ling vallen, krijgen steun van het C. C.
De heer Michaël zegt dat die 300.-
weer zullen moeten worden opgebracht
door de belastingbetalers. Bovendien
collecteert het C. C. binnen kort weer
langs de huizen. Er wordt zooveel ge
vraagd, dat de menschen weinig geven.
Spr. wil geen bedrag uit de Gemeente
kas beschikbaar stellen.
De Voorzitter leest op verzoek van
den heer de Bas de bepalingen voor
voor de steunverleening B, waaruit
blijkt dat daarvoor alleen steuntrekkers
en in de werkverschaffing geplaatsten
in aanmerking komen.
Weth. v. Willigenburg licht zijn be
toog van daareven nader toe. Het C. C.
krijgt zijn middelen van verschillende
zijden. Wanneer nu dit bedrag van
600.— alleen ter beschikking mag
worden gesteld van steuntrekkers, dan
blijft een des te grooter bedrag over om
de overige hulpbehoevende menschen
te helpen. Dat de menschen weinig aan
het C. C. geven siert hen niet, zegt spr.,
en hij wijst op de noodzakelijkheid om
de noodlijdende gezinnen periodiek aan
schoeisel, kleeding. dekking en kolen te
helpen.
De heer Verheijden zegt dat er rijke
menschen zijn die arm zijn, en arme
menschen die rijk zijn. Spr. vraagt of
aan de eerste categorie, de kleine
grondbezitters die hun pachten niet
krijgen uitbetaald, voldoende aandacht
wordt geschonken.
Weth. v. Willigenburg zegt dat het
C. C. allen schijn van onrechtvaardig
heid wil vermijden en alle inkomende
verzoeken om steun in behandeling
neemt.
De heer Verheijden: Die menschen
loopen niet met hun armoe te koop.
Door de Diaconie worden ze soms on
gevraagd geholpen. Gebeurt dat bij het
C. C. ook?
Weth. v. Willigenburg zegt dat dit
nog niet is voorgekomen.
De heer Boer maakt bezwaar tegen
de bijdrage daar al meermalen gebleken
is dat het C. C. paarlen voor de zwijnen
werpt. Er worden menschen bedeeld,
die zelf anderen moesten bedeelen!
De heer Michaël: Hoeveel instellin
gen zijn er wel niet noodig om steun
uit te keeren? Crisis-Comité, steunver
leening, werkverschaffing, armbesturen
diaconieën! Om nu allen maar gauw
in het laadje der gemeente te laten grij
pen, daar ben ik tegen. Het Crisis-Co
mité moet maar zien dat het geld op
haalt bij de menschen die het geven wil
len!
De heer Kraak zegt dat het hem te
genvalt dat zooveel bezwaren worden
gemaakt tegen deze bijdrage. Spr.
meent dat de raad verder moet zien en
moet bedenken dat het niet alleen de
steuntrekkenden zijn, die van deze hulp
genieten, maar evenzeer de middenstan
ders, want het geld dat beschikbaar is
wordt toch weer bij de winkeliers be
steed. Het voorstel had met vlag en
wimpel aangenomen moeten worden,
zegt spr.
De heer Timmermans vraagt hoe
groot de andere middelen zijn die het
C. C. heeft.
Weth. v. Willigenburg zegt dat de
collecte 330.heeft opgebracht.
Als daar 130 gezinnen van gesteund
moeten worden kan men niet veel doen!
Het voorstel van B. en W. wordt
aangenomen met 101 stem; tegen de
heer Michaël.
Op verzoek van den Min. van Socia
le Zaken wordt een steunregeling voor
noodlijdende kunstenaars in principe
aanvaard, ofschoon deze voor deze ge
meente van geen beteekenis is.
Ophaaldienst Destructor.
Ged. Staten verzoeken het regle
ment voor den vleeschkeuringsdienst
aan te vullen met de bepaling, dat de
door den destructor-dienst op te halen
cadavers aan den harden weg gebracht
moeten worden.
De heer Verheijden vindt het uiterst
gevaarlijk als de boeren de cadavers
zelf over de weide moeten vervoeren.
Wanneer het beest aan miltvuur ge
storven is, is de kans op besmetting der
weide zeer groot en het is dikwijls heel
moeilijk uit te maken of van miltvuur
sprake is.
Spr. stemt tegen omdat hij het klap
pen van de zweep maar al te goed kent.
De heer Boer merkt op dat het nood
zakelijk is deze bepaling op te nemen,
daar de auto van den ophaaldienst niet
op alle plaatsen kan komen.
De heer Kraak is het met den heer
Verheijden eens.
De heer Michaël is ook deze meening
toegedaan, en vraagt of het mogelijk
is de cadavers ter plaatse te ontsmetten.
De heer Verheijden wijst nogmaals
op het buitengewoon groote besmet-
tingsgevaar, dat bij miltvuur bestaat.
Weth. Middelkoop zegt dat de vee
arts, indien hij het noodig vindt, ver
branding der cadavers ter plaatse kan
voorschrijven.
Het voorstel van B. en W., om de
gevraagde bepaling in de verordening
op te nemen, wordt met 6—5 stemmen
aangenomen. Tegen stemden de heeren
Kraak. Vos, Verheijden, Boer en Mi
chaël.
Van een groep werkloozen is een
verzoek ingekomen om gedurende de
winterperiode slechts éénmaal per dag
te behoeven „stempelen".
De Voorzitter zegt dat deze zaak niet
tot de competentie van den raad, maar
tot die van B. en W. behoort. B. en W.
hebben echter weer niet de bevoegdheid
af te wijken van de ministerieele voor
schriften.
Burg. Armbesturen.
3. Goedkeuring rekeningen Burg.
Armbesturen over 1933.
De rekeningen worden op de volgen
de eindcijfers vastgesteld:
Voor het B. A. van Capelle:
Ontvangsten 6930,86, uitgaven
9076.84, nadeelig saldo 2145.98.
Voor het B. A. van Sprang
Ontvangsten 4083.15, uitgaven
3610.36, batig saldo 472.79.
4. Goedkeuring begrootingen Burg.
Armbesturen voor 1935.
Daar de begrooting van Sprang niet
tijdig is ingediend wordt alleen die van
Capelle vastgesteld. Het totaal-cijfer
der begrooting is 8794.—.
5. Aanbieding ontwerp-bouwveror-
dening.
Op advies van B. en W. wordt een
commissie aangewezen om advies over
dit ontwerp uit te brengen. In deze
commissie worden benoemd de heeren
Michaël, Timmermans en Kraak.
6. Vaststelling staat van oninbare
en nog te verhalen posten 1933.
Nadat de raad geruimen tijd met ge
sloten deuren over deze zaak gespro
ken heeft, wordt de staat vastgesteld.
7. Voorloopige vaststelling gemeen
terekening dienst 1933.
De Gemeentebegrooting.
8. Vaststelling gemeente-begrooting
dienst 1935.
De Voorzitter beantwoordt namens
B. en W. de verschillende opmerkingen,
die de commissie van onderzoek in haar
rapport gemaakt heeft.
De commissie dringt aan op conver
sie van geldleeningen van 5% en hoo-
9er-
De Voorzitter zegt dat B. en W.
reeds in onderhandeling waren over
conversie van verschillende leeningen.
Thans is bericht ontvangen dat deze in
-leeningen kunnen worden gecon
verteerd.
De commissie is van meening dat de
brandweer-organisatie te wenschen
overlaat.
De Voorzitter zegt dat de instructie
op zich goed is. De groote fout is ech
ter, dat deze instructie in de practijk
niet altijd wordt nageleefd. B. en W.
zullen deze kwestie zoo spoedig mo
gelijk onder oogen zien.
De commissie dringt aan op uitbrei
ding der straatverlichting, in die deelen
der gemeente, waar den laatsten tijd
veel gebouwd is.
De Voorzitter zegt dat daartegen
geen bezwaar bestaat daar deze uitbrei
ding de gemeente geen hoogere kosten
zal brengen. In 1935 treedt de tariefs
verlaging in werking en dan kunnen
18 lantaarns bijgeplaatst worden zonder
dat de straatverlichting meer gaat kos
ten. Het ligt in de bedoeling van B. en
W. om voorloopig slechts 10 nieuwe
lantaarns te plaatsen, zoodat nog een
bezuiniging verkregen wordt.
De heer Michaël zou graag zien dat
de verlichting 's avonds later aanbleef,
vooral ten behoeve der menschen, die
met den laatsten trein aankomen.
Spr. bepleit voorts verlichting van
den Winterdijk te Capelle.
De heer Kerst vraagt waarom het
zoo dikwijls voorkomt dat de lantaarns
in het geheel niet branden.
De Voorzitter zegt dat de lichten bij
volle maan nooit ontstoken worden, ook
niet al is de lucht betrokken.
De heer Michaël wil de lantaarns
vroeger doen aansteken. Spr. vestigt
er de aandacht op dat een lantaarn te
Capelle laatst den geheelen Zondag
heeft gebrandbehalve 's avonds.
De persoon die door de P.N.E.M. is
aangesteld voor de lantaarns te zorgen,
wilde op Zondag geen herstellingen
doen.
De Voorzitter zegt dat verlichting
van den Winterdijk te Capelle 2200.-
kost. Eventueele klachten over de ver
lichting, b.v. het niet branden van een
lantaarn, kan men altijd kenbaar maken
aan het gemeentehuis.
De heer Verheijden raadt aan niet al
te spoedig over te gaan tot verlichting
van den Capelschen dijk. Men moet
daar voorzichtig mee zijn want als men
dezen weg verlicht, dan zullen er nog
wel enkele andere wegen zijn, die voor
verlichting in aanmerking komen.
De heer Kraak gelooft niet dat met
de verlichting van den Cap. dijk een
precedent gesteld wordt, daar het hier
toch een grooten verkeersweg geldt
waarin bovendien een zeer gevaarlijke
bocht is.
De heer Verheijden meent dat vol
gend jaar deze bocht verdwijnen zal en
een gedeelte van het wiel gedempt zal
worden.
De heer Kraak zou niet graag zien
dat het werk op de lange baan gescho
ven werd. Spr. vreest dat het dan vèn
de baan geschoven zou worden.
De heer Timmermans vraagt B. en
W. ook voldoende aandacht te schen
ken aan de uitbreiding der gasverlich
ting, temeer daar tot nog toe de gega
randeerde gas-afname nog niet ver
bruikt is.
De Voorzitter zegt toe een en ander
onder het oog te zullen zien.
De volgende opmerking der commis
sie geldt de woningbouw-vereeniging
te Capelle. Gevraagd werd of de ge
meente aan deze vereeniging niet een
leening kan verstrekken, gedekt door
hypotheek.
De Voorzitter zegt dat B. en W.
NU UiUVANGT GE EEN GRATIS
PR0EFFLAC0N KRUSCHEN SAL1S BIJ
ELKE FLAC. VAN f 1.60 0IE GE KOOPT
Uw apotheker of drogist heeft nu
een beperkt aantal Reuze Pakken
Kruschen Salts. U ontvangt du nu
meer Kruschen voor hetzelfde geld.
Kruschen Salts is over de geheele
wereld bekend als het rheumatiek-
middel bij uitnemendheid. Nergens
kent men een middel evengoed als
Kruschen, geen, dat even goede
resultaten geeft.
In bet buitenland is door opkoo-
pers met Kruschen Salts geknoeid.
Men koope daarom in geen geval
Kruschen Salts in buitenlandsche
verpakking, doch uitsluitend in on
geschonden Hollandsche verpakking
met de naam N V. Rowntree Han
dels Maatschappij op verpakking en
eliket van de flacon gedrukt.
nader voorstellen in dezen geest zullen
doen.
De commissie vraagt of 800.— niet
te weinig is voor het uitbaggeren der
havens. Voorts wil zij de vervuiling
der Binnenhaven te Capelle tegengaan
door het verbieden daar huisvuil in te
werpen.
De Voorzitter zegt dat de raad zelf
het bedrag voor het baggerwerk op
800.— heeft gesteld. Er zal streng
toezicht worden gehouden op het wer
pen van vuil in de Binnenhaven. Aan
de Ned. Heidemij. is advies gevraagd
voor een definitieve verbetering van
den vervuilden toestand van dit wa
ter.
Weth. v. Willigenburg merkt nog op
dat de Binnenhaven van het Water
schap is.
B. en W. zullen met het polderbe
stuur overleggen welke oplossing ge
vonden kan worden.
De commissie adviseert een vuilnis-
dienst in te stellen.
B. en W. kunnen zich daarmede ver
eenigen, mits diegenen, die er gebruik
van maken een-kleine vergoeding beta
len. yi
De heer Boér zou het voldoende vin
den een vuilniswagen één maal per
maand te doen rijden voor het ophalen
van oud-ijzer enz.
De heer Michaël stelt voor eens een
proef te nemen met een ophaaldienst.
Spr. zou van de gebruikers een vergoe
ding van 5.— per jaar vragen.
De Voorzitter zegt toe dat B. en W.
deze zaak nog eens zullen overwegen.
De commissie wil het straatvuil als
mest verkoopen. Ook vraagt zij toe
te zien dat landbouwers niet met karren
met zeer vuile wielen over de wegen
rijden.
De heer Kraak klaagt over de ver
vuiling van den weg in de Korte
Nieuwstraat.
De heer Timmermans verzoekt B. en
W. voldoende aandacht te schenken
aan de klinkerbescherming langs de we
gen.
De Voorzitter neemt van een en an
der nota. Het rijden met vuile wielen
komt niet veel voor. Over de klinker
bescherming der wegen is in B. en W.
reeds gesproken.
De commissie maakt een opmerking
over de uitkeering van gelden aan het
schoolbestuur te Sprang.
De Voorzitter zegt dat B. en W. wil
len afwachten tot bekend is welke be
stemming aan de vrijgekomen school
lokalen gegeven zal worden.
De heer Michaël wil voorstellen de
leegstaande school te Capelle zoo
spoedig mogelijk een bestemming te ge
ven of haar af te breken, daar zij in den
huidigen toestand de plaats ontsiert.
Weth. v. Willigenburg zegt dat de
gemeente altijd gehoopt heeft het
schoolhuis in de Heistraat aan het
schoolbestuur aldaar te kunnen verkoo
pen.
De heer Kerst merkt op dat de sta
tuten van het schoolbestuur niet toela
ten avondhuizen te exploiteeren.
De Voorzitter zegt toe aan een en
ander zijn aandacht te zullen schenken.
Steunverleening.
De commissie acht het gewenscht een
strengere contróle uit te oefenen op de
gezinsinkomsten van steuntrekkenden.
Desnoods zou zij hiervoor een aparte
ambtenaar aanstellen.
De Voorzitter zegt dat B. en W. de
bezwaren der commissie kunnen aan
voelen. Thans fungeeren de veldwach
ters als controleurs. De kosten van een
speciale controleur zouden niet door de
eventueele besparing op de steunbedra
gen worden goed gemaakt. Spr. wijst
erop dat het verbazend moeilijk is het
bewijs te leveren dat een steuntrekken
de inkomsten heeft genoten.
De heer de Bas acht dit euvel niet te
ondervangen bij de controle die thans
wordt toegepast. Spr. denkt dat de uit
gaven voor steun veel lager zouden
worden als een waste controleur werd
aangesteld.
De heer Kerst vraagt met welke straf
de overtreders der steunvoorschriften
bedreigd worden.
De Voorzitter zegt dat deze men
schen worden uitgesloten.
Weth. v. Willigenburg zegt dat het
ook voorkomt dat de werkloozen „gra
tis" gaan werken. Vele der verspreide
verhalen over de bijverdiensten der
steuntrekkers blijken bij onderzoek niet
waar te zijn. Nog deze week kreeg
iemand, die een haas had geschoten,
daarvoor 2.minder steun. Laatst
ging er een verhaal dat een steuntrek
ker 10.000.— georven had, maar bij
onderzoek bleek ook hiervan niets waar
te zijn.
De heer de Bas acht het wenschelijk
dat B. en W. dergelijke onware ge
ruchten tegenspreken.
De heer Michaël leest het ingezonden
stuk voor, dat in „De Echo van het
Zuiden" verschenen is. Als die inwoner,
die dit stuk schreef, nu eens onze in
specteur wilde worden, dan waren we
klaar! aldus spr.
De commissie adviseert tenslotte de
begrooting conform ontwerp vast te
stellen.
Betoog van den heer Verheijden.
De heer Adr. Verheijden houdt naar
aanleiding der begrooting de volgende
beschouwing:
Persoonlijk wensch ik mijne stem te
motiveeren en niet aan den leiband van
het D. B. te loopen, zooals helaas in
Gemeenteraden veel gebeurt.
Met moeite werd onze begrooting
kloppend gemaakt, van belastingverla
ging zal de eerste jaren geen sprake
meer zijn. De belastingschroef is hier
ter plaatse tot het uiterste aangedraaid.
Diep treurig is het geweest, dat Naam-
looze Vennootschappen en besloten fa
milievennootschappen, reserven, extra
reserven en stille reserven konden vor
men met de wet in de hand en zoo
doende het minste belasting behoefden
te betalen. Nu komt wetswijziging doch
dit is mosterd na den maaltijd.
Zienderoogen nemen de inkomsten
af. Tien jaren lang heb ik uit protest
tegen de begrootingen gestemd om re
den hierop jaarlijks voor de gemeenten
zt 8000.— drukte voor wachtgelders.
Niemand h^eft mij gesteund. De coali
tie-regeeringen, die ons met de wacht
gelders opgeschept lieten zitten, moes
ten gesteund worden. Middelen beston
den er, om hierop de regeering opmerk
zaam te maken. Zij werden straal gene
geerd. In de Tweede Kamer werd al
leen gesproken over cumulaties. Nie
mand sprak over wachtgelden. Alleen
Ds. Kersten roerde dit punt aan bij de
algemeene beschouwingen der Rijksbe-
grooting. Hoewel ik niet tot zijne partij
behoor, en eene geheel andere levens
beschouwing heb, breng ik ZijnEerw.
toch van uit Capelle een eere-saluut.
Zienderoogen neemt zijn invloed te
dezer plaatse toe, al denkt men in Den
Haag, dat hier de helft antirevolution-
nair is. Bij de volgende kamerverkie
zingen zal dit wel duidelijk blijken. Men
verfoeit hier het politieke gekonkel der
laatste jaren.
Wie had ooit kunnen denken, dat
eertijds het rijke Capelle nog altijd het
grootste deel der vereenigde gemeenten
aan den rand van het Gemeenteban
kroet zou komen te staan? Men ziet, dat
de vereeniging juist het tegengestelde
van bezuiniging heeft gebracht, wat ik
met anderen steeds voorspeld heb.
Iedereen kan nu eenmaal niet de luxe
verdragen over eene groote portemon-
naie te beschikken. Bij zelfstandigheid,
ware het nooit zoover geloopen. On
begrijpelijk was mij steeds de houding
van Gedeputeerde Staten, die alle
Raadsbesluiten goedkeurden.
II. Pensioenbijdragen 5000.
Eenige dagen geleden hadden wij de
inschrijving op 150 millioen Neder-
landsch-Indië, waarvan 100 millioen
reeds door openbare instellingen was
overgenomen. Wie zijn deze instellin
gen? Naar mijn bescheiden meening zal
dit gedeelte genomen zijn uit de pensi
oenbijdragen van Rijks-, Provinciale-
en Gemeenteambtenaren. Nu vraag ik
wie betaalt nu eigenlijk deze pensioen
bijdragen? Ik zeg de belastingbetalers,
niet ambtenaren en niet de pensioen
gerechtigden. De boerenstand, midden
stand en arbeidersklasse betalen het ge
heele geval.
Nogmaals heeft Ds. Kersten zich nu
zóó belachelijk gemaakt, toen ZijnEer-
waarde daarop wees? Als het Neder-
landsche volk is uitgeknepen door de
ondragelijke belastingen dan is er geen
kapitaal meer beschikbaar voor handel,
scheepvaart en industrie en de arbei
dersklasse vervalt weer tot het paupe
risme!! Ik heb gezegd.
Nogmaals, ik ga met Ds. Kersten met
alles niet door dik en dun, verre van
daar, doch hierin sta ik nu eens aan
zijne zijde. Men is door partijhartstoch
ten verblind. Ik zeg in 't land der blin
den (de Tweede Kamer) is één oog
Koning. Ik kan het goede waardeeren
in tegenstanders. Ik ken terdege de
moeilijke positie van welke Regeering
ook, doch men wist, dat men een insol
vente boedel aanvaardde, eveneens
van Sprang-Capelle. Van eene waar
achtige bezuiniging is nergens sprake,
mede door tegenwerking van alle zij
den.
III. Uitkeering werkloozenkassen
9000.Ik ben voorstander van
eene gezonde vakbeweging, doch be
treur het, dit politieke lichamen zijn ge
worden, betaald door de belastingbeta
Iers.
Om te genieten van eene vakorganj. j
satie moet men toch lid zijn. Dit is 0ver. I
bekend.
IV. Subsidies Middel-, MULO.
en voorbereidend onderwijs 5430,-»
Men juichte over de wet van Dr. de
Visser, gelijkstelling van openbaar en
bijzonder onderwijs. Weten alle belas-
tingbetalers wel, dat de middenstand en
beter gesitueerde arbeidersklasse de op.
voeding van rijke lui's kinderen beta-
len? Bij ernstig nadenken zou men we]
eens andere gevolgtrekkingen kunnen
maken, dan over deze wet te juichen.
V. Algemeene toestand Sprang-Ca.
pelle. Reeds jaren lang voorspelde ik
dat het met de financiën (dubbeltjes)
mis moest loopen, doch verkreeg geen
gehoor. Wat heeft dezer dagen onze
tegenwoordige Minister van Financiën
Mr. Oud, gezegd? Wij bevinden ons
midden in den Franschen tijd.
Dringt een dergelijke uitdrukking we| I
voldoende door tot al onze Gemeente-
naren? Ik zeg hardop: neenl Ik wensch
hierbij eenige oogenblikken tot goed be
grip stil te staan. Wat is er in den Fran-
schen tijd gebeurd? In 1810 was de
schuldenlast te zwaar geworden, even
als nu en besloot men tot een Staats-
bankwet. De schulden van het Rijk
werden getiërceerd. Dit wil zeggen: wie
ƒ3000.— Staatspapieren had, kreeg
1000.-— terug. Met de overige ƒ2000
werd in Den Haag de kachel aange-
maakt. Een prachtig vooruitzicht voor
alle ambtenaren en Kamerleden, etc,
met wie geen land te bezeilen is, Le
vensverzekeringen en renteniers, ouden
van dagen laat ik nog buiten beschon-
wing. In die tijden had men ook assig
naten (bankpapier), waarmee even-
eens de kachel is aangemaakt. Om het
de heeren eens plaatselijk uit te leggen,
kan ik niet duidelijker zijn dan als voor
beeld te nemen onze gemeente Sprang.
Capelle, die eene kolossale boterfabriek
met prachtige veestapel heeft, waarop
de gemeente grootendeels drijft. Tevens
eene soliede Boerenleenbank met goud
in staven, waarvoor ze gerechtigd zou
den zijn tot 40% bankpapier uit te ge-
ven. Boter en vee mag er niet uit, doch
er moeten grondstoffen voor de leder
nijverheid gekocht worden. Wijl geen
boter weggaat, moet men goud afgeven
Men raakt al zijn goud kwijt en het
bankpapier is waardeloos, zooals wij dit
nu in 10 jaar tijds o.a. in Duitschland
aanschouwen, tenzij wij weer vrij-han-
del verkrijgen.
Zoodoende krijgen wij weer de oude
toestanden terug, dat doktoren en pre
dikanten in natura betaald worden.
Het kan nog wel eenigen tijd duren,
doch éénmaal zakt het Rijks-, Provin
ciaal- en Gemeentelijk kaartenhuis in
een. Ik zie als achtergrond reeds op
doemen wederom een van Hogendorp,
van der Duijn en van Limburg Stirum
met op den voorgrond onze Ge-
eerbiedigde Koninklijke Familie, de
Oranjes, de groote Financiers, die aan
den Nederlandschen Staat wederom 3£!
millioen leenen om de totaal kapot
slagen coalitieschuit te laten vervanger
door een nieuwe liberale schuit.
Met opzet heb ik deze begrootinj
eens duchtig onder de loupe (vergroot
glas) genomen, wijl het vermoedelijk di
laatste maal kan zijn, dat ik deze be
handel. Na 1922 heb ik steeds gewaar
schuwd, voorzichtig met de duiten te
zijn, wijl wij in een wereld van schijn
weelde leefden; een doodgewoon ver
schijnsel na groote oorlogen. Voor mij-
zelve ben ik overtuigd de belangen on
zer gemeente te hebben behartigd naar
beste weten en zeker die mijner geboor
teplaats. Diep medelijden heb ik met
Capelle. Eertijds een Gemeente als het
ware zonder schulden, met kapitalen op
het Grootboek en vastgoed en tot 1914
de laagste belastingen. Nu eene Ge
meente, gedegradeerd tot eene Gemeen
te die gesteund moet worden door Va
dertje Staat. Uw val is groot! De schul
digen? De kiezers, die zich lie
ten misleiden zoowel van uiterst rechts
als links. Ditmaal zal ik, na 10 jaren,
voor de eerste maal, hoewel met bloe
dend hart, voor de begrooting stemmen
daar deze moet sluiten.
Weth. v. Willigenburg: U zegt dat
niet ieder sterk genoeg is om de weelde
van een groote beurs te verdragen.
Wilt U daarmee zeggen, dat het ge
meentebestuur is tekort geschoten? Ik
geloof dat onze gemeente altijd zeer
zuinig geleefd heeft en de heer Verheij
den zal dan ook geen enkel besluit kun
nen aanwijzen, waarom hij kan zeggen
dat met het geld gesmeten werd. Wij
zijn zooals alle gemeenten crisis-slacht
offers geworden.
De heer Timmermans wil den heer
Verheijden vragen, hoe het wél moet
De heer Michaël wil den heer V. „in
bescherming nemen", daar hij het niet
eerlijk vindt, dat men hem „met 2 man
op z'n dak zit". De heer Verheijden
heeft gemeend nog eens te moeten me
moreeren, wat in de vorige jaren ge
beurd is zonder dat de Raad er mede
zeggenschap over had, b.v. de wacht
gelden. Het doel van zijn rede, die
tusschen het begin en het einde staat,
heeft met de begrooting weinig te ma
ken, constateert spr. en tot slot vraagt
hij: wat kunnen al die oud-gedienden
er aan doen, die heel Sprang-Capelle
nooit gekend hebben?
De heer Kerst vraagt nog, hoe groot
het bedrag is, dat de gemeente voor
steun betaalt.