Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. HET HOOGSTE RECHT m K EERSTE BLAD. Jubileum Gem.-Secretaris van Waspik. FEUILLETON „BOORD BRABARO" >p K Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. I u-< van r te Igt WOENSDAG 19 FI Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. tranco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco p. post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. Onder zeer groote belangstelling heeft de heer B. van Schijndel te Was pik Zaterdag zijn 25-jarig jubileum gevierd als gemeente-secretaris aldaar. Raadsvergadering. Te elf uur kwam de gemeenteraad in plechtige zitting bijeen ten Raad- huize, waar de raadszaal door de tal rijke ingekomen bloemstukken 'n fees telijk aanzien had gekregen. Op de publieke tribune was zeer groote belangstelling, talrijke vrien den en bekenden van den Secretaris uit de verre omgeving waren aan wezig. De heer v. Schijndel en zijn echtge- noote hadden op de eere-zetels aan de raadstafel plaats genomen. Nadat de Voorzitter van den Raad, burgemeester P. J. Dekkers, de verga dering met het gebruikelijke formu liergebed had geopend, sprak hij den jubilaris als volgt toe: van „De Echo van het Zuiden". Naar het Amerikaansch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. Nadruk verboden. 9. Heel goed, dan kan ik U alleen maar zeggen, hoe het mij niet alleen voor U, maar ook voor zijn zuster spijt, dat dit gebeurd is. Goeden dag. Marshall keek verbaasd op. Gaat U al weg? Zeker! Tenzij ik U nog met iets kan helpen. Maar ik dachtDe man zweeg even en keek naar zijn vrouw. Ja?, vroeg de rechter kalm. Ik dacht, dat U kwam, om over de zaak te spreken, sprak de man, en hij keek zijn vrouw weer aan. Hij dacht, dat U gekomen was om een regeling te treffen, barstte juffrouw Marshall uit. Maar dat zal niet gaan. Hij heeft mijn man leelijk te pakken gehad en hij verdient ervoor aan de galg te komen. Hou je mond, vrouw!, riep Mars hall vanuit zijn bed. Maar U staat op Uw recht, om een vervolging tegen hem in te stellen, is het niet?, vroeg de rechter. Zeker! Nu, dan zijn we uitgepraat. Waar bent U gewond? De rechter vroeg hem dit op den Een dergelijke gebeurtenis heeft op dezen dag plaats. man af en Jud antwoordde nog voor hij tijd had om na te denken. Mijn hoofd, zei hij. Nergens anders?, informeerde de rechter. Neen, vervolgde Jud. Ik ben ge weldig door elkaar geschud, dat is al les. Zoo. Dan zult U wel weer gauw in orde zijn, tenzij een dokter consta teert, dat U eenigen tijd invalide bent en dat zal hij niet, wel?, brak de rech ter glimlachend af. Neen, ik denk van niet Nu, dan zal het hof U alleen de werkelijke schade toekennen, maar de aanval is niet goed te praten en als U tot vervolging overgaat, zult U zeker gewroken worden, daar zal ik, als rechter wel voor zorgen. En wraak is zoet, niet? Nu goeden dag allemaal!, en de rechter deed een stap in de rich ting van de deur. Maar Meneer! Ja? Wat zou U zeggenMarshall wachtte, kreeg toen een ingeving. Kan ik hem inplaats daarvan niet een flinke aframmeling geven? De rechter lachte. Ik mag niet op mijn eigen houtje recht spreken. U bedoelt, inplaats van een vervolging in te stellen? Ja! Neen, hij zal moeten voorkomen, zoodra U goed genoeg bent, om op de zitting te verschijnen. De rechter kende de angst van dit soort menschen voor alles wat met de wet te maken heeft. Nu dan, begon Marshall wanho pig en zweeg verder. Toen hij echter zag dat de rechter aanstalten maakte om weg te gaan, flapte hij de rest eruit. Wat wilt U me geven, als ik geen vervolging instel? VERZEKER U BIJ DE U bedoelt, dat U ten slotte toch liever geld hebt?, vroeg de rechter. Ja, daar komt het zoowat op neer, antwoordde Marshall een beetje beschaamd. Hoeveel moet U hebben? Marshall dacht een oogenblik na. Vijf honderd dollar, zei hij. Vijf honderd dollar!, sprak de rechter hem na. Marshall zat nu rechtop in zijn bed Geen stuiver minder!, barstte hij uit. Heel goed, hernam de rechter kalm. Ik zal niet probeeren je minder te bieden maar ik zou niet weten, waar ik het geld vandaan moest ha len. Ik zou de zaak liever sussen, ter- wille van zijn zuster, maar zooveel zal ik niet bij elkaar kunnen krijgen. Het is ook veel, want U bent met een paar dagen weer heelemaal in orde. Hoe dan ook, als U op Uw stuk blijII staan, dan moet U Uw eigen weg maar volgen. Het spijt mij om Virginia. Ze is een lief meisje en heeft zich juist met mijn zoon verloofd. Dit was een handigen zet van den rechter, maar het was absoluut waar. Hij kon het geld niet bij elkaar krij gen,. want door zijn liefdadigheidszin was zijn bankrekening niet hoog en Jackson's opvoeding had hem veel ge kost. Marshall opgewonden voor voor 25 jaren, de functie van Secretaris dezer Gemeente op u nam. over. het vroeg hij. ïuten en .dat hij met zichzelf streed. Maar Marshall was in zijn hart niet zoo'n kwade ke rel, zijn opvoeding en omstandighe den in aanmerking genomen, en zijn beter ik won het pleit. Kijk eens, ging hij voort, ik ken Jackson. Hij gaf mehij is hier meer dan eens geweest. Ik-ik ben te vreden met twee honderd, meneer! Weer wilde juffrouw Marshall er zich tusschen mengen, doch voor de tweede maal werd haar den mond ge snoerd. U neemt genoegen met twee hon derd dollars?, vroeg de rechter op kal- men toon. Zeker. Mooi. Laat Lem dan morgen naar het gerechtsgebouw komen, dan zal ik hem het geld geven. Hij kan dan meteen de aanklacht intrekken. Dat zal gebeuren meneer. In orde. Ik ben blij dat U tot dil besluit gekomen bent en ik hoop, dat ik U met een paar dagen zoo gezond als een visch zal terugzien. Goedendag samen. En de rechter vertrok, blij, dat de naam Fairfax voor de schande van een rechtzaak gespaard bleef. Onderwijl was Virginia naar huis gegaan en wachtte daar in stijgende onrust, tot ze het niet langer kon uit houden. Toen zette ze haar hoed op en ging op weg naar de Harrisville gevange nis, die achter het gerechtsgebouw ge legen was. Voor haar was het niets hier binnen te gaan, maarLloyd! Ze stelde hem zich voor, norsch, verstokt, maar toch haar broer, die van ergernis ver teren zou. De gemoedelijke cipier ont ving haar zeer voorkomend en liet haar dadelijk bij haar broer toe. Lloyd, bleek en geheel van streek, groette haar hartelijker, dan hij ooit te voren gedaan had. En Gene?, riep hij. Wat heeft hij gezegd? Is hij Hij heeft gezegd, dat hij zou doen wat hij kon. Mijn arme jongen! Hoe kon je toch Zeur daar nu niet meer over, ant woordde hij, maar luisterEn hij vertelde zijn plan. Virginia moest naar den rechter gaan, om hem, Lloyd, on der borgstelling vrij te krijgen. Dan zou hij weggaan, lot de zaak wat was overgewaaid en de rechter het geld betaald had. Het is toch mijn geld, eindigde hij. Virginia wilde niet toestemmen voor Lloyd haar beloofde niet weg te loo- pen, maar dat wilde hij eerst niet doen. Hij had grooten lust haar te zeggen, wat hij dacht van de wijze, waarop de rechter haar ten koste van hem be schermde, maar hij vond het toch ver standiger dit voor zich te houden. Hij koos de wijste partij, want hij begreep per slot heel goed, dat alleen Virginia tusschen hem en den toorn van den rechter stond. Dus op het laatst gat hij haar zijn woord, de stad niet te zullen verlaten en Virginia ging weg, dankbaar voor zijn vriendelijke hou ding ten opzichte van haar. Ze vond den rechter thuis en vroeg hem haar te vertellen, wat er gebeurd was cn wat Marshall gezegd had. Toen de rechter haar had medegedeeld dat Lloyd veilig was en dat Marshall ge noegen had genomen met een gelde lijke schadeloosstelling, zakte Virgi nia ineen en schreide ot haar hart zou breken. Plotseling herstelde zij zich en lachte door haar tranen heen en de rechter bukte zich en kuste haar betraand gezicht. (Wordt vervolgd). UfC u 4 e Echo van het Zuiden, iWaalwiibscbe en Langstraatsche Courant, Hooggeachte Secretaris. Er komen in ons leven tijdstippen voor die we niet onopgemerkt mogen of kunnen laten voorbijgaan. Het zijn momenten, waarop men een wijle poost, om een terugblik te slaan op den afgelegden weg. Toen gij op 15 Februari 1911 Uw ambt als secretaris dezer gemeente aanvaard de, kwaamt gij hier niet als vreemdeling. Immers Uw eerste praktische oplei ding in de gemeente administratie hebt gij op de gemeente secretarie dezer ge meente genoten. Ook voor mij waart gij geen onbeken de. Te zamcn toch zijn wij werkzaam ge weest op de secretarie van Zevenbergen. Reeds daar heb ik U leeren kennen als een plichtgetrouw en bekwaam amb tenaar. Hierna zijt gij werkzaam geweest te Zevenaar en ook daar hebt ge getoond een goed en bekwaam ambtenaar te zijn. Het wekte dan ook geen verwondering, dat gij reeds betrekkelijk spoedig daarna tot gemeente-secretaris van Bovenkarspel werd benoemd. De zeer gunstige inlich tingen welke wij indertijd omtrent Uw werk daar mochten ontvangen, zijn een bewijs, dat gij ook daar Uw ambt op uit stekende wijze hebt vervuld. Met dit alles rekening houdende, was het een van zelfsprekend feit, dat, toen hier in deze gemeente de vacature van gemeente-secretaris kwam, op de aller eerste plaats aan U is gedacht. Nu 25 jaren sedert dien datum zijn verstreken, is het mij een buitengewone voldoening te kunnen constateeren, dat de van U gekoesterde verwachtingen niet alleen zijn in vervulling gegaan, doch deze zelfs zijn overtroffen. Ik feliciteer dan ook op de eerste plaats mij zelf, omdat ik indertijd Uwe benoeming hier tot gemeente-secretaris heb bevorderd. Onmogelijk is het mij in woorden te uiten, hoe ik op prijs heb gesteld, de zoo aangename samenwerking geduren de al deze 25 jaren, die ik het voorrecht had met U te mogen hebben. Nooit of nimmer is de goede verstand houding tusschen ons ooit verbroken ge weest en steeds zijn de belangen dezer gemeente tusschen ons als vrienden be sproken en behandeld. Ik betuig U voor hetgeen gij in al dien tijd voor de gemeente Waspik hebt ge- daan, mijn dank namens den gemeente raad, namens Burgemeester en Wethou ders, namens mij zelf en namens de ge heele bevolking. Het tijdperk in Uw ambtsloopbaan in deze gemeente, dat thans is afgesloten, is wel een zeer bewogen tijdperk ge weest. Ik herinner in dit verband aan de zware en moeilijke taak welke geduren de den wereldoorlog op de schouders van het gemeentebestuur rustte. Distributie van levensmiddelen en van andere verbruiksartikelen leidde de werkzaamheden in geheel ander banen en stelde het gemeentebestuur voor vraagstukken welke geheel nieuw en menigmaal zeer moeilijk waren. Met waardeering erken ik, dat gij ook in die moeilijke tijd door Uw juist in zicht en groote werkkracht veel hebt bij gedragen om deze moeilijke tijd voor de ingezetenen dezer gemeente zoo drage lijk mogelijk te maken. Het was dan ook een zware slag, toen gij door een ernstige ziekte werd ver hinderd van Augustus 1917 af tot Janu ari 1918 Uw werkzaamheden waar te nemen. De goede organisatie heeft het echter mogelijk gemaakt dat ook gedurende dien tijd de bemoeienissen van de ge meente ongestoord voortgang konden hebben. De steunregeling en de werkverschaf fing hebben steeds Uw volle belangstel ling gehad. Op uitstekende wijze hebt gij medege werkt, om deze moeilijke problemen tot NEEM HET ZEKERE VOOR HET ONZEKERE EN CONCURREERENDE TARIEVEN EN VOOR- DEELIGE VOORWAARDEN een goede oplossing te brengen. Als een groote verdienste erken ik* Uwe medewerking om alle onnoodige uitgaven te vermijden. Uw juist financieel inzicht heeft ei ongetwijfeld toe mede gewerkt, dat het mogelijk is geweest, dat de noodlijdende toestand van deze gemeente slechts kort heeft geduurd. Dat wij deze moeilijke toestand zoo spoedig zijn te boven gekomen is een feit dat tot groote tevredenheid mag stemmen. Uw werkkracht en werklust heeft het mogelijk gemaakt, dat het vaste perso neel der gemeente-secretarie kon beperkt blijven tot één ambtenaar, die bovendien nog gemeente-ontvanger is. En desondanks worden de werkzaam heden geregeld en vlot afgedaan. Uw streven ook in ander opzicht om in alles de gemeente zooveel mogelijk uit gaven te besparen, verdient zeer zeker waardeering. Hooggeachte Secretaris, Ik heb U reeds dank gezegd voor al hetgeen gij voor deze gemeente hebt ge daan. Thans bied ik U mijn hartelijke geluk- wenschen aan en ik doe dit als tolk van den gemeenteraad, van Burgemeester en Wethouders en van de geheele bevol king. Ik voeg hieraan toe, dat het U gegeven moge zijn, dat gij nog vele jaren Uw ambt als Secretaris dezer gemeente zult blijven vervullen, ongetwijfeld zal dit iu het belang van de gemeente Waspik zijn. Ook Mevrouw Uwe echtgenoote en Uwe kinderen feliciteer ik met dit jubi leum. De gemeenteraad heeft gemeend, ge achte heer Secretaris, dat de gemeente U hare dankbaarheid ook op stoffelijke wijze behoort te betuigen. Namens de gemeente bied 4k U hierbij een cassette aan. Terwijl ook ik het mij tot een genoe gen reken, mede namens mijn vrouw deze pendule aan te bieden, als waar deering voor de buitengewone prettige wijze waarop wy steeds hebben samen gewerkt, en de vriendschap die ik van U steeds heb mogen ondervinden. Ik hoop dat zy een plaatsje zal vinden in Uw huis en dat dit geschenk in de verdere toekomst, U zal blijven herinne ren aan dezen voor U en Uwe familie niet te vergeten dag. Ik heb gezegd. Rede Verschuren. Namens de gemeenteraadsleden sprak het oudste lid, de heer Ver schuren, als volgt: Reeds geruimen tijd deden in onze ge meente, geruchten de ronde, dat U„spoe dig de dag zoudt herdenken, waarop U Zijn vrouw kwam een stap nader, en uitte een protest, maar hij wendde zich kwaad tot haar. Hou je mond, zeg ik je, schreeuwde hij. Juffrouw Marshall keerde zich kop pig af. En het spreekt wel van zelf, dat onze gemeente-raad zien weiüra opinaaiue, om er aan mede te werken, deze geuenk- waardige dag, voor U tot een onvergete lijke te maken. Het was mij een waar genoegen en een groote eer tevens, üoor mijne mede raadsleden te worden uitgenoodigd, bij de herdenking van dit heugelijke feit, namens hen het woord te voeren. En als ik mij by deze van mijne taak ga kwijten, dan wil ik op de eersie plaats tot U rienten een woord van oprechten gelukwensch. 25 Jaren zijn thans door U in dienst van onze gemeente doorgebracht. Een kwart eeuw hebt Gy de lasten gedragen, die het dienen der gemeenscnap met zich brengt. En wanneer we slechts een vluchtige blik werpen op het voorbije tijdperk, dan is dit reeds voldoende, om er al thans eenige indruk van te krijgen, wat een energie, en wat een toewijding, er in al die jaren van U zijn gevraagd, niet alleen om Uw zeer verantwoordelijke taak te vervullen, maar vooral om Uw ambt te vervullen op een wijze, zooals Gy gemeend hebt dit te moeien doen. Ik denk hierbij terug aan de rumoerige tijden der mobilisatie, maar vooral staat mij hierby de huidige toestand levendig voor den geesl. Van de geweldige crisis, welke al sinds verschillende jaren de wereld teistert, krijgt ook onze gemeente haar deel. Deze zware tijden voor onze inwoners zoo dragelijk mogelijk te maken, is me de een gedeelte van Uwe taak. En als wij dan zien, wat alleen de ver zorging van dit onderdeel van U vergt, dat wetten als padde-stoelen als het wa re, uit den grond rijzen, die alle ernstige studie vereischen, alvorens een richtige uitvoering ervan kan worden verzekerd, en wy zien dan, hoe dit alles door U volkomen wordt beheerscht, dan kan ik niet nalaten, mijn woord van geluk wensch, te doen vergezeld gaan, van een woord van warme hulde. Hulde voor de wijze waarop Gij U tot op heden van Uw taak hebt gekweten, hulde voor de ijver en nauwgezette plichtsbetrachting door U in al die ja ren betoond, en welke respect afdwingt, van eenieder die maar even in de gele genheid is geweest, een en ander wat meer van nabij gade te slaan. Daarom maak ik ook van deze gelegenheid ge bruik, om namens de raad U onzen op rechten dank te betuigen, voor het vele en moeizame werk in het belang van on ze gemeente tot nu toe verricht, en ik hoop dat het U gegeven mag zijn, nog vele jaren hiermede te kunnen voort gaan. j£ Maj

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1936 | | pagina 1