[Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Binnenlandsch Nieuws.
95
„NOOBD BBABAND
VIRGINIA'S KEUZE
FcUILLETON
Dit nummer bestaat uit Twee Bladen
EERSTE BLAD
JAAR
NUMMER 46.
WOENSDAG 8 JUNI 1938.
61e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
UITGAVE:
Advertentiën moeten Woensdag ej
WOENSDAG' en ZATERDAG
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
Brieven, Ingezonden stukken, gelden,
in ons bezit zijn.
enz. franco te zenden aan den Uitgever
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Prijs der Advertentiën:
Abonnementsprijs, per 3 maanden
Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO.
20 cent per regel; minimum 1.50.
1.25. Franco per post door 't geheele
Reclames 40 cent per regel.
rijk 1.40.
Bij contract flink rabat.
PRINSES BEATRIX VOOR HET
EERST UIT VAREN.
Zaterdagochtend tegen 11 uur
kwam in de Muider jachthaven het
Prinselijke jacht Piel Hein aan en de
genen, die dit opmerkten, hegiepen
dat in den loop van den dag de komst
van het Prinselijke paar te verwach
ten was. Toch was het niet algemeen
in Muiden hekend geworden, zoodat
een slechts betrekkkelijk kleine groep
belangstellenden aanwezig was, toen
tegen half 4 de auto's uit Soestdijk
aankwamen.
Een groote verrassing voor de toe
schouwers was het, dat uit den eer
sten auto, bestuurd door Prins Bern-
hard, een babymand gedragen werd,
waarin Prinses Beatrix lag. Oud en
jong verdrong zich om een blik te
kunnen slaan op het Prinsekind. Har
telijk klonk een leve Prinses Beatrix,
waarop een soortgelijke welkomst
groet aan Prinses Juliana en aan Prins
Bernhard ten deel viel.
Het gezelschap waariri zich eenige
Engelsche gasten bevonden,, begaf
zich aan boord, en om half vier voer
het jacht de haven uil.
Naar wij vernemen lag het in het
voornemen van het Prinselijke paar
om de Pinksterdagen op het IJsel-
meer door te brengen.
DE AARDAPPELPRIJZEN.
De Bond van Kleinhandelaren in
aardappelen, groenten en fruit in Ne
derland heeft in een adres, waarin
wordt betoogd, dat de groothandels-
prijs der aardappelen ver hoven de
financieele draagkracht van een groot
deel van hel volk uitgaat, zich op
nieuw tot den minister van Economi
sche Zaken gewend, met het dringend
verzoek, maatregelen te willen nemen,
welke kunnen leiden tot meer even
redige prijzen voor dit volksvoedsel,
door wegneming van elk obstakel, dat
een redelijken prijs in den weg staat.
HET GOUI) VAN DE LUTINE.
De tinbaggermolen „Karimata" is
hij Terschelling na een voorspoedige
sleepreis over de Noordzee aangeko
men.
Deze tinbaggermolen zal in staat
dienen te zijn alles wat nog van de
Lutine in de Terschellingergronden
rust, op te halen. In Indië liggen ver
zonken oerwouden op den bodem dei-
zee en de daar werkende tinbagger
molens, welke een veel geringere ca
paciteit hebben dan de „Karimata",
brengen zelfs de zwaarste stammen
omhdog.
De Lutine was een houten schip en
successievelijk zal de Karimata het
geheim ontsluieren van dezen verzon
ken, met goud en zilver beladen oor
logsbodem, welke nu bijkans honderd
veertig jaren de verbeeldingskracht
van talloozen heeft geprikkeld. Het
staat volkomen vast, dat de Karimata
niets zal laten rusten.
Op de Terschellinger gronden, waai
de Lutine is ondergegaan, zal de bag
germolen den bodem der zee tot op
groote diepte omploegen. De sluier
van het geheim der Lutine zal geheel
worden opgelicht. Nadat de Karimata
zijn werk heeft verricht, is geen po
ging.meer mogelijk. Het zal inderdaad
de allerlaatste poging zijn.
DE LUCHTLIJN NAAR AUSTRALIë.
De proefvlucht van de K.N.I.L.M.
naar Australië zal worden gehouden
op 12 Juni a.s.
De oud-directeur van het departe-
mentsbedrijven, ir. Blackstone, is te
Buitenzorg door den gouverneur-ge
neraal in audiëntie ontvangen. Deze
audiëntie zal nog gevolgd worden
door een tweede.
Aan een vertegenwoordiger van
Aneta deelde ir. Blackstone mee, dat,
nadat de luchtlijn op Australië drie
maanden alleen door de K.N.I.L.M. zal
zijn bevlogen, van 1 October af een ge
meenschappelijke dienst van de K.N.I.
L.M. en K.L.M. aanvangt, onder den
naam van „De vliegende Hollander".
Beide luchtvaart—maatschappijen
zullen dan elk per week één vlucht
doen, op de basis, dat elke maatschap
pij haar eigen kosten betaalt en de in
komsten buiten Ned. Indië gelijkelijk
worden verdeeld.
Ten aanzien van de geruchten om
trent een bemoeienis van de K.P.M.
met luchtvaartaangelegenheden, deelde
ir. Blackstone mede, dat slechts kan
worden verklaard, dat de K.P.M. zoekt
naar een nauwere samenwerking met
de luchtvaart-maatschappijen, het
geen thans in overweging is.
Levensverzekering
1843
1938
91
GEFT ZEKERHEID.
DOOR ERVARING STERK.
EEN BRIGADE GENIETROEPEN.
Naar wij vernemen heeft ons leger
bestuur thans een beslissing genomen
inzake de uitbreiding van het regi
ment genietroepen. Het regiment zal
namelijk tol een brigade genietroepen
worden uitgebreid, welke zal bestaan
uit een regiment pioniers, een regi
ment verbindingstroepen en een regi
ment verlichtingstroepen.
Het regiment pioniers zal uit twee
bataljons worden samengesteld, dit
niet het oog op de verbubbeling van
hel aantal compagnieën pioniers in
oorlogstijd. Hét le bataljon pioniers
zal uit 3 schoolcompagnieën komen
te bestaan, het 2e bataljon uit 4 school
compagnieën, waaronder de spoor
wegcompagnie.
Het regiment verbindingstroepen
zal drie schoolcompagnieën omvatten,
het regiment verlichtingstroepen 4
schoolcompagnieën, in verband met
de groote uitbreiding aan verlichtings-
matcrieel bij ons leger.
Daar ook het korps pontonniers en
torpedisten met een schoolcompagnie
pontonniers zal worden uitgebreid, zal
er in totaal bij het wapen der genie
een incompleet komen van 50 genie-
oflicieren. Hoogstwaarschijnlijk zal
het legerbestuur voor de reserve ge
nieofficieren de gelegenheid openstel
len onder de wapenen te komen om op
die wijze voor althans een gedeelte in
het incompleet te kunnen voorzien.
ONZE HANDELSBETREKKINGEN
MET DUITSCHLAND.
Van 1 tot 4 Juni hebben te Den
Haag besprekingen plaats gevonden
tusschen de Nederlandsche en de
Duitsche regeeringscommissies over
de vaststelling van de betalingscon
tingenten voor den uitvoer van Neder
land en Nederlandsch-Indië naar
Duitschland voor het 3e kwartaal 1938.
Over den omvang van de betalings
contingenten werd overeenstemming
verkregen. Zooals op grond van de
ont wikkkeling van de clearing te ver
wachten was, bleek het noodzakelijk,
de betalingscontingenten, vergeleken,
met die voor het 2e kwartaal 1938,
te verlagen.
RONDOM EEN WETSONTWERP.
De samenwerkende verg. van Sui
ker- en Vetverw. Industrieën schrijft
ons:
„Er staal in onzen rechtsstaat een
novum te gebeuren, dat indruischt te
gen het groote vertrouwen dat het Ne
derlandsche volk stelt in de beslissin
gen zijner hoogste rechters. Vanaf
October 1932 tot begin Juni 1935 wer
den door de Crisiszuivelcentrale aan
handel en vetverwerkende industrie
heffingen opgelegd tot een bedrag van
rond 5 millioen gulden. De juridische
basis waarop de besluiten tot het op
leggen dezer zware lasten steunden,
bleek achteraf zeer wankel te zijn.
Immers er hadden tusschen een be
kende Rotterdamsche firma en de
Crisis Zuivelcentrale procedures
plaats, die door de firma lot in hoog
ste instantie (arrest van den Hoogen
Raad!) werden gewonnen.
Om nu bij voorbaat de mogelijkheid
uil te schakelen dat aan rechthebben
den eventueele restituties van hen uit
dezen hoofde toekomende gelden zou
plaats hebben, heeft de Minister van
Economische Zaken een uil twee ar
tikeltjes bestaand wetsontwerp aan-
hangig gemaakt en dit bij Kon. Bood
schap van 7 Mei 1938 ingediend bij de
Tweede Kamer der Staten Generaal.
Deze wet treft alle vorderingen, welke
op het tijdstip van het in werking tre
den det wet mochten bestaan. Uit de
bewoordingen der Memorie van Toe
lichting blijkt, dat de Minister zich
wel bewust is dat legen dit ontwerp
ernsige bezwaren zijn in te brengen.
De Minister motiveert de indiening
van dit wetsontwerp hiermede, dal
door event, restitutie een „volkomen
ongemotiveerde en onredelijke ver
rijking van een aantal handelaren"
zou plaats hebben en „dat de vetcon-
sumenten het meest behoeftige
deel der bevolking voor een tweede
maal der heffingen zouden moeten be
talen."
Angezien nu deze motiveering in
van „De Echo van het Zuiden".
Naar het Amerikaansch van
TEMPLE BAILEY.
(Nadruk verboden).
55)
Maar daarover kon geen nieuws
zijn, omdat er van trouwen geen spra
ke was geweest en ook nooit zou zijn.
Want terwijl Virginia en Michael en
Mary Lee ergens feestelijk dineerden,
besteeg Rickey Farquhar de trappen
van het oude huis in Washington
Square. Toen hij de zolderkamer had
bereikt, zag hij de deur openstaan, den
kleinen Schotschen herder op wacht
zitten en vond hij de kleine kat vlak
voor de kachel slapend.
Rickey zag er verwilderd en ver
waarloosd uil. Hij wierp zichzelf op
den divan en sloeg zijn armen voor de
oogen. Twee nachten had hij niet ge
slapen en ook nu kon hij niet slapen.
Weenie kwam naast hem zitten en
likte zijn hand. Na Virginia aanbad 't
hondje Rickey het meest. Eindelijk
nam Rickey het op de canapé en sa
men lagen zij, hond en man, zwijgend
in^het donker.
XXIV.
MARTY AANSCHOUWT EEN
NIEUWEN DAG.
Het was natuurlijk Jane Bleecker,
die 't had gedaan. Ter elfder ure nog.
Instinctief had zij geweten, dat er
dien avond, toen Marty met een prach
tige japon aan tafel was verschenen
en met een zilveren band 0111 het haar,
iets gewichtigs zou gebeuren. Marty
had voor haar gasten een partijtje ge
organiseerd op een naburig jacht. En
op het laatste oogenblik had zij de an
deren laten gaan en was zelf thuis ge
bleven. En Jane was gebleven.
Liefste, had ze tegen haar jonge
gastvrouw gezegd, ik geloof dat het
voor jou en Rickey niet goed is, om
hier alleen met de bemanning achter
te blijven.
Marty haalde haar schouders op.
Denk, wat je wilt. Zij stond bij
de reeling, zoo etherisch mooi in het
licht van de maan, dat zelfs Jane, toen
zij haar aanzag, huiverde.
Jane kwam naast haar staan.
Ben je van plan vanavond te
trouwen, Marty?
Marty sloeg haar oogen neer.
Waarom denk je dat?
Ik denk hel niet, ik wéét het.
Marty, ben je dwaas?
Ja, Rickey noemt het een schoo-
ne dwaasheid.
O, die jongen! Weet je wat je
hém gaat aandoen?
Het kan me niet schelen, wat ik
hem aandoe ik houd van hem.
Als je van hem hield, zou je hem
met rust laten.
Hoe bedoel je dat?
Je maakt hem niet gelukkig. En
hij kan jou niet gelukkig maken. Het
zal een ellendige vergissing blijken.
En ik kan me jouw leven niet voor
stellen als een vergissing, Marty.
Marty luisterde.
Je bent altijd zoo verstandig ge
weest, vervolgde Jane. Je hebt altijd
geweten, hoe je je schoonheid op hel
voordeeligsl kon laten uitkomen. En
al de verwikkelingen die je prestige
hadden kunnen schaden, heb je altijd
ver van je gehouden. Je hebt je leven
altijd zoo verstandig weten in te rich
ten en alle dwaasheden, die je latei-
zouden kunnen berouwen, steeds ver
meden. En nu wil je met dien dwazen
jongen dichter trouwen de wereld
zal je uitlachen.
Uitlachen? Marty keerde zich
een weinig naar haar toe.
Ja, uitlachen. Jane kende Marty's
trots. Een jongen van niets. Hij heeft
niet eens een boek om te bewijzen wat
hij is. Hij praat wel veel, maar doet
niets. Het zou voor jou een excuus
kunnen zijn, als je (1e wereld kon zeg
gen: „Hij is een genie; hij heeft het
bewezen". Maar hij heeft niets bewe
zen. Hij heeft sinds hij hier is, niets
anders gedaan dan jou het hol maken
en versjes schrijven. Als je met hem
trouwt, Marty, zal de wereld je uit
lachen.
Maar als ik hem opgeef, breek ik
zijn hart.
Jane maakte een lichtelijk spotten
de beweging.
Mannen-harten breken! Nu, dat
weten we wel beter. Die breken niet
en als ze breken, staan er genoeg klaar
om ze weer op te lappen.
Marty wendde haar hoofd af en
keek uit over het water. Heel in de
verte kon zij een strook zien van hel
zilveren strand en de palmen, die heen
en weer wuifden op een zachte bries.
Tusschen het strand en het jacht
naderde snel een boot.
In die boot zit Rickey, zei Marty;
dadelijk zal hij hier zijn.
Marty, je moet hem hier niet ont
moeten. O, ik weet, je denkt misschien
dat ik cynisch en hard ben, en mis
schien ben ik het ook. Maar jij bent
geen jong en romantisch kind meer;
je bent te verstandig en te oud om 't
slachtoffer van wat romantiek te wor
den. Later zul je er spijt van hebben,
als je nu je zelf laat gaan. Ik weet het,
het zal je berouwen.
Wat zou het, dan zal ik toch een
maal het geluk hebben gekend. Haar
stein was treurig.
Maar wat heb je aan een geluk,
dat je een leven lang berouwen zalt
Je zal tot het einde van je leven aan
hem vastzitten, altijd en overal de her
innering meedragen aan je vergissing,
Marty.
Marty leunde dichter tegen de ree
ling; de boot kwam al nader bij.
Je hebt gelijk, natuurlijk Jane.
Maar als je denkt dat ik hem kan op
geven als....
Je kunt hem opgeven, maar je
moet hem niet vaarwel zeggen, zei Ja
ne ernstig. Marty, kom met me mee,
vóór hij hier is.
En zoo gebeurde het, dat Rickey,
toen hij het jacht had bereikt en naai
de reeling keek, geen zilveren verschij
ning in het maanlicht zag staan. Hij
had gedacht, dat Marty hem zou
wachten. Hij had een dominee, een
jongen man met een romantisch hart,
bereid gevonden om het huwelijk op
een eenzame plek op het strand te vol
trekken. De twee mannen, die liem
roeiden, zouden getuigen zijn. In de
boot had Rickey een groot bouquet
oranje-bloesem, met zilveren linten
vastgebonden: de bloemen vulden de
lucht met haar zoele geuren.
Hij ging aan dek; men overhandig
de hem een brief.
Dit heeft miss Van Duyne ach
tergelaten, vertelde de bediende hem.
Achtergelaten?
Ja. Zij is met mrs. Bleecker naai
de „Wanderer". Ik denk dat u ook
daarheen moet, sir.
Maar Rickey hoefde niet te volgen,
want het schrijven luidde:
„Rickey, liefste, ik weet, dat ik
wreed ben. Maar ik ben wreed alleen
om je eigen bestwil. Op hel laatst»
oogenblik ben ik besloten niet met jt
te trouwen. Het is een al te groot risi
co voor ons tweeën. Onder de betoo-
vering, die jij om me hebt geweven,
schuilt een erg prozaïsche natuur en
als de eerste tijd verstreken is, zul je
me zien, zooals ik werkelijk ben en
zul je teleurgesteld worden. En als je
mij niet langer kunt vereeren en ver
afgoden, zal ik je haten. Dat zal ik
zeker, Rickey. Ik ken mezelf beter dan
jij. Daarom is dit hel beste dat we
de herinnering bewaren aan alles wat
we in elkaar mooi vonden en dat we
niet door alledaagsehe dingen hebben
bezoedeld. Jij zult altijd voor mij blij
ven de jonge tragische kunstenaar en
ik altijd voor jou je zilveren tooverfee.
Wel een teleurstellende fee! vrees ik
Maar wees ervan overtuigd ik houd
van je, en ik doe hiermee de moeilijk
ste daad die ik van mijn leven heb ge
daan.
Je vriendin voor eeuwig,
Marty.
(Wordt vervolgd).
De Echo van het Zuiden,
Waalwijltsclif en Langstraatscbe Courant*
nCÖOOBOARATiD
t^WAALWim^T
-11«—