor hem betaald had en hem het geld sturen als ze den hond meenam naar Leeds. Toen ze thuis aankwam, merkte ze, dat Mary Judson een wandeling maakte. Ze was blij dat ze even alleen was. Ze wilde nadenken over alles wat gebeurd was, ze wilde met zichzelf te rade gaan. Trefry trouwen beteeken de armoe- Hjden. Hij was elctro-technicus zonder uitzicht op succes, een man, die geen practischen kijk op zaken had. Hij was hebben te dragen voor eventueele samenvoeging van gemeenten. Blijk baar geldt ook voor hen, »dat het zwaarst is intusschen het zwaarst moet wegen», om Uw eigen woorden te bezigen. Mijn conclusie is dan ook, dat het Kabinet en de M. v. H. en N. tweeërlei weegschaal gebruikt. Ik houd het op dit terrein voor- loopig bij de weegschaal van degenen die door de hooge roeping van hun ambt de gestie der gemeentebesturen het best kunnen beoordeelen en »het vraagstuk in zijn groot geheel kunnen zien», om wederom van Uwe woor den gebruik te maken. U vermeldt, dat een betere gebieds- indeeling nog niet lukraak behoeft te geschieden. Nu is er op dit gebied weinig ervaring. Van de elf provin cies, waarin ons land verdeeld is, is er slechts 1 college van Ged. Slaten, dat eenigszins in die richting van combinatie van gemeenten werkzaam is geweest, n.l. dal van Noordbrabant. Ik blijf evenals U graag in eigen omgeving. Vindt U het niet eigen aardig (wanneer men de grenzen rationeel herziet), dat Heesbeen en Doeveren blijven behooren tot Eelhen? Dat Sprang-Capelle is ge vormd zonder Rechtvaart, en Loon- schendiik aan Kaatsheuvel te ont nemen Dat zelfs plannen Den Bosch verlaten lubben om de gemeente »Magerapik» (3/ode,G''ert ruiden berg, flaamsdonk en Waspik) in het leven te roepen? Waarom hield men nu juist op bij Waspik en Made; men had er Waalwijk en Zwaluwe ook wel bij kunnen nemen De ervjy ing is hier, dat »lukraak» ingegrepen is. Sprang Capelle h.v. is nog dorpen en dat zal het wel blij vei-. Het ge meentehuis staat daar op een per ceeltje weiland, met aan de Oostzijde een boerderijtje, aan de Westzijde een perceel weiland, aan de overzijde een perceel weiland en aan de Noord zijde een perceel weiland. Ja lezer zoo is daar een centraal punt kunst matig geschapen, 't Is heusch niks gek. Ten slotte nog dit. In het buiten land is het aantal gemeenten nog grooter dan hier en men denkt er daar niet aan door vereeniging het aantal te beperken. Integendeel, de vereenigde gemeenten München Gladbach en Reijdt in Duilschland zijn onlangs wederom ontbonden. Ik vrees, dat de ervaring te gunstig was. Wanneer men naar een meer ra- tioneele gebiedsindeeling streeft, was het mogelijk nog beter van bovenaf te beginnen en bet vraagstuk in nog grooler vei band te bezien. Als men h.v. eens pogingen aanwendde om Antwerpen en Rotterdam lot hetzelfde Rijk te laten behooren. De Rijn- Schelde verbinding kon dan vanuit een centraalpunt worden bezien. En waarom nu de grens bij Sas van Gent en niet bij de Westerscbelde Dan had Gent een Hollandscbe, maar een eigen voorhaven l'erneuzen). Waarom behoort Mook bij Limburg en Hedel bij 'Gelderland? Deze plaatsen konden ook b. ter resp. tot Gelderland en Noordbrabant ge rekend worden. Hoewel hier de ondergrond dezelf de is, gevoelt men onmiddellijk het ongerijmde, pat dit dan ook in Noordbrabant doordringe ten aan zien der gemeenten. Zooals gezegd, de zaak is hiermede voor mij ten einde. AliONNÉ. Wij behoeven niet ten derde male ons standpunt uiteen te zetten. Dat zou ook overbodig zijn, want waar het verschil van inzicht in hoofdzaak I op gevoelskwesties ber ust, daar is de 1 kans dat partijen tot elkander komen zeer gering. Dat wel eens fouten gemaakt kunnen zijn erkennen wij graag. Daarmede echter staat of valt het principe niet. En die »fouten» zijn dikwijls, als men alle omstandig heden in aanmerking neemt, zeer juiste beslissingen. Zoo meenen wij te welen dat er zeer speciaal over wegingen golden waarom Doevenn en Heesbeen niet bij Heusden ge trokken worden. Andere kwesties die inzender ter sprake brengt hebben met het onder havige onderwerp, de gemeentelijke gebiedsindeeling niets te maken. RED. Nationale Concentratie. wel nooit rijk worden. En toch, als hij haar zou vragen, zou ze met hem willen trouwen. Maar zou hij haar vragen? Ze wist dat hij het nooit zou doen als hy haar geen behoorlijk be staan zou kunnen verzekeren. Een week ging voorbij zonder dat hij kwam. Ze was teleurgesteld en verdrietig. Nancy, zei Mary Judson op zekeren dag, waarom heb je gekibbeld met John Trefry? Gekibbeld? Waarom vraag je dat? Ik zag hem een half uur geleden, vertelde Mary. Zag je John Trefry? Waar? Aan het strand. Hy zag er bleek en verdrietig uit. Heb je hem gesproken? Ja. Ik ging naar hem toe en zei: Mr. Trefry. waarom bent u ons niet ko men opzoeken? En wat heeft hij geantwoord? Eerst keek hij mij aan of ik een geestverschijning was, toen herkende hij me, maar hij zei geen woord. Ik zei daarom: Nancv. voelt zich gekwetst en verwacht u eiken dag. Dat heb ik nooit verteld! riep Nan cy uit. Neen, maar ik begreep het wel, zei de vrouw. Ik ben niet blind. En ik heb hem verteld, dat je naar hem verlangde en gevraagd waarom hij niet kwam. Dat had je niet mogen doen, Mary, ik ben echt boos op je.. Wat antwoord de hy? i Hij keek mij aan en zei: ik durf niet. ik durf nieten hy ging weg zonder iets te zeggen. Nancy ging zwijgend naar het raam en keek naar buiten, naar de zee. Mary Judson zag haar oplettend aan en merkte dat haar lippen beefden. Die iongen houdt van je, Nancv. Nancv keerde zich om en zei daarop energiek: Ik zal hem schrijven. Het briefie dat Mary Judson later in de bus wierp, bevatte slechts het navol gende: Waarom ben je niet gekomen, John? Ik voel me eenzaam. Nancy. Drie dagen nog wachtte ze op zyn be zoek maar hij verscheen niet. Ze werd ongerust. Misschien is John ziek, dacht ze. Al in 1931, toen we nog slechts aan het begin der economische perikelen stonden, heeft de heer J. E. H. Libourel een brochure ge schreven waarin hij betoogde dat de eenige oplossing van het pro bleem er in zou bestaan de productie nationaal te concentreeren. Nadien heeft de schrijver zijn zienswijze nog breeder uitgewerkt en thans bepleit hij haar opnieuw in een open brief aan Dr. H. Colijn. Libourel wil het economische probleem niet in de eerste plaats zien in het geld, doch in de goederen. Volgens hem zal men moeten gaan in/ien dat een verticale spreiding van welvaart, binnen de lands grenzen, de aangewezen weg is. Daardoor ontstaat een wedsbijd om het hoogste levenspeil tusschen de naties, inplaats van de verlaging, waarheen thans meer en meer gedrongen wordt. Op de derde plaats wil de schrijver meer het oog richten naar het ver. bi uiksprobleem, omdat 't produclie- vraag^uk opgelost is. ihj meent voorts dat het verkeerd is nog maar st.eds te blijven vasthouden aan economische leerstellingen, d e zijn opgebouwd in een periode van gocderen-schaarschte. In navolging van Roosevelt wil Libourel de pioblemen in de kern aantasten. Hij eischt verhooging van levensstand aid der groote massa, waardoor de overvloed van pro ducten verbruikt zal kunnen worden. Daaitoe acht de schrijver verkorting van aibeidslijd tot het inschakelen van werkloozen in de productie de aangewezen weg. Belangrijk is L bourels denkbeeld over de nationale concentratie in het economisch leven, die hij ziet als de eenige mogelijkheid, althans op het oogenblik, om tot regeling en beteugeling der economische machlen te komen. Zoo gezien is het een ordenings probleem, dat zeer de moeite waard is bestudeerd te worden. Wij kunnen daarom ook dit geschrift van den heer Libourel, wiens inzichten ook steeds meer wetenschappelijke kringen de aandacht trekken, ten bevelen. zeerste aan- Uitgegeven bij N.V. Drukkerij tn Uitg. »de Mercuur« Hilversum (25 cent.) gewoon naar zijn werk ging en ondanks alles werd ze toch een beetje boos op hem. Ze wist wel, waarom hij niet wou komen, maar nadat ze hem dat briefje had geschreven, was dat toch geen argu ment meer. Maar hij schreef niet en kwam even- min en toen de week voorbij was, was j ze volkomen buiten zichzelf. Deze dagen was ze niet meer naar Trevanion Court j gegaan: ze was bijna bang. Ze wist heel zeker, dat de jonge Beel wraakplannen uitbroedde en dat ze, als ze eenmaal in zijn handen zou vallen, op genade of on genade aan hem was overgeleverd. Ze was te weten gekomen dat hij op de ver- kooping tien* pond voor den hond had betaald. Ze had een bankbiljet in een en velop gedaan en er bij geschreven: tien pond voor John, maar ze had er geen ant woord op ontvangen. Dit alles bij elkaar veraangenaamde Nancy's verblyf niet bepaald en ze zag er zoo bleek en ver drietig uit, dat Mary Judson ongerust werd. Onze tyd is bijna om, Nancy, zei ze op een ochtend. Morgen is het al Maandag en van de week moeten we te rug. Ik heb Sarah Ellen geschreven, dat zc het huis in ord'^Tnaakt. o Nancv antwoor niet. Ze staarde naar buiten, naar gryze zee. De lucht was dien dag trie. fn somber en de zee zag er hopeloos uit. Nancy voelde zich wanhopig. ^Vaar is John toch? vroeg ze Mary wat\later op den dag, want de hond was niet te voorschyn ge komen. Ik weet het niet. antwoordde de vrouw, na het ontbijt is hy niet terug gekomen. Hij blijft nooit zoo lang weg, zei het meisje. ,Neen. hij volgt je als je schaduw, waar' zou hy naar toe zijn? Toen tegen den avond de hond nog niet terug gekomen was, werd Nancy onrustig. Ze wist, dat het dier nooit van haar wegging, en was bang, dat er iets met hem gebeurd was. Ze herinnerde zich, dat de jonge Jack nog geen ant woord had gegeven on haar briefje met seld. Zou hij den hond missch'en hebben doodgeschoten? Maar dat kon ze niet "elooven. Welke wraakplannen hij mocht koesteren, Nancy wist zeker, dat hij den hond geen kwaad zou doen; daarvoor hield hij te veel van dieren. Maar mis- had M John gestolen! Dat zou Wenscht gt| volledig ingelicht over gebeurtenissen, vergade ringen, uitvoeringen, ver- koopingen, verpachtingen In Uwe en omlig gende gemeenten ABONNEERT U DAN OP ten minste een begrijpelijke daad van weerwraak zijn. Bovendien, hij wist, hoe graag zij den hond wilde terughebben en dacht mis schien dat ze hem op Trevanion Court zou komen terughalen. Nancy ging dien nacht met een zwaar hart naar bed. De hond had meer dan-drrc~weken op de mat voor haar kamerdeur geslapen en ze miste hem meer dan ze had gedacht. De volgende dagen zette ze haar on derzoek voort, maar zonder resultaat. Ze was er nu van overtuigd dat de jonge Jack hem vastgehouden had. Zoo was haar verb'ijf in Cornwall, waar ze zich zoo op had verheugd, een groote teleur stelling geworden. Mary Judson scheen heelcmaal aangesterkt te zijn, maar Nan cy voelde zich mistroostig. Woensdag morgen bracht de post haar twee brie- j veneen van Mr. Shawcross, die haar schreef, dat hij haar op het einde van de we°k terug verwachtte: ik heb groote bestellineen gekregen, schreef hij uw werk schijnt er nu eoed in te komen. Dit was een heuglijke 'ijding. maar het stemde haar niet vroolijker. De andere brief bestond maar uit één regel: Wan neer u uw hond teruv w»lt hebben, kom hem dan halen. Jack Beel. Nancy was machteloos woedend toen ze dit brief'e las. want 7voelde dat ze den moed miste om naar Trevanion Court te gaan. Wat moest ze doen? De jonge Jack was meester van de si tuatie. Den volgenden morgen zou ze i naar Leeds vertrekken, om den hond te rug te halen. Maar tegen den avond kreeg ze 'n idee: ze zou naar John Trefry gaan I en hem vragen, het dier voor haar terug te halen. Bovendien zou dit een goede j gelegenheid zyn om nog eens met John te praten, en misschienZe vloog i de deur uit. Ze wist. dat John in een klein landhuisie woonde, dicht bij het electriciteitsbedrijf, waar hij werkte. Maar toen ze aan het huis kwam. ver telde een vrouw haar, dat John was weg gegaan zonder haar te zeggen hoe laat hii zou terugkomen. Hij z^i, dat hij n'et voor theetijd terug zou zijn. zei de vrouw. Je kunt nooit precies van hem op aan. miss. hii komt ongeregeld thuis. En heeft hij niet gezegd, waar hij heen eing? I Neen. hii zei niets. Zoo stond Nancv niets anders te doen, dan met een treurig hart den terugweg te aanvaarden. Haar weg voerde over 'n eenzaam stuk land; er stonden een paar boerenhuizen, maar er was geen levende ziel te zien. Toen ze de vallei bereikte, was de duisternis al gevallen en ze voelde zich weinig op haar gemak in hel stille veld. Maar nauwelijks was ze aan den voet van den heuvel gekomen of een man sprong te voorschijn vn achter een haag: het was Jack Beel. HOOFDSTUK XXII. Mary Judson's testament. Jack lachte tusschen zijn tanden toen hij haar zag. Goeden avond, Nancy, zei hij. Ik heb op deze ontmoeting al dagen geloerd. Het meisje stond voor hem en zondet een woord te zeggen, probeerde ze den anderen kant uit te gaan. Neen, zoo kom je er niet af, lachte Jack, nu is het mijn beurt om de sterkste van de twee te zyn. Het meisje sprak niet maar was zich volkomen bewust van het ge vaar van de situatie. Ze zag den loen- schen blik in zijn oogen en ze hoorde den onaangenamen klank van ziin stem •re besefte dat er gevaar dreigde. Maar ze liet niet blijken dat ze bang was. Ik vergeet niets, zei de jonge Jack, iaren en jaren heb ik den grond aange beden waar jij je voeten neerzette en ik was zelfs bereid geweest, om voor je te sterven. Ik zou alles voor je hebben ge daan wat je maar wilde, dat weet je heel goed. Laat me door, zei Nancy kortaf. Neen. daar denk ik niet aan. Jaren lang heb ik van je gehouden en nu zal ik mijn zin hebben. Begrijn je me? Al ben jii een Trevanion. daarom ben ik nog geen minderwaardige hond. Je praatte tegen me, of ik schuim van de straat was en ik zal Nancy begreep, dat ze in zijn macht was. Er was geen levende ziel in de na bijheid: de duisternis was snel gevallen. Ik heb al dagen op je geloerd, ging hij voort, den dag dat je me als een hondsvot hebt behandeld, heb ik gezwo ren dat ik mij zou wreken. Of ie rond- I kykt helpt ie niets, den hond heb ik vei- lis opgesloten, die zal je niet komen hel pen Wordt vMToij De Echo van het Zuiden, Waalwiiksche en Langstraatsche Courant, JOSEPU ilOCKINO. in

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1934 | | pagina 1