OESCBIEDENlS OER BEkV. BERK TE BES01IEN Zaterdag 25 September 1937 No. 77. De Echo van Zuiden TweedegBlad Nieuwe raadsels. :sg r DE ONBRANDBARE ZAKDOEK. WAAR BLIJFT HET KWARTJE. 1610—1935. Door J. van der Hammen Nicz. LXIV. Op hel einde van mijn vorig artikel vermeldde ik, nat hel voorioopig ant woord van de dorpsregenten van Be- soijen op liet request van Johannes Al oerlus van Dijk en consorten aan de Siaten van Holland, d.d. 26 Dec. 1786, nader door nnj zou besproken worden. In dat antwoord eigenlijk een verzoekschrift gaven schout en schepenen te kennen, uat cie klachten der Besoijensche Patriotten (aan wier hoofd üs. Leemans stond) over net beleid van het dorpsbestuur in net al gemeen weinig ie beduiden hadden, ongegrond waren en in menig opzicht onwaar, zoo niet leugenachtigBoven- uien waren die klachten, volgens ue dorpsregeering, louter geboren uit een verkeerden ijver, dolle drijt en laak bare inductie van den predikant. Deze bemoeide zich met veronachtzaming van zijn geestelijk ambt al te zeer niet wereldsche zaken en was uiterma te verstoord op den schout en den se cretaris, wijl vooral zij indertijd han den geweigerd het classisgeld van den dominee te verhoogen, de kerk- en paslorie-reparatiën te doen betalen door ue burgerlijke gemeente en be hoorlijk te zorgen voor verfraaiingen der pastorie. Ook was het den reques- tranten, n.l. van Dijk c. s., een doorn in het oog geweest, dat zij bij het ver kiezen van een burgemeester over 1786, rechtstreeks uit het volk en zon der nominatie, zulk een onverzette- lijken tegenstand hadden ondervon den van schout en schepenen, die zich bleven beroepen op het oud en wette lijk voorschrift, dat er eerst een no minatie van vier personen door schout en schepenen moest gemaakt worden. Verder stelden de dorpsregenten in hel licht, dat Ds. Leemans bij die ver kiezing een zonderlinge en weinig ge paste rol liad gespeeld, door b.v. de aanwezige stemgerechtigden door woes le teekenen en opgestoken vingeren tot zijn partij over te#halen, wal hem loen met een kleine meerderheid was gelukt. En eindelijk lieten schout en schepenen doorschemeren, dat de dorps-secretaris Adrianus Vermeulen volkomen in zijn, recht was geweest, toen hij indertijd, bij het dringend ver zoek van de Patriotten om van aller lei dorpsregisters en dorpspapieren VRIENDEN MET ééN SCHOT. Piet was met zijn ouders uil een dorp in Friesland naar A. gekomen, een grote te stad, waar de jongens op school hem uitlachten, omdat hij met een accent sprak. Piet, die van nature een beetje verlegen was, trok zich al spoedig ge heel van de jongens terug en het is te hegrijpen, dat hij in zijn nieuwe woon plaats niet gemakkelijk kon wennen. In het dorp, waar hij gewoond had, was hij lid geweest van de jeugdafdeling der schuttersbond en bleek al dadelijk een zuiver oog te hebben voor het roos- schieten. Piet woonde op een plein en na enkele maanden kwamen er op zekere morgen allerlei wagens aanrijden, die daar ten ten begonnen op te zetten. Bij informatie bleek dat er een week lang kermis zou zijn. Nu, dat was 'n kolfje naar zijn hand. Er was op de kermis ook een schiettent, die natuurlijk de grote attractie voor Piet was. Ieder dubbeltje, dat hij dan ook maar kon vragen of krijgen, bracht hij naar de eigenaar van de schiettent, waar zoo maar op staanden voet inzage te nemen, geweigerd had aan dat br.ule verlangen te voldoen. Op grond van de bovenstaande punten en meer aan gevoerde redenen verzocht de dorps regeering aan de Siaten een uüsiel van vier maanden, om nader de lang- wijlige en vergezochte bezwaren der Patriotten te kunnen besiuueeren en uan een meer voiieuig en aidoend ant woord daarop te kunnen geven. Nadat dit schrijven den 27 Decem ber 1786 per aangeteekenden brief naar Den Haag was verzonden, ont vingen schout en schepenen reeds den 2d December bericht van Gecommit teerde Raden, dat hun een uitstel van 4 maanden was verleend. Tevens was dit schrijven een voorioopig antwoord ol resolutie op het request van Johan nes Alberius van Dijk en de zijnen van December 1786 hierboven medege deeld, en werd aan de Patriotten te kennen gegeven, dat zij bij het ver kiezen van een nieuwen burgemeestci op 1 Januari 1787, zonder nominatie van schout en schepenen en dus bij urge volkskeuze, een burgemeester mochten benoemen en dat die wijze van verkiezing zoo lang van kracht zou zijn, totdat door de Hooge Over heid daarover anders zou zijn be schikt. Verder moesten de stemge rechtigden zonder woeste teekenen en andere uiterlijke demonstratiën, maar bij behoorlijke openbare en verstaan bare bewoordingen, hoofd voor hoofd, hunne stem uitbrengen. Ook kreeg de predikant van Gecommitteerde Raden die heimelijk meerendeels op de hand van Ds. Leemans waren in. zekeren zin nog een pluimpje en een vriendelijke aanmaning. Zij betuigden namelijk, dat de medewerking van den predikant van Besoijen alleszins ge schikt is, om de ingezetenen van het zelve dorp te dis poneeren om zich bij het maken der voorschreven nomina tie en vervolgens gedurende dat de plaats hebbende geschillen niet zulten wezen afgedaan, met alle bescheiden heid en gehoorzaamheid aan diengenen die over hen gesteld zijn, te gedragen. En tevens werd den predikant gere commandeerd om degenen, die op Maandag 1 Januari 1787 zouden mede stemmen, op Zondag 31 December hij voor een dubbeltje vijf schoten niociit lossen en waar hy dan ook aardige prij zen won. Maar het was hem niet zozeer om de prijzen dan om het schieten te doeli en hy vroeg aan de baas van de tent, of hij inplaats hiervan nog een paar maal mocht schieten. Deze vond Piet een aardige jongen en al spoedig trok zijn goed gericht schot de aandacht van de omstaanders, die nu hun krachten ook eens wilden beproeven. Zo kwam het, dat Piet een massa klanten aanbracht en dus al spoedig bevriend werd met de eigenaar van de tent. Piet vertelde niet, dat hij lid van een schietvereniging was geweest, doch oe fende zoveel hij kon. Het was op een Woensdagmiddag, dat er iemand ver kleed als Mexicaan naar de tent toe kwam, zijn geweer achter zijn rug om vasthield en na even gekeken te heb ben, onmiddellijk roos schoot. Hij keek om zich heen en vroeg aan de omstan ders, wie hem dit wilde nadoen. Niemand bood zich aan. Dat was te veel voor Piet. Hy drong naar voren, zei niets, greep het geweer, dat hij door het 1786 bij het verrichten van den predik dienst in de kerk te vermanen, om op den stemmingsdag van 1 Januari 1787 met bedaardheid, bescheidenheid en onzijdigheid te werk te gaan en zich\ voorts, als stille en gehoorzame inge zetenen betaamt, te gedragen. Deze last werd door Ds. Leemans getrouwelijk uitgevoerd en tegelijkertijd werd dooi den secretaris bij den uitgang der kerk de resolutie van Gecommitteerde Ra den den volke verkondigd. De vergadering van schout en sche penen op Maandag 1 Januari 1787, ter verkiezing van een nieuwen bur gemeester in de plaats van Johannes van Dijk, kenmerkte zich door onder scheidene betreurenswaardige inciden ten. Die verkiezing moest, volgens oud gebruik, in de kerk gehouden worden. Daar waren dan tegenwoordig de schout Gerardus van de Werken, de secretaris Adrianus Vermeulen, de schepenen Johan Cordii (president), Antonie Kuijsten, Hendrik Hagen, al len Prinsgezinden, Bastiaan de Rooij, Denis Koppen, Hendrik de Graaff, Adriaan Goedhart, en de burgemees ters Johannes Albertus van Dijk en Johannes van Heijst, allen heftige Pa triotten. Bovendien waren present de predikant Leemans en een 40-lal stem gerechtigde kiezers. Om de uitge brachte stemmen op te nemen en aan de aanwezigen af te lezen, wilde de secretaris Vermeulen den trap naai den predikstoel opklimmen, maar do- miné Leemans, zich vlug vóór den trap plaatsende, gelastte den secretaris met gebiedende stem van den trap af te- blijven. De secretaris, grootere tumul ten willende voorkomen, was nu ge noodzaakt op den voorlezersstoel plaats te nemen. Dat was het eerste incident. Uitgebracht werden 26 pa triottische stemmen op Johannes Al bertus van Dijk en 22 prinsgezinde stemmen op Adriaan Konings, zoodnt van Dijk was herkozen. Van patriot tische zijde werd nog geprotesteerd tegen het stemmen van den schout, wijl deze te Waalwijk woonachtig was. Toen de stemming was afgeloopen, verzocht de predikant Leemans aan schout en schepenen of zij hem, tot dekking tegen allen laster, een getuig schrift wilden afgeven, dat hij op Zon dag 31 December 1786 in de kerk met de vermaning der kerkgangers zijn plicht had gedaan, en dat hij ook bij andere en vorige gelegenheden zich zóó had gedragen, dat een ieder van zijn Eerwaarde's ambt genoot en gerust zijn voetstappen zou kunnen drukken. Nu was het college van schout en schepenen wel genegen te verklaren, dat hij op dien ëënen Zondag zijn plicht had gedaan, maar te verklaren, dat hij zich ook bij andere gelegen heden fatsoenlijk en plichtmatig had gedragen, dat was voor den schout, den secretaris en eenige prinsgezinde schepenen, die steeds door hem waren tegengewerkt en gedwarsboomd, een totale onmogelijkheid. Zij weigerden dus aan Ds. Leemans een certificaat van goed gedrag af te geven, en aldus verlieten de schout, de secretaris en twee prinsgezinde schepenen, name lijk Antonie Kuijsten en Hendrik Ha gen, onder hevige opschudding, de vergadering. De achtergebleven sche penen en burgemeesters Johan Cordy, Bastiaan de Rooij, Denis Koppen, Hen drik de Graaf f, Adriaan Goedhart, Jo hannes Albertus van Dijk en Johannes van Heijst besloten nu, om de vergade ring te rekken en eenig cachet van wettigheid te geven, den prinsgezinden prisident-schcpcn Johannes Cordij tot nood-secretaris aan te stellen. Deze nam dat eerst aan, maar toen het beter tot hem doordrong, om welke reden zijne politieke vrienden en geestverwanten de kerk plotseling hadden verlaten, trok hij zich ook te rug en verliet de vergadering. En zoo hieven vier schepenen en twee burge meesters achter, die wel een certifi caat voor den prdikant opmaakten, maar dat geen geldigheid kon ver krijgen, wijl het niet door den schout en den secretaris geteekend was. Het spreekt wel vanzelf, dat thans de vijandschap tusschcn de prinsge zinde en patriottische leden van het schepencollege hand over hand toe nam, en die vijandschap verergerde nog in hevige mate, toen schout en schepenen althans het prinsgezinde deel daarvan den 6 Juli 1787 een volledig en uitvoerig schrijven zond J aan de Staten van Holland, als ant woord op het bewuste request van December 1786, door de ontevredenen van Besoijen aan die Staten gezonden. In dat schrijven hetwelk meer dan 50 bladzijden schrifts, groot formaat, bevat werd de toenmalige desolate toestand te Besoijen, zoowel op maat schappelijk als kerkelijk gebied, maar vooral op kerkelijk gebied, geheel bloot gelegd en werd inzonderheid de predikant Leemans, die veel water troebel had gemaakt, daarin ongena dig aangevallen en scherp gehekeld. Van hem werd p.m. het volgende ge zegd 1. Hij is de eerste predikant te Be soijen sedert 1610 geweest, die bij burgemeestersverkiezingen, als aan- voeder der ontevredenen, een overwe gende en laakbare rol heeft gespeeld. 2. Hij heeft zich, geheel in tegen spraak met zijn geestelijk ambt, al sedert jaren met politieke kuipergen bezig gehouden. 3. Zijn vijandschap tegen den schout en den secretaris spruit enkel voort uit de weigering dier magistraatsleden, om de pastorie overdadig te verfraai en en zijn classisgeld te verhoogen 4. Zelfs vreemdelingen, o.a. inwo ners van Capelle, die ingelanden van Besoijen zijn, stookt hij op om het dorpsbestuur te tergen en tegen te werken. 5. Op den eersten Kerstdag 1786 had de predikant een oud man van 75 jaren, schepen te Besoijen, aan wien hij zoo pas het Heilig Avondmaal had toegediend, na kerktijd in de pastorie geroepen, om hem uit te hooren naar wat in de Vergadering van het dorps bestuur was besproken. En toen die schepen daarover weigerde te spreken, wijl hij niet uit de school mocht klap pen, was de dominee zoo driftig en boosaardig geworden, dat hij den ou den man had toegevoegd: weg gij, gif allen zijt maar schurken. 6. Op den 3 Maart 1786 vroeger heb ik hiervan reeds gewag gemaakt had de meermalen genoemde bur gemeester Johannes Albertus van Dijk, door opstoking en ophitsing van den predikant, in het rechthuis zulke schandelijke woorden gebezigd tegen den ambachtsheer, den schout en den secretaris, dat men die eerder in de slechtste kroeg en onder het laagste{ soort van menschen dan op de recht- kamer van een burgemeester verwach ten mocht; enz. enz. enz. Nadat schout en schepenen aldus al hunne op- en aanmerkingen aan de Staten hadden medegedeeld en noch den predikant van Besoijen noch de patriottische leden van het dorpsbe stuur hadden gespaard, verzochten zij dringend aan die Staten, dat de bui tensporige eischen der ontevredenen zouden worden afgewezen en zij zei ven gehandhaafd in hun oude rechten en privilegiën. Toen dit schrijven misschien wel wat te kras en te partijdig opgesteld al vrij spoedig ook onder de oogen kwam van de Besoijensche malconten ten, waren hun woede en vijandschap grenzeloos en zochten zij zich vroeg of laat te wreken. De nadere beschrij ving dier wraak eischt echter een volgend artikel. 17 28 20 6 23 35 17 34 dorp by Til burg in N.-Br. 31 44 2 50 niet malsch. 4. Spreekwoord 10 woorden 34 letters. 1 29 22 28 24 10 18 25 moeilyk maken. 33 13 8 5 20 15 30 12 25 geschorst. 30 7 33 10 30 15 22 4 5 9 12 10 20 vereenigd. 0 31 34 21 15 16 32 vastgesteld. 30 2 22 11 27 5 14 23 9 10 dokter. 14 23 16 17 3 half deel. 5. Spreekwoord 10 woorden 39 letters. 36 9 20 28 5 27 tegenweer. 10 1 12 18 7 39 13 20 29 36 19 30 zaken doen. 3 25 26 11 23 2 weegwerktuig. 16 23 26 14 31 15 33 heerlijke vrucht. 37 38 27 22 6 4 24 27 20 29 34 by het voetballen. 8 21 32 17 ontkenning. 6. Spreekwoord 5 woorden 25 letters. 10 23 9 5 16 8 22 12 18 briefport. 7 20 15 5 2 13 6 22 geregeld. 1 3 21 25 lichaamsdeel. 11 21 5 4 18 3 7 17 21 gedaan gekregen. 7 12 19 14 24 21 9 5 14 22 behulpzaam. 7. Spreekwoord 8 woorden 28 letters. 22 18 9 16 23 21 galoppeeren. 17 13 24 1 6 slot. 4 20 3 18 22 groot trekdier. 10 2 7 13 6 mooie bloem. 25 14 8 23 10 19 27 2 18 6 12 kom mandeeren. 11 18 26 28 5 17 15 muziekinstrument. 8. Met een B. ben ik een viervoetig dier. in een D. legt men schepen, met een F. ben ik aan den mast vaa een schip. met een H. een bergplaats, met een K. sta ik in de keuken, met een L. in het haar. met een N. boven een huis. met een R. een kleedingstuk. met een S. ook een kleedingstuk. 9. Met een B. om te lezen, met een D. Kleedingstuk. met een H. een scherpe bocht, met een K. een lekkernij, met een Z. verloren. vaak oefenen goed kende, en dat steeds voor hem klaar lag, beet, precies zoals de Mexicaan dit gedaan had, richtte even en.... pang! precies in de roos. Een luid hoera steeg er op. De Mexi caan keek lelijk op zijn neus en maakte dat hij wegkwam, doch nu kwam er een jongen naar Piet toe, die zei„Geweldig, zeg Piet, wat een schot!" Piet keek de jongen aan en zag, dat het een klasgenoot van hem was. De volgende morgen kwamen alle jon gens naar hem toe en feliciteerden hem en toen hij in de klas kwam, stond er op het bord met grote letters :„Hoera voor de kunstschutter Piet!" Zo had Piel met één schot een en veer tig vrienden gekregen. Tot grote verwondering van de toe schouwers is de volgende truc uit te voerenJe houdt een zakdoek, die je aan de vlees vork prikt, boven een kaars vlam. In tijd van een ogenblik staat de zakdoek in brand. Na enkele tellen dooft het vuur echter uit en zo onwaar schynlijk als het ook moge klinken, de zakdoek is nog volkomen gaaf. Natuur lijk moet men de zakdoek, waarmede dit kunstje wordt getoverd, van te voren worden geprepareerd. Dat gebeurt als volgt: Je legt de zakdoek in een teiltje met water, tot deze goed door en door nat is. Dan wring je het doek weer stevig uit en legt hem hierna in de spiritus. Nu kan je gerust op de bovenomschreven wijze de zakdoek aansteken, want hij zal niet verbranden. Wim, de kleine goochelaar van onze familie, vroeg aan een van onze ooms een kwartje. Hij vertelde, dat hij hel kwartje zou laten verdwijnen voor de ogen van alle aanwezigen. Hij nam het kwartje aan, tusschen duim en wijsvinger van zijn linkerhand en legde er met zijn rechter een zakdoek overheen. Dat had den wij allemaal gezien. Nu vroeg hij aan een van de andere ooms om het kwartje, dat door de zakdoek heen voelbaar was vast te houden. Wim haalde een glas water en vroeg oom, de zakdoek boven het glas te houden en dan het kwartje er in te laten vallen. Dat geschiedde. Wij hoorden het kwartje allemaal in het glas vallen. Oom mocht nu de zakdoek wegtrekken en in het glas kijken. Tot zijn grote ver wondering was er van het kwartje geen spoor te bekennen, daarentegen liep Wim naar Oom Jan, van wie hij het kwartje gekregen had en haalde het muntstuk uit diens oor, terwijl hij in het geheel niet in de nabijheid van oom Jan geweest was. Je begrijpt, dat wij allemaal heel erg verbaasd waren en wilden weten, hoe hij dat kwartje zo netjes weggetoverd had. Maar Wim vertelde het aan niemand, hij lachte alleen maar. Ik wilde er echler meer van weten en toen de visite weg was, vroeg ik hem, my het geheim te willen vertellen. Welnu, luisteren jullie maar goed. Hij kreeg een kwartje, dat hij met een stukje kauwgom aan de binnenkant van zijn hand plakte, terwijl een glasschijfje in de grootte van het kwartje daarvan werd losgemaakt. Dit liet hij nu, bedekt door de zakdoek, door iemand in het glas met water gooien. Het stukje glas kwam op de bodem van het glas terecht en was dus onzichtbaar. Nu liep hij naar oom Jan toe, had intussen het kwartje weer losgemaakt en deed nu, alsof hij het uit oom's oor haalde. Vinden jullie dit geen alleraardigst kunstje? Denk er echter om, als je wilt toveren, dat de truce eerst vele malen moeten worden geoefend, want er mag niets aan haperen, want dan weet men dadelijk hoe de grap in elkaar zit. OPLOSSINGEN VORIGE WEEK. 1. Gezondheid, Kameraad, Taart, Tong, Traag, Minderheid, Beton. Bitter in den mond, maakt het hart gezond. 2. Brief, Heldhaftig, Hert, Leeraar, Eend, Tante, Generaal, Behandeling. Die het breed heeft, laat het breed hangen. 3. Spreekwoord 14 woorden 52 letters. 21 22 23 38 2 16 21 8 6 48 5 14 42 49 ijsvermaak. 18 5 48 41 12 46 3 15 39 12 esperanto. 1 47 48 37 12 11 20 26 8 40 arbeiders. 19 30 32 24 20 40 21 52 24 4 gewillig. 18 15 9 51 48 21 43 36 29 46 over strooming. 27 10 33 45 13 7 4 getal.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1937 | | pagina 5