Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Een Liefde in China
EERSTE BLAD.
FEUILLETON
I
(l
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
De regeringscrisis is uitgebroken.
&tep,k<
DGOR ERVARING
ZATERDAG 27 JULI 1935.
58e JAARGANG
k
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
iranco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN
Telefoon No. 38.
Telegr.-adresECHO.
Advertentiën moeten Woensdag en
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Bij contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Al hadden velen gehoopt, dat een
regeeringscrisis tenslotte tóch nog
vermeden had kunnen worden, het
conflict tusschen Kamer en Kabinet
is niet onverwacht uitgebroken. e
herinneren er aan, dat H. M. de
Koningin dezen zomer niet op den
gewonen tijd buitenslands is gegaan
voor het doorbrengen van Haar
vacantie, doch intrek nam op den
Ruigenhoek te Scheveningen,
voorloopig totdat het groote Bezui
nigingsplan der regeering in de
Kamer zou zijn behandeld. Met de
mogelijkheid van het uitbreken
eener regeeringscrisis werd aldus
ernstig rekening gehouden.
En thans is het zoover.
Hebben de Katholieken deze crisis
gewild?
We geloovengeenszins. Zeker,
inzake de middelen tot crisisbesli ij-
ding verschilden ze aanmerkelijk
van° inzicht met Colijn, maar ze
waren zich zoodanig bewust van de
onmogelijkheid om - reëele conse
quentie van een ten val brengen van
Cöliiii een vruchtbare regeering
te vormen met de Sociaal—Demo
craten, dat de Katholieken niets
liever zouden hehben gezien, dan
dat deze het Schip van Staat bleet
besturen. De Ka tholieke Kamer 11 actie
jiad zij 't misschien nolens volens,
d.i. populair gezegd tegen heug en
meug in dan ook reeds besloten
om unaniem vóór het Bezuinigings
plan te stemmen.
Maar de heer Colijn was daarmee
niet tevreden.
De vorige week had hij t duidelijk
gezegd in de Kamer, wM hij van de
Katholieken verlangde. Hij meende,
dat zijn autoriteit doorloopend werd
ondermijnd door onwelwillende cii-
tiek en hij verlangde, dat die zou
worden gestaakt.
De heer Colijn is zich zoo zeer
bewust geweest van de macht, welke
hij bezat door de veronderstelde
onmogelijkheid der Katholieken om
met andere partijen een vruchtbare
besluursmeerderheid te vormen, dat
hij hun volkomen onderwerping
wilde afdwingen, ja, zelfs eischte,
dat zij hun recht van critiek zouden
prijsgeven.
De Katholieken moesten onder het
Caudijnsche juk door. Hetgeen ze
tenslotte hebben geweigerd.
Er zijn aanmerkelijke verschillen
tusschen de crisispolitiek, zooals de
heer Colijn die voerde en die, welke
de Katholieken wenschten. Colijn
streefde »aanpassing» na van ons
m atschappelijk en economisch
leven aan de nieuwe internationale
verhoudingen door versobering van
den algemeenen staatsdienst, verla
ging van loonen en andere bedt ijfs-
lasten. De Katholieken wenschten
slechts zoover in die richting te gaan
als de verlaging van algemeene, vaste
lasten op den voet kon volgen.
Colijn echter was huiverig om de
vaste lasten aan te tasten, voor
wat pachten en woninghuren betrett
bvwilde hij slechts het rentetype
drukken en de aflossingsverplich
tingen miniseeren, zónder de huizen
en grondlasten aan te tasten in de
hoofdsommen. Kapitaal, bezit en
vermogen moeten »sate» blijven
gesteld gelijk de gulden. Vandaar
ook, dat Colijn huiverig was om
verdere industrialisatie van ons land
te stimuleeren middels industrie-
banken, dat zouden slechts »strop-
penbanken» worden, zei hij.
Men zou kunnen zeggen, dat de
Katholieken in dezen moeilijken tijd
in het algemeen de behoefte gevoel
den om wat te »wagen» als de kans
daarmee werd geschapen om iets te
bereiken en het spook der werk
loosheid wat te doen terugdeinzen,
terwijl Colijn's streven allereei st was
gericht op *'t behoud, zooveel moge
lijk van kapitaal en bezit. Wilde
een door de Katholieken beoogde
verlaging van lasten zich niet vlot
genoeg inzetten, we gelooven, dat
ze in dat geval bereid zouden zijn
om dezelve te drij ven door devaluatie,
Colijn niet, in geen geval.
Men kan pogen te verschillen wat
meer principieel of technischer aan
te geven, we hebben met practische
van „De Echo van het Zuiden".
Uit het Engelsch,
door
BEN BOLT.
Nadruk verboden.
6
HOOFDSTUK III.
DE WAARSCHUWING VAN DEN
MANDARIJN.
Toen Dokter Dick Forsyth naar de
trap liep, was hij zich terdege bewust
van de aanwezigheid van die in zijde
gehulde gedaante. Kathleen Barring
ton had gezegd, dat dit de gouverneur
was van de provincile, waar hoe
wel zij het niet wist zijn nieuw ar
beidsveld zou liggen.
Hij kon dan ook niet anders dan be
langstelling hebben voor den man, die
daar stond, met zijn cornalijnen hals
ketting om, spelend met een klein,
kunstig besneden ivoren waaier. Ter
wijl hij naar hem keek, begroette Li
Weng-Ho hem met zijn waaier.
De dokter maakte een buiging.
Zoo, dokter Forsyth, bent u aan
de gevaren van Chinatown ontsnapt?
zei de mandarijn, met een rustig
glimlachje.
Li Weng-Ho sprak het Egelsch na
genoeg zonder accent; en Dick For
syth was even geschroken, niet zoo-
voorbeelden liever duidelijk willen
maken, wèt de R.K. van Colijn
scheidde en scheidt.
Inziende de waarschijnlijke on
mogelijkheid om we zeiden het
reeds een vruchtbare regeering
op anderen partijgrondslag te for-
meeren, zijn de Katholieken er her
haaldelijk op uit geweest om door
het uitoefenen van critiek de regee-
ringspolitiek van Colijn in de door
hen gewenschte richting gewijzigd
te krijgen, vermijdende overigens
om het kabinet ten val te brengen.
Aan die critiek, welke Colijn blijk
baar moeilijk kon verdragen, heeft
de regeering een einde willen stellen
middels een ultimatum.
Colijn ging van de stelling uit, dat
alleen zijn inzichten goed en juist
waren. In de Memorie van Toelich
ting reeds, waarvan het Bezuini
gingsplan vergezeld ging, schreef hij
woordelijk, dat slechts «verachtelijke
demagogie» tot critiek op zijn ont
werp kon leiden. Dat zette kwaad
bloed. En ook weer bij de behande
ling van het Bezuinigingsplan de
vorige week in de Kamer wees de
Minister-president meermalen met
nauwelijks ingehouden verachting
alle critiek op zijn beleid van zich af.
Het recht daartoe hebben de
Katholieken zich nochtans willen
voorbehouden.
DM is tenslotte de beteekenis van
de uitgebroken regeeringscrisis.
Wat nu Zoo luidt in al zulke
gevallen de vraag.
Een antwoord daarop is,zooniet
onmogelijk, dan toch moeilijk. Colijn
heeft er den Katholieken op gewezen,
dat zij niet anders zouden kunnen
regeeren dan met de sociaaldemo.
craten en enkele revolutionnaire
groepjes. Met dezen alleen willen ze
natuurlijk niet regeeren.
Staat het echter h priori vast, dat
géén der partijen, welke tot heden
de regeeringsmeerderheid vormden,
om des Colijns wille de Katholieken
in 'n eventueele regeeringstaak wil.
len bijstaan? Dat de Anti— Bevolu-
tionnairen het weigeren uit 'n oog
merk van prestige, dat is misschien
verklaarbaar, maar zouden Vrijz.—
Democraten, Christ.Ilistorischen,
Katholieken enSociaal- Democraten
het niet eens kunnen worden over
een crisis—program en 't daarover
eens willen worden in het algemeen
landsbelang?
Uit redevoeringen van Jhr. de
Geer, leider der C.-H. Kamerfractie,
vorige week in de Kamer gehouden,
kwam het ons voor, dat deze met
Aalberse niet veel verschilt in wat
hij als goed crisisbeleid aanziet. Een
kabinet—de Geer ligt o.i. dan ook
niet buiten de lijn der verwachtingen,
althans niet buiten de lijn der poli
tieke mogelijkheden.
Zeer velen verbinden als conse
quentie aan deze ministerscrisis de
devaluatie van den gulden. De
mogelijkheid, dat ook Nederland
zeer om '1 perfecte Engelsch dan wel
om het hooren van zijn naam. Hij wist
zijn verbazing echter te verbergen en
antwoordde, eveneens met een glim-
lach
Ik ken die buurt nogal goed. Ik
heb daar in een ziekenhuis gewerkt
en aangezien Miss Barrington haar
vader moest spreken, heb ik haar
begeleid.
Ah
De oogen van Li Weng-Ho ontmoet
ten die van Forsyth in een ijzigen
blik. Zijn gezicht was absoluut uit
drukkingloos en de Engelschman kon
slechts vage gissingen maken wat
deze uitroep te beteekenen had. Daar
na trok er een lachje over het koele
gezicht.
Dokter Forsyth, wilt u met mij
theedrinken?
Met buitengewoon veel genoe
gen. geachte heer.
Toen hij aldus aangesproken werd,
was er even een schittering in de
oogen van den madarijn.
Als u mij dan volgen wilt dok
ter
Zich omkeerend, ging de Oosterling
naar een deuropening, die door een
zijden gordijn afgesloten was en na
dat Forsyth er was doorgegaan, trol
de schoonheid van de kamer hem.
Hel was éen kleurenpracht. Uit een
twintigtal Chineesche afgodsbeelden
steeg een scherpe zoete geur omhoog.
Zijn oog viel op een bonte mengeling
van kleurige bloemen. Een prachtig
dik tapijt bedekte den vloer, terwijl
het meubilair uit kostbaar gebeeld
houwd ebbenhout bestondeen tafel,
diep zwart van kleur, bankjes, maar
geen stoelen, 'n paar kabinetten, ge
vuld met onschatbare snuisterijen en
Chineesch porcelein.
De mandarijn zag Forsyth's ver
rasten blik en begreep dien.
U bent verwonderd zoo'n kamer
te zien, dokter Forsyth?
Ia lachte de arts, in een hotel...
Dit is mijn eigen kamer, ver
klaarde Li Weng-Ho. Ik ben veel in
Canton en heb deze kamers gereser
veerd voor mijn privé-gebruik. Ik
vind het prettig mooie dingen om mij
heen te hebben en heb een gedeelte
van mijn kostbaarheden hier.
Hij ging naar het einde van de ka
mer en sloeg op een antieke gong, die
daar opgehangen was. Onmiddellijk
daarna verscheen een Chineesche be
diende die orders kreeg, verdween en
een moment later terugkwam met
een blad, waarop twee kopjes, dun als
een eierschaal en een potje met naar
jasmijn geurende thee. De man
schonk de thee in, waarna hij ver
dween. Toen begon de madarijn te
spreken.
Vertrekt u morgen naar Yong-
Foo, dokter Forsyth?
De Engelschman was verbaasd. Hoe
weet u dat?
Een vluchtige glimlach trok over
het gezicht van den Chinees. Het is
inmijn provincie gelegen, legde hij
uit. Het behoort tot mijn werk dingen
te weten, die er mee in verband staan,
wie komt en gaat in het bijzonder
welke vreemdelingen dat gebied be
zoeken. Hij zweeg een oogenblik, als
om deze woorden goed tot zijn gast
te laten doordringen; toen voegde hij
er aan toe: De menschen in Yong-Foo
houden niet van vreemde duivels.
Hij uitte deze verklaring op kal-
men toon, onverschillig of de woor
den als een opzettelijke beleediging
zouden worden opgevat, en wachtte.
De dokter, dronk 'n paar slokjes geu
rige thee voor hij antwoordde. Daar
na sprak hij glimlachendIk kan het
vooroordeel begrijpen Het is niet
meer dan natuurlijk. Maar ik ben
een dokter, geen prediker. Ik kan uw
zieken genezen hun lijden verzachten
en
Hun heilig geloof schenden;
hun gebonden voeten bevrijden; hun
leeren, dal het verkoopen van huw
bare meisjes uit den booze is. Is dat
niet zoo?
Och, gaf Forsyth goedmoedig
toe, u zegt het nogal grof, geachte
heer* maar dat is ongeveer het pro
gramma.
Dus u zult die dingen in Yong-
Foo, dat in mijn provincie ligt, uit
voeren?
De madarijn zweeg en staarde zijn
gast onverstoorbaar aan, toen vroeg
hij:
Ik veronderstel, dokter, dat u
daar alleen met mijn toestemming
handelen kunt?
Die zal mij hoop ik, niet ont
houden worden, antwoordde Forsyth
rustig.
Li Weng-Ho waaide zich koelte toe.
Toen de Chinees weer sprak, was de
Engelschman verbaasd, want zijn
gastheer veranderde plotseling van
koers.
Kent u Lelad Barrington goed,
dokter Forsyth?
Neen, gaf den dokter direct ten
antwoord. Ik heb hem vanavond pas
voor het eerst in mijn leven gezien.
Ah! Na dien uitroep bewaarde
de mandarijn een oogenblik het stil
zwijgen; daarna vroeg hij bruut:
En de charmante miss Kathleen, is
zij voor u ook een vreemde?
Zij was een vreemde, mijnheer.
Ik hoop dat we nu vrienden zijn.
Het gezicht van den Chinees was
even onbeweeglijk als een masker,
maar toch scheen er na de vurige
woorden van den ander een schaduw
over te zijn gevallen en hij vftuwde met
vlugge bewegingen zijn waaier dicht.
Toen sprak hij met effen stem:
Dokter Forsyth, in Yong-Foo
zal er geen tijd zijn om vriendschap
te sluiten.
Maarbegon F'orsyth
impulsief, doch een gebiedend gebaar
met de ivoren waaier deed hem zwij
gen.
Ik zei: geen tijd. Ik zou er aan
toe willen voegen geen gelegenheid
als u ten minste van uw werk
houdt, dat, vergeet het niet, geheel
van mijn genade afhankelijk is.
Dick Forsyth was zich ineens be
wust wat de ander bedoelde en be
greep waarom de uitnoodiging ge
schied was. Hij herinnerde zich wat
hij gevoeld had, toen hij den Zoon van
het Hemelsche Rijk met het meisje
had zien praten in het Paleis der Tien
duizend Zaligheden, en wist dat hij
zich niet vergist had.
Hij begreep drommels goed, dat er
achter die effen woorden een nauwe
lijks verborgen dreigement lag; dal
de mandarijn met een eigen doel zijn
vriendschap met Kathleen Barrington
verbood; en dat hij, indien hij niet
instemde inet de wenschen van den
Chinees, dat duchtig in zijn werk voe
len zou.
(Wordt vervolgd).
het Zuiden,
Waalwybscbe en Langstraalstbe Courant*