Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
EEN LIEFDE IN CHINA
m
EERSTE BLAD.
FEUILLETON
BINNENLAND.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
DE TAAK DER PERS IN ONZEN TIJD.
NUMMER 99.
ZATERDAG 21 DECEMBER 1935.
58c JAARGANG.
Be-
ver-
3 ge-
jollo-
ngea
vaa
esten
van
van
'esti-
had-
3oor
de
olan-
Joten
ade-.
f de
rden
rdag
Gil-
van
}rab
Ko-
uui
toe-
Mi-
lhier
>riek
tok
heu- I
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
trauco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN
Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO.
Advertentiën moeten Woensdag en
Vrydag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Reclames 40 cent per regel.
Prys der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Bij contract flink rabat.
B
B
Naar aanleiding van een
rede van Prof. Huizinga.
In een buitengewone algemeene
vergadering van De Nederiaiidsche
Journalistenkring heelt Prol. Dr. J.
Huizinga Zaleidag 1.1, het woord
gevoerd over »De laak van de pers
in onzen tijd». Daarbij heelt de
inleider dingen gezegd, welke van
groot nut waren voor zijn audito
rium, maar ook door de kranten
lezers dienen te worden gehoord en
verstaan.
Prof. Huizinga heeft aangegeven,
hoe en met welke intenties de
Nederiaiidsche krant van heden
moet worden samengesteld, wil onze
pers haar uitstekenden naam van
het verleden handhaven. Ze moet
veelzijdig zijn, aantrekkelijk worden
gepresenteerd met «koppen»,
aparte hoofdjes enz. ze moet
vrij zijn, waarheidszin betoonen,
gezond begrip en beleid. Kortom
journalisten aldus prof Huizinga
moeten schrijven, alsof't publiek
verst »ndig was....
Hé ja, zóó zou men moeten kunnen
schrijven Alsof het publiek ver
standig was».
Trouwens, we gelooven, we zijn
er van overtuigd, dat het publiek
verstandig is. We ondervinden alleen
al te vaak, dat het zich niet steeds
verstandig weet te betoonen en dót
maakt, dat de journalist, wil hij het
blad van zijn patroon of vennoot
schap niet in den grond boren, zijn
lezerskring nu en dan tóch naar de
oogen moet zien en heelt te peilen,
welke fatale reacties zijn waarheids
zin en oprechtheid in bepaalde ge
vallen kunnen hebben.
van „De Echo van het Zuiden".
Uit het Engelsch,
door
BEN BOLT.
Nadruk verboden.
48)
Zachter dan iemand van deze vrou
welijke kolos zou hebben verwacht, zet
te de gastvrouw het meisje op een ru
wen stoel neer. Een oogenblik nam zij
haar gast met nieuwsgierige oogen op,
toen, haar gewonden voet opmerkend,
plaatste zij een krukje zoodanig, dat de
voet daarop kon rusten. Kathleen dank
te haar in het Chinees, welke taal de
vrouw blijkbaar verstond, want ze gaf
onmiddellijk antwoord, echter in een
dialect, dat voor het Engelsche meisje
zoo goed als onverstaanbaar was.
Daarop nam de vrouw een kroes van
een ruwe plank en ging naar buiten.
Toen ze enkele minuten later terugkeer
de, was de kroes gevuld met geiten
melk.
Ze reikte den drank aan Kathleen,
die, omdat de vrouw zoo haar best deed
vriendelijk te zijn, de nog warme melk
aannam en er langzaam van nipte.
Maar het was een heele zelfoverwin
ning om die lafenis tot zich te nemen...
Direct daarop werd de deur geopend
en traden twee mannen binnen: Ah Yeo
en de rooverhoofdman; op het gezicht
van den eersten lag een eenigszins be
zorgden trek. De vrouw begroette de
heuvelbewoner met een scherpe vraag.
»Het gevaar voor de pers is
zoo zei minister De Wilde's avonds
aan een maaltijd van het journa-
libtengezelschap dat zij iets na
streeft, omdat het in den smaak der
lezers valt».
Inderdaad. Maar het is niet uit
zucut tot vleierij, dat de pers soms
den smaak der lezers volgt, maar
uit zucht lot zelfbehoud. Het publiek
toont zich ten opzichte van de krant
lang mei zoo verstandig, als het
volgens Prol'. Huizinga is. De lezer,
die vanavond gnuift om een criliek,
welke toevallig met zijn inzichten
strookt, toont zich morgen ontevre
den, als dat met betrekking tot een
andere angelegenheid niet het geval
is en zegt beslist zijn abonnement
op, wanneer zulk ongeval zich ten
tweede male voordoet Hij begrijpt
niet, dat hij aldus onwaarachtigheid
eischt van de redactie van zijn krant
en vervorming van de redaclioneele
inzichten naar de z g. publieke
meening. Hij begrijpt niet, dat een
journal.stiek, welke er op gericht is
om de zienswijze van Jan, Piet en
Klaas onberoerd te laten, slapper
kost verwekt dan de boosaardigste
melkvervaischer aan zijn klanten
zou durven te presenteeren.
Wil er van een krant iels uitgaan,
dan moet ze een beleid voeren, dat
lijn en karakter heeft. Het aantal
medewerkers moge groot zijn,
uit de aangeboden geestesproducten
wordt tenslotte zulke keuze gedaan,
dat de geest dezelfde zij het een
evolueerende blijft.
»De pers zegt Prof. Huizinga
neemt,als we aan haar denken,
»in onzen geest een sterk pei soon-
»lijk karakter aan. Ook de krant
«zelve voelt zich als een wezen,
»een persoon.»
Als ge u een opvoeder moet kiezen,
lezer, of een vriend dan wel een
voorlichter, zoekt ge dan bij
voorkeur iemand, die nooit iets
ónders belooft te doen dan ja en
amen zeggen op wat ge zelf meent?
Of verkiest ge dan 'n mensch wiens
De man hntwoordde op geruststellen
den toon, maar de vrouw praatte rad
en heftig door en daar zij zag dat Ah
Yeo verstond waar het over ging, on
dervroeg Kathleen hem.
- Wat zegt die vrouw?
Zij vraagt waar haar man is, en
dit heerschap beweert dat hij het niet
weet, maar ik heb zoo'n idee dat hij
liegt!
Waarom?
Omdat er op den weg hierheen
een man gevallen is en zijn been gebro
ken heeft en ze hem hebben laten lig
gen waar hij is gevallen. Als nu de man
van deze vrouw niet mee teruggeko
men is, ligt de veronderstelling voor de
hand dat hij de gewonde is.
Hebben ze hem alleen in de duis
ternis gelaten met een gebroken been?
riep Kathleen ontzet uit.
Och, ja, was het onbewogen we
derwoord. Zoo is dat soort dat in deze
bergen rondzwerft. Maar wat zullen we
ons druk maken om een roover die zon
der twijfel zijn verdiende loon krijgt? Ik
heb belangrijk nieuws met u te bespre
ken. Die schurk daar heeft de prijs van
Uw losgeld verhoogd tot drie duizend
zilveren taels.
En dat is meer dan uw achtens-
waardigen meester wenscht te betalen?,
informeerde Kathleen smalend.
Neen, klonk het poeslief. Het is
nog niet het tiende van hetgeen het hem
waard is om U in Pi-Chow terug te
hebben, maar het is niet de bedoeling
van dien schavuit om U te laten gaan.
Kijk hem aan! Ziet U wel hoe hij zijn
oogen geen seconde van U af heeft?
Het was maar al te waar wat Ah
Yeo zei. Al den tijd dat hij met de
vrouw des huizes had gepraat, had de
rooverhoofdman gretige blikken op Ka
thleen geworpen, en zich realiseerend
wat Ah Yeo bedoelde, kreeg het meisje
inzichten ge aai de uwe kunt
toetsen
Ja, móar zoo hooren we op
mei ken de p- rs is in den regel
zoo crilisch.
Inderdaad, dat is zoo En onwille
keurig trapt ze dan wel eens op de
gevoelige teentjes van de lezers, die
Al les kunnen verdragen, behalve een
woord van criliek op het weigen»
partijtje, de weigen» vereeniging, het
»eigen» vriendje, het weigen» stok
paardje of eigen wautoriteil».
»Een belangrijk deel der taak
»van de pers ligt in het negatieve
zoo constateert alweer Prof
«Huizinga in het beteugelen
»van de euvelen».
De positieve taak der pers is het
dienen van de waarheid; in maat
schappelijk constructieven zin echter
is de positieve taak der pers niet
van groote beteekenis. Voor maat
schappelijk consliuclief werk zijner
andere organen.
De krant b.v. kan criliek hebben
op lalen we zeggen de werking
van de werkloozensteunregeling of
van de landbouwcrisiswellen, zonder
te worden verplicht om andere en
een kleur als vuur, om direct daarna
doodsbleek te worden.
Het is niet alleen mijn achtens
waardige meester, die gevoel voor
schoonheid heeft, vervolgde Ah Yeo
veelbeteekenend. Het meisje huiverde,
toen zij den bergbewoner nog eens goed
opnam en toen ging de secretaris van
den mandarijn voort:
Over een half uur moet gij weg
gaan
Weggaan! Kathleen schreeuwde
het bijna uit, want hoewel zij den man
uit den grond van haar hart haatte, had
zij toch het gevoel dat zijn aanwezig
heid een soort van bescherming zou
zijn.
Ja. Ik wordt verondersteld naar
Pi-Chow te gaan om voor de drie dui
zend taels losprijs te zorgen. Ik twijfel
echter of het de bedoeling is, dat ik de
Yamen zal bereiken. Het lijkt mij waar
schijnlijker dat ik onderweg in de duis
ternis gedood zal worden.
Kathleen keek hem aan met oogen
vol verschrikking. Ah Yeo's manier van
doen was zoo ernstig, dat zij geen
oogenblik aan de juistheid van zijn ver
onderstelling twijfelde.
Ja, en als ik gedood wordt, zal er
geen losprijs komen: U zult hier blijven,
en niemand zal ooit weten wat er van
U geworden is; noch mijn achtenswaar-
digen meester, noch Uw vader, noch de
barbaar van een dokter
Hij brak plotseling af, maar te laat.
Het meisje had Ah Yeo's fout opge
merkt en een plotseling licht van vreug
de daagde in haar blik.
Maar ik dacht dat Dokter For-
sijth dood was?, viel zij hem vlug in de
rede.
De secretaris poogde zijn vergissing
te herstellen, maar het resultaat van z'n
poging was maar magertjes.
betere stelsels daarvoor aan te geven.
De laak vaa de pers ligt veelal lil
ue aanvaarding in groote lijnen van
het beslaande, maar net becnliseei en
van loulen en uitwassen, opdat dat
gene, wat is of komen moet, zoo
goed mogelijk zal zijii of woiden.
Zóó moei men ook perscnliek
welen te verslaan men zal zich dan
minder gevoelig betoonen.
üp hcigeen de mensch niet telt,
heelt hij geen criliek, ten hoogste
zal hij ei op smalen.
Uil criliek spreekt in zekeren zin
waardeering. Wie criliek oefent op
het beleid van het kabinetColiju
oui nu maar eens een praclisch
vooi beeld te noemen toont daar
mee tenslotte zooveel instemming,
dat hij het der verbetering waard
acht.
Wie criliek zóó leert verstaan, zal
ze leeren verdragen.
En hij zal toelaten, dat de jour
nalist zijn taak vervult, zooals het
behoortnaar waarheid.
Waarheid, zooa.s hij deze in op
rechtheid meent te zien.
Vergeet tenslotte niet, dat de
arlikelenschi ijver geen meening
decreteert, maar deze ter overweging
voorlegt.
Hij vraagt slechts, dat de lezer die
meening zal weten te respecteeren,
zooals hij ongetwijfeld bereid is ook
die van den lezer te doen, zelfs al
zou die aan de zijne tegengsteld zijn.
We hebben altijd ontzag voor het
oordeel van den onbevangen, onbe-
vooroordeelden, ontwikkelden lezer.
Zijn oordcel is getoetst aan zijn eigen
inzicht én het onze Wij hebben als
regel alléén het eigen inzicht.
Daarom vragen we tenslotte.
óók een beetje meelij.
NB. In ons arlikel van de vorige
week »Drie nieuwe politieke een
lingen», noemden we Prof. Hugo de
Vries als het Kamerlid, dat zich van
de A.R.-Partij had afgescheiden. De
aandachtige lezer zal begrepen heb
ben, dat we slachtoffer waren van
Ik was het vergeten, hernam hij,
zonder zijn gewone zekerheid, het
spreekt vanzelf dat hij dood isHij
kan U niet helpen.
Neen!, gaf Kathleen zacht toe,
niet als hij dood is. Maar hoewel ze het
niet uitsprak, geloofde zij Ah Yeo niet
langer. Dick was niet dood, zooals ze
had gedacht. En die wetenschap gaf
haar nieuwe kracht, vormde een prik
kel om haar uiterste best te doen aan
het gevaar dat van de zijde van den
roover dreigde, te ontsnappen.
Maar ik kan U helpen!, vervolg
de Ah. Yeo rustig.
U kunt me helpen? Hoe?
Luister. Ik heb weinig tijd. Ze
verkeeren in de meening, dat ik bezig
ben U uit te leggen waarom ik vertrek.
U is de vrouw van mijn achtbaren heer,
die ik niet mag verlaten zonder eenige
verklaring begrijpt U? Daarom ben
ik hier gebracht. Ik ga direct alleen.
Ik wordt de duisternis ingezonden om
op een onbekenden weg terecht te ko
men. Daar zullen zij mij vermoorden.
Pi—Chow terugzien zal ik niet, den
bergweg er heen zelfs niet bereiken.
Maar ik ben niet van plan blindelings
in de val te loopen. Zoodra ik alleen
gelaten wordt zal ik nog maar een klein
eindje verder gaan en dan terugkeeren
om U te halen als U dat tenminste
wilt. Blijkbaar is alleen die vrouw hier
in huis en het zal niet zoo moeilijk zijn
haar te overmeesteren, terwijl als U
hier wacht tot morgen Hij zweeg ab
rupt, wierp een blik op den roover
hoofdman en voegde, met een sluwe
klank in zijn stem er aan toe: Die
man heeft misschien niet het geduld van
mijn achtbaren meester! Die zou mij
trouwens nooit vergeven als ik zijn lie
felijke bloem in handen liet van zoo n
monsterachtigen heuvelbewoner.
Kathleen dacht vlug na. Hier van
een, ons overigens nóg onbegrijpeliik
voorkomende naams verwarring en
we Prof. Hugo Visscher hebben
bedoeld. Een belangstellend lezer
muukle ons daarop reeds attent.
RED.
R.K. HunUelthooytschool.
Verschenen is het Achtste jaarboek
van de R.K. Handelshoogeschool,
Hoogeschool voor oeconomische en
sociale wetenschappen te Tilburg
(19341935).
Het hoek is verdeeld in 3 hoofd
stukken. 1. Verslag van het curato
rium betreffende den toestand der
school. (Bestuursorganen,financiën,
docenten, omvang van hel onder
wijs, studenten,examens, bibliotheek
en oeconomisch archief, oecono-
misch technologisch instituut). Het
aantal studenten, waarmede het
studiejaar begon, bedroeg 1/9. Met
goed gevolg werden 18 doctoraal-
en 26 candidaalsexamens afgelegd.
11. Inrichting dei school (curatorium,
laad van toezicht, bestuur van den
Senaat). 111 Personeel der school
(hoogleeraren, privaat-docenten en
overig personeel).
Wat de financiën belangt, de
volgende cijfers:
Nadeelig saldo exploitatierekening
1934 f 36.748.71de verlies rekening
sluit met een voorde»lig saldo van
f 2534.99; het totaal aan subsidies
van provincie, gemeenten, Kamers
van Koophandel en particulieren,
inclusief rente bedroeg f 50.287.18;
van rijkswege wordt geen geldelijke
onderstand genoten. Óp 31 Decem
ber 1934 bedroegen de bezittingen
f 247.321 09. Een overzicht van de
lotgevallen der school, uitgebracht
op 16 September j.l. besluit het wel
verzorgd hoekje.
Fraude gepleegd bij de posterijen.
De kantoorhouder van de poste
rijen le Mijdrecht. B., is als zoodanig
geschorst. Er zijn tegen hem ern
daan te komen, zelfs met Ah Yeo als
gezelschap, beteekende winst. Dick
leefde; hij zou haar opsporen, haar in
halen. Maar opeens schoot haar een
moeilijkheid te binnen.
Mijn voet! zei zij. Dien heb ik
verstuikt. Ik kan alleen maar hinken.
Ik kan U helpen, luidde Ah Yeo's
antwoord. En vergeet U niet 'n beet
je pijn is beter dan levenslange slavernij
bij een rooverhoofdman in de bergen.
Dan
Zij hield op toen de roover zich van
haar gastvrouw naar Ah Yeo wendde.
Die vriend daar krijgt argwaan
als we langer praten, waarschuwde de
secretaris. Zorg dat U gereed bent bij 1
mijn terugkeer en geef Uw ooren goed ;j'
den kost om mij te hooren komen. Ik
moet nu gaan. ,i
Hij keerde zich tot den hoofdman er
zei in het Chineesch: L
In orde! Ik ben klaar om te ver-.j
trekken. 1
De ander gromde iets wat het meisjfj-
niet kon verstaan en de twee manner j/
verlieten samen de hut. Kathleen keel
hen na toen zij gingen en haar har 5
klopte wild. Wat zou het verder ver
loop der nachtelijke gebeurtenisser
haar brengen, vroeg ze zich in span
ning af.
De vrouw had de bezoekers naar dd
deur vergezeld en tuurde nu in heli:
donker naar buiten. Zou ze een ver V
moeden hebben omtrent den man met
het gebroken been, dacht Kathleerf-
Misschien was het inderdaad haa
echtgenoot, zooals Ah Yeo vermoed',
de. In elk geval bestond er geen twij
fel dat ze onrustig en van streek was,ij
want zij bleef geruimen tijd, met iet,'
zenuwachtigs in haar manier van doerji
in de duisternis staren en toen zij d L
deur ten laatste sloot, was er een zor
gelijke uitdrukking op haar dik gezichr
Wordt vervolgd.
ÏS t(
IViuilwijltsilic en Langstraatstlie Conranti
B
B
Wat wat!
■i