Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
EEN LIEFDE IN CHINA
tflËSOK
EERSTE BLAD,
FEUILLETON
OIT NUMMER BESTAAI UIT
DRIE BLADEN.
(Nummer 2.
ZATERDAG 4 JANUARI 1936.
59e JAARGANG.
Advertentiën moeten Woensdag en
Dit blad verschijnt
UITGAVE:
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
WOENSDAG en ZATERDAG
in ons bezit zijn.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN
Prijs der Advertentiën:
tranco te zenden aan den Uitgever.
20 cent per regel; minimum 1.50.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO.
Reclames 40 cent per regel.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.4U.
Bij contract flink rabat.
VOORUITZICHTEN
IN HET NIEUWE JAAR.
Met Nieuwjaar pleegt men vrienden
en kennissen een zegenrijk en voor
spoedig jaar toe te wenschen en over
eenkomstig het oude gebruik hebben
wij dat ook dit jaar weer gedaan.
Om eerlijk te zijn moeten we zeggen,
dat we de overtuiging hebben dat on
ze wenschen voor een verbetering van
den internationalen en daarmede van
den nationalen toestand, wel vrome
wenschen zullen blijven. Nauwelijks
is Nieuwjaarsdag achter den rug ot' de
berichten uit de Europeesche hoofd
steden nemen een weer meer dreigen
den vorm aan.
Samensprekingen tusschen militaire
staven van de mogendheden om tech
nische maatregelen te treffen voor 't
geval een militair conflict mocht uit
breken, plegen slechte voorboden te
zijn. In Londen worden deze bespre
kingen op het moment gevoerd en men
'zegt, dat er ook de militaire staven
van Nederland en België in betrokken
zijn.
De spanningen worden met den dag
heviger en geleidelijk aan begint hel
tot ons door te dringen, dat er een
wonder zal moeten gebeuren om de
dreigende gevaren af te wentelen.
Minister Colijn heeft in zijn radio
rede op Nieuwjaarsdag den werkelijken
toestand niet verbloemd en ronduit
gezegd, dat de kansen op een Euro-
peesch conflict zeer groot zijn.
van „De Echo van het Zuiden".
Uit het Engelsch,
door
BEN BOLT.
Nadruk verboden.
51.
Ik ben bang dat Ching hem het
levenslicht heeft uitgeblazen. Het was
de eenige manier om jou te redden
en zelf te 'ontsnappen.
Daarop wendde de dokter zich har
telijk tot zijn tochtgenoot:
Ik zal je altijd dankbaar blijven,
Ching.
Dat is in orde, verklaarde de
Chinees opgewekt met zijn stereotiepe
bevestigingsformule. Daar komt de
rijst. Eerst eten en dan een lekker
slaapje doen.
Na zich aan een stevigen maaltijd
verkwikt te hebben, vlijden zij zich
neer op een schoonen hooizolder,
waaraan zij verre de voorkeur gaven
boven de apartementen, die de her
berg voor logeergasten ter beschikking
had en het was al een stuk in den mid
dag, toen Dick door Ching hardhan
dig tot de werkelijkheid werd terug
geroepen.
Tijd om wakker te worden, Dok
ter Forsyth, en tijd om weer weg te
gaan.
Waarom?, vroeg Forsyth, onmid
dellijk op zijn qui-vive.
Bewoners van het dorp hebben
in de gaten, dat wij hier zijn en dat
staat ze niet aan. Vragen eigenaar van
de herberg ons weg te sturen. Groote
I
Op het terrein van het huilenland-
sclie staatsbeleid, aldus dr. Colijn, de
den zich in 1935 allerlei verschijnse
len voor, welke van grooten invloed
kunnen zijn op de ontwikkeling der
verhoudingen, zoowel in Europa als
daarbuiten. Vervulde na den grooten
oorlog de hoop alle harten, dat wij 'n
onverstoorden vrede tegemoet gingen
dat het recht voortaan de plaats zou
gaan innemen van de macht en dat de
naties zouden overgaan tot verminde
ring der bewapening, die hoop is
niet in vervulling gegaan. De bijeenge
roepen ontwapeningsconferentie faal
de en daarentegen breidden vele lan
den hun bewapening uit en met die
uitbreiding nam het wantrouwen we-
derkeerig toe, hetgeen ook door ons
niet zonder zorg werd gadegeslagen.
Onze verhoudingen tot andere mo
gendheden waren van vriendschappe-
lijken aard; wij begeeren trouwens in
vrede met allen te leven, maar nie
mand kan voorzien wat voor gevolgen
uit den huidigen toestand voor ons
kunnen voortvloeien.
Dit kan men zeggen dat de kansen
om buiten een Europeesch conflict te
blijven geringer schijnen dan in 1914.
Die zorg dragen wij mede het jaar '3f>
binnen.
Dit hoeft ons evenwel niet te ver
ontrusten, maar wij mogen toch ook
niet doen alsof er niets is en dat onze
waakzaamheid niet is geboden.
Wanneer een behoedzaam staats
man als Dr. Colijn zoo spreekt, dan is
er geen overdrijving, dat weten we!
Ook de binnenlandsche toestand
toont nog weinig uitzicht. Het laatste-
werkloosheidsbericht in 1935 vermeld
de weer een drastische stijging van t
aantal werkloozen.
Economisch en financieel is de toe
stand hoogst zorgelijk en geen tak van
onze volkshuishouding is er, die niet
gekken!, voegde hij er smalend aan
toe.
Dus we moeten meteen vertrek
ken
Eigenaar vindt het beroerd, zegt
hij, maar hij zegt ja. Voelt er niets
voor zijn herberg met steenen gebom
bardeerd.
En wat gebeurt er als we ver
trekken?
Weet ik niet. Veel menschen bui
ten. Bedreigen ons zullen ons mis
schien slaan, misschien met steenen
gooien. Daar staan ze.
Ching voerde den dokter naar een
gat in den muur, dat diende om licht
en lucht toe te laten. Forsyth keek
naar buiten. Voor de herberg was een
opgewonden menigte, mannen, vrou
wen en kinderen samen gestroomd.
Een man sprak de menschen toe, maar
het geroezemoes was zoo hevig, dat de
dokter niets kon opvangen van wat
hij zei. Ching gaf uitleg.
Ik heb het daarnet kunnen ver
staan. Hij vertelde U en Missie Bar
rington vreemde honden en dat China
niet wil
Een geschreeuw van beneden ver
drong Ching's stem en toen hij om
laag keek, zag Forsyth dat zij ontdekt
waren. Toen zij zich teruggetrokken
hadden, groeide het geschreeuw aan
tot een wild geloei en de volgende se
conde vloog een steen door de opening
om met een plof tegen den tegenover-
gestelden muur te belanden.
XXVIII.
Voor bewezen diensten.
Er gleed een bezorgde trek over For
syth's gezicht en naar Kathleen gaan
de, die door het rumoer buiten ge
wekt was, zette hij haar den toestand
uiteen.
den nood der tijden ondervonden
heeft, aldus Dr. Colijn in zijn rede van
Woensdag. De uitvoer der bodempro
ducten was 400 millioen minder; de
uitvoerwaarden dfer industrieele pro
ducten van den bodem kregen meer
dan 200 millioen; de industrie (con-
tingenteeringen) kostten ons 100 a 150
millioen. Het binnenscheepvaart-
vervoer ging met 2/3 achteruit; de
winsten der Indische ondernemingen
daalden met 400 millioen. Deze opsom
ming is genoeg om te doen gevoelen
hoe sterk het totale volksinkomen ge
daald is. De inkomsien der overheid
ondervonden daarvan den terugslag.
Daarbij kwamen <lan nog 80 millioen
voor armenzorg en 140 millioen voor
steun. Dit alles doet zien voor welke
geweldige moeilijkheden de regeering
en lagere besturende colleges staan om
de economische volkskracht voor al-
Misschien zijn ze tevreden ge
steld als we weggaan, opperde het
meisje.
Het is mogelijk, gaf Forsyth toe,
maar aan den anderen kant
Een donderend salvo van steenen
tegen de muren en een nieuw gejoel
onderbraken hem. Enkele van de pro
jectielen drongen door het ga» en For
syth nam Kathleen haastig bij- den
arm om haar buiten het schootsveld
in veiligheid te brengen.
Zoolang ze in deze stemming zijn
vrees ik dat we hier niet vandaan kun
nen, sprak hij rustig. Zoo'n beschieting
zonder dekking is levensgevaarlijk.
Het is het beste om het maar op een
belegering te laten aankomen.
Hij wendde zich met een kort bevel
tot Ching.
In orde, was liet bescheid en op
hetzelfde oogenblik werd de ruwe lad
der, die toegang gaf tot den zolder,
opgeheschen. Deze strategische zet ge
schiedde juist op tijd, want op hetzelf
de oogenblik bolderde een troepje
mannen den stal in. De kerels brul
den van teleurstelling, toen zij de lad
der zagen verdwijnen; hun oorlogs
kreten werden door een gehuil van
buiten beantwoord en opnieuw gaven
de belegeraars de volle laag met stee
nen en afval. Forsyth voegde zich bij
Kathleen om haar gerust te stellen.
Er is geen reden om je al te ang
stig te maken, kindje. Tenzij ze den
boel in brand steken, kunnen ze ons
niet veel kwaad doen. En je weet hoe
het Chineesche gepeupel is. Over een
paar uur krijgen ze genoeg van het
spelletje en dan kunnen we, als het
nacht wordt, misschien in de duister
nis ontsnappen.
Het meisje glimlachte een beetje be
drukt.
Het schijnt ons noodlot te zijn,
geheele inzinking te behoeden.
Met Cromwell zeide dr. Colijn1 „bidt
God en houdt het kruit droog!". Ver
stand en arbeidskracht zijn ons ge
schonken om het uiterste te beproe
ven. Eerst wanneer wij dat gedaan
hebben, kunnen wij hopen op verhoo
ring van ons gebed.
Dr. Colijn besprak dan de verdeeld
heid, welke ons volk splitst. Ook in
dit opzicht is de toestand in ons land
niet rooskleurig. Spreker is niet tegen
partijen, maar wel staat hij in 't voor
ste gelid hij hen, die roepen dat de ver
schillen niet meer toegespitst mogen
worden. Wij zien het dat duizenden
verbitterden, wier eigen oordeel niet
meer gefundeerd is, vatbaar zijn ge
worden voor elke leuze, hoe hol en
onwezenlijk deze ook is. De in ons volk
sterk werkende splijtzwam dreigt nog
meer om zich heen te grijpen.
De algemeene inzinking, die de we
reld teistert, kunnen wij niet ontvluch
ten. Wel kunnen wij trachten de gevol
gen te temperen. Ons volk laat zich
in dit opzicht niet ontmoedigen en de
economisch-zwaksten worden in ojis
land geholpen, zooals in geen enkel
ander land ter wereld.
Dr. Colijn waarschuwde ten slotte
den nationalen geest niet te versplin
teren. Hij wil niet de eendracht van 'n
kerkhof en geen schijn-eendracht die
van bovenaf wordt opgelegd, maar 'n
eendracht, die uit zich zelf wordt ge
boren. Daaraan heeft Nederland groote
behoefte en in zijn Nieuwjaarswensch
hoopte dr. Colijn dan ook dat 1930
ons volk dat ideaal moge brengen.
Er is reden genoeg om ons met be
zorgdheid de vraag te stellen wat het
jaar, dat wij zijn ingegaan, zal bren
gen.
ABONNEERT U OP DIT BLAD.
om altijd in de duisternis te moeten
ontsnappen, liefste. Eensklaps ging hij
op geheel anderen toon voort: Maar ik
vraag me af, wat er nu aan de hand
is?
Het schreeuwen en tieren buiten
was als bij tooverslag verstomd en al
leen een licht stemmen-gegons was
nog hoorbaar. Voor Forsyth zijn met
gezellen had die betrekkelijke stilte
iets onheilspellends het scheen een
stilte vóór den storm en Ching
kroop naar den muur op verkenning
uit.
De menigte had de herberg thans
den rug toegekeerd en hield de oogen
gericht op het zijpad dat naar den
hoofdweg leidde. Langs dat pad na
derde een detachement ruiters in uni
form gelukkig niet meer de uni
form van Li Weng Ho's Yamen en te
midden van deze cavalcade waren niet
minder dan zeven draagstoelen, door
koelies op de schouders getorst, zicht
baar. Aan elke zijde van de stoelen
liepen eveneens geüniformeerde man
nen het was blijkbaar de fami
lie of hofhouding van een hoogge
plaatst personage.
Wat is dat, Ching?
De stoet van een mandarijn of
misschien wel de gouverneur van deze
provincie. Heel hooge oome in elk ge
val
Dan zullen w'e misschien toch 'n
kansje hebben om weg te komen.
Misschien, meende Ching 'n tikje
wantrouwend. Misschien ook niet. Al
les hangt nu af van de hooge oome.
De optocht kwam steeds dichterbij.
Een man op een muildier reed in draf
vooruit en zei iets tot de verzamelde
menigte. Een paar wezen naar het ge
bouw, waar de vluchtelingen nu alle
drie het verloop der gebeurtenissen in
spanning gadesloegen, terwijl de belli
BEDEELING VAN ARMEN EN
RIJKEN.
Bezuiniging beginne bij deze
laatsten. De Staat subsidieert
arme hersenen van rijke jon
gelui met duizend gulden per
stel en per jaar.
Er wordt wel eens gemopperd over
de zeer groote uitgaven, welke de over
heid zich ten behoeve van de werkloo
zen moét getroosten, maar men ver-
gete niet, dat deze uitgaven dienen om
medemenschen voor honger en wan
hoop te behoeden. Het is niet onmo
gelijk, dat eens de tijd zal aanbreken,
waarop de regeering zich zal moeten
bekennen, dat de steunlasten haar te
zwaar zijn geworden en aanmerkelijke
bezuinigingen zullen moeten worden
ingevoerd, maar dan is het tijd om te
bedenken of liever: laat men het
zich vóóraf bewust betooncn, dat niet
alleen arme boertjes en werklooze ar
beiders de door de overheid bedeelden
zijn, maar dat ook duizenden goed ge
situeerde burgers, waarvan velen ge
ringschattend neerzien op steunloo-
pers, zich op royale wijze regelmatig
uit de schatkist laten steunen.
We denken daarbij aan de uitgaven
well>e het rijk zich ten behoeve van
veel onnoodig onderwijs veroorlooft.
Kost elke leerling van de lagere
school aan den «belastingbetaler 100
per jaar, voor U.L.O. en N.O. wordt
dit reeds 300— en voor M.O. wel
ƒ500 a ƒ000, op kleine scholen zelfs
1000 per leerling en per jaar. On
danks de „hooge" schoolgelden betaalt
het rijk altijd nog circa 90 pet. der
kosten!
Een einddiploma H.B.S. kost, mits,
vlot behaald, ongeveer 3000 aan den
Staat. De „gemiddelde" kosten echter
zijn veel hooger, omdat deze worden
van den drom luide explicaties ten
beste gaf.
Na eenigen tijd keerde de bode zijn
rijdier om, voegde zich weer bij den
stoet, ging naar een door vier koelies
gedragen stoel rijden en gaf den in
zittende een omstandig verhaal van
zijn bevinding, zooals de aandachtige
toeschouwers van de herberg en op
den hooizolder duidelijk konden zien.
Plotseling verscheen een man, die een
langen bamboepaal droeg, waaraan 'n
papieren draak hing. Deze bevestigde
hij aan een houten hek vóór de her
berg, verdween weer en kwam nog
geen minuut later terug met een snoer
wimpels en vaantjes.
Aha!, kwam het opgelucht over
Forsyth's lippen; de attributen van 'n
regeeringsvertegenwoordiger. Je had
gelijk, Ching, de mijnheer in den stoel
moet inderdaad een heel hooge piet
zijn. Enfin, hoe hooger hoe beter, want
zoo iemand zal allicht eenig verant
woordelijkheidsgevoel bezitten.
Ruiters, soldaten en draagstoelen
hielden voor de herberg stil en een
oogenblik later boog heel de troep bij-
eengestroomde dorpelingen zich diep
in het stof.
Forsyth keek oplettend naar den
man, wien dit slaafsche eerbewijs gold,
maar kon vanwege den enormen zon
nehoed ,dien hij droeg, alleen het on
derstuk van zijn gezicht zien, zonder
zijn stoel te verlaten, of dien zelfs maar
door de koelies van de schouders te
laten nemen, gaf deze halfgod zijn or
ders en even later rees de waard, die
zich onder de knielenden bevond, over
eind en bleef nader tredend, in een
eerbiedig afwachtende houding op
eenigen afstand van den draagstoel
staan. De man binnenin sprak nog
eens en de waard rende zijn huis in
en geen twintig seconden later hoor
de Forsyth zijn opgewonden stem in
de atal beneden.
WaalwPstht en Langstraatsche ('mant,