HUIZE B DE ECHO VAN HET ZUIDEN, TWEEDE BLAD. GESCHIEDENIS DER HERVORMDE KERK TE BESOIJEN. No. 2. Zaterdag 4 Jan. '36. 59e Jrg. 1610—1935. Door J. van der Hammen Niczn. XXV. De laatste of 160-ste doopbediening van Ds. Hermanus Plassius in de Her vormde kerk te Besoijen geschiedde den 20 Mei 1691, zijn laatste trouw plechtigheid in het begin van Mei en de datum van den beroepingsbrief op zijn opvolger Ds. Matthias van Woen- sel was 27 Augustus 1691, dus moet Ds. Plassius overleden zijn tusschen 20 Mei en 27 Augustus 1691 1). Door hel ontbreken van de kerkerekening over de jaren 1690 en 1691, waarin ook de namen der afgestorvenen of begravenen voorkomen, kunnen wij den juisten sterfdag niet opgeven. Doch uit een uitgaafpost van de dorps- rekening over 1691 kunnen wij als zeker vaststellen, dat zijn overlijden moet vallen in de maand Juni en wel vóór 22 Juni. Immers den 22 Juni 1691 hadden de schout en de kerke- raad eene bijeenkomst bij Juffrouw Heyltje of Helena Verhoeven te Waal wijk, waar met de heeren Hendrick Verhoeven en doctor Jacob de Vries, als geauthoriseerden van de Vrouw van Besoijen, werd gesproken over de approbatie dier Vrouwe, die noodig was voor het beroepen van een nieu wen predikant. Derhalve is Ds. Plas sius overleden tusschen 20 Mei en 22 Juni 1691, en hij schijnt dus een kort ziekbed gehad te hebben. Begraven werd hij natuurlijk in de Besoijensche kerk. Omtrent zijn vader, den Capelschen predikant Johannes Plassius, over wien wij vroeger reeds gesproken hebben, heeft de toenmalige brave Capelsche schoolmeester Adrianus de Rooij in het begraafboek dier ge meente de volgende eenvoudige en treffende aanteekening gemaakt: Jo hannes Plassius, trouw Dicnaer Jesu Christi inde gemegnte tot Cappel, is Godsfdigh in den Heere gerust den 29 Augustus tusschen 12 en 1 ure naer- middach int ja er onses Heeren ende Salichmakers Jesu Christi 1657 ende legt begroeven inde kerc. I)en 27 Augustus 1691 werd dooi den Besoijenschen kerkeraad, om de vacature aan te vullen van Ds. Plas sius, die deze gemeente meer dan 20 jaren getrouwelijk had gediend, een beroep uitgebracht op Ds. Matthias van Woensel, toen zeer waarschijnlijk verblijvende te Utrecht. De toenmalige kerkeraad bestond uit de volgende vier ledenJan Huybertsz. van Heysl en Cornelis de With, ouderlingen, en Nicotaes Regnaerts en Cornelis Nieuwstraeten, diakenen, terwijl de consulenten waren: Ds. Henricus Ver hoeven en Ds. Guilielmus Wernerus Verhorst, predikanten te Capelle-Vrij- hoeven en Sprang. De beroepingsacte is van den vol genden inhoudWij ondergescreven ouderlingen en diakenen der gemegnte Jesu Christi in den dorpe van Bezoojen vcrklaaren hier mede, naadien onzen kerkendienst is koomen te vaceren door het afsterven van onzen eerwaar den en getrouwen predikant Ds. Hermanus Plassius, dat wg met advgs en toestemminge van onze overheid of die daar inne te zeggen hebben, als ook onder approbatie van de Classis van Dordrecht, tot meeste stigtinge van onze gemegnte, den Eerwaarden Mat thias van Woensel in des overleden plaatse verkooren en beroepen heb ben, gelijk wij beroepen mits deeze tot een Herder en Leeraar onzer gemegnte. Den welken wg dan vriendelijck en gedienstelijck om Christus wille bid den en verzoeken dit ons beroep te wil len aanneemen in den naame des Hee ren, en dienvolgende als een getrouwen dienaar onzes Heeren Jesu Christi zijne kudde, die onder ons is, te wg- den met de zuivere leere des Hegligen Evangeliums en bedieninge der Heg- lige Sacramenten, en dezelve voor te gaan met een kristelijken en god zaal i- gen wandel, ook goede opzicht op onze gemegnte te neemen en met goede ver maaningen, verst roostingen der kran- ken en andere bedroefde en benauwde persoonen te stigten en te bouwen, en voorts wat een getrouwen Herder en Opzichter van Christi gemegnte toe staat. Relooven van onzent weegen den voornoemden onzen beroepen predi kant alle behoorlgke eerbicdinge, liefde en trouw te bewijzen, ook onze gemeinte daartoe te helpen vermaa- nen, dat zg den zeiven haaren Herder en voorganger in den geloove en god- zaaligheid zoodanige, gehoorzaamheid en onderdaanigheid bewgze, als een goede gemeinte, naa den regel van Gods Woort, haaren getrouwen her der schuldig is, opdat hg zgnen dienst zonder zuchten onder ons mooge be dienen, waartoe wg God Almachtig bidden Zgnen zeegen te willen ver- lecnen. T'oirkonde deczes hebben wg deezen onzen beroepbrief met onze eigen handen onderteekent en beves tigt op hceden den 27 Augustus des jaars 1691 in onze kerk tot Bezoojen; en was onderteekentJan Hugbertze. v. Hegst, ouderling, Cornelis de With, ouderling, Nicolaas Reinaarts, diaken, Cornelis Nieuwstraat, diaken. Laager stont: Wg, ondergescreven naburige predikanten en consulenten in de kerke van Bezoojen, verklaaren en ge tuigen dat deeze bovenstaande beroe- pinge, zooveel ons gebleeken is in onze tegenwoordigheid, naar ordre der kerke en gebruik tot Bezoojen ten daage en jaare als vooren geschiet is; en was onderteekent: Henricus Ver hoeven, ecclesiastes in Cappel en Vrij hoeven, G. W. Verhorst, ecclesiastes tot Sprang. De approbatie-acte van de toen malige ambachtsvrouwe van Besoijen, Corina Cecilia geboren baronesse van Bockholt, d.d. 1 September 1691, luid de aldus: Wg, Hendrik Verhoeven en Jacob de Vries, medicinae doctor, als speciale geautoriseerdens van de HoogEd. Vrouwe Corina Cecilia gebo ren baronnesse van Bockholt, marqui- sinne van Hoensbroek, erfmaarscal- kinne des vorstendoms Guelder, urge vrouwe van Wittenhorst, vrouwe van Zevenum, Gansogen, Bezoyen, Dron- gelen, de stat etca., volgens acte daar van zijnde in dato den 30 Augustus 1691, doen kennelijk by deezen, dat alzoo door het afsterven van Ds. Her manus Plassius, geweesen predikant in den voorscreven dorpe van Bezoo jen, den predikdienst aldaar is koomen te vacceren, ende de ouderlingen en diakonen der gemeinte Jesu Christi binnen den zclven dorpe in des over- leeden plaatse hebben verkooren en beroepen den Eerwaarden Ds. Matthias van Woensel, volgens acte van beroe- pinge in dato den 27 Augustus 1691 aan ons gepresenteert ende overgegee- ven, gezien ook de onderstaande ver- klaaringe van de Eerw. Heeren Henri cus Verhoeven en Guilielmus Werne rus Verhorst, respective predikanten tot Cappel en Sprang ende consulen ten in de voorschreeven kerk van Be zoojen, waar by consteert dat de be roeping ten daage als vooren in haare tegenwoordigheid naa order der kerke is gedaan, ende aangezien ook dat de voorscreven ouderlingen en diako nen confirmerende en obidierende 't recht dat de HoogEd. Heeren en Vrou wen van Bezoojen van alle oude tg- den is competeerendeop de voorscre ven beroepinge heben verzocht de approbatie v. Hooggeduchte baronesse in haare voorscreeven qualitegt: Soo ist dat wg de voorscreeven zaake over gewerkt hebbende, en wgders door getrouwe en geloovwaardige vrien den en bekenden geinformeert en ver- zeekert zijnde van de bizondere ge- leertheid, uitmuntende predikgaavcn ende goede maximen van den voor noemden Ds. Matthias van Woensel uit crachte van de voorscreeven auto risatie by meer hooggedachte vrouwe baronnesse in haare voorscreeven qualitegt aan ons verleent), de voor screeven beroepinge hebben geappro- 99 (Naar het Duits) van Theodor Storm, door 7' »Ze zullen wel honger hebben, de beesten», mompelde bij. Daarna opende hij de deur naar de overloop en floot de oude vrouw. Meteen echter drongen de katten door de opening naar buiten en renden de irap af; niet lang daarna hoorde hij beneden in de keuken hen heen en weer springen en tevens een geweldig gerammel met de borden. Ze waren zeker op de kast gesprongen, waar vrouw Anken gewoonlijk het eten voor de andere dag klaar zette. Meneer Boeleman stond boven aan de trap en riep, luid scheldend en razend om de oude vrouw maar hij Inreeg geen antwoord be neden bleef het zwijgen, of slechts een zwakke echo van z'n eigen woorden weerklonk uit de hoeken van het oude huis. Hij sloeg reeds de panden van z'n oude slaaprok over elkander en wilde zelf naar beneden gaan, toen hij een bonsen op de onderste traptreden hoorde en de beide katten met veel lawaai naar boven kwamen gesprongen. Maar dat waren geen katten meer; dat waren twee vreselijke roofdie ren, waarvoor meneer Boeleman geen naam wist. Die gingen met ge kromde ruggen tegenover hem staan, gereed tot de sprong; ze keken hem met flikkerende ogen aan en stieten een vervaarlijk ge brul uit. Hij wilde langs hen heen gaan, maar een slag van hun ge weldige poot, waardoor een stuk uit z'n slaaprok werd gescheurd dreef hem terug. Hij liep de kamer in hij wilde een raam open schuiven en de mensen op straat te hulp roepen, maar de katten sprongen achter hem aan en waren hem voor. Boosaardig grommend, hun staart in de hoogte, liepen ze voor de ramen heen en weer. Meneer Boele man rende naar de overloop en smeet de deur achter zich dicht; maar de katten sloegen met hun poot op de klink en stonden weer voor hem aan de trap. Weer vluchtie hij terug naar de kamer, maar weer waren de katten daar. De dag liep reeds ten einde, de duisternis kroop in alle hoeken van het huis. Beneden op straat hoorde meneer Boeleman zingen jongens en meisjes gingen van huis tot huis en lieten de Kerstliederen weer klinken. Ze stonden stil voor elke deur, belden aan en zongen. Me neer Boeleman stond in z'n kamer te luisteren. Was er dan niemand, die hij hem aanbelde? Ach, ja, hij wist het welhet was z'n eigen schuld hij had ze vroeger altijd bars weggejaagd. Niemand liet bij hem de klopper op de deur vallen, niemand dacht er aan de vast ge sloten deur van Huis Boeleman geopend te zien. Ze trokken alle maal voorbij, en langzamerhand werd het weer stil, doodstil op straat. En weer probeerde hij te ontvluchten; hij probeerde het met geweld hij vocht met de dieren z'n gezicht en z'n handen waren reeds bloedend verwond. Dan weer probeerde hij 't met list klaar te spelen hij riep de dieren bij de oude vleinaampjes, hij streek hun over de pels en waagde het zelfs hun platte koppen met de grote, witte tanden te aaien. Ze wierpen zich voor hem op de grond en wentelden zich spinnend aan z'n voeten, maar als hij dan het juiste ogenblik gekomen waande, om de deur uit te sluipen, dan sprongen ze plotseling overeind en gingen voor hem staan, terwijl ze 'n hees gebrul uitstieten. Zo verliep de nacht, zo kwam de dag, en nog steeds rende meneer Boeleman heen en weer tussen de trpp en de ramen van z'n kamer met de handen in wanhoop wrin gend, kuchend en proestend, het grijze haar verwilderd over he hoofd. En nog tweemaal kwam er een dag en een nacht. Eindelijk kon hi; niet meer dodelijk vermoeid, ter wijl al z'n ledematen trilden, liet hij zich op de canapé vallen. De beert ende geaggreëert, gelijk wg de zelve approbeeren en aggreëeren mits deezen, wenschende den voornoemden Ds. Matthias van Woensel ende de voorscreeven gemeinte van Bezoojen daar me ede des Heeren rijken zeegen. Verzoekende verder aan de Eerw. classis van Dordrecht dezelve beroe pinge met haar E. E. approbatie te willen corroboreeren. 'Actum Waalwijk den 1 September 1691, en was onder teekent: Hendrik Verhoeven en Jacob de Vries. De approbatie van de Classis van Dordrecht is kort en van dezen in houd: De E. Classis van Zuithollant, deeze boovenstaande instrument van beroepinge neevens des zelfs appro batie gezien en geleezen hebbende, heeft dezelve geapprobeert, gel-ijk zy doet mits deezen. Actum in onze clas- sicaale vergaadering den J September 1691. GeteekendMartinus Soer- mans, Jacobus Legdekker, Johannes G ramus. Uit bovenstaande brieven of stuk ken blijkt niet, van welke plaats Ds. van Woensel afkomstig was. Daarom heb ik de moeite genomen een nauw keurig onderzoek dienaangaande in te stellen, en zoo is het mij gebleken, dat hij toen van Utrecht kwam. Het aan hangsel der dorpsrekening over 1690 geeft daaromtrent het volgende: Item heeft den rendant (dat was de burge meester Jan Huybertsz. van Hegst) onsen predikant met sgne meubele goederen tot Ugt recht over wesen halen met sgne schuyt 2), comt voor vracht en verschoten tollen etc. samen de somme van eenendertigh gulden. Deze aanteekening is ongedateerd, maar het zal einde September of be gin October 1691 geweest zijn. Dal de nieuwe predikant toen van Utrecht kwam is nog geen bewijs, dat hij daar geboren was, maar men kan als vrij zeker aannemen, dat hij aan de Utrechtsche Hoogeschool 3), die toen 55 jaren bestond, heeft gestudeerd. Hij schijnt dus niet als gevestigd predi kant, maar als proponent te Besoijen gekomen te zijn. Eigenlijk schijnt hij van 's-Gravemoer of omstreken af komstig te zijn of althans aldaar ver wanten te hebben gehad, want in hel bewuste aanhangsel van de dorpsre kening over 1690 komen voor: Noch voor paerts luier en verteringe van den dominé tot 's-Gravemoer te halen, om noch eens te prediken voor sign be roep, comt een gulden en vijf stugvers. Toen vertoefde hij dus te 's-Grave moer, doch de naam zijner geboorte plaats blijft in het duister verscholen. De totale beroepingskosten, die in 1691 door iiet dorp betaald werden, beliepen een somme van 63 gulden 17 stuivers. Of ook de kerk nog ecnige onkosten te dezen aanzien had te dra gen, is mij niet gebleken, wijl de kerke rekening over de jaren 1690 en 1691 ontbreekt. Die beroepingskosten spro ten uit het volgende voort 1. Te houden vergaderingen van den schout Peter van Andel en den kerkeraad ten huize ven Heyltje Ver hoeven te Waalwijk, d.d. 22 Juni en 1 Augustus 1691, om met de gevol machtigden van de ambachtsvrouwe van Besoijen te spreken over de appro batie dier Vrouwe, en toen verteerd 7 gulden 8 stuivers. 2. De reis van den ouderling Jan Huybertsz: van Hegst, den schout en Ds. van Woensel naar Dordrecht op 4, 5 en 6 September 1691, ten einde het beroep op genoemden predikant in de classis in te dienen en approbatie daarop te verkrijgen2 Ogulden 9 stuivers. 3. Huur van het paard, om den dominé van 's-Gravemoer naar Be soijen te voeren1 gulden 5 stui vers. 4. Overbrengen van de meubelen van den dominé van Utrecht naar Be soijen 31 gulden. 5. Het voeren van die meubelen met een kar uit de schuit near de pastorie 1 gulden 10 stuivers. 6. Drie dagen vacatie-gelden van Jan Huybertsz. van Hegst 2 gulden 5 stuivers. Op welken Zondag in September of October 1691 deed Ds. van Woensel zijne intrede te Besoijen en met welko predicatie verbond hij zich aan zijne gemeente? Wij weten het niet en het blijkt ook uit geen enkel stuk. Wat dit betreft moeten wij onze bevreem ding er over uitspreken, dat noch de kerkeraad noch de predikant zelf de moeite heeft genomen daarvan aan teekening te houden, en men duide het mij niet ten kwade, als ik hier moet ge tuigen, dat de toenmalige Besoijensche kerkeraad, anders zoo vlug bij de pinken, zich te«dien aanzien niet bij zonder accuraat van zijne taak heeft gekweten. Men kan ook niet zeggen, dat de kerkeraadshandelingen, door Ds. van Woensel gedurende zijn 6-jarig verblijf alhier opgeteekend, bijzonder belangrijk zijn. Bovendien schijnt uit het notulen-register minstens één blad te zijn verloren gegaan, zoodat de kerkeraadshandelingen slechts loo- pen van 1691 tot einde 1694. Er blijkt o.a. uit, dat de verkiezingen van ouder lingen en diakenen gewoonlijk ge schiedden in de maand December en wel uit dubbeltallen en voor den tijd van twee jaren. Waren een ouderling en een diaken gekozen, dan werden die personen, na drie kerkelijke voorstel lingen aan de gemeente, door den pre dikant in de kerk ingezegend. Soms geschiedde zoodanige verkiezing ook op Zondag, o.a. den 16 December 1693, toen de dorpssecretaris Gerrit Ver- hegden tot ouderling en Gijsbert Oli- fiers tot diaken werden gekozen. Gedurende het verblijf van Ds. katten gingen tegenover den uitge- putten man zitten en loerden slape rig naar hem met hun halfgesloten ogen. Langzaam werden de bewe gingen van z'n lichaam minder en eindelijk hadden ze helemaal opge houden. Een val£ bleekheid kroop van onder de stoppels van z'n grijze baard over z'n gezitht. Nog eenmaal zuchtte hij, toen sterkte hij de armen uit en spreide de lange vingers over de knieën daarna be woog hij zich niet meer. Beneden in de lege vertrekken was het intussen niet rustig geble ven. Buiten aan de deur van het achterhuis, die naar het kleine plaatsje toegang gaf, was 'n druk knagen en vreten hoorbaar gewor den. Eindelijk ontstond er boven de drempel 'n opening, die al groter en groter werd'n grijze muizen- kop kroop er door naar binnen, even later nog een en weldra sprong er 'n hele muizenschaar door de gang en de trap op naar de eerste verdieping. Hier begon het knagen opnieuw, nu aan de kamerdeur toen hier 'n opening aan geknaagd was, kwamen de grote kasten aan de beurt, waarin de schatten opge stapeld lagen, die Vrouw Anken had achtergelaten. Dat was nog ns een leven, zoals muizen het niet elke dag aantreffen 'n waar luilekker land; wie verder wilde moest er zich een weg doorheen vreten. En het ongedierte vulde zich de buik, en wanneer ze niet meer vreten konden, sloegen ze hun staartjes om zich heen en deden 'n slaapje in het door hen zelf uitgeholde tarwe- broodje. 's Nachts kwamen ze weer te voorschijn, sprongen over de planken, of zaten voor het raam, wanneer de maan scheen dan lik ten ze hun pootjes af en keken met hun blanke oogjes naar de straat. (Wordt vervolgd.) Oplossing raadsels van de vorige week. Amerongen - De moedertaal. Raadsels. Welke kastelen worden wel ge bouwd, maar niet van stenen of van hout. Verborgen jongensnamen. Ik geloof ook wel dat gij sterk overdrijft. Ge moet tegen ja, nooit neen zeggen. Je moet die pot tot bovenaan de rand vol water doen. Verborgen plaatsen. Wij hebben maar weinig zonne schijn de laatste tijd. Toch is hij op meer plaatsen ge weest. Toen de stoet voorbij trok heb ik nog een heel wijl stil moeten staan. Gij brengt al vroeg Uw vee naai de wei. Heb je niet een vel papier voor mij. Ik moet een brief gaan schrij ven. Ga maar vast vooruit wij komen zo. Hij kwam over 2 voor de gesloten deur, nergens kon hij binnen ko. komen. Ik heb altijd horen zeggen dat een spotter loon voor zijn werken krijgt. Ik ben ook niet erg op dat ru moer gesteld. Hij werd dadelijk na de moord recht naar de gevangenis vervoerd. JAN DE JONGE.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1936 | | pagina 5