Toegewijd Hendel^ Industrie cn Cemeentebelengen. FEUILLETON sffiöBA purol EERSTE BLAD- ABONNEERT U OP DIT BLAD. UCT HUIS IN DE STILTE, i Vrouwenhanden DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. DE JAARBEURS. DE OUITSCHE AFGOD. IMMER 21 ZATERDAG 16 MAART 1935. 58c JAARGANG. hyp geT id \t andl Ir. ij klaai sie Jgfiliv Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG Brieven. Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco p. post door 't geheele rijk 1.40. in va. echt kt. et I ïn, c het andip n ve isch re? ZIJ DIE ZICH MET INGANG VAN ;™'5APRIL A.S. OP DIT BLAD ABON- M NEEREN, ONTVANGEN DE NOG 'ré- TOT dien datum verschij- H 1 NENDE NUMMERS GRATIS. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Bij contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. geU 1 betp aan j litste is Q Houdt den moed er in. Sinds korten tijd wordt onze Neder- landsche Jaarbeurs mede gevuld met builenlaiidsche inzendingen. Hoe dat oekomen is, welen we ons op het oogenblik niet meer te herinneren. Het kan zijn dat het Jaarbeursbe- sluur is gezwicht voor builenland- schen aandrang, maar het kan óók - T wezen, dat genoemd bestuur een trdi oogenblik onder crisisvrees voor 1 vei haar eigen instelling is bezweken vet en het buitenland heeft «genoodigd», 21| opdat »onze» Jaarbeurzen verder n, 2C zouden blijven slagen, of ge Hoe het zijtot heden toe is de builenlandsche inzending van weinig ;05 beteekenis geweest, althans voor wat sen l. de ingenomen expositie ruimte be- 48,-! treft. Ook op de huidige 32e Neder- 80, t landsche Jaarbeurs van 12 lot en met c.,3 21 Maart, nemen de builenlandsche inzendingen slechts een bescheiden plaatsruimte in. Er is een Zwitserseh Paviljoen op het Vreeburg, een olfi- e: cieele Belgische sectie op de tweede 3.51en een officieele Duitsehe op de derde 6,_ verdieping van het vaste Jaarbeuis Verl gebouw. Maar »de» beurs wordt voor »0, 7( nieer dan 90 procent toch wederom Ifkoe: gevormd door uitsluitend Nederland, 21(1 'sche inzendingen. 7( En deze 32e beurs belooft toch weer meer dan haar allerbeste voor gangster; ze beslaat méér expositie ruimte er gaat van haar nog grooler aanlrekkingskracht uiler is méér intense belangstelling dan ooit te voren. Ondanks crisis en het dreigende permantente karakter van dezelve. Dat getuigt op schoone wijze van ons ondernemend en vasthoudend volkskarakter. Ende dese pereert niet 1 Ondanks het feit, dat er óók bui- tenlandsche inzendingen zijn, is deze 32e Jaarbeurs een demonstratie van het Nederlandsche economisch en industrieel kunnen. Zelfs de groepen Japansche- en Chineesche artikelen zijn er, om te toonen wat de Neder landsche industrie tegenwoordig ver mag 1 We hopen op een schitterend succes van deze beurs en sporen onze lezers aan om dezelve te bevorderen door het toonen van belangstelling, zoo mogelijk door het brengen van een bezoek. In dezen crisistijd is het slngen van de Nederlandsche Jaarbeurs meer noodig dan ooit. We zijn er niet mee gebaat, dat we bespiegelingen houden over e»-n wereld, die mooi en goed zou kun nen zijn, als vrijhandel basis der economischebetrekkingen zou wezen. Zelfs de meest fantastische idealist is er thans wel van overtuigd, dat de bestuurders van de wereld een on- vermeenen% dat ze uitsluitend in het buitenland worden vervaardigd, ót slechts d&èr in de perfectie worden afgeleverd, maar dezulken moeten noodig hun inzichten ens gaan ver helderen, want het is verbazingwek kend, hoe onze nationale industrie zich aan de nieuwe nationale behoef ten heeft aangepast. We moeten werkelijk leeren uit zoekentot welke uiterste grenzen we bet Nederlandsche fabrikaat kun nen bevoordeelen, want méér dan de overheid kan doen middels een millioen verslindende, betrekkelijk onnutte, werkverschaffing, kan de massa van ons Nederlandsche volk tot stand brengen door consequent aan het Nederlandsche produet de voorkeur te geven. Dat behoeft weinig, rreesteniijds niets ie kosten en we helpen onze medeburgers aan eer lijken, reëel en, productieven arbeid. En bovendien ons zelve aan een goedkooper belastingbiljet 1 Nud ilach van „De Echo van het Zuiden' ize ;en Hj ien ten 1» n en, er, ier Naar het Engelsch van ADELINE SERGEANT. Nadruk verboden. 14. are 5e- »ch t en. ld. ich de. de. 35. :nis ter uur Ze stak den sleutel in het ouderwet- sche slot, maar eerst was er geen be weging in te krijgen. Ik ben bang het slot of den sleutel te breken, verklaar de zij tenslotte. Ik geloof, dat ik er beter mee op kan houden. Probeer het nog eens, drong Claire aan. O, ik zou zoo dankbaar zijn, als we er uit konden. Nell probeerde het nog eens, en draaide langzaam den sleutel in het slot om. De deur bewoog zich krakend op haar hengsels. Maar Claire uitte een kreet van verrukking. Voor haar lag liet woud; de onderkant van de deur was één gewirwar van wilde rozen en gebladerte. Het zal heel lastig zijn om er uit te komen, meende Nell, terwijl ze naar de scherpe doorns keek. Ik zei je toch, dat het net een sprookjestuin was. Claire lachte. We kunnen zelf een paar van de grootste takken wegkappen, zoodat wij in en uit kunnen gaan, wanneer we willen. Ja, dat zou gemakkelijk zijn, be vestigde Nell. Morgenochtend zal ik me met een mes wapenen, en er weer naar toe gaan. Maar je moet ze niet allemaal wegsnijden, zei Claire vlug. Alleen de ergste; en je moet zorgen dat het er geschikte mentaliteit hebben om onze vrijhandels—principes te aan vaarden en door te voeren. Een volk, dat op het oogenblik zich zelf niet weet te helpen, raakt verloren. Op die gedachte hebben onze beste Nederlandsche economen en onze flinkste zakenlieden zich in de laatste jaren ingesteld en van hetgeen zij wisten te bereiken, <155rvan getuigt deze 32e Nederlandsche Jaarbeurs. Een bezoek er aan, zal voor de meeslen onzer een openbaring zijn Uit oude sleur gaan velen door met het gebruik van artikelen, van welke we vr eger wisten en thans uit ziet, alsof er niets aan gebeurd is. Je begrijpt me toch wel, Nell? Ik wil niet, dat iemand weet, dat wij deze deur ontdekt hebben. Niet? kwam Nell verwonderd. Waarom niet? Dat is juist mijn idee. Ik zou liet fijn vinden te weten, dat wij het bosch in kunnen gaan, zonder dat we het aan iemand behoeven te vertel len. We zullen den sleutel houden, en niemand iets van onze ontdekking zeggen. Ik geloof niet, dat behalve wij, iemand iets van deze deur afweet. Nell trok een verbaasd gezicht. Maar waarvoor is dat allemaal noo dig? vroeg zij. Het is een ongemakke lijke deur; ze is zoo laag, en we zullen onze kleeren openhalen aan die rozen- takken als ze niet afgesneden worden. Waarom zouden we Mr. Lancaster met vragen een tuinman te sturen, om de takken en het klimop radicaal weg te nemen? Als je dat doet, riep Claire bijna hartstochtelijk uit, gooi ik den sleu tel in de gracht! Nell wierp Claire een onderzoeken den blik toe. Dit verlangen, om het ge heim van de deur voor zich te houden, leek haar niet normaal. Was dit een uiting «van Claire's ziekelijken geest? Een oogenblik was zij verbijsterd. De meisjes keken elkaar aan. Claire's wangen zagen aschgrauw en haar lippen waren vast opeengeklemd. Zij was in hooge mate opgewonden. Kan ik je vertrouwen? vroeg zij, de handen naar Nell uitstrekkend. Nell nam ze in de hare. Natuurlijk kun je dat! Wij zijn toch vriendinnen, nietwaar? Dat hoopte ik al, fluisterde Claire, maar eerst dacht ik, dat je een werktuig van Lancaster was, net als de rest. De rest van wat? informeerde Nell. Het is misschien nog wat al te sterk gezegd, maar de verheerlijking van Adolf Hitler in Duitschland begint meer en meer zoodanig buiten de perken, van liet normale le gaan, dat inen van ten afgodische ver eering van den Führer zou kunnen spreken. Zekere hooge kringen ver ooi loven zich de grootste dwaas heden te verkondigen, '.en bewijze dat het ware Christendom zonder de heer Hitler onmogelijk heslaan kan. Deze godslasterlijke aantijging tegen het Christendom hoort men onder de Duitsehe kerkhervormers meer en meer openlijk verkondigen. Men leze wat een partijgenoot tijdens een feestdienst in een Berlijn- sche kerk sprak Wij zoeken profeten, die voor ons voorbeelden zijn van heilig geloots- leven. Een daar staat onder ons de meest—Duitsehe Duitscber, onze Leider Adolf Hitler. Hij overwon in zijn eigen borst de dimonen van klassenhaat en standenwaan, van het hebzuchtige, op profijt uit zijnde denken—in—geld en heeft daardoor, omdat hij de eenige Duitscber in den volslen zin van het w. ord is en was en blijft, in de zielen van heel een reeks van volksgenoolen deze demonen der Duitsehe eifzonde overwon nen. Zijn o ver winningskroon moest Hillcr voor zich zelf strijdend verwerven, niet door »SchieL>ung»> en trucjes verkrijgen, en zijn weg in die vijftien jaren van strijd was een Kruisweg. Hij voerde ons op tot een gemeen schap tot in den dood boven al hel menschelijke, ook de verschillende ccnless.es, omdat hij God had erkend als de Schepper van het Duitscue bloed en de Duitsehe aarde. Eu zoo doorvoelen ook wij het aldaar weer, dat de waarheid van het Kiuis niet een hisloriscue aangelegenheid is, maar dat zij in ons in Adolf Hitlei lot nieuw bewustzijn is gekomen. Velen, die van het Kruis pralen, hielpen Adolf Hitler niet het dragen van hel Kruis lichter te maken, maar deden integendeel alles om dezen Kruisdrager zijn last te verzwaren en bespotten en hoonden hem als Christus. Maar met het zwaarder worden van den Kruislast groeit de lust lol st ijden in den mensch. Zoo ook bij Hiller. Hij is thans zooals ook toen reeds de rechter in Duitschland als Gods plaalsbekleeder. Wie niet aan Hitier gelooft, kan niet aan God gelooven. Wie de Duitsehe trouw tegenover hem breekt is een Kaïn, een landsverrader, een verachtei van God. Door hem te volgen, geleoven wij, Duitsehe jeugd, «aan den onbe kenden en toch bekenden Christus.» Het jeugdfeest, waarop deze woor den gesproken werden, is volgens een Duilsch blad uitgegroeid «niet alleen tot een innerlijke openbaring, maar vooral tot een machtige be lijdenis van den profeet en ziener Adolf Hiller, die aan ons en heel de wereld is gegeven Ier beslissing van het lot.» De kerk was met Hakenkruisen en andere nazi emblemen versierd. In München maakte men 't echler nog erger en kwam het tot een on gehoord, heiligschennend misbruik der woorden, waarm de de Zalig maker het Allerheiligste Sacrament des Altaars instelde. In de aula der universiteit van München sprak Schulrat Heimpel bij een lofprijzing van Hitler's verdienste orn de winter hulp: «Hiller nam hel brood, zegende het, brak het en gaf het aan zijn ondergeschikten Ier verdeeling onder Int volk». Deze blasphemie sluit zich waardig aan bij de reeds bekende: «Adolf Hiller gisteren, heden en in eeuwigheid». Van de menschen waar hij mij mee omgeeft. Ik ben nu al drie jaar bij hem. Al dien tijd was er nooit iemand in mijn omgeving, die niet de instructie had, alles wat ik zei of deed aan Lancaster over te brengen. Moet jij dat misschien ook doen? Zeg het me dan, dan weet ik waar ik aan toe ben. Nell werd purperrood. Hij zei mij, bekende zij op zachten toon, dat ik hem van tijd tot tijd verslag over jou moest uitbrengen, maar ik vatte dat in algemeenen zin op. Ik heb nooit ver moed, dat hij me alles wilde laten over vertellen, wat jij niet verder verteld wilde hebben. Het is gevaarlijk hem ook maar iets te vertellen, sprak Claire bitter. Je weet nooit welk gebruik hij van de ontvangen inlichtingen zal maken. Als jij je aan hem gebonden hebt, zeg het dan gerust, dan kan ik ten minste op m'n hoede zijn. O, ik zou er wat voor over hebben, als ik een werkelijke vriendin had. Ik dacht er in jouw één gevonden te hebben, één, die ik werkelijk kon vertrouwen! Maar je kunt me vertrouwen! riep Nell, ik zal Lancaster alleen op pervlakkige dingen vertellen. Ik denk er niet aan hem iets te zeggen van wat jij me in vertrouwen hebt mede gedeeld. Je staat dus aan mijn kant? vroeg Claire. Je kunt niet aan beide zijden staan. Hij is mijn vijand, hij wil me kwaad doen! Dan ben ik zeker aan jouw zijde, verklaarde Nell beslist, ik zou nooit iemand helpen, die jouw kwaad wil doen, Claire. Natuurlijk begrijp ik nog niet precies, waar het over gaat. Ik zie niet in, waarom Lancaster je vijand is, maar als hij het is, kun je je op mij verlaten. Dank je, sprak Claire langzaam. Ik zou graag willen, dat je alles van me af wist. Ik weet ml zeker, dat je me niet zult verraden, hoewel ze misschien probeeren om je over te ha len. Maar laten we nu van deze plaats weggaan. Wij zijn al zoo lang in den tuin geweest, dat er wel eens iemand kon komen, om te kijken, wat we uit voeren. Sluit haar weer en breng den sleutel weg, dan zal ik me veel veiliger voelen. Nell deed wat haar gevraagd werd, en ze liepen terug naar de binnen plaats. Claire, zei Nell, zou je me nog één ding willen uitleggen? Ik wil je alles uitleggen, Nell, maar daar is nu geen tijd voor. Dit wil ik je alleen zeggen. Je hebt misschien al van Lancaster gehoord, dat hij me met z'n zoon wil laten trouwen? Soms ben ik bang, dat hij me door pressie of bedrog zoover zal brengen. Maar Nell, ik zal nooit met hem trouwen, niet alleen omdat ik hem haat, maar ook oindat ik van een ander houd HOOFDSTUK XII. CLAIRE'S CORRESPONDENTIE. De meisjes hadden geen gelegenheid om meer te praten, want toen zij het huis door een zijdeur binnengingen, zagen zij, dat Lancaster in de betegelde gang stond, alsof hij juist uit zijn stu deerkamer gekomen was. Zoo jongedames, hebben jullie de geheimenissen van den ommuur den tuin onderzocht? Nell bloosde en wist nauwelijks iets te zeggen; maar Claire antwoordde op een beetje minachtenden toon Er zijn niet veel geheimen op dat stuk grond. Er valt niets te beleven. Zoo? bracht Lancaster er vragend uit. En Nell zag dat hij een snellen blik op hen wierp, toen hij zei: Maar jullie waren er toch een heelen tijd Het is er mooi als de zon schijnt, legde Nell uit, en er is een bank, waar op we kunnen gaan zitten als we moe zijn. We kunnen nergens anders naar toe, vulde Claire gemelijk aan. Langs de groote wegen wandelen kunnen we niet, en in het bosch ben ik een beetje bang. J Je weet toch, herinnerde Lancas ter haar, dat Cyril of ik altijd als gids willen meegaan. Het past ook niet als jonge meisjes zonder geleide rond wandelen, maar Cyril zal het prettig vinden jullie van dienst te zijn. Dank U wel! antwoordde Claire. De bel voor de lunch klonk en voor zij naar de eetkamer gingen, giecp Claire haar plotseling bij den arm en fluisterde haar toe: Niet over den tuin praten! Maar Nell had niet veel keus, want Lancaster vatte dadelijk het onderwerp weer op. Het is heel jammer, zei hij, dat de tuin in zoo'n toestand van verval is geraakt. Vindt U ook niet, juffrouw Davenant? Nogal, antwoordde Nell vrijmoe dig. Ik krijg zoo'n gevoel, dat ik graag een beetje zou tuinieren. Wat mij betreft, kunt U alles doen waar U zin in heeft, zei Lancas ter voorkomend. Zal ik een paar ge reedschappen voor U opzoeken? Met een hark, een schoffel en een schaar kunt U ongetwijfeld wonderen ver richten. O, maar ik heb er niet veel ver stand van, antwoordde Nell, een beetje geschrokken bij de gedachte, dat Lan caster misschien het deurtje zou ont dekken. Ik denk dat tuinieren veel te zwaar werk voor mij zal zijn, sprak Claire. Het eenige wat ik graag doe, is een beetje rondwandelen en als het warm genoeg is, op de bank uitrusten. Die staat daar op een fijn plaatsje, in de volle zon. Wordt vervolgd. SVaalwiifcscIie en Langstraatscbe Canrant T. a* m m W I 'geil: hvri cre- ech;; ïn di U, TlAAJSCHAfpy VAM VIRZEKIR1HG OP HET lEVM blijven ondanks alle liuishoudeli]ke arbeid gaaf, zacht en blank door I i

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1935 | | pagina 1