Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANNE
.ROORDBRAESnD
FEUILLETON
Dit nummer bestaat uit Vier Bladen
EERSTE BLAD
JOOST VAN DEN VONDEL.
DE EENIGE CONCLUSIE.
TWINTIG JAAR SOVJET-UNIE.
MET VERRASSINGSPAKKET
NUMMER 93.
ZATERDAG 20 NOVEMBER 1937.
60c JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden,
enz. franco te zenden aan den Uitgever
Abonnementsprijs, per 3 maanden
1.25. Franco per post door 't geheele
rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO.
Advertentiën moeten Woensdag e|
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel: minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
17 November was het 350 jaar gele
den, dat Joost van den Vondel werd ge
boren, n.l. 17 November 1587 te Keu
len. Hij is de grootste Nederlandsche
dichter geweest uit onze gansche litte
ratuur en 't is dan ook niet ten onrech
te, dat hij wel genoemd werd ,,de Prins
der dichters".
Zijn ouders woonden aanvankelijk te
Antwerpen, doch moesten wegens hun
Doopsgezindheid" vandaar vluchten
en vestigden zich toen in Keulen, waar
Joost geboren werd.
In 15Q8 vertrok de familie naar Am
sterdam, waar de vader een kousen-
nandel begon op den hoek van de Oude
Brugsteeg en Warmoesstraat, ,,'t Huis
der Trou". De vader van Joost stierf in
net jaar 1608. Joost was toen 21 jaar
oud en hij zette met zijn moeder den
kousenhandel voort.
In 1610. dus op 23-jarigen leeftijd,
huwde hij met Marike de Wolf, uit
welk huwelijk 4 kindeien werden gebo
ren. Zijn vrouw kwam te overlijden in
1635: in 1640 ging Joost tot den katho
lieken godsdienst over. In latere jaren
brachten zorgen over zijn zoon hem
in groote financ'ctle moeilijkheden, zoo
dat hij het ten slotte als een uitkomst
hes'.houwde, toen hij in 1658 de be
trekking van suppoost aan de Bank van
I eening kon aanvaarden. Deze betrek
king nam hij waar tot 1668, in welk
jaar hij ontslagen werd met behoud van
traoternent. Nog altijd wordt de Bank
van I eening aan do Oudezijds Voor
burgwal aan de vreemdelingen aange
wezen als de plaat? waar onze groot
ste dichter voor een loon van 650.—
per jaar werkte.
Behalve een menigte groote en
kleine dichtwerken, schreef hij niet
minder dan 32 treurspelen. We noe
men hiervan in de eerste plaats ,,de
Gijsbrecht van Aemstel", dat ter in
wijding van den nieuwen Amsterdam-
schen Stadsschouwburg in 1638 werd
opgevoerd en heden ten dage nog jaar
lijks op de eerste dagen des jaars wordt
gespeeld. Verder zijn nog zeer bekend:
Lucifer, Jephtha, Palamedes, Maria
Stuart, Koning Depidus, Salmoneus,
Adam in Ballingschap en anderen.
Aan de Nederlandsche taal heeft hij
een rijkdom verleend, welke het onver
gankelijk bezit van het Nederlandsche
volk is geworden en de grootheid van
zijn dichterschap straalt uit al zijne
werken.
Met groot enthousiasme en waardig
heid heeft overal in den lande de Von
delherdenking plaats. De Amsterdam-
sche Universiteit verleende bij deze ge
legenheid 7 eere-doctoraten, o.m. aan
prof. Molkenboer uit Nijmegen, eenige
Vlaamsche schrijvers, een Duitsch en
Engelsch professor.
Overal zijn Vondel-uitvoeringen, re-
citeerwedstrijden gehouden. Kortom de
herdenking van onzen grooten natio-
nalen dichter, die op 91-jarigen leeftijd
op 8 Febr. 1679 stierf en in de Nieuwe
Kerk op den Dam te Amsterdam be
graven ligt, is op grootsche en passen
de wijze geschied.
De debatten in onze Tweede Kamer
zijn weer begonnen, de algemeene be
schouwingen over de regeerings-poli-
tiek.
Vooral de regeerings-formatie en de
finantieele positie waren een dankbaar
onderwerp voor critiek. De minister
president heeft op een en ander duide
lijk antwoord gegeven.
We laten de kabinetsformatie hier
buiten beschouwing en dan komen we
wat de defensie en de finantiën be
treft tot de eenige conclusie, in het
licht beschouwd van de wenschen die
tal van kamerleden op verschillend ter
rein hebben geuit.
Militaire kwestie en finantieele poli
tiek zijn eigenlijk onafscheidelijk ge
worden, nu de eerste binnen enkele ja
ren het jaarlijksch budget zal opdrijven
met een som, die zeker tusschen de 65
en 80 millioen ligt. Het is naar onze
overtuiging zich blinddoeken, als men
meent, dat bij aanneming van deze De
fensie-uitgaven nog verdere uitgaven
van eenigen omvang mogelijk zijn. Men
moge al bezwaar maken tegen belas-
tingverhooging, minister De Wilde
heeft aan de heeren De Geer en Schou
ten bereids beduid, dat hij geen won
deren kan doen en dus alvast mikt op
20 millioen uit verzwaarde belasting.
De minister had ook alle respect voor
de berekeningen van mr. Teulings. Af
gezien van de ramingen inzake de be
lastingopbrengst, waarbij men twisten
kan over de vraag, wie juist oordeelt,
al gelooven wij met mr. Teulings, dat
de opbrengst hooger zal zijn dan het af-
geloopen jaar, gaf de minister feitelijk
toe, dat er meer gesaneerd is in de be
grooting en dat er meer speling in zit
dan uiterlijk blijkt. Maar, redeneert de
E£N POLIS-
LEVE N S VE R ZEKERIN G
heer De Wilde, daar heb ik niets aan
voor de rijks-begrooting en ik zit toch
nog met een dikke zeventig millioen te
kort, al valt zij een millioen of tien mee.
Voor de werkloozen heeft minister
Romme nog 2.2 millioen mogen afknij
pen, die nog gedekt moeten worden.
Verdere berekeningen op dit punt?
Niet te berekenen, wat dat kosten zou.
Vermindering indirecte belastingen?
Idem. Uitbreiding van de ouderdoms-
verzekering? Kost 12 millioen. Verla
ging van de leerlingenschaal? Kost 5]/2
millioen. Salarisverhooging van de
ambtenaren met 5 procent? Kost, alléén
voor het Rijk, 15 millioen. Het kabinet
wil het allemaal wel, maar minister De
Wilde zegt, met het oog de schatkist,
werkelijk geen kans ta zien, n u aan de
ze verlangens te voldoen.
Wij hadden graag willen zeggen, dat
onze eindindruk na de gehoorde rede
voeringen optimistisch was, maar wij
zouden dan onze lezers blij maken met
een doode musch. Als de Kamer zich
buigen moet voor de uiteengezette fi
nantieele politiek en als zij mee moet
gaan met de Defensie-politiek, dan zul
len vele dingen, die niet weinigen wen
schen en die tot voor zeer kort moge
lijk schenen, achterwege moeten blij
ven. Zelfs als men de Defensie-uitga
ven matigt, kan men alleen belasting
stijging voorkomen. De eenige troost
is dan: blij te zijn met wat men heeft en
Vb baas iS in een goed humeur
Het iS nüpe Ster Tabak
tot dusver handhaven kon. Weinig
misschien, als men alleen in Nederland
kijkt, veel als men een en ander met
elders (de heer Colijn noemde b.v.
Zweden) vergelijkt.
We mogen al eens kankeren over de
toestanden en opvattingen in het eigen
land, elders is het óók niet alles.
Denken we maar eens aan Spanje,
HET GOEDKOOPE ZELFWERKENDE WASCHMIDDEL
probeerHZden eerstvolgenden waschdagï
van „De Echo van het Zuiden'
Naar het Engelsch bewerkt door
J. VAN DER SLUYS.
(Nadruk verboden).
71)
Mevrouw. we hebben ons onge
rust gemaakt over mevrouw.
Even kreeg Nicholas een koude hui-
vehing.
Wat is er?
Nurse wilde den dokter laten ko
men, maar ik zei dat we beter konden
wachten tot u thuis was.
Wat is er?
Mevrouw zit al sedert ,u weg bent
in de studeerkamer. Nurse kan haar
niet bewegen om weg te gaan zelfs
niet om naar Master Tony te kijken.
Zij en Harman zijn heel erg ongerust.
Nicholas trok zijn jas uit.
Mevrouw heeft slecht nieuws
ontvangen wij beiden. Ik ga naar
haar toe.
Nurse heeft er op aangedrongen
dat ze thee zou drinken. Ik dacht dat
u niet goed vondt, dat wij den dokter
lieten halen voordat u thuiskwam.
Neen dat is goed.
Hij kwam in de studeerkamer in 'n
alleronverkwikkelijkste stemming.
Publieke opinie er was niet aan
te ontkomen. Bedienden, vrienden, be
kenden, de pers je kon je leven niet
eens zoo inrichten, zonder dal ieder
een hel merkte als er iets bijzonders
gebeurd was. Hij had Jenny zijn bit
tere minachting laten voelen en was er
vandoor gegaan. Hij was teruggeko
men, voelde Emmot's bezorgdheid, de
publieke opinie in zijn eigen huishou
ding.
Jenny zat nog net als toen hij haar
verlaten had. Harman opgewonden en
verontrust, bevond zich aan het eene
eind van het vertrek. Ze ging weg toen
hij binnen kwam en wierp nog een
verschrikten blik achterom.
Toen de deur gesloten was, hief
Jenny haar hoofd op. Ze zag er uit
alsof ze uren lang geschreid had. Het
licht van de leeslamp op de tafel deed
haar haren als goud glanzen. De gor
dijnen waren dichtgetrokken en de
kamer was op het eene licht na in
duisternis gehuld. Nicholas bracht zijn
hand aan de schakelaar en draaide 't
bovenlicht aan.
Ik dacht dat je weg was, zei Jen
ny-
Ik hen teruggekomen.
Hij liep naar den haard en bleef er,
met den eenen arm op den schoor
steen mantel, zijn gezicht donker en
zonder uitdrukking.
Zijn oogen vermeden Jenny aan te
zien.
Waarom heb je het gedaan
Dat heb ik je verteld.
Je had geld noodig. Waarom?
De gedachte aan het geld was haar
al die uren een obsessie geweest.
Ik moest het hebben. Jenny's
stem klonk zwak en uitgeput.
Hoeveel was het?
Vijfhonderd pond.
Je moest vijfhonderd pond heb
ben. Afpersing dus.
Jenny onderdrukte een kreet.
Dus het was afpersing?
Wie heeft je dat verteld?
Het is nogal duidelijk. Misschien
wil je mij wel vertellen waarom dat
was.
Jenny streek haar haren naar ach
teren. Nicholas had het gevoel alsof
hij een vreemde sterke steek kreeg.
Zoo had ze gekeken toen hij haar ge
zien had nadat Tony geboren was.
Ben je van plan het mij te vertel
len? vroeg hij ruw.
Jenny stond op. Al haar bewegingen
waren stijf en langzaam. Ze hield zich
aan een stoel vast en zei met fluiste
rende stem: Het had eigenlijk niets te
beteekenen. Maar je zult me niet ge
looven. Anne zei dat ze 't je vertellen
zou, maar ik wist toch dat je me niet
gelooven zou. Dus ik moest het geld
hebben.
Nu moet je het me toch vertellen.
Het heeft geen zin. Maar het hin
dert niet het had niets te beteeke
nen. Er was een man. Ik wist dat hij
getrouwd was. Hij was in tante Jen
ny's cantine. Hij was verliefd op mij.
Toen hij naar het front terugging,
schreef ik hem.
Wat schreef je?
Brieven niets geen bijzonders.
Hij zei dat hij niemand had die hem
schreef.
En?
Jenny aarzelde. Nicko, het was
niets bijzonders.
Nicholas zei: Vijfhonderd pond.
Zijn hand ging een oogenblik om
hoog, viel toen vveer omlaag. Er was
iets beslissends in zijn beweging.
Het was toen hij met verlof thuis
kwam, hernam Jenny vlug. Hij schreef
dat we samen naar de schouwburg en
zoo zouden gaan. Toen ik zei dat tanie
Jenny het niet goed zou vinden, zeide
hij, dat ze het niet hoefde te weten
ik kon in het hotel logeeren, waar hij
ook logeerde. Ik wist het niet, Nicko,
ik wist het werkelijk niet, ik dacht dat
het leuk zou zijn.
En je ging er heen?
Jenny huiverde van zijn stem.
Neen, dat deed ik niet. Hij is ge
sneuveld.
Nicholas keek haar strak aan.
Hij is gesneuveld. En zij stuur
den zijn bezittingen naar zijn huis
naar zijn vrouw ze stuurden haar
mijn brieven. Nicko, ze was een vree-
selijk mensch. Ze zag mijn foto in de
krant, nadat wij ons verloofd hadden
en ze kwam hij mij en zei dat als ik
haar die brieven niet afkocht, zij ze
jou zou laten zien. En toen ik haar
vertelde dat ik geen geld had zei ze:
En die paarlen dan, die u draagt? Zoo
ben ik op de gedachte van de paarlen
gekomen. Anne zei dat ik het jou be
hoorde te vertellen dat heeft ze al
tijd gezegd. Ze meende dat je mij ge
looven zou. Maar ik kon het niet doen.
Hoe oud was je? vroeg Nicholas
abrupt.
Zestien, Nicko, o, ik wist 't niet.
Waarom wilde je het mij niet
vertellen?
Dat kon ik niet. Ik gaf er zoo
vreeselijk veel om hoe je over me
dacht. Ik gaf er zooveel om dat ik
het niet kon.
Ze ging weer zitten alsof ze geen
kracht meer had om te staan.
Nicholas geloofde haar. Hij zei: Heb
je mij alles verteld, Jenny?
Ik geloof van wel. Toen, na een
lange pauze: Wat hen je.van plan te
doen?
Ik weet het niet.
Ben je van plan om mij weg te
sturen?
Scheiding en honderd tongen die
zich van het nieuws meester maakten.
Jenny alleen en eenzaam er zouden
velen zijn, die haar zouden willen
troosten. Nicholas kende zijn wereld
hij kon heel duidelijk Jenny's toe
komst zien. Als hun scheiding defini
tief zou zijn; zou er maar één gevolg
zijn; als het voor tijdelijk was, wat
zou er dan mee gewonnen zijn behal-
ven een opspatten van veel modder?
Zijn brein dat koel werkte, verwierp
deze oplossingen. En nobele trek in
zijn karakter deed hem een schuld er
kennen aan Anne, die hij niet mocht
lijden, en een verplichting aan Jenny,
van wie hij hield. Hij voelde niet dat
hij van haar hield, maar hij wist het
in de teedere, koele plaatsen van zijn
hersens. Hij wist dat hij niet van haar
kon scheiden, omdat ze hem nog nooit
zoo noodig had gehad. Het ergerde
hem, maar het was als een dwang.
(Slot volgt.)
en Langstraatscöe Courant,
GESLOTEN BIJ DE
GEEFT ZEKERHEID VOOR DE TOE
KOMST VAN U EN DE UWEN.
I»
(Het pakket bevat een dezer aardige geschenken)
MA6-om