Roode Ster!
■De kwestie Oss in de Tweede Kamer
IpOok aan
rden waterkant:
't Feest van de
ROODE STER
GEMENGD NIEUWS
RECHTZAKEN,
fill
In ons vorig nummer hebben we nog
't antwoord van minister Goseling ge
geven op de vragen van den heer
Wijnkoop omtrent de mutatie enz. bij
de marechaussee te Oss.
Tegelijk heeft het kamerlid de heer
Drop een interpellatie over deze zaak
aangevraagd, die met algemeene stem
men werd toegestaan en wel ten spoe
digste, n.l. Donderdagmiddag ten 1 uur.
Het is wel jammer dat plaatsruimte
ons verbiedt de interpellatie en 't ant
woord van den minister van justitie in
extenso te geven, dat van dien aard
was dat de geheele Tweede Kamer, be-
1 halve de heer Rose van Tonningen en
ds. Kersten daarmee volkomen bevre
digd waren, n'en déplaise Volk en Va
derland, Telegraaf, N. Rott. Crt. enz.
De tribunes der Tweede Kamer wa
ren overvol, de belangstelling was ge
spannen.
Toen op de publieke tribune twee
personen eenige kreten uitstieten en en
kele uitheemsche gebaren maakten, zei
president Van Schaik met een enkele
handbeweging: „Ik gelast dat de pu
blieke tribune worde ontruimd", het
geen binnen enkele oogenblikken ge
schiedde.
De heer Drop heeft een aantal con
crete vragen geformuleerd over het be
leid van den minister van Justitie in
zake de geruchtmakende gebeurtenissen
tc Oss.
In het kort kwamen deze vragen
hierop neer:
1. Welke uitingen in de pers heb
ben tegenstellingen geschapen tusschen
de marechaussee te Oss en andere or
ganen van bestuur en politie?
2. Sinds hoelang is gebleken, dat 't
opsporingsonderzoek van de brigade te
Oss rechtmatige belangen van burgers
schond, zoodat onverwijld ingrijpen ge
boden was?
3. Welke bepaalde feiten hebben
aanleiding gegeven de order uit te
vaardigen, dat de marechaussee zich
van opsporingsdiensten moet onthou
den?
4. Wanneer is den minister geble
ken van een minder goede verstand
houding tusschen marechaussee en ge
meentepolitie en hoe wil de minister
deze op een goede basis stellen?
5. Acht de minister het juist, dat de
brigade te Oss bewakings- en surveil
lancediensten doet. terwijl zij haar
voornaamste taak, waarvoor zij inder
tijd is versterkt, niet mag uitoefenen?
6. Moet de minister niet erkennen
dat het gevoel van rechtszekerheid
aangetast kan zijn, nu ingegrepen
wordt op een oogenblik, dat een ge
rechtelijk onderzoek wordt gedaan in
andere kringen der bevolking dan die,
waarin sinds 1935 misdrijyen werden
opgespoord? Hoe wil de minister de
waarborgen voor rechtszekerheid her
stellen of versterken.
Na een uitvoerige inleiding gaf mi
nister Goseling daarop als volgend ant
woord:
1. Niet wel is aan te nemen, dat
interpellant onbekend zou zijn met de
in min of meer sensationeelen vorm ge
stelde beschouwingen in eenige bladen,
waarbij, mede naar aanleiding van een
ernstige zedenzaak te Oss, ten koste
van den burgemeester van die gemeen
te en de plaatselijke politie, de activiteit
der koninklijke marechaussee overmatig
werd geprezen. Met nadruk werd ge
wezen op tegenstellingen tusschen bei
de soorten politie en het gezag van het
hoofd van plaatselijke politie tegenover
de in bijstand werkende rijkspolitie
werd aangetast en ondermijnd.
Deze campagne moet, naar mijn oor
deel. mede ongunstig hebben gewerkt
op de mentaliteit der marechaussee.
2. Gedurende het verloop van een
achttal dagen zijn mij die methoden ge
leidelijk uit verbalen en rapporten be
kend geworden. Onverwijld ingrijpen
v/as te meer geboden, omdat de wijze,
waarop het onderzoek in de zaak der
jeugdwerkloozenzorg had plaats ge
vonden, den officier van Justitie reeds
aanleiding had gegeven om op 15 No
vember 1937 de brigade Kon. Mare
chaussee te verbieden onderzoeken in
te stellen in zaken, waarbij organen der
gemeente Oss waren betrokken, het
geen voor de brigade der K. M. een
ernstige waarschuwing moet zijn ge
weest.
3. Tot de bedoelde opdracht heb
ben aanleiding gegeven de volgende
feiten:
Zaak v. d. H.:
opmaken van processen-verbaal t. a.
v. feiten die reeds geruimen tijd zijn
verjaard en waarvan de belangen zoo
gering waren, dat, al ware de verja
ringstermijn nog niet voltooid geweest,
een opsporingsonderzoek niet oppor
tuun was te achten. Arrestatie en de
wijze waarop zulks geschiedde. Huis
zoeking en inbeslagneming geheel ar
chief op eigen gezag. De aan deze heele
zaak gegeven ruchtbaarheid.
b. Zaak opzichters-werkverschaf
fing:
ondanks mededeeling van het hoofd
van politie van Oss, dat hem bij onder
zoek gebleken was, dat het hier geen
strafbaar feit betrof, werd overgegaan
tot arrestatie van die twee jonge men-
schen, welke bij voorgeleiding na vier
dagen door den officier van Justitie
werden in vrijheid gesteld. Indien van
eenig strafbaar feit sprake zou zijn ge
weest, had dit geen hoogere waarde
kunnen betreffen dan ongeveer 10.-.
Veel ruchtbaarheid, waardoor gemeen
telijke gezagsdragers volkomen ten on
rechte in een kwaad daglicht werden
gesteld. (Zie antwoord op vraag 2).
c. Onrechmtmatige arrestatie in een
van den aanvang af als civielrechtelijk
te onderkennen financieele kwestie,
waarbij klaarblijkelijk de bedoeling
heeft voorgezeten door vrijheidsberoo-
ving pressie tot oplossing der kwestie
in een bepaalde richting uit te oefenen.
d. Onderzoekingen tegen de beide
geestelijken. In beide gevallen een uit
voerig onderzoek, terwijl vaststond, dat
van een strafbaar feit geen sprake was.
Verhoor van verschillende minderjari
gen. Een minderjarige, die eerder reeds
had verklaard, dat met hem niets was
voorgevallen, gehoord in het bijzijn van
den aangever, die 18 strafvonnissen te
gen zich zag gewezen en ook bij de
Kon. marechaussee als zedelijk zeer on
gunstig bekend stond. Ruchtbaarheid
omtrent die zaken. De verdachten zelf
zijn nooit gehoord.
e. Gegronde verdenking van mis
handeling van een persoon, verdacht
van overtreding der Vuurwapenwet,
ten einde hem tot bekentenis te bren
gen.
f. In verbalen in strijd met de waar
heid verklaren, op last of met medewe
ten van den officier van Justitie te han
delen.
4. Het is mij bekend, dat de verhou
ding tusschen Kon. marechaussee en
gemeentepolitie na in 1934 en 1935
aanvankelijk slecht te zijn geweest, aan
zienlijk is verbeterd onder leiding van
den vorigen opperwachtmeester en we
der ernstig is verstoord sedert de her
plaatsing in Oss van den tegenwoordi-
gen brigadecommandant. Verwacht
mag worden, dat de goede verhouding
zal worden hersteld door den eerstge-
noemden opperwachtmeester, die juist
met het oog daarop wordt terugge
plaatst.
5. Deze voorloopige maatregel werd
door noodzakelijkheid geboden. Een
voorname taak van de versterkte bri
gade ligt in de beoefening mede dei-
preventieve politie, het door haar ge
zag en waakzaamheid voorkomen van
strafbare feiten. Het ware onjuist ge
weest de brigade daarvan te ontheffen.
6. De juistheid van hetgeen in deze
vraag wordt gesuggereerd kan ik in
geen enkel opzicht erkennen. Daarge
laten de vraag of de jonge opzichters
der werkverschaffing, de overtreder der
Vuurwapenwet, de winkelier B. en
zelfs de assurantiebezorger v, d. H.
behooren tot de vooraanstaande krin
gen in Oss, die, zooals ook enkele bla
den hebben geïnsinueerd, thans tegen
de onderzoekingen der actieve mare-
chaussee's zouden moeten worden be
schermd, merk ik op, dat ik geen on
rechtmatig optreden duld ten aanzien
van eenig persoon tot welken rang en
stand deze ook mocht behooren. De
door het optreden der Kon. marechaus
see in het algemeen in gevaar gebrach
te rechtszekerheid zal worden hersteld
en versterkt, doordat door den betrok
ken korpschef in overleg met zijn ambt
genoot van Defensie en mij het noodi-
ge ter vervanging van personeel wordt
verricht.
De heeren Wendelaar (lib.), Joe-
kens (Vrijz. dem.), Van der Goes de
Natris (S.D.A.P.), Jhr. de Geer (Chr.
Hist.) en Wijnkoop (communist) heb
ben hun instemming met de antwoor
den van den minister betuigd, alleen
Rost van Tonningen (N.S.B.) en ds.
Kersten (St. Ger.) hebben dit afge
keurd, vooral zagen beiden Roomsche
spoken en het plaatsen van het Ned.
volk onder Roomsch kanoniek recht.
Wij geven hierbij de antwoorden op
de voornaamste vragen wat uitvoeri
ger:
De zaak van den dusgenaamden kan-
kier.
Men heeft dezen man onmiddellijk
onder de geldmagnaten willen indee-
len; ten onrechte, want hij verzorgt as
surantiën en is commissionair in effec
ten.
De arrestatie geschiedde te 15 uur,
het vervoer in een open zijspan der ma
rechaussee onder groote publieke be
langstelling. Te 16 uur werd een huis
zoeking verricht, zoo ostentatief mo
gelijk. Het rapport van den huis
zoekenden wachtmeester zegt, dat
het bevel van den officier van
justitie niet kon worden afgewacht. De
huiszoeking was dus voor verantwoor
ding van den wachtmeester.
De rechtercommissaris had de huis
zoeking uit de krant vernomen.
Na sluiting van het vooronderzoek
heeft de officier den verdachte betee-
kend, dat de zaak niet verder zou wor
den vervolgd.
De zaak tegen hem is thans dus fi
naal afgesloten.
Wat waren nu de feiten, die tot het
optreden hadden geleid? Een assuran
tie-nota van 1931, welke een verschil
van 27 vertoonde, welk verschil reeds
lang was geregeld en voorts beweerde
onregelmatigheden als penningmeester
van een waterschap.
Bij navraag bij de provinciale
autoriteiten bleek de laatste zaak vol
komen in orde te zijn. De marechaussee
had intusschen een archief teruggaande
tot 1600 in beslag genomen!
Een andere zaak geldt:
Het onderzoek tegen twee geestelij
ken.
De marechaussee heeft getuigen ge
hoord, die spr. niet nader zal kwalifi-
ceeren, o.a. ook getuigen uit Den Haag.
Men had aldus spr. kunnen
verwachten, dat bij zooveel ijver nu ook
de verdachten zouden worden gehoord.
Bij informatie van spr. bleek, dat dit
niet geschied was. omdat er geen ver
dachten waren. Uit de rapporten van
de marechaussee in het geval tegen den
pastoor A. blijkt, dat in geen der geval
len van strafbare feiten sprake was.
De reis naar Den Haag naar een ad-
spirant-getuige leverde op. dat de
vrouw 36 jaar was en de feiten, die ge
pleegd zouden moeten zijn, stamden
uit 1918 tot 1922
De zaak tegen een anderen geeste
lijke was een onderzoek, dat reeds in
1931 gedeponeerd was. Een vrouwelij
ke getuige die in 1931 de feiten ontkend
had. kwam thans op deze verklaring te
rug. De feiten zouden uit 1923 stam
men.
Men heeft in deze zaak toen een jon
gen van 19 jaar gehoord over een feit
uit 1931. Men heeft hem op zeer on
tactische wijze verhoord. Toen hij het
feit ontkende, heeft men er een individu
bijgehaald, dat 18 veroordeelingen ach-
teer den rug heeft en waarvan een
wachtmeester verkaarde, dat hij, de
eenige die de beschuldigingen staande
dragen. i-
hield. zich te Oss beestachtig onzede
lijk heeft gedragen.
Moet men spr. nu vragen, waarom
hij het onderzoek in deze zaak niet
heeft doorgezet?
De officier van justitie heeft den mi
nister geschreven, dat in de laatstge
noemde zaak overigens geen overleg
met hem was gepleegd.
Tenslotte nog een kort stukje uit het
overzicht van „De Maasbode":
Indien wilde sensatie in een deel van
de verwilderde pers niet de dolste ge
ruchten had verspreid, zou men de
zaak. waar heden over geïnterpelleerd
werd. een zeer eenvoudige zaak kun
nen noemen. In elk apparaat, hoe goed
ook, kunnen fouten worden gemaakt.
Ook ambtenaren van justitie en politie
zijn menschen, die kunnen mistasten.
Hooger gezag behoort dan die fouten
te herstellen. Nu hebben in Oss eenige
marechaussees fouten gemaakt. Aan dit
feit behoeft men, na de mededeelingen
van den minister van Justitie, niet meer
te twijfelen. Had men niet, met ver
dachte bedoelingen, de maatregelen te
gen de makers van fouten in valsch
daglicht gesteld, dan ware het niet
noodig geweest, dat die fouten ook
Luchtbeschermingsproef in de Noorde lijke provinciën. De ministers Van
Boeyen en Van Dijk laten zich te Veendam door den heer Van der Laan
openlijk besproken werden. Nu was dit
wel noodig. De monstrueuse beschuldi
gingen. dat de gemeentepolitie te Oss
en de burgemeester aldaar misdrijven
onvervolgd zouden laten; de afschuwe
lijke insinuaties tegen geestelijken; de
bewering, dat de autoriteiten vervol
gingen tegen hooger geplaatsten zou
den beletten, ja, zelfs in strijd met hun
ambtseed geestelijke personen expres-
selijk aan den burgerlijken rechter zou
den onttrekken, dienden weerlegd,
vooral waar het hier een katholiek mi
nister betrof, die men openlijk van par
tijdigheid durfde beschuldigen en mi
nister Goseling heeft dit dan ook in de
doodstille kamer gedaan op een wijze
zóó helder en zóó krachtig, dat men
spinrag in het hoofd en verwrongen
gevoelens in eigen gemoed moet heb
ben om nog te twijfelen, of re regeering
wel juist is opgetreden, toen zij een
einde maakte aan een politie-optreden.
dat meer gepoc-gedoe leek dan normaal
opsporingswerk van Nederlandsche po-
litiëele ambtenaren.
Kind gedood tusschen auto en
muur.
Gistermiddag is het vijfjaiig doch
tertje van de familie Mertens te
Blerick, door een achteruitrijdende
vrachtauto meegesleurd en tusschen
een muur en den auto bekneld ge
raakt. Het kind was op slag dood.
Knaapje door vrachtauto gedood.
In de Jodenbreeslraat te Amster
dam zat gistermiddag een 3-jarige
jongen achter op de fiets van zijn
moeder, toen een vrachtauto het
rijwiel van achteren aanreed. Het
kind stortte tegen de grond en kwam
onder een der wielen van het voertuig
terecht. Het knaapje was op slag
dood.
Paard op hol, voerman overleden.
In de buurtschap De Driehoek,
bij Dedemsvaart, ging gisteren de
17 jarige zoon van den landbouwer
Tiggelaar met paard en driewieligen
wagen huiswaarts, toen plotseling
het paard op hol sloeg. Tiggelaar
viel tegen den grond en kreeg een
der wielen van üen wagen over het
lichaam. In ernstigen toestand is de
jongen naar het ziekenhuis te Har-
denberg vervoerd; daar is hij in den
namiddag overleden.
Doodelijk ongeval.
Op den drukken rijksstraatweg
Arnhem Nijmegen is tegen half
zesgisteravond onder Eist de75 jarige
los werkman P. Gerritsen uit Eist
die per rijwiel den betonweg over
stak, door een hem achteropkomende
auto, bestuurd door Van D. uit E.
gegrepen. Waarschijnlijk heeft de
man verzuimd tijdig richting aan te
geven. Het slachtoffer werd tegen
de straat gesmakt en stierf onmid
dellijk.
De rijks- en gemeente politie
stelden een onderzoek in, waarbij
schuld van den autobestuurder niet
gebleken is. Het lijk van G. is naar
de begraafplaats te Eist overgebracht.
Onder een auto.
Te Maeseyk is een 18-jarige jonge-
man door een vrachtautooverreden
en aan de bekomen verwondingen
overleden. De jongen was bediende
bij een grossiersfirma te Hasselt.
Eergisteren hadden hij en de chauf
feur zich met een vrachtauto naar
Maeseyk begeven, waar zij tegenover
de kazerne een bestelling moesten
afleveren. Ioen dit gebeurd was,
wilde de jongen op de treeplank
van de reeds rijdendenautospringen.
Hij stapte evenwel mis en kwam te
vallen, met het noodlottige gevolg
dat een der wielen van de zwaar
beladen wagen hem over het lichaam
ging. Met zware verwondingen werd
hij naar het ziekenhuis overgebracht
waar hij in den loop van den avond
aan zijn kwetsuren is bezweken. De
:ongeman, De V. geheeten, was een
eenig kind.
Verduistering uit een wcrkloozenkas
te Sprang-Capelle.
J. C. de L., schoenmaker te Sprang-
Capelle had terechtgestaan voor de
rechtbank te 's-Hertogenboseh ter za
ke dat hij in 1936 en 1937 te Sprang-
Capelle zich wederrechtelijk had toe
geëigend ten bedrage van 4 a 500 gul
den van de werkloozenkas aldaar, en
valsche stukken had voorgelegd
De rechtbank, vonnis wijzend, ver
oordeelde verdachte tot 4 maanden
gevangenisstraf met aftrek.
De kwestie der Duitsche leeningen.
De rechtbank te Den Bosch wees
arrest in de uitspraak tegen H. te
Sprang-Capelle die op 24 Maart j.l.
terecht stond ter zake de bekende aan
gelegenheid der Duitsche leeningen.
De rechtbank veroordeelde hem tot
een voorwaardelijke gevangenisstraf
van drie maanden met drie jaar proef
tijd.
NIEMEIJER'S
TABAK
Elk pijprooker gunt zijn kameraad een
goede pijp tabak. Hoe zou hij over
Niemeijer's nieuwe Roode Ster kunnen
zwijgen! Op kantoren, banken, fabrie
ken en aan den waterkant heeft men het
overal rondverteld: Nieuwe Roode
Ster Tabak, No. 6 van 6 cent en No.
10 van 10 cent per half ons! Nu is het
feest, nu blijft 't feest! Want 't karakteris
tieke „Roode Ster aroma" is volmaakt
gehandhaafd, óók bij de nieuwe Roode
Ster No. 6 en No. 10.
,,De Ster op het pak - garantie voor rijpe tabak!"
«*«*1